hp LaserJet 4200 4200n 4200tn 4200dtn 4200dtns 4200dtnsl copyright © 2002 Hewlett-Packard Company gebruik hp LaserJet 4300 http://www.hp.com/support/lj4200 http://www.hp.com/support/lj4300 4300n 4300tn 4300dtn 4300dtns 4300dtnsl *Q2431-90901* *Q2431-90901* QXXXX-909XX Back Cover - A4 Width (8.268 in.) x LETTER Height (11 in.) Front Cover - A4 Width (8.268 in.) x LETTER Height (11 in.
HP LaserJet 4200 en 4300 serie printers Gebruik
Copyrightinformatie Garantie Handelsmerken © Copyright Hewlett-Packard Company 2002 De in dit document besloten informatie kan zonder vooraankondiging gewijzigd worden. Adobe en PostScript zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Hewlett-Packard geeft geen enkele garantie met betrekking tot deze informatie. HEWLETT-PACKARD BIEDT MET NAME GEEN IMPLICIETE GARANTIES VOOR VERKOOPBAARHEID EN/OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Inhoud Info over de documentatie Waar vindt u meer informatie? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 De printer gereedmaken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 Gebruik van de printer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 1 Basisinformatie over uw printer Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De optionele envelopinvoer verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Enveloppen in de optionele envelopinvoer laden . . . . . . . . . . . . . . . . Afdrukken op speciaal papier. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Afdrukken van etiketten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Transparanten afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verhelpen van storingen in het fusergedeelte . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 Verhelpen van storingen van de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Herhaalde papierstoringen oplossen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 110 Begrijpen van printerberichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111 Berichten van bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bijlage B Printergeheugen en uitbreiding Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geheugen installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . De geheugeninstallatie controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bronnen opslaan (permanente bronnen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . EIO-kaarten of apparatuur voor massaopslag installeren . . . . . . . . . . .
Info over de documentatie Waar vindt u meer informatie? Er zijn diverse naslagwerken voor deze printer beschikbaar. Voor aanvullende informatie of een bijgewerkte versie van de gebruikershandleiding, ga naar http://www.hp.com/support/lj4200 of http://www.hp.com/support/lj4300. De printer gereedmaken Beknopte handleiding De Beknopte handleiding (start) bij uw printer bevat informatie over het installeren van uw printer. U kunt een nieuw exemplaar afdrukken vanaf een van de volgende websites: http://www.hp.
Gebruik van de printer Gebruikershandleiding Deze handleiding (gebruiks-), die u nu leest, bevat informatie over het gebruik van de printer en probleemoplossingen. Deze bevat ook ondersteuning, garantie en overheidsvoorschriften. Zie de inhoudsopgave voor een opsomming van de onderwerpen. Online Help De online Help bevat informatie over de printeropties die vanuit de printerdrivers beschikbaar zijn. Toegang tot de online Help vanuit de printerdriver.
1 Basisinformatie over uw printer Overzicht Hartelijk dank voor de aanschaf van een HP LaserJet 4200 serie of 4300 serie printer. Als u dit nog niet gedaan hebt, kunt u de printer installeren aan de hand van de installatie-instructies in de Installatiehandleiding (start) die bij de printer wordt geleverd. Nu de printer geïnstalleerd en gebruiksklaar is, is het verstandig om een paar minuten de tijd te nemen om de printer te leren kennen.
Functies en voordelen van de printer De volgende tabel beschrijft de functies voor de HP LaserJet 4200 serie en de HP LaserJet 4300 serie printer. Opsommingstekens in het blauw geven het verschil aan tussen de twee series. HP LaserJet 4200 serie Snelheid en doorvoer ● ● ● Resolutie ● ● ● Papierverwerking ● ● ● ● ● ● ● Geheugen en processor ● ● Taal en lettertypen ● ● HP LaserJet 4300 serie drukt op papier voor letterformaat tot max.
HP LaserJet 4200 serie Inktpatroon ● ● ● ● Uitbreidbaar ontwerp ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● NLWW HP LaserJet 4300 serie inktpatroon voor 12.000 pagina's. Levert statuspagina met toner gauge, informatie over het gebruikte papierformaat en het aantal afgedrukte pagina's. Patroon hoeft niet geschud te worden. Controleer de aanwezigheid van authentieke HP tonercassettes. ● Twee EIO-sleuven (verbeterde invoer/uitvoer) voor aansluiting op netwerken of andere apparatuur. Uitbreidbaar geheugen tot 416 MB.
Printerconfiguraties De HP LaserJet 4200 serie en 4300 serie printers hebben elk zes modellen: de modellen base, n, tn, dtn, dtns, en dtnsl. De volgende tabel beschrijft de functies van elk model voor iedere serie. HP LaserJet 4200 serie base-model ● ● n-model ● ● ● tn-model ● ● ● dtn-model ● ● ● ● dtns-model ● ● ● ● ● dtnsl-model ● ● ● ● ● HP LaserJet 4300 serie 48 MB RAM, uitbreidbaar tot max. 416 MB één lade voor 100 vel en één voor 500 vel ● 64 MB RAM, uitbreidbaar tot max.
Belangrijke onderdelen van de printer en waar deze zich bevinden In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de basisfuncties van de printer. De accessoires die bij sommige modellen worden geleverd, zoals de stapelaar/nietmachine die bij het model HP LaserJet 4200dtnsl wordt geleverd, worden niet weergegeven. Voor meer informatie over optionele accessoires, zie “Accessoires en benodigdheden” op pagina 15.
