HP ThinPro 4.4 Admin Guide

Als u de muisaanwijzer in deze configuratie vanaf de rechterzijde van de monitors van thin client A
nog meer naar rechts beweegt, verschijnt deze op het bovenste 1/3 gedeelte van de linkerzijde van
de thin client D-monitors. Beweegt u de muisaanwijzer echter vanaf de rechterzijde van de monitors
van thin client B nog meer naar rechts, dan verschijnt deze op het middelste 1/3 gedeelte van de
linkerzijde van de thin client D-monitors. Als u tenslotte de muisaanwijzer vanaf de rechterzijde van
de monitors van thin client C nog meer naar rechts beweegt, verschijnt deze dan weer op het
onderste 1/3 gedeelte van de linkerzijde van de thin client D-monitors.
OPMERKING: Computervensters kunnen niet over meerdere thin clients heen worden verspreid of
verplaatst. Elke thin client maakt standaardvensters aan vanaf de computer waarmee op afstand
verbinding wordt gemaakt. Er is bovendien geen behoefte om vensters over verschillende thin clients
te verplaatsen.
De thin client waarmee het toetsenbord en de muis fysiek zijn verbonden, wordt de
Samenvoegingsserver genoemd. De overige thin clients worden de Samenvoegingsclients genoemd.
Wanneer de muisaanwijzer op een van de Samenvoegingsclients wordt weergegeven, worden de
muis- en toetsenbordsignalen (vanaf de Samenvoegingsserver) gecodeerd en via het netwerk naar
de geselecteerde Samenvoegingsclient gestuurd. De betreffende Samenvoegingsclient decodeert de
muis- en toetsenbordsignalen en geeft de instructies door aan de lokale computer van de
Samenvoegingsclient.
Clientsamenvoeging wordt ondersteund door het opensourcesoftwarepakket Synergy. De codering
wordt voorzien door een pakket met de naam stunnel.
OPMERKING: Synergy en stunnel zijn ook op de HP dc72 Blade Workstation Client en de HP dc73
Blade Workstation Client (draaien onder Embedded OS versies 9.xx en 10.xx) geïnstalleerd. Hierdoor
kunnen deze clientcomputers onderling worden verbonden met de HP gt7725 thin client in
samenvoegingsopstellingen.
Clients samenvoegen - configuratie
OPMERKING: Clientsamenvoeging moet op elke thin client afzonderlijk worden geconfigureerd:
één keer op de samenvoegingsserver en één keer op elke samenvoegingsclient.
De configuratie van clientsamenvoeging verloopt in twee stappen:
1.
Samenvoegingsclients configureren op pagina 33
2.
De Samenvoegingsserver configureren op pagina 33
32 Hoofdstuk 4 Configuratiescherm