Computer Setup (F10) Utility Guide

Computer Setup
Mogelijkheden van Computer Setup
Met het hulpprogramma Computer Setup (Computerinstellingen) kunt u:
De fabrieksinstellingen wijzigen.
De systeemdatum en -tijd instellen.
De systeemconfiguratie instellen, weergeven, wijzigen of controleren. U kunt onder andere
instellingen wijzigen voor processor, monitor, geheugen, audio, opslag, communicatie en
invoerapparatuur.
De opstartvolgorde wijzigen van schijfeenheden waarvan kan worden opgestart, zoals vaste
schijven, diskettedrives, optische-schijfeenheden of USB-flashapparaten.
Voorkomen dat een apparaat de eenheid opstart.
Zelftests van de vaste schijf uitvoeren.
Temperatuur van de processor en het systeem bekijken.
Het inventarisnummer of eigendomsidentificatienummer invoeren dat door uw bedrijf aan deze
computer is toegekend.
Een supervisorwachtwoord instellen dat de toegang regelt tot het hulpprogramma Computer Setup
(Computerinstellingen) en de instellingen die in dit gedeelte worden beschreven.
Geïntegreerde I/O-functionaliteit beveiligen, waaronder de seriële poorten, USB-poorten en
parallelle poorten, audio en ingebouwde netwerkadapter, zodat deze niet kunnen worden gebruikt
tenzij de beveiliging wordt opgeheven.
De mogelijkheid om op te starten vanaf verwisselbare schijfeenheden in- of uitschakelen.
Schrijftoegang tot oudere typen diskettedrives in- en uitschakelen (indien dit door de hardware
wordt ondersteund).
NLWW Mogelijkheden van Computer Setup 1