Naslaggids voor de hardware - dc7900 serie Small Form Factor Zakelijke personal computers
© Copyright 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze publicatie kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Microsoft, Windows en Windows Vista zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in Verenigde Staten en/of andere landen. De enige garanties die gelden voor HP producten en diensten zijn de garanties die worden beschreven in de garantievoorwaarden behorende bij deze producten en diensten.
Over deze handleiding Deze handleiding bevat algemene informatie voor het upgraden van dit model computer. WAARSCHUWING! Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel of levensgevaar. VOORZICHTIG: Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden tot beschadiging van de apparatuur of verlies van gegevens. OPMERKING: De tekst na dit kopje biedt belangrijke aanvullende informatie.
iv Over deze handleiding NLWW
Inhoudsopgave 1 Voorzieningen Voorzieningen van de standaardconfiguratie ....................................................................................... 1 Onderdelen aan de voorkant ................................................................................................................ 2 Onderdelen van mediakaartlezer ......................................................................................................... 3 Onderdelen aan de achterkant ......................................
Primaire 3,5-inch interne vaste schijf van het type SATA verwijderen en vervangen ........ 45 Verwisselbare 3,5-inch vaste schijf van het type SATA verwijderen en terugplaatsen ..................................................................................................................... 49 Bijlage A Specificaties Bijlage B Batterij vervangen Bijlage C Externe beveiligingsapparaten Beveiligingsslot bevestigen .............................................................................................
1 Voorzieningen Voorzieningen van de standaardconfiguratie De voorzieningen van de HP Compaq Small Form Factor-desktopcomputers kunnen per model verschillen. Voer het diagnostische hulpprogramma (alleen bij bepaalde computermodellen inbegrepen) uit voor een compleet overzicht van de hardware en software die op de computer is geïnstalleerd. De handleiding Problemen oplossen bevat instructies voor het gebruik van dit hulpprogramma.
Onderdelen aan de voorkant De configuratie van de schijfeenheden kan per model verschillen.
Onderdelen van mediakaartlezer De mediakaartlezer is een optioneel apparaat dat alleen beschikbaar is bij bepaalde modellen. In de volgende illustratie en tabel wordt een overzicht gegeven van de onderdelen van de mediakaartlezer. Afbeelding 1-3 Onderdelen van mediakaartlezer Tabel 1-2 Onderdelen van mediakaartlezer Nr.
Onderdelen aan de achterkant Afbeelding 1-4 Onderdelen aan de achterkant Tabel 1-3 Onderdelen aan de achterkant 1 RJ-45-netwerkconnector 6 Universal Serial Bus (USB) 2 Seriële poort 7 Monitorconnector DisplayPort 3 PS/2-muisconnector (groen) 8 VGA-monitorconnector 4 Netsnoerconnector 9 PS/2-toetsenbordconnector (paars) 5 Audio-ingang (blauw) 10 Uitgang voor audioapparaten met netvoeding (groen) OPMERKING: Aantal en indeling van de connectoren kunnen per model verschillen.
Toetsenbord Afbeelding 1-5 Onderdelen van het toetsenbord Tabel 1-4 Onderdelen van het toetsenbord 1 NLWW 1 Functietoetsen Met de functietoetsen kunt u speciale functies uitvoeren, afhankelijk van de gebruikte applicatie. 2 Bewerkingstoetsen Hieronder vallen de volgende toetsen: Insert, Home, Page Up, Delete, End en Page Down. 3 Statuslampjes Deze lampjes geven informatie over de status van de computer en de toetsenbordinstellingen (Num Lock, Caps Lock en Scroll Lock).
Windows-logotoets gebruiken U gebruikt de Windows-logotoets in combinatie met andere toetsen om bepaalde functies in Windows uit te voeren. Raadpleeg Toetsenbord op pagina 5 voor meer informatie over de Windows-logotoets. Tabel 1-5 Functies van de Windows-logotoets De volgende functies van de Windows-logotoets zijn beschikbaar in Microsoft Windows XP en Microsoft Windows Vista. Windows-logotoets Opent of verbergt het menu Start. Windows-logotoets + d Toont het bureaublad.
Locatie van het serienummer Elke computer heeft een uniek serienummer en een productidentificatienummer op de hieronder aangegeven plaats. Houd deze nummers bij de hand wanneer u contact opneemt met de klantenondersteuning.
