Troubleshooting Guide

Problemen bij de installatie van hardware oplossen
Wanneer u een extra schijfeenheid, een uitbreidingskaart of andere hardware toevoegt of verwijdert,
kan het nodig zijn de computer opnieuw te configureren. Wanneer u een Plug and Play-apparaat
installeert, wordt het apparaat automatisch door het besturingssysteem Windows herkend en wordt de
configuratie van de computer automatisch aangepast. Als u een apparaat installeert dat niet compatibel
is met Plug and Play, moet u de computer opnieuw configureren nadat de installatie van de nieuwe
hardware is voltooid. In het besturingssysteem Windows gebruikt u hiervoor de Wizard Hardware
toevoegen. Volg de instructies van de wizard die op het scherm worden weergegeven.
WAARSCHUWING! Wanneer de computer is aangesloten op een stopcontact, wordt de
systeemkaart altijd van stroom voorzien. Beperk het risico van persoonlijk letsel door elektrische
schokken, draaiende ventilators of hete oppervlakken, door de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact te halen en de interne onderdelen van het systeem te laten afkoelen voordat u deze
aanraakt.
Controleer het lampje op de systeemkaart. Als het lampje brandt, staat er nog spanning op het
systeem. Schakel de computer uit en ontkoppel het netsnoer voordat u verdergaat.
Nieuwe apparatuur wordt niet herkend als onderdeel van het systeem.
Oorzaak
Oplossing
Een apparaat is niet goed geïnstalleerd of aangesloten. Controleer of het apparaat goed is aangesloten en of de pinnen
van de connector niet verbogen zijn.
Kabels van nieuwe externe apparatuur zitten los of netsnoeren
zijn niet aangesloten.
Controleer of alle kabels goed zijn aangesloten en of de pinnen
van de kabel of de connector niet verbogen zijn.
Het nieuwe apparaat is niet ingeschakeld. Schakel de computer uit, schakel het externe apparaat in en
schakel vervolgens de computer weer in om het apparaat in
het systeem te integreren.
U heeft de wijzigingen in de configuratie niet geaccepteerd
toen het systeem u hierover informeerde.
Start de computer opnieuw op en volg de instructies voor het
accepteren van de wijzigingen.
Een Plug and Play-kaart wordt mogelijk niet automatisch
geconfigureerd als de standaardconfiguratie een conflict met
andere apparaten veroorzaakt.
Gebruik Apparaatbeheer van Windows om de automatische
instellingen voor de kaart uit te schakelen en een
basisconfiguratie te kiezen die geen conflict met
systeembronnen veroorzaakt. U kunt ook Computer Setup
gebruiken om apparaten opnieuw te configureren of uit te
schakelen en zodoende het conflict op te lossen.
De USB-poorten van de computer zijn uitgeschakeld in
Computer Setup (Computerinstellingen).
Start Computer Setup en schakel de USB-poorten in.
14 Hoofdstuk 2 Problemen oplossen NLWW