HP LaserJet 4200 and 4300 series printer - User Guide
Table Of Contents
- Inhoud
- Info over de documentatie
- Basisinformatie over uw printer
- Afdruktaken
- Overzicht
- De uitvoerbak selecteren
- Documenten nieten
- Laden vullen
- Bepalen welke lade voor het afdrukken wordt gebruikt
- De juiste fusermodus selecteren
- Afdrukken van enveloppen
- Afdrukken op speciaal papier
- Dubbelzijdig afdrukken (optioneleduplexeenheid)
- Functies van de printerdriver gebruiken
- Functie Taakopslag gebruiken
- Beheer en onderhoud van de printer
- Problemen oplossen
- Overzicht
- Storingen verhelpen
- Storingen oplossen van de bovenklep en gedeelten van inktpatronen
- Verhelpen van storingen van de optionele envelopinvoer
- Storingen in de laden verhelpen
- Verhelpen van storingen in de optionele duplexeenheid
- Verhelpen van storingen in de uitvoergedeelten
- Verhelpen van storingen in het fusergedeelte
- Verhelpen van storingen van de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar
- Herhaalde papierstoringen oplossen
- Begrijpen van printerberichten
- Uitleg accessoirelichtjes voor de stapelaar en nietmachine/ stapelaar
- Problemen met afdrukkwaliteit oplossen
- Bepalen van printerproblemen
- Problemen oplossen met de optionele harde schijf
- Problemen oplossen met PS-fouten
- Communiceren met een optionele HPJetdirect printserver
- Klantenservice en - ondersteuning
- Menu's van het bedieningspaneel
- Printergeheugen en uitbreiding
- Printercommando's
- Specificaties
- Overheidsinformatie
- Register

NLWW Verklaring van de syntaxis van PCL 6 en PCL 5e-printercommando’s 183
Escapetekens invoeren
Printercommando’s beginnen altijd met het escape-teken (?).
De onderstaande tabel toont hoe het escape-teken in diverse MS-DOS
®
programma’s ingevoerd
kan worden.
PCL 6 en PCL 5e-lettertypen selecteren
In de lijst met lettertypen van de printer zijn de PCL 6 en PCL 5e-printercommando’s
aangegeven voor het selecteren van lettertypen. (Zie “PS- of PCL-lettertypenlijst” op pagina 88
voor informatie over hoe u de lijst kunt afdrukken.) Hieronder ziet u een voorbeeld uit deze lijst.
Er is één vakje voor variabelen voor het invoeren van symbolensets en één voor het invoeren van
puntgrootte. Deze variabelen moeten worden ingevuld om te voorkomen dat de printer de
standaardinstellingen gebruikt. Mocht u bijvoorbeeld een symbolenset willen gebruiken die
lijntekeningtekens bevat, selecteer dan de symbolenset 10U (PC-8) of 12U (PC-850). Andere
gebruikelijke symbolencodes vindt u in de tabel boven aan de volgende pagina.
DOS-programma Invoer Wat u ziet
Lotus 1-2-3 en Symphony Type \027 027
Microsoft Word voor DOS Houd A
LT
ingedrukt en typ
027
op het
numerieke toetsenbord
WordPerfect voor DOS Typ
<27> <27>
MS-DOS
Edit Houd C
TRL
+ P ingedrukt en druk op E
SC
MS-DOS Edlin Houd C
TRL + V ingedrukt en druk op [ ^[
dBase ?? CHR(27)+"commando" ?? CHR(27)+" "
1 Symboolset
2 Puntgrootte
Lettertypenlijst
1 2