2 Hardware-upgrades Voorzieningen voor onderhoud De computer beschikt over speciale voorzieningen die het uitvoeren van upgrades en onderhoud aan de computer vergemakkelijken. Voor de meeste installatieprocedures die in dit hoofdstuk worden beschreven, heeft u geen gereedschap nodig. Waarschuwingen en instructies Lees zorgvuldig alle instructies en waarschuwingen in deze handleiding voordat u een upgrade uitvoert.
VOORZICHTIG: Een ontlading van statische elektriciteit kan de elektronische onderdelen van de computer of optionele apparatuur beschadigen. Zorg ervoor dat u niet statisch geladen bent. Raak een geaard metalen voorwerp aan voordat u deze handelingen uitvoert. Raadpleeg voor meer informatie bijlage D, Elektrostatische ontlading op pagina 65. Wanneer de computer is aangesloten op een stopcontact, wordt de systeemkaart altijd van stroom voorzien.
Smart Cover Lock ontgrendelen OPMERKING: Smart Cover Lock (Intelligente computerkapvergrendeling) is een optionele voorziening op bepaalde modellen. Smart Cover Lock is een slot van de computerkap dat softwarematig kan worden bestuurd. Het slot is beveiligd met het instelwachtwoord. Hiermee wordt voorkomen dat onbevoegden toegang krijgen tot de interne onderdelen. Bij levering van de computer is Smart Cover Lock niet vergrendeld.
6. Verwijder met de Smart Cover FailSafe-sleutel de speciale schroef waarmee de Smart Cover Lock aan het chassis is bevestigd. Afbeelding 2-1 Schroef van de Smart Cover Lock verwijderen U kunt nu het toegangspaneel verwijderen. Raadpleeg Toegangspaneel van de computer verwijderen op pagina 12. Zet de Smart Cover Lock weer vast met de speciale schroef.
Toegangspaneel van de computer verwijderen 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals diskettes of cd's, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Haal de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
Toegangspaneel terugplaatsen Zorg dat de lipjes op de kap aansluiten op de gleufjes in het chassis (1). Schuif het toegangspaneel vervolgens geheel op het chassis tot het vastklikt (2).
Voorpaneel verwijderen 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals diskettes of cd's, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Neem de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
Afdekplaatjes verwijderen Bij sommige modellen worden de 3.5-inch en 5.25-inch externe schijfposities bedekt door afdekplaatjes. Verwijder deze afdekplaatjes voordat u een schijfeenheid installeert. Ga als volgt te werk om een afdekplaatje te verwijderen: 1. Verwijder het voorpaneel. 2. Verwijder het 3,5-inch afdekplaatje door de twee lipjes die het afdekplaatje op zijn plek houden in de richting van de rechterbuitenzijde van het paneel te drukken (1) en het afdekplaatje naar rechts te schuiven (2).
3. Verwijder het 5,25-inch afdekplaatje door de twee lipjes die het afdekplaatje op zijn plek houden in de richting van de linkerbuitenzijde van het paneel te drukken (1) en het afdekplaatje naar binnen te trekken (2). Afbeelding 2-6 5,25-inch afdekplaatje verwijderen 4. 16 Plaats het voorpaneel terug.
Voorpaneel terugplaatsen Steek de twee haakjes aan de linkerkant van het paneel in de rechthoekige openingen in het chassis (1). Draai de rechterkant van het paneel naar het chassis (2) en klik het paneel vast op zijn plaats.
Small Form Factor-desktopcomputer gebruiken in een minitowerconfiguratie De Small Form Factor-desktopcomputer kan in een minitowerconfiguratie worden gebruikt. Het HP logoplaatje op het voorpaneel kunt u aanpassen aan desktop- of towerconfiguratie. 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals diskettes of cd's, uit de computer. 3.
11. Plaats de computer zo dat deze met de rechterkant naar onderen ligt. Afbeelding 2-9 Desktopconfiguratie omzetten in towerconfiguratie OPMERKING: HP beveelt het gebruik van een towerstandaard aan om de computer te stabiliseren wanneer deze in een towerconfiguratie wordt gebruikt. 12. Sluit het netsnoer en eventuele externe apparatuur opnieuw aan en zet vervolgens de computer aan. 13. Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het toegangspaneel.