Vooraanzicht, lade 1 gesloten 1 3 2 1 Indicator van papierniveau 2 Lade 2 (500 vel) 3 Ladenummers Achteraanzicht 1 6 7 2 8 3 4 5 1 Accessoireklep 2 Toegangsklep voor geheugen (er kan meer dan één DIMM worden geïnstalleerd) 3 EIO-sleuven 4 Parallelle poort 5 Voedingsconnector 6 Fusereenheid (kan worden uitgenomen om vastgelopen papier te verwijderen) 7 Achterste uitvoerbak (rechtstreekse papierbaan) 8 Klep van duplexeenheid (niet geïnstalleerd als een optionele duplexeenheid i
Accessoires en benodigdheden U kunt de mogelijkheden van uw printer vergroten met diverse optionele accessoires en benodigdheden zoals hieronder. Zie het “Bestelinformatie” op pagina 17. Opmerking Gebruik speciaal voor de printer ontworpen accessoires en benodigdheden voor optimale prestaties. De printer ondersteunt twee EIO-kaarten.
De printer verplaatsen De printer is zwaar en moet daarom worden opgetild door twee mensen. Om de printer op te tillen, dient u de hendels aan de zijkanten van de printer vast te pakken. Als de onderzijde van de printer is aangesloten op een optionele accessoire (zoals een lade en invoereenheid voor 500 vel, voor 1500 vel of op opslagkast) moeten de accessoirevergrendelingen worden ontgrendeld voordat u de printer verplaatst.
Bestelinformatie Dit gedeelte bevat informatie over hoe u de accessoires kunt bestellen en het bijbehorende onderdeelnummer. Gebruik uitsluitend onderdelen en accessoires die speciaal voor deze printer zijn ontworpen. Dit gedeelte “Onderdeelnummers” op pagina 18 is gerangschikt naar accessoiretype.
Rechtstreeks bestellen via de printersoftware Via de printersoftware kunt u benodigdheden en accessoires rechtstreeks vanaf de computer bestellen. Voor het gebruik van deze functie zijn drie dingen vereist: ● De software Printerstatus en waarschuwingen moet zijn geïnstalleerd op uw computer. (Gebruik de optie Aangepaste installatie om deze software te installeren.) ● De printer moet zijn aangesloten op uw computer middels een parallelle kabel, een TCP/IPaansluiting of een netwerk.
Geheugen, lettertypen en opslagmedia Artikel Artikelnummer Beschrijving of gebruik SDRAM DIMM (dual inline memory module) ● 8 MB C7842A ● 16 MB C7843A ● 32 MB C7845A ● 64 MB Q9680A ● 128 MB Q9121A Flash DIMM ● 2 MB C4286A ● 4 MB C4287A ● 8 MB C8530A ● 12 MB C7867A Lettertype-DIMM ● Koreaans D4838A ● Eenvoudig Chinees C4293A ● Traditioneel Chinees C4292A EIO-harde schijf Verbetert de mogelijkheden van de printer om grote of ingewikkelde afdruktaken uit te voeren (maximu
Documentatie Artikel Artikelnummer Beschrijving of gebruik print media guide for the HP LaserJet family of printers 5980-8424 ENUS Een handleiding voor het gebruiken van papier en ander afdrukmateriaal met HP LaserJet printers (alleen in het Engels). Voor het downloaden van een bijgewerkte versie van de handleiding voor afdrukmateriaal, ga naar http://www.hp.com/support/lj4200 of naar http://www.hp.com/support/lj4300.
Printerbenodigdheden Artikel Onderdeelnummer en Beschrijving of gebruik waar verkrijgbaar Inktpatronen ● 12.000 pagina's (HP LaserJet 4200 serie) Q1338A ● 18.000 pagina's (HP LaserJet 4300 serie) Q1339A Nietcassette voor 1000 nietjes Q3216A HP LaserJet-papier Voor gebruik met HP LaserJet printers. Geschikt voor briefpapier, HPJ1124/Noord-Amerika hoogwaardige memo’s, juridische documenten, directe mail en HPJ1424/Noord-Amerika correspondentie.
Printerbenodigdheden Artikel Onderdeelnummer en Beschrijving of gebruik waar verkrijgbaar HP Office papier Voor gebruik met alle kantoormachines laser- en inkjetprinters, HPC8511/Noord-Amerika kopieermachines en faxen. Geschikt en Mexico voor het afdrukken van grote HPC3HP/Noord-Amerika hoeveelheden. Specificaties: 84 licht, 2 HPC8514/Noord-Amerika 20 lb (75 g/m ).
Printerbenodigdheden Artikel Onderdeelnummer en Beschrijving of gebruik waar verkrijgbaar HP printerpapier Voor gebruik met HP LaserJet en Inkjet printers. Speciaal ontworpen HPP1122/Noord-Amerika voor kleinere kantoren en kantoren en Mexico aan huis. Zwaarder en helderder dan HPP113R/Noord-Amerika kopieerpapier.
Layout bedieningspaneel 1 11 10 2 KLAAR 3 9 4 8 5 1 Knop TAAK ANNULEREN 2 Klaar-lichtje 3 Gegevens-lichtje 4 Attentie-lichtje 5 Knop PAUZE/DOORGAAN 6 Display van het bedieningspaneel 7 Knop PIJL OMLAAG 8 Knop HELP 9 Knop SELECTEREN 6 7 10 Knop PIJL OMHOOG 11 Knop PIJL TERUG Lichtjes op het bedieningspaneel Lichtje Betekenis Klaar De printer is klaar om af te drukken. Gegevens De printer is bezig met het verwerken van informatie. Attentie Een handeling is vereist.
Knoppen op het bedieningspaneel Toets Functie TAAK ANNULEREN ● Annuleert de afdruktaak waarmee de printer bezig is, maakt de papierbaan vrij en wist alle verwijderbare fouten die veroorzaakt zijn door de geannuleerde taak. De tijd die het annuleren vergt, hangt af van de grootte van de afdruktaak. (Slechts een keer indrukken.) PAUZE/DOORGAAN ● Als de printer met een taak bezig is, stopt u de afdruktaak (pauze).
