Operation Manual
OPMERKING: De stille modus wordt alleen ingeschakeld nadat de huidige pagina is afgedrukt en wordt
alleen gebruikt voor de huidige afdruktaak.
Stille modus in- of uitschakelen via de printersoftware (Windows)
1. Open de HP-printersoftware. Zie Open de HP-printersoftware (Windows) voor meer informatie.
2. Klik op Stille modus .
3. Selecteer Aan of Uit .
4. Klik op Instelling opslaan.
Stille modus in- of uitschakelen via de printersoftware (OS X en macOS)
1. Open HP -benodigdheden.
OPMERKING: HP Utility bevindt zich in de map HP in de map Toepassingen.
2. Selecteer de printer.
3. Klik op Stille modus .
4. Selecteer Aan of Uit .
5. Klik op Nu toepassen.
De stille modus in- of uitschakelen vanaf de geïntegreerde webserver (EWS)
1. Open EWS. Zie De geïntegreerde webserver openen voor meer informatie.
2. Klik in het tabblad Instellingen .
3. In het gedeelte Voorkeuren selecteert u Stille modus en vervolgens Aan of Uit .
4. Klik op Toepassen (Apply).
Printerbenodigdheden optimaliseren
Om te besparen op printerbenodigdheden zoals inkt en papier kunt u het volgende doen:
●
Verlaag het papierverbruik door op beide kanten van het papier af te drukken.
●
Wijzig de afdrukkwaliteit in het printerstuurprogramma naar een conceptinstelling. Conceptinstellingen
verbruiken minder inkt.
●
Maak de printkop niet schoon als het niet nodig is. Dit verspilt inkt en verkort de levensduur van de
cartridges.
●
Recycle gebruikte, originele HP cartridges via HP Planet Partners. Bezoek www.hp.com/recycle voor
meer informatie.
6 Hoofdstuk 2 Aan de slag NLWW