Extra geheugen installeren De computer wordt geleverd met DDR2-SDRAM (Double Data Rate 2 Synchronous Dynamic Random Access Memory) DIMM's (Dual-Inline Memory Modules). DIMM's De systeemkaart bevat geheugenmodulevoetjes voor maximaal vier industriestandaard DIMM's. In deze voetjes bevindt zich ten minste één vooraf geïnstalleerde DIMM. Voor een optimale geheugencapaciteit kunt u maximaal 16 GB geheugen op de systeemkaart installeren en configureren voor de snelle tweekanaalmodus.
DIMM-voetjes van geheugen voorzien De systeemkaart bevat vier DIMM-voetjes: twee voetjes per kanaal. De voetjes worden aangeduid met DIMM1, DIMM2, DIMM3 en DIMM4. De voetjes DIMM1 en DIMM2 werken in geheugenkanaal A. De voetjes DIMM3 en DIMM4 werken in geheugenkanaal B.
tweekanaalmodus. De rest wordt toegewezen aan de enkelkanaalmodus. Voor een optimale snelheid moeten de kanalen zodanig worden uitgebalanceerd dat de grootste hoeveelheid geheugen evenredig wordt verdeeld over de twee kanalen. Als één kanaal meer geheugen bevat dan het andere kanaal, moet de grootste hoeveelheid worden toegewezen aan kanaal A.
8. Open beide vergrendelingen van het geheugenvoetje (1) en plaats de geheugenmodule in het voetje (2). Afbeelding 2-11 DIMM installeren OPMERKING: Een geheugenmodule kan slechts in één stand worden geïnstalleerd. Zorg dat de uitsparing op de module aansluit op het lipje van het geheugenvoetje. In het zwarte DIMM1-voetje moet een DIMM zijn geplaatst. Voorzie de voetjes op een dusdanige manier van geheugen dat de geheugencapaciteit zo evenredig mogelijk is verdeeld tussen kanaal A en kanaal B.
Uitbreidingskaarten verwijderen of installeren De computer is voorzien van een PCI-uitbreidingsslot, een PCI Express x1-uitbreidingsslot, een PCI Express x16-uitbreidingsslot en een PCI Express x16-uitbreidingsslot dat is ingesteld als x4-slot. OPMERKING: De PCI- en PCI Express-uitbreidingsslots ondersteunen alleen uitbreidingskaarten met een laag profiel. Een optionele PCI-riserkaart met twee standaard PCI-slots van volledige hoogte is verkrijgbaar bij HP.
4. Haal de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten. VOORZICHTIG: Er staat altijd spanning op de systeemkaart wanneer het systeem is aangesloten op een actief stopcontact, ongeacht of het systeem is in- of uitgeschakeld. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact om schade aan de interne onderdelen van de computer te voorkomen. 5. Als de computer op een standaard is geplaatst, verwijdert u de computer van deze standaard. 6. Verwijder het toegangspaneel. 7.
OPMERKING: Voordat u een geïnstalleerde uitbreidingskaart verwijdert, ontkoppelt u alle kabels van de kaart. a. Als u een uitbreidingskaart in een leeg slot plaatst, verwijdert u op de achterkant van het chassis het bijbehorende afdekplaatje van het uitbreidingsslot. Trek het afdekplaatje recht omhoog en vervolgens van de binnenkant van het chassis af.
b. Als u een standaard PCI-kaart verwijdert, houdt u de kaart aan beide uiteinden vast en beweegt u vervolgens de kaart voorzichtig heen en weer tot deze loskomt uit het voetje. Trek de uitbreidingskaart recht omhoog uit het uitbreidingsslot en beweeg de kaart vervolgens van de binnenkant van het chassis af om de kaart los te maken van het chassis. Pas op dat de kaart niet langs andere onderdelen schuurt. Afbeelding 2-15 Standaard PCI-uitbreidingskaart verwijderen c.
10. Berg de verwijderde kaart op in een antistatische verpakking. 11. Als u geen nieuwe uitbreidingskaart installeert, plaatst u het afdekplaatje om het open slot af te dekken. VOORZICHTIG: Nadat u een uitbreidingskaart heeft verwijderd, moet deze worden vervangen door een nieuwe uitbreidingskaart of door een afdekplaatje, omdat anders de koeling van de interne onderdelen niet goed functioneert. 12.