Afdrukken en wijzigen van menu’s op het bedieningspaneel Om de huidige instellingen te kunnen bekijken voor alle menu’s en opties die op het bedieningspaneel kunnen verschijnen, kunt u een menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken: U kunt de menustructuur desgewenst bij de printer leggen, zodat u de structuur als referentie kunt gebruiken. Voor een complete lijst van de menuopties en mogelijke waarden “Menu's van het bedieningspaneel” op pagina 155.
Accessoirelichtjes Gebruik de volgende tabel voor de interpretatie van de status-lichtjes op de optionele stapelaar voor 500 vel of de stapelaar/nietmachine voor 500 vel. Lichtje Betekent voor accessoire Helder groen ● ● Helder oranje ● De accessoire heeft een fout met betrekking tot de hardware. (Zie “Uitleg accessoirelichtjes voor de stapelaar en nietmachine/stapelaar” op pagina 126.) Knipperend oranje ● Met de accessoire is iets aan de hand en dat vereist uw aandacht.
Printersoftware Windows Software Drivers Windows cliënt Macintosh cliënt Macintosh-software PPD’s HP LaserJet hulpprogramma Netwerk beheerder Windows software Drivers Netwerkbeheerder — Macintosh software PPD’s HP LaserJet hulpprogramma* Lettertypen* * Geen ondersteuning voor de talen Tsjechisch, Japans, Koreaans, Russisch, Vereenvoudigd Chinees, Traditioneel Chinees en Turks. Deze cd-rom van de printer bevat de softwarecomponenten en de drivers voor eindgebruikers en netwerkbeheerders.
Printerdrivers Printerdrivers geven toegang tot de printerfuncties en zorgen dat de computer met de printer kan communiceren (via een printertaal). Controleer in het Leesmij bestand op de CD-ROM welke extra software en ondersteuningstalen beschikbaar zijn. De volgende printerdrivers worden bij de printer geleverd. De meeste drivers zijn beschikbaar op http://www.hp.com/support/lj4200 of http://www.hp.com/support/lj4300.
Software voor onder Windows draaiende computers De CD-ROM bevat printerdrivers en overige programma’s voor Windows computers. Netwerkbeheerders Als de printer via een HP Jetdirect EIO-kaart met het netwerk is verbonden, moet de printer eerst voor dat netwerk worden geconfigureerd voordat u kunt afdrukken. Voor Microsoft en Novell NetWare netwerken kunt u de installatiesoftware van de printer gebruiken.
Toegang krijgen tot de printerdriver van Windows Configuratie van de driver: kies één van de volgende manieren om toegang te krijgen tot de driver: Opmerking Besturingssysteem Verander tijdelijk de instellingen (in een programma) Verander de standaard instellingen (voor alle programma’s) Windows 95, 98, en Me Kies in het menu Bestand Afdrukken en vervolgens Eigenschappen. (De daadwerkelijke stappen kunnen variëren; dit is de meest gebruikte methode.
Software voor Macintosh-computers Het HP-installatieprogramma heeft PPD’s en het HP LaserJet hulpprogramma voor het gebruik met Macintosh computers. De ingebouwde Webserver kan met de Macintosh computers worden gebruikt als de printer op een netwerk is aangesloten. Zie “Software voor netwerken” op pagina 33 voor meer informatie. PPD’s Met PPD’s, in combinatie met de Apple LaserWriter 8 driver voor OS 8 tot 9xx en de PS Converter voor OS X 10.
Software voor netwerken De printersoftware bevat ook een koppeling voor de HP Web Jetadmin software voor het beheer van de printer. Voor een samenvatting van de beschikbare HP netwerkinstallatie en configuratie softwareoplossingen, zie de Beheerdershandleiding HP Jetdirect Printserver (meegeleverd bij de printers die een HP Jetdirect printserver hebben). HP Web Jetadmin software HP Web Jetadmin 6.
● het bekijken van alle apparatuur in uw netwerk ● het configureren van alle apparatuur binnen een groep apparaten ● het creëren van afdrukpaden ● de Intelligent Update geeft LAN-beheerders een eenvoudige manier om onderdelen toe te voegen inclusief nieuwe talen, apparaatondersteuning en plug-in toepassingen zonder het opnieuw installeren van HP Web Jetadmin ● de verbeterde activaregistratie en het verbruik levert uitvoerbare velden zoals printermogelijkheden en datuminstelbare paginatelling ● de
2 Afdruktaken Overzicht In dit gedeelte wordt informatie gegeven over basisafdruktaken, zoals: ● “De uitvoerbak selecteren” op pagina 36 ● “Documenten nieten” op pagina 39 ● “Laden vullen” op pagina 42 ● “Bepalen welke lade voor het afdrukken wordt gebruikt” op pagina 46 ● “De juiste fusermodus selecteren” op pagina 50 ● “Afdrukken van enveloppen” op pagina 51 ● “Afdrukken op speciaal papier” op pagina 57, voor papier zoals briefpapier en transparanten ● “Dubbelzijdig afdrukken (optionele d
De uitvoerbak selecteren De printer heeft deze uitvoerlocaties: de bovenste (standaard) uitvoerbak, de achterste uitvoerbak en de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar. Afdrukken naar de bovenste (standaard) uitvoerbak De bovenste uitvoerbak stapelt het papier op met de voorzijde omlaag, in de juiste volgorde. De bovenste uitvoerbak moet gebruikt worden voor de meeste afdruktaken en voor transparanten. Let erop dat de achterste uitvoerbak is gesloten als u de bovenste uitvoerbak gebruikt.
Afdrukken naar de achterste uitvoerbak De printer drukt altijd af naar de achterste uitvoerbak als deze open is. Papier dat naar deze bak wordt afgedrukt, heeft de afdrukzijde naar boven waarbij de laatste pagina bovenop ligt (omgekeerde volgorde). Afdrukken vanuit lade 1 naar de achterste uitvoerbak geeft de meest rechte papierbaan.
