User Manual - Windows 8.1
DriveLock-wachtwoord instellen
Ga als volgt te werk om een DriveLock-wachtwoord in te stellen in Computer Setup:
1. Schakel de computer in of start deze opnieuw op en druk vervolgens op esc of houd de
volumeknop ingedrukt als het bericht "Hold the Volume Down button to enter the BIOS Startup
Menu (Houdt de volumeknop ingedrukt om het BIOS-startmenu te openen)" onder aan het
scherm wordt weergegeven.
2. Druk of tik op f10 om Computer Setup te openen.
3. Selecteer met een aanwijsapparaat, met de pijltoetsen of met het aanraakscherm Security
(Beveiliging) > Hard Drive Tools (Hulpmiddelen harde schijf)> DriveLock en volg de instructies
op het scherm.
4. Klik op Wachtwoord DriveLock instellen (wereldwijd).
5. Typ het BIOS-beheerderswachtwoord en volg de instructies op het scherm.
6. Selecteer met een aanwijsapparaat of de pijltoetsen de vaste schijf die u wilt beschermen en
volg de instructies op het scherm.
7. Lees de waarschuwing. Selecteer YES (JA) om door te gaan.
8. Typ een hoofdwachtwoord wanneer u daarom wordt gevraagd en volg de instructies op het
scherm.
9. Typ nogmaals het hoofdwachtwoord wanneer hierom wordt gevraagd en volg de instructies op
het scherm.
10. Typ een gebruikerswachtwoord wanneer u daarom wordt gevraagd en volg de instructies op het
scherm.
11. Typ nogmaals het gebruikerswachtwoord wanneer hierom wordt gevraagd en volg de instructies
op het scherm.
12. Bevestig de DriveLock-beveiliging van de geselecteerde schijfeenheid door DriveLock te typen
in het bevestigingsveld en vervolgens de instructies op het scherm te volgen.
OPMERKING: Bij de DriveLock-bevestiging wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en
kleine letters.
13. Om de wijzigingen op te slaan en Computer Setup af te sluiten, klikt u op het pictogram Save
(Opslaan) in de linkerbenedenhoek van het scherm en volgt u de instructies op het scherm.
– of –
Selecteer Main (Hoofdmenu) > Save Changes and Exit (Veranderingen opslaan en afsluiten) en
volg de instructies op het scherm.
De wijzigingen zijn van kracht zodra de computer opnieuw is opgestart.
72 Hoofdstuk 9 Beveiliging