13. Draai de borgbeugel terug in de normale stand om de uitbreidingskaart vast te zetten. Afbeelding 2-18 Borgbeugel voor uitbreidingskaarten sluiten 14. Sluit indien nodig externe kabels aan op de geïnstalleerde kaart. Sluit interne kabels aan op de systeemkaart, indien van toepassing. 15. Plaats het toegangspaneel van de computer terug. 16. Monteer de eventuele standaard. 17. Sluit het netsnoer weer aan en zet de computer aan. 18.
Tabel 2-3 Schijfposities 1 3,5-inch interne vasteschijfpositie 2 Interne 3,5-inch externe schijfpositie voor optionele schijfeenheden 3 Externe schijfpositie van 5,25 inch voor optionele schijfeenheden (optischeschijfeenheid wordt weergegeven) OPMERKING: De 3,5-inch externe schijfpositie kan worden geconfigureerd met een diskettedrive, een mediakaartlezer of een secundaire interne vaste schijf, die wordt afgedekt door een afdekplaatje.
Schijfeenheden installeren en verwijderen Houd rekening met de volgende richtlijnen als u extra schijfeenheden installeert: ● Zorg ervoor dat de primaire vaste schijf van het type SATA (Serial ATA) is aangesloten op de donkerblauwe primaire SATA-connector op de systeemkaart met de aanduiding SATA0. ● Sluit een SATA-optischeschijfeenheid aan op de witte SATA-connector op de systeemkaart met de aanduiding SATA1.
Afbeelding 2-21 Locatie van extra M3-geleideschroeven voor de optischeschijfeenheid VOORZICHTIG: Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om gegevensverlies en schade aan de computer of de schijfeenheid te voorkomen: Wanneer u een schijfeenheid wilt plaatsen of verwijderen, sluit u het besturingssysteem op de juiste manier af, schakelt u de computer uit en haalt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Schijfeenheidconnectoren op de systeemkaart In de volgende illustratie en tabel wordt een overzicht gegeven van de schijfeenheidconnectoren van de systeemkaart. Afbeelding 2-22 Schijfeenheidconnectoren op de systeemkaart Tabel 2-4 Schijfeenheidconnectoren op de systeemkaart NLWW Nr.
Optischeschijfeenheid verwijderen VOORZICHTIG: Haal alle verwisselbare opslagmedia uit een schijfeenheid voordat u deze uit de computer verwijdert. Ga als volgt te werk om een optischeschijfeenheid te verwijderen: 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals diskettes of cd's, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit.
8. Ontkoppel de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) aan de achterzijde van de optische schijf. Afbeelding 2-24 Gegevenskabel en voedingskabel loskoppelen 9. Kantel de schijfhouder terug in de normale stand. VOORZICHTIG: Let erop dat er geen kabels of snoeren bekneld raken wanneer u de schijfhouder omlaag kantelt.
10. Duw het groene vergrendelingslipje van de vaste schijf (op de linkerzijde van de schijf) omlaag om de schijf uit de schijfhouder los te maken (1). Houd de knop van de schijfhouder ingedrukt en schuif de schijf naar achteren totdat deze niet verder kan en til de schijf uit de schijfpositie (2). Afbeelding 2-26 Optischeschijfeenheid verwijderen OPMERKING: Als u de schijfeenheid weer wilt terugplaatsen, voert u dezelfde procedure in omgekeerde volgorde uit.
8. Plaats twee M3 metrische geleideschroeven in de onderste schroefgaten aan weerszijden van de schijfeenheid. HP heeft vier extra M3 metrische geleideschroeven aangebracht aan de voorkant van het chassis, onder het voorpaneel. De M3 metrische geleideschroeven zijn zwart. Raadpleeg Schijfeenheden installeren en verwijderen op pagina 31 voor een afbeelding van de locatie van de extra metrische geleideschroeven. VOORZICHTIG: Gebruik uitsluitend schroeven met een lengte van 5 mm als geleideschroeven.
10. Kantel de schijfhouder recht omhoog. Afbeelding 2-29 Schijfhouder omhoog draaien 11. Sluit de SATA-gegevenskabel aan op de witte connector op de systeemkaart met de aanduiding SATA1. 12. Leid de gegevenskabel door de kabelgeleiders. VOORZICHTIG: Er zijn twee kabelgeleiders die ervoor zorgen dat de gegevenskabel niet bekneld komt te zitten tegen de schijfhouder wanneer deze omhoog of omlaag wordt verschoven. Eén geleider is aan de onderkant van de schijfhouder geplaatst.