Papieroriëntatie als een nietmachine is geïnstalleerd Als een optionele nietmachine/stapelaar is geïnstalleerd, zal de printer automatisch de afgedrukte afbeeldingen 180° draaien op alle papierformaten, ook als de afdruktaak niet wordt geniet. Als u afdrukt op papier waarbij een bepaalde oriëntatie (zoals briefhoofd, voorbedrukt papier, geperforeerd papier en papier met watermerken) is vereist, let erop dat het papier juist in de lade is geladen.
Documenten nieten De optionele nietmachine/stapelaar kan afdruktaken van max. 15 vel (20-lb papier) nieten. De nietmachine kan papier van letter-, A4 of legal-formaat nieten. ● Papiergewicht kan variëren van 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb). Bij zwaarder papier kan de nietcapaciteit lager zijn dan 15 vel. ● Als de taak die u wilt nieten uit slechts één vel bestaat, of als het meer dan 15 vel bestaat, wordt de taak afgedrukt naar de bak, maar wordt deze niet geniet.
De nietmachine vanaf het bedieningspaneel selecteren Opmerking 1 Druk op SELECTEREN ( )om de menustructuur af te drukken. 2 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( ) om naar APPARAAT CONFIGUREREN te bladeren en druk vervolgens op SELECTEREN ( ). 3 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( en druk vervolgens op SELECTEREN ( ). 4 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( ) om naar NIETMACHINE/STAPELAAR te bladeren en druk vervolgens op SELECTEREN ( ). 5 Gebruik PIJL OMHOOG ( op SELECTEREN ( ).
1 Nietjes bijvullen Vul de nietcassette als het display op het bedieningspaneel het bericht NIETMACHINE BIJNA LEEG (de nietmachine heeft minder dan 70 nietjes) of het bericht NIETMACHINE LEEG (de nietmachine is leeg) weergeeft. Als de nietmachine leeg is, wordt de afdruktaak gewoon verder naar de nietmachine/stapelaar afgedrukt alleen wordt deze niet geniet.
Laden vullen Dit gedeelte beschrijft hoe u de standaard en optionele printerladen vult. 1 Lade 1 vullen Lade 1 is een multifunctionele lade die max. 100 vel papier, 10 enveloppen of 20 systeemkaarten kan bevatten. De standaard printerinstelling is om eerst papier uit lade 1 te halen indien deze is geladen. Om dit te wijzigen, zie “Gebruik van lade 1 aanpassen” op pagina 47.
1 Lade 2 of een optionele lade voor 500 vel laden De lade voor 500 vel kan worden ingesteld voor zes standaardformaten (letter, A4, legal, executive, A5, en JIS B5), alsmede voor vele aangepaste formaten. (Zie “Ondersteunde papierformaten en gewichten” op pagina 189.) De printer stelt de standaardformaten vast als u de ladegeleiders op een standaardformaat instelt en de papierknop op Standaard instelt.
5 5 Laad het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenste, korte kant naar de voorzijde van de lade. VOORZICHTIG Waaier het papier niet uit. Het uitwaaieren kan leiden tot invoerfouten. 6 Let erop dat de stapel papier in alle vier hoeken plat ligt en dat de bovenzijde van de stapel niet boven de maximale papier hoogteindicator komt. 7 Schuif de lade volledig terug in de printer.
1 Een optionele lade voor 1500 vel laden De optionele lade voor 1500 vel kan worden ingesteld voor letter, A4 en legal-formaat. De printer stelt automatisch vast welk formaat geladen is als de ladegeleiders goed zijn ingesteld. 2 Als een optionele nietmachine/stapelaar is geïnstalleerd, zal de printer automatisch de afgedrukte afbeeldingen 180° draaien op alle papierformaten, ook als de afdruktaak niet wordt geniet.
Bepalen welke lade voor het afdrukken wordt gebruikt U kunt selecteren hoe de printer het papier uit de laden haalt. Begrip van ladevolgorde Wanneer de printer een afdruktaak ontvangt, wordt de lade geselecteerd door vergelijking van het vereiste papiersoort en -formaat met het papier dat in de laden is geplaatst. Bij een “autoselectie”-proces zoekt de printer in alle beschikbare laden naar het papier dat voldoet aan de afdruktaak.
Gebruik van lade 1 aanpassen De printer kan worden ingesteld om af te drukken vanuit lade 1 zolang deze geladen is of om alleen af te drukken vanuit lade 1 als specifiek gevraagd wordt om de geladen soort papier. (Zie “Menu Papierverwerking” op pagina 158.) Instelling Verklaring LADE 1 SOORT=WILLEKEURIG LADE 1 FORMAAT= WILLEKEURIG betekent dat de printer meestal eerst papier haalt uit lade 1 tenzij deze leeg of gesloten is.
Voor afdrukken per type en formaat papier 1 Zorg ervoor dat u de laden op de juiste manier van papier voorziet. (Zie de gedeelten over het plaatsen van papier, te beginnen met “Laden vullen” op pagina 42.) 2 Open het menu Papierverwerking op het bedieningspaneel van de printer. Selecteer het papiersoort voor elke lade. Als u niet zeker weet welk soort het is (bijvoorbeeld bankpostpapier of kringlooppapier), kijk dan op het etiket van de verpakking.
Handmatig papier invoeren in lade 1 De functie handinvoer is een andere manier voor het afdrukken op speciaal papier vanuit lade 1. De instelling HANDINVOER op AAN in de printerdriver of op het bedieningspaneel waardoor de printer na elke taak die wordt verzonden, stopt zodat u de tijd heeft op het speciale papier of ander afdrukmateriaal in lade 1 te laden (Zie“HANDINVOER” op pagina 162). Druk op de knop PAUZE/DOORGAAN om door te gaan met afdrukken.
