Operation Manual
DU
Hoofdstuk 1: Basisinformatie over uw printer 17
Software voor Windows
Gebruik de Normale installatie of Speciale installatie optie voor
het installeren van de HP-software. Het betreft hier meerdere
printerdrivers. (Zie pagina 15 voor meer informatie.)
Let op
Netwerkbeheerders: Als de printer is aangesloten op een netwerk,
moet de printer vóórdat u kunt afdrukken geconfiguureerd worden
voor uw netwerkgebruik vanuit de HP JetAdmin of soortgelijke
netwerksoftware. (Zie de Installatiehandleiding.)
Toegang tot de Windows printerdriver
Configuratie van de driver: kies één van de volgende manieren om
toegang te krijgen tot de driver:
Let op
Instellingen in de printerdriver en uw toepassingsprogramma
hebben voorrang op de bedieningspaneel-instellingen, waarbij de
instellingen in het toepassingsprogramma de printerdriver-instellingen
onderdrukken.
Besturingssysteem
Verander tijdelijk de
instellingen (in een
toepassingsprogramma)
Standaardinstellingen
veranderen (in alle
toepassingprogramma’s)
Windows 95 en
Windows NT 4.0
Klik vanuit het Bestand-menu,
op Afdrukken, en klik dan op
Eigenschappen. (De
daadwerkelijke stappen kunnen
variëren; dit is de meest gebruikte
methode.)
Klik op de Start knop, ga naar
Instellingen en klik dan op
Printers. Klik met de rechter
muisknop op het
printer-pictogram en kies
Eigenschappen.
Windows 3.1x en
Windows NT 3.51
Klik vanuit het Bestand-menu
op Afdrukken, klik op Printers
en klik dan op Opties. (De
daadwerkelijke stappen kunnen
variëren; dit is de meest gebruikte
methode.)
Dubbelklik vanuit het Windows
bedieningspaneel op Printers,
selecteer de printer en klik op
Instellingen.