14. Kantel de schijfhouder terug in de normale stand. VOORZICHTIG: Let erop dat er geen kabels of snoeren bekneld raken wanneer u de schijfhouder omlaag kantelt. Afbeelding 2-31 Schijfhouder omlaag kantelen 15. Plaats het toegangspaneel van de computer terug. 16. Monteer de eventuele standaard. 17. Sluit het netsnoer weer aan en zet de computer aan. 18. Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het toegangspaneel.
2. Koppel de drivekabels los zoals is aangegeven in de volgende afbeeldingen: a. Als u een diskettedrive verwijdert, koppelt u de gegevenskabel (1) en de voedingskabel (2) aan de achterkant van de drive los.
b. Als u een mediakaartlezer verwijdert, koppelt u de USB-kabel los van de systeemkaart. Als de mediakaartlezer is voorzien van een 1394-poort, ontkoppelt u de 1394-kabel van de 1394PCI-kaart.
3. Druk op de groene bevestigingsbeugel voor schijfeenheden (1) rechts van de schijfeenheid om de schijfeenheid uit de schijfhouder te ontgrendelen. Houd de bevestigingsbeugel voor schijfeenheden ingedrukt, schuif de schijfeenheid naar achteren tot deze niet meer verder kan en til de eenheid uit de schijfhouder (2).
OPMERKING: Gebruik geleideschroeven om de schijfeenheid in de juiste stand in de schijfhouder te schuiven en vast te zetten. De computer wordt geleverd met extra geleideschroeven voor de externe schijfposities (vier 6-32 schroeven en vier M3 metrische schroeven), die aan de voorkant van het chassis onder het voorpaneel van de computer zijn aangebracht. Voor een secundaire vaste schijf worden 6-32 standaard geleideschroeven gebruikt.
44 5. Plaats de optischeschijfeenheid terug. 6. Plaats het voorpaneel en het toegangspaneel terug. 7. Monteer de eventuele standaard. 8. Sluit het netsnoer weer aan en zet de computer aan. 9. Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het toegangspaneel.
Primaire 3,5-inch interne vaste schijf van het type SATA verwijderen en vervangen OPMERKING: Het systeem biedt geen ondersteuning voor vaste schijven van het type Parallel ATA (PATA). Zorg ervoor dat u van tevoren een backup maakt van de gegevens op de oude vaste schijf, zodat u deze gegevens later op de nieuwe vaste schijf kunt terugplaatsen.
8. Zet de voedingseenheid rechtop. De vaste schijf bevindt zich onder de voedingseenheid. VOORZICHTIG: Als in de computer een Smart Cover Lock (Intelligente computerkapvergrendeling) is geïnstalleerd naast de schijfhouder, leidt u zorgvuldig alle kabels om het Smart Cover Lock-mechanisme heen wanneer u de voedingseenheid optilt, om schade aan de kabels of vergrendeling te voorkomen. Afbeelding 2-38 Voedingseenheid rechtop zetten 9.
10. Druk op de groene ontgrendeling naast de vaste schijf (1). Houd de vergrendeling ingedrukt, schuif de schijfeenheid naar voren tot deze niet meer verder kan en til de eenheid uit de schijfpositie (2). Afbeelding 2-40 Vaste schijf verwijderen 11. Als u een vaste schijf installeert, verwijdert u de zilverkleurige en blauwe 6-32 geleideschroeven met isolatie van de oude vaste schijf en gebruikt u deze voor de nieuwe vaste schijf.
12. Lijn de geleideschroeven uit met de sleuven op de schijfhouder in het chassis, druk de vaste schijf omlaag in de schijfpositie en schuif deze zo ver mogelijk naar achteren tot deze vastklikt. Afbeelding 2-42 Vaste schijf installeren 13. Sluit de gegevenskabel en de voedingskabel aan op de achterkant van de vaste schijf. OPMERKING: Wanneer u de primaire vaste schijf vervangt, zorgt u ervoor dat u de SATA-kabel en de netsnoeren door de kabelgeleider onderaan op het chassis achter de vaste schijf leidt.
Verwisselbare 3,5-inch vaste schijf van het type SATA verwijderen en terugplaatsen Sommige modellen zijn voorzien van een houder voor een verwisselbare vaste schijf van het type SATA in de externe schijfpositie van 5,25 inch. De vaste schijf bevindt zich in een houder die snel en gemakkelijk uit de schijfpositie kan worden verwijderd.
