User guide
Foto's afdrukken
Zorg ervoor dat er fotopapier in de fotolade is geplaatst.
Foto's van een geheugenapparaat afdrukken
1. Plaats een geheugenapparaat in de sleuf.
VOORZICHTIG: Verwijder de USB-stick niet terwijl deze door de printer wordt gebruikt. Dit kan de
bestanden op de USB-stick beschadigen. U kunt een USB-stick enkel veilig verwijderen als het lampje
van de USB-poort niet knippert.
2. Selecteer op het scherm van de printer een foto die u wilt afdrukken en druk op Doorgaan.
3. Geef het aantal af te drukken foto's.
4.
Druk op (Bewerken) om de helderheid te wijzigen of om de geselecteerde foto bij te snijden of te
roteren, of druk op (Afdrukinstellingen) om gebruik te maken van functies als Rode-ogencorrectie
of Foto verbeteren.
5. Druk op Doorgaan om een afdrukvoorbeeld van de geselecteerde foto te bekijken.
6. Raak Afdrukken aan om te beginnen met afdrukken.
Foto's afdrukken vanaf de printersoftware
1. Selecteer vanuit uw software Afdrukken.
2. Zorg ervoor dat uw printer is geselecteerd.
3. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties,
Printerinstellingen, Printereigenschappen, Printer of Voorkeuren.
4. Selecteer de gewenste opties.
●
Selecteer in het tabblad Indeling de afdrukstand Staand of Liggend.
●
Selecteer in het tabblad Papier/Kwaliteit het juiste papiertype in de vervolgkeuzelijst Media in het
deelvenster Ladekeuze. Kies vervolgens het juiste afdrukkwaliteit in de vervolgkeuzelijst
Instelling afdrukkwaliteit.
●
Klik op de knop Geavanceerd en selecteer vervolgens het juiste papierformaat uit het
vervolgkeuzemenu Papierformaat.
5. Klik op OK om terug naar het dialoogvenster Eigenschappen te gaan.
6. Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken of OK in het dialoogvenster Afdrukken.
20 Hoofdstuk 3 Afdrukken NLWW










