HP LaserJet 4200 and 4300 series printer - User Guide

Table Of Contents
158 Bijlage A Menu's van het bedieningspaneel NLWW
Menu Papierverwerking
Indien de instellingen voor papierverwerking correct via het bedieningspaneel van de printer
geconfigureerd zijn, kunt u ze afdrukken door de papiersoort en het papierformaat via de
printerdriver of het toepassingsprogramma te selecteren. Voor meer informatie over het
configureren van papiersoorten en formaten, zie Afdrukken per soort en formaat papier
(vergrendelde laden) op pagina 47. Voor meer informatie over de ondersteunde papiersoorten
en formaten, zie Ondersteunde papierformaten en gewichten op pagina 189 en Ondersteunde
papiersoorten op pagina 193.
Sommige opties in het menu (zoals dubbelzijdig en handinvoer) zijn beschikbaar in het
programma of in de printerdriver (als de juiste driver is geïnstalleerd). De instellingen van het
programma en de printerdriver onderdrukken de instellingen van het bedieningspaneel. Meer
informatie vindt u in Functies van de printerdriver gebruiken op pagina 69.
Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer. In de kolom
Waarden, wordt de standaardwaarde voor elke instelling met een sterretje (*) gemarkeerd.
Optie Waarden Verklaring
FORMAAT ENVELOPINVOER ALLE
*COM10-ENVELOP
MONARCH-ENVELOP
C5-ENVELOP
DL-ENVELOP
B5-ENVELOP
Verschijnt alleen als de optionele envelopinvoer is
geïnstalleerd. Stel de waarde in aan de hand van het
formaat van de enveloppen die op dit moment in de
optionele envelopinvoer geladen zijn.
SOORT ENVELOPINVOER ALLE
*NORMAAL
VOORBEDRUKT
BRIEFPAPIER
GEPERFOREERD
ETIKETTEN
BANKPOST
KRINGLOOPPAPIER
KLEUR
KAARTEN > 64 g/m
2
RUW
Verschijnt alleen als de optionele envelopinvoer is
geïnstalleerd. Stel de waarde in aan de hand van het
formaat van de enveloppen die op dit moment in de
optionele envelopinvoer geladen zijn.
FORMAAT LADE 1 *ALLE
LETTER
LEGAL
EXECUTIVE
A4
A5
ISOB5
JISB5
JEXEC
JPOSTD
16
COM 10-ENVELOP
MONARCH-ENVELOP
C5-ENVELOP
DL-ENVELOP
B5-ENVELOP
AANGEPAST
Stel de waarde in aan de hand van het formaat van het
papier dat op dit moment in lade 1 geladen is.
ALLE: als zowel de soort en het formaat voor lade 1 zijn
ingesteld op ALLE, zal de printer het papier uit lade 1
halen zolang er papier in de lade is geladen.
Een formaat dat afwijkt van ALLE: de printer haalt geen
papier uit deze lade als de soort en het formaat van de
afdruktaak niet overeenkomt met de soort en het
formaat papier dat in deze lade is geladen.
Meer informatie vindt u in Gebruik van lade 1
aanpassen op pagina 47.