3. Verwijder het plakband waarmee de temperatuursensor aan de bovenkant van de vaste schijf is bevestigd (1) en verwijder de temperatuursensor van de houder (2). Afbeelding 2-44 Temperatuursensor verwijderen 4. Verwijder de vier schroeven aan de onderkant van de houder van de vaste schijf.
5. Schuif de vaste schijf naar achteren om deze los te koppelen van de houder en til deze omhoog uit de houder. Afbeelding 2-46 Vaste schijf verwijderen 6. Plaats de nieuwe vaste schijf in de houder en schuif de eenheid naar achteren zodat deze in de SATA-connector van printplaat van de houder valt. Zorg dat u de connector van de vaste schijf helemaal in de connector van de printplaat van de houder drukt.
7. Plaats de vier schroeven terug in de onderkant van de houder om de vaste schijf te bevestigen. Afbeelding 2-48 Bevestigingsschroeven terugplaatsen 8. Plaats de temperatuursensor zodanig op de bovenkant van de vaste schijf dat het label niet wordt afgedekt (1) en bevestig de temperatuursensor met de plakstrip op de bovenkant van de vaste schijf (2).
9. Schuif het bovenpaneel op de houder (1) en plaats de schroef terug aan de achterkant van de houder om het bovenpaneel te bevestigen (2). Afbeelding 2-50 Bovenpaneel van de houder terugplaatsen 10. Schuif de houder van de vaste schijf in de behuizing en vergrendel deze met de meegeleverde sleutel. OPMERKING: NLWW Als de houder niet is vergrendeld, krijgt de vaste schijf geen voeding.
A Specificaties Tabel A-1 Specificaties Afmetingen van de desktopcomputer (in de desktoppositie) Hoogte 3,95 inch 10,0 cm Breedte 13,3 inch 33,8 cm Diepte 14,9 inch 37,8 cm Geschat gewicht 19 lb 8,6 kg Ondersteund gewicht (maximaal verdeelde belasting in desktoppositie) 77 lb 35 kg In bedrijf 50° tot 95 °F 10 tot 35 °C Niet in bedrijf -22 tot 140 °F -30 tot 60 °C Temperatuurbereik OPMERKING: Tot 3.
Tabel A-1 Specificaties (vervolg) Uitgangsvermogen 50 tot 60 Hz 50 tot 60 Hz 240 W 240 W 4 A bij 100 V wisselspanning 2 A bij 200 V wisselspanning 3,5 A bij 100 V wisselspanning 1,75 A bij 200 V wisselspanning Nominale ingangsstroom (maximum)1 Standaard PS 85% efficiënt PS 1 Dit systeem is voorzien van een voedingseenheid met actieve nominale correctie om schommelingen in de harmonische ingangsstroom te beperken.
B Batterij vervangen De bij de computer geleverde batterij voorziet de real-timeklok van elektriciteit. Gebruik bij vervanging een batterij die gelijkwaardig is aan de oorspronkelijke batterij. De computer wordt geleverd met een 3-volt lithium-knoopcelbatterij. WAARSCHUWING! De computer bevat een lithium-mangaandioxidebatterij. Als u niet op de juiste manier omgaat met de batterij, kan er brand ontstaan en kunt u brandwonden oplopen.
VOORZICHTIG: Er staat altijd spanning op de systeemkaart wanneer het systeem is aangesloten op een actief stopcontact, ongeacht of het systeem is in- of uitgeschakeld. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact om schade aan de interne onderdelen van de computer te voorkomen. 5. Als de computer op een standaard is geplaatst, verwijdert u de computer van deze standaard. 6. Verwijder het toegangspaneel. 7. Bepaal de plaats van de batterij en de batterijhouder op de systeemkaart.
b. Schuif één kant van de nieuwe batterij onder het palletje van de houder, met de pluspool naar boven. Duw de andere kant van de batterij omlaag totdat de klem vastklikt (2). Afbeelding B-2 Knoopcelbatterij verwijderen en vervangen (type 2) Type 3 a. Trek de batterijklem naar achteren (1) en verwijder de batterij (2). b. Plaats de nieuwe batterij en breng de klem weer in de oorspronkelijke stand.
12. Stel de datum en de tijd, de wachtwoorden en eventuele andere speciale systeeminstellingen opnieuw in met behulp van Computer Setup (Computerinstellingen). Raadpleeg hiervoor de handleiding Computerinstellingen. 13. Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het toegangspaneel.