De juiste fusermodus selecteren De printer past automatisch de fusermodus aan gebaseerd op de papiersoort waarop de lade is ingesteld. Bijvoorbeeld, zwaarder papier (zoals kaarten) kan een hogere fusermodus-instelling nodig hebben (zoals HOOG 2) om de toner beter op de pagina te laten hechten, echter transparanten moeten de fusermodus-instelling LAAG hebben om beschadiging van de printer te vermijden.
Afdrukken van enveloppen U kunt ook enveloppen vanuit lade 1 of de optionele envelopinvoer afdrukken. Lade 1 kan max. 10 enveloppen bevatten en ondersteunt standaard of aangepaste formaten. De optionele envelopinvoer kan max. 75 enveloppen bevatten en ondersteunt alleen de standaard envelopformaten. Voor het afdrukken op een willekeurig formaat envelop, dient u erop te letten dat de marges in uw programma minimaal 15 mm (0,6 inch) vanaf de rand van de envelop bedragen.
1 Laden van enveloppen in lade 1 Veel soorten enveloppen kunnen worden afgedrukt vanuit lade 1. De lade kan maximaal 10 enveloppen bevatten. (Zie “Enveloppen” op pagina 197 voor specificaties.) Laden van enveloppen in lade 1 1 Open lade 1, maar trek het verlengstuk niet uit. (Het invoeren van de meeste enveloppen verloopt gemakkelijker zonder het verlengstuk. Voor sommige enveloppen van groot formaat kan het gebruik van het verlengstuk echter nodig zijn.
Automatische envelopinvoer (optionele envelopinvoer) Met de optionele envelopinvoer voert de printer automatisch maximaal 75 enveloppen van standaardformaat in. Zie “Bestelinformatie” op pagina 17 voor het bestellen van een optionele envelopinvoer. ● Druk uitsluitend af op enveloppen die goedgekeurd zijn voor gebruik in de printer. (Zie “Enveloppen” op pagina 197.) ● Voordat u de optionele envelopinvoer gebruikt, let erop dat de printerdriver zodanig is ingesteld dat deze wordt herkend.
1 De optionele envelopinvoer installeren Gebruik deze stappen voor het installeren van de envelopinvoer op de printer. De optionele envelopinvoer installeren 2 1 Open lade 1. 2 Verwijder de plastic kap van de envelopingang op de printer. 3 Plaats de optionele envelopinvoer stevig in de printer totdat deze vastklikt. Trek voorzichtig aan de optionele envelopinvoer om te controleren of deze goed vast zit.
1 De optionele envelopinvoer verwijderen Gebruik deze stappen voor het verwijderen van de envelopinvoer op de printer. De optionele envelopinvoer verwijderen 2 NLWW 1 Druk de ontgrendelingsknop aan de linkerzijde in en trek de optionele envelopinvoer uit de printer. 2 Plaats de plastic klep van de envelopingang op de printer en sluit lade 1.
1 Enveloppen in de optionele envelopinvoer laden Gebruik deze stappen om enveloppen in de optionele envelopinvoer te laden. Enveloppen in de optionele envelopinvoer laden 2 1 Klap de envelopinvoerlade omlaag. Til het envelopgewicht op. 2 Knijp de ontgrendelingshendel in op de linker envelopgeleider en schuif de geleiders uit elkaar. 3 Laad de enveloppen met de afdrukzijde naar boven en de frankeerzijde naar de printer toe (De envelopstapel mag niet hoger zijn dan de pijlen op de geleiders).
Afdrukken op speciaal papier Dit gedeelte beschrijft het afdrukken op papier dat op speciale wijze gehanteerd moet worden.
Afdrukken van etiketten Gebruik uitsluitend etiketten die worden aanbevolen voor gebruik in laserprinters. Zorg dat de etiketten aan de juiste specificaties voldoen. (Zie “Etiketten” op pagina 196.) Ga als volgt te werk: ● Druk een stapel van max. 50 etiketvellen vanuit lade 1 of een stapel van max. 100 etiketvellen vanuit de overige laden. ● Laad etiketten in lade 1 met de afdrukzijde naar boven en de bovenste, korte rand naar de printer toe.
Transparanten afdrukken Gebruik uitsluitend transparanten die worden aanbevolen voor gebruik in laserprinters. Zie “Transparanten” op pagina 196 voor specificaties van transparanten. VOORZICHTIG NLWW ● Open het menu Apparaat configureren op het bedieningspaneel van de printer. In het submenu Afdrukkwaliteit, selecteert u FUSERMODI. Let erop dat de fusermodus is ingesteld op TRANSPARANTEN=LAAG. ● In de printerdriver, stelt u de papiersoort in op Transparanten.
Afdrukken op briefpapier, geperforeerd papier of voorbedrukt papier (enkelzijdig) Bij het afdrukken op papier met een briefhoofd, geperforeerd papier of voorbedrukt papier is het belangrijk om het papier in de juiste inlegstand (oriëntatie) in de lade te leggen. Volg de richtlijnen in dit gedeelte voor het maken van enkelzijdige afdrukken. Zie “Richtlijnen voor afdrukken op beide zijden” op pagina 66 voor richtlijnen met betrekking tot dubbelzijdig afdrukken.
Papier afdrukken op papier met een speciale afwerking Sommige papiersoorten hebben een speciale afwerkingslaag, zoals bankpostpapier en gerimpeld papier. Deze papiersoorten kunnen problemen veroorzaken met betrekking tot de hechting van toner op het papier of de afdrukkwaliteit. Volg deze richtlijnen bij het afdrukken op papier met een speciale afwerking. ● Opmerking Open het menu Apparaat configureren op het bedieningspaneel van de printer.
