Operation Manual
3 Batterijlampje:
● Gaat branden als de geplaatste batterij in de printer wordt opgeladen.
● Gaat knipperen als er een probleem met de batterij is, bijv. als deze defect of te warm of te koud is om op te laden.
4 Toegangsklep cartridge
5 Uitvoersleuf
6 Bedieningspaneel
7 Invoerlade
8 USB hostpoort:
● Hiermee wordt verbinding gemaakt met een USB-ashstation, zodat u foto's hierop kunt afdrukken. Zie Foto's afdrukken
voor meer informatie over het afdrukken van foto's vanaf een USB-ashstation.
● Als de printer is ingeschakeld, kan deze ook worden gebruikt om een mobiel apparaat (zoals een smartphone) op te
laden wanneer deze op de USB-hostpoort is aangesloten.
9 Papierbreedtegeleiders
10 Bovenklep
Ruimte voor printerbenodigdheden
1 Toegangsklep cartridge
2 Vergrendeling van cartridgehendel
3 Cartridge
OPMERKING: De cartridges moeten in de printer blijven om mogelijke problemen met de afdrukkwaliteit of
schade aan de printkop te voorkomen.
6 Hoofdstuk 2 Aan de slag NLWW