C Externe beveiligingsapparaten OPMERKING: Raadpleeg voor meer informatie over beveiligingsvoorzieningen de handleiding Computerinstellingen, de handleiding Desktop Management en de HP ProtectTools Security Manager Guide (Handleiding HP ProtectTools Security Manager) (alleen bepaalde modellen) op http://www.hp.com. Beveiligingsslot bevestigen De beveiligingsapparaten hieronder en op de volgende pagina's kunnen worden gebruikt om de computer te beveiligen.
Hangslot Afbeelding C-2 Hangslot aanbrengen NLWW Beveiligingsslot bevestigen 61
Beveiligingsslot voor zakelijke personal computers 1. Bevestig de beveiligingskabel met een lus rond een stationair object. Afbeelding C-3 Kabel bevestigen aan een vast object 2. Voer de kabels van het toetsenbord en de muis door het slot.
3. Bevestig het slot met de meegeleverde schroef aan het chassis. Afbeelding C-5 Slot aan het chassis bevestigen 4. Plaats het uiteinde van de beveiligingskabel in het slot (1) en druk de knop in (2) om het slot te vergrendelen. Gebruik de meegeleverde sleutel om het slot te ontgrendelen.
Beveiliging van voorpaneel Het voorpaneel kan worden beveiligd met een door HP geleverde bevestigingsschroef. De bevestigingsschroef bevindt zich op de ventilatorbuis aan de binnenzijde van het chassis. Als u het voorpaneel wilt vergrendelen, verwijdert u de bevestigingsschroef uit de ventilatorbuis (1) en bevestigt u deze door het chassisframe in het voorpaneel (2).
D Elektrostatische ontlading Een ontlading van statische elektriciteit via vingers of andere geleiders kan leiden tot beschadiging van de systeemkaart, uitbreidingskaarten of andere onderdelen die gevoelig zijn voor statische elektriciteit. Dit soort schade kan de levensduur van het apparaat bekorten.
E Richtlijnen voor gebruik, regelmatig onderhoud en voorbereiding voor transport Richtlijnen voor gebruik en regelmatig onderhoud Volg deze richtlijnen om de computer en de monitor op de juiste manier te installeren en te onderhouden: 66 ● Plaats de computer niet in zeer vochtige ruimtes en stel de computer niet bloot aan direct zonlicht of zeer hoge of lage temperaturen. ● Plaats de computer op een stevig, vlak oppervlak.
Voorzorgsmaatregelen voor optische schijfeenheden Neem de volgende richtlijnen in acht wanneer u een optischeschijfeenheid gebruikt of reinigt. Gebruik ● Verplaats de schijfeenheid niet terwijl deze in gebruik is. Dit kan namelijk leiden tot een storing tijdens het lezen. ● Stel de schijfeenheid niet bloot aan plotselinge temperatuurverschillen, aangezien hierdoor condensatie kan optreden.
OPMERKING: Zorg dat alle uitbreidingskaarten goed en veilig vastzitten in de uitbreidingsslots voordat u de computer vervoert. 7. 68 Verpak de systeemonderdelen en externe apparatuur in de originele of een soortgelijke verpakking en gebruik voldoende opvulmateriaal om de apparatuur te beschermen.
Index A Aanbrengen beveiligingsslot 60 Achterkant, onderdelen 4 Afdekplaatje van uitbreidingsslot vervangen 28 verwijderen 26 Audioconnectoren 2, 4 B Batterij vervangen 56 Beveiliging hangslot 61 kabelslot 60 Smart Cover Lock 10 voorpaneel 64 zakelijke personal computers, beveiligingsslot voor 62 C Computer Specificaties 54 Computergebruik 66 D DIMM's.
T Toegangspaneel terugplaatsen 13 vergrendelen en ontgrendelen 10, 60 verwijderen 12 Toetsenbord connector 4 onderdelen 5 Towerconfiguratie 18 Transport voorbereiden 67 verwijderen 14 verwijderen, afdekplaatjes 15 W Windows-logotoets 6 U Uitbreidingskaart installeren 24 locatie van uitbreidingsslots 24 verwijderen 24 Uitgang 4 USB-poorten achterpaneel 4 voorpaneel 2 V Vaste schijf installeren 45 tweede installeren 42 verwijderen 45 Ventilatierichtlijnen 66 Verwijderen afdekplaatjes 15 afdekplaatje van uit