Op klein formaat, aangepast formaat of zwaar papier Op papier zwaarder dan 120 g/m2 (32 lb) dient alleen vanuit lade 1 op worden afgedrukt. Aangepast papierformaat kan vanuit lade 1, lade 2, of een optionele lade voor 500 vel worden afgedrukt. Opmerking De printer kan tijdens het afdrukken op klein formaat, aangepast formaat of op zwaar papier langzamer afdrukken.
Aanvullende richtlijnen voor klein en smal papier Volg deze aanvullende richtlijnen voor het afdrukken op klein of smal papier: NLWW ● Probeer niet op papier af te drukken dan kleiner is dan 76 mm (3 inch) breed of 127 mm (5 inch) lang ● Om overige problemen en krullen te verminderen, dient u zeer klein aangepast papierformaat uit lade 1 af te drukken naar de achterste uitvoerbak. (Zie “Afdrukken naar de achterste uitvoerbak” op pagina 37.
Instelling voor speciale papierformaten Als aangepast papier geladen is, moeten de formaatinstellingen gekozen worden vanuit het programma (de beste methode), de printerdriver of vanaf het bedieningspaneel van de printer. Om krullen en andere problemen te voorkomen, moet zwaar papier en zeer klein aangepast papierformaat formaat afgedrukt worden vanuit lade 1 naar de achterste uitvoerbak. (Zie “Afdrukken naar de achterste uitvoerbak” op pagina 37.
Dubbelzijdig afdrukken (optionele duplexeenheid) Met de optioneel verkrijgbare duplexeenheid kan de printer automatisch papier dubbelzijdig afdrukken. Dit wordt dubbelzijdig afdrukken genoemd. De optionele duplexeenheid ondersteunt de volgende papierformaten: letter, legal, executive, A4, A5, en JIS B5. De klep van de duplexsleuf bevindt zich aan de achterzijde van de printer en moet worden verwijderd als de optionele duplexeenheid wordt geïnstalleerd.
Richtlijnen voor afdrukken op beide zijden VOORZICHTIG Nooit dubbelzijdig afdrukken op etiketten, transparanten, enveloppen, velijnpapier, aangepaste formaten of papier zwaarder dan 105 g/m2, omdat er dan storingen of beschadigingen aan de printer kunnen optreden. Volg onderstaande richtlijnen: ● Voordat u de optionele duplexeenheid gebruikt, let erop dat de printerdriver zodanig is ingesteld dat deze wordt herkend. (U dient dit slechts een keer in te stellen.
Papieroriëntatie voor dubbelzijdig afdrukken Enkele papiersoorten (zoals briefpapier, voorbedrukt papier, geperforeerd papier en papier met watermerken) vereisen een bepaalde oriëntatie tijdens het dubbelzijdig afdrukken. De optionele duplexeenheid drukt eerst de tweede zijde van het papier af. De juiste oriëntatie van het papier in de laden wordt hieronder weergegeven. Lade 1 Alle andere laden Voor lade 1, laad het papier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenste rand naar u toe.
Afdrukstanden voor dubbelzijdig afdrukken Onderstaande figuur geeft een beeld van de vier verschillende afdrukstanden. Deze opties kunnen worden geselecteerd in de printerdriver (de meest geprefereerde methode) of op het bedieningspaneel van de printer). (Als u het bedieningspaneel gebruikt, gaat u naar het menu Apparaat configureren en vervolgens naar het submenu Afdrukken). Selecteer DUPLEX BINDEN. In het PCL-submenu, selecteert u een instelling voor ORIËNTATIE.) 1. Lange kant, staand 2 2.
Functies van de printerdriver gebruiken Als u vanuit een programma afdrukt, zijn veel printerfuncties beschikbaar in de printerdriver. Zie “Toegang krijgen tot de printerdriver van Windows” op pagina 31 voor toegang tot Windowsprinterdrivers. Opmerking Het is mogelijk dat niet alle printerfuncties aanwezig zijn in alle drivers. Controleer deze drivers op de beschikbare opties. De instellingen in een programma of de printerdriver hebben voorrang boven die op het bedieningspaneel.
Brochures afdrukken Met enkele versies van de printerdriver kunt u het afdrukken van brochures beheren tijdens het dubbelzijdig afdrukken. U kunt Letter, Legal of A4-papier zowel rechts als links inbinden, selecteren. Meer informatie over de functie Brochure afdrukken vindt in de online Help van de printerdriver. Een watermerk afdrukken Een watermerk is een mededeling, zoals “Vertrouwelijk”, die wordt afgedrukt op de achtergrond van elke pagina in een document.
Functie Taakopslag gebruiken De printer ondersteunt vier verschillende functies van taakopslag waarmee afdrukken vanaf het bedieningspaneel van de printer kan worden gestart nadat de afdruktaak vanaf de computer is verzonden: snelkopie, lezen en vasthouden, privé-taak en opgeslagen taak.
Een snelkopieertaak wissen Als u snelkopietaak naar de printer stuurt, worden reeds op de printer aanwezige taken met dezelfde gebruiker en dezelfde taaknaam overschreven. Is er nog geen snelkopieertaak met dezelfde gebruikers- en taaknaam opgeslagen en de printer heeft meer ruimte nodig, dan kunnen reeds opgeslagen taken worden gewist, te beginnen met de oudste. Standaard kunnen 32 snelkopietaken worden opgeslagen. Dit aantal kan worden gewijzigd via het bedieningspaneel van de printer.
Een vastgehouden taak verwijderen Wanneer u een ‘Lezen en vasthouden’- taak naar de printer stuurt, wordt de vorige opgeslagen ‘Lezen en vasthouden’-taak van die gebruiker automatisch overschreven. Is er nog geen ‘Lezen en vasthouden’-taak met dezelfde taaknaam opgeslagen en de printer heeft meer ruimte nodig, dan kunnen reeds opgeslagen taken worden gewist, te beginnen met de oudste. Opmerking Als u de printer uitzet, worden alle opgeslagen taken (snelkopiëren, lezen en vasthouden en privé) gewist.
Een privétaak wissen Een privétaak wordt automatisch gewist nadat de gebruiker deze voor afdrukken heeft vrijgegeven, tenzij de gebruiker de optie Opgeslagen taak in de printerdriver selecteert. (Om een taak op te slaan, moet op de printer een optionele harde schijf zijn geïnstalleerd). Opmerking Als u de printer uitzet, worden alle opgeslagen taken (snelkopiëren, lezen en vasthouden en privé) gewist.
Een afdruktaak opslaan U kunt een afdruktaak naar de optionele harde schijf van de printer downloaden zonder deze af te drukken. Deze afdruktaak kan dan op ieder gewenst moment via het bedieningspaneel van de printer worden afgedrukt. Op deze manier kunt u bijvoorbeeld een formulier, kalender, rooster of boekhoudformulier naar de printer downloaden dat vervolgens door anderen kan worden opgeroepen en afgedrukt.
76 Hoofdstuk 2 Afdruktaken NLWW
3 Beheer en onderhoud van de printer Overzicht Dit gedeelte legt uit hoe u de printer kunt beheren en onderhouden.
Ingebouwde webserver Deze printer is uitgerust met een ingebouwde webserver. Gebruik de standaard webbrowser van uw computer om toegang te krijgen tot de printerinformatie in de ingebouwde webserver, inclusief: ● berichten op het bedieningspaneel van de printer ● niveaus van benodigdheden ● ladeconfiguratie ● menuconfiguratie van bedieningspaneel ● configuratiepagina van de printer ● statuspagina benodigdheden (alleen beschikbaar als u benodigdheden van HP gebruikt).
Ingebouwde webserverpagina’s bekijken De ingebouwde webserver bestaat uit drie delen met gedetailleerde printerinformatie: ● Informatiepagina’s ● Pagina-instellingen ● Netwerkpagina's De onderdelen van de ingebouwde webserver verschijnen met drie tabbladen boven aan het scherm van uw webbrowser. Deze tabbladen zijn onderverdeeld in gedeeltes die zich aan de linkerzijde van de browser bevinden. Klik op het gewenste onderdeel.
Pagina-instellingen Op de pagina-instellingen van de ingebouwde webserver kunt u de printer vanaf uw computer configureren. Deze pagina's kunnen worden beveiligd met een wachtwoord. Overleg altijd met uw netwerkbeheerder alvorens de configuratie van de printer te veranderen. ● Configuratiepagina van het apparaat Op deze pagina kunt u alle printerinstellingen configureren.
E-mailwaarschuwingen configureren U kunt HP Web Jetadmin of de ingebouwde webserver gebruiken om uw systeem in stellen voor het geven van waarschuwingen ingeval van problemen met de printer. De waarschuwingen worden gegeven in de vorm van een e-mailbericht aan het door u opgegeven e-mailadres.
Onderhoud van de inktpatroon Dit gedeelte geeft informatie over de HP inktpatronen, hoe u ze kunt bewaren, hoe u originele patronen kunt identificeren en de verwachting van hun levensduur. De informatie verschijnt ook over inktpatronen die niet van HP zijn. HP inktpatronen Als u een nieuw HP inktpatroon gebruikt, onderdeelnummer Q1338A (patroon voor 12.000 pagina’s voor de HP LaserJet 4200 serie) of Q1339A (patroon voor 18.
ervan uitgegaan dat de tonerdichtheid op 3 is ingesteld en dat de EconoMode uit staat. (Dit zijn tevens de standaardinstellingen. Voor meer details over deze instellingen, zie de beschrijving van ECONOMODE en TONERDICHTHEID in “Submenu Afdrukkwaliteit” op pagina 163.) U kunt de verwachte levensduur te allen tijde via het niveau voor benodigdheden controleren, zoals beschreven in “Het niveau van benodigdheden controleren” op pagina 83.
Behandeling van inktpatroon (schudden) Schud de inktpatroon voorzichtig heen en weer om de toner gelijkmatig in de cassette te verdelen wanneer u voor het eerst een inktpatroon plaatst. Dankzij het ontwerp van de patroon, is dit de enige keer dat u de inktpatroon hoeft te schudden. Condities Patroon bijna leeg en Patroon leeg De printer waarschuwt u als de inktpatroon bijna leeg is of al leeg is (geen toner meer).
De printerconfiguratie controleren Vanaf het bedieningspaneel van de printer kunt u pagina's afdrukken die informatie geven over de printer en zijn huidige configuratie.
Een configuratiepagina afdrukken vanaf het bedieningspaneel 1 Druk op SELECTEREN ( ) om de menustructuur af te drukken. 2 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( vervolgens op SELECTEREN ( ). 3 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( ) om naar CONFIGURATIE AFDRUKKEN te bladeren en druk vervolgens op SELECTEREN ( ). ) om naar INFORMATIE te bladeren en druk Hier volgt een voorbeeld van de configuratiepagina.
Statuspagina benodigdheden De statuspagina van benodigdheden geeft u informatie over de in uw printer geïnstalleerde inktpatroon, de hoeveelheid resterende toner in de patroon en het aantal pagina's en taken die met de patroon zijn verwerkt. Op deze pagina kunt u tevens zien wanneer u het volgende onderhoud dient uit te voeren. (Zie “Uitvoeren van preventief onderhoud” op pagina 93.) Opmerking U kunt ook een statuspagina van benodigdheden afdrukken via de ingebouwde webserver.
PS- of PCL-lettertypenlijst Gebruik de lettertypenoverzichten om te bekijken welke lettertypen in de printer geïnstalleerd zijn. (De lettertypenoverzichten geven ook de lettertypen die op een optionele harde schijf of flash-DIMM zijn opgeslagen.) Een PS- of PCL-lettertypenlijst afdrukken 1 Druk op SELECTEREN ( ) om de menustructuur af te drukken. 2 Gebruik PIJL OMHOOG ( ) of PIJL OMLAAG ( vervolgens op SELECTEREN ( ).
Reinigen van de printer Volg de reinigingsprocedure op de volgende pagina bij het verwisselen van een inktpatroon of bij problemen met de afdrukkwaliteit. Houd de printer zoveel mogelijk vrij van stof en vuil. VOORZICHTIG ● Reining de buitenkant van de printer met een met wat water bevochtigde doek. ● Reinig de printer van binnen met een droge, niet pluizende doek. Gebruik geen reinigingsmiddelen op ammoniakbasis op of rond de printer.
1 Reinig de binnenkant van de printer Gebruik deze stappen om stof en vuil uit de binnenkant van de printer te verwijderen. Reinig de binnenkant van de printer 2 3 1 Schakel de printer uit en verwijder de stekker uit het stopcontact. 2 Open de bovenklep en verwijder de inktpatroon. WAARSCHUWING! Steek uw hand niet te ver in de printer. Het fusergedeelte bevindt zich dichtbij de ruimte voor de tonercassette en dit onderdeel kan bijzonder heet zijn.
De fuser reinigen Voer het reinigingsblad door de printer om de fuser vrij van toner en papierdeeltjes te houden die zich kunnen opstapelen. Door het achterblijven van toner en deeltjes kunnen vlekken op de voorof achterzijde van uw afdruktaken ontstaan. (Zie “Tonervlekken” op pagina 130.) Voor een optimale afdrukkwaliteit raadt HP gebruikers aan om het reinigingsblad na iedere vervanging van een inktpatroon te gebruiken of op vaste in te stellen tijden.
Automatische doorvoer van reinigingsblad Via onderstaande procedure kunt u de printer afstellen op het automatisch afdrukken van reinigingsbladen op door u zelf in te stellen tijdstippen. Indien u reinigingsbladen automatisch wilt doorvoeren dient u ervoor te zorgen dat het geselecteerde papierformaat en de normale papiersoort zich in de printer bevinden. De printer zal geen afdruktaak onderbreken.
Uitvoeren van preventief onderhoud U kunt echter bepaalde onderdelen zelf vervangen als het bericht PRINTERONDERHOUD NODIG verschijnt in het display op het bedieningspaneel van de printer. Zo bent u er zeker van dat u printer optimaal blijft functioneren. Het onderhoudsbericht verschijnt elke 200.000 pagina's. Het bericht kan tijdelijk worden gewist gedurende ongeveer 10.000 pagina’s middels de optie BERICHT ONDERHOUD WISSEN in het submenu Herstellen. (Zie “BERICHT ONDERHOUD WISSEN” op pagina 172.
De nietmachine vervangen 1 De nietmachine verwijderen en vervangen Gebruik deze stappen om een defecte nietmachine in de optionele nietmachine/stapelaar te vervangen. De nietmachine verwijderen en vervangen 2 3 1 De nietmachine bevindt zich aan de rechterkant van de nietmachine/stapelaar. 2 Draai de nietmachine naar de voorzijde van de printer totdat de nietmachine klikt. Houdt de nietmachine in deze geopende positie. 3 Duw op de tab boven op de nietmachine.
6 7 6 Verwijder de nieuwe nietmachine uit de verpakking. 7 Sluit de kabel op de nieuwe nietmachine aan op de nietmachine/ stapelaar. 8 Plaats de pen aan de onderzijde van de nieuwe nietmachine in de opening in de nietmachine/stapelaar. 9 Duw de tab boven op de nietmachine naar beneden en duw de nietmachine in de nietmachine/stapelaar. 10 Draai de nietmachine naar de achterzijde van de printer totdat de nietmachine vastklikt.
96 Hoofdstuk 3 Beheer en onderhoud van de printer NLWW
4 Problemen oplossen Overzicht In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kleinere printerproblemen op kunt lossen. “Storingen verhelpen” op pagina 98 Het komt soms voor dat er tijdens het afdrukken een papierstoring optreedt. In deze paragraaf vindt u aanwijzingen hoe u storingen op de juiste wijze uit de printer moet verwijderen en oplossingen voor het geval dat er papierstoringen blijven optreden. “Begrijpen van Het display op het bedieningspaneel geeft verschillende berichten.
Storingen verhelpen Als een storingsbericht in het display van het bedieningspaneel verschijnt, kijk dan of u vastgelopen papier of ander afdrukmateriaal kunt vinden op de locaties die in het figuur hieronder zijn aangegeven. Bekijk daarna de procedure voor het verhelpen van de storing. Het is mogelijk dat u ook op andere locaties moet zoeken dan in het storingsbericht wordt aangegeven. Als de plaats waar het papier is vastgelopen niet duidelijk is, kijk dan eerst bij de bovenklep onder de inktpatroon.
1 Storingen oplossen van de bovenklep en gedeelten van inktpatronen Gebruik deze procedure voor het oplossen van papierstoringen die optreden tijdens het afdrukproces. Verhelpen van papierstoringen bij de bovenklep en de gedeelten van de inktpatronen 2 1 Open de bovenklep en verwijder de inktpatroon. VOORZICHTIG Stel de inktpatroon niet langer dan enkele minuten bloot aan licht. Zo voorkomt u beschadiging aan de patroon. 3 4 2 Gebruik de groene hendel om de papierinvoerplaat op te tillen.
6 7 100 Hoofdstuk 4 Problemen oplossen 6 Breng de toegangsklep weer aan en sluit lade 1. 7 Plaats de inktpatroon weer in de printer en sluit de bovenklep. 8 Als er nog steeds een storingsbericht wordt weergegeven, betekent dit dat er nog steeds papier vast zit in de printer. Kijk voor de storing op een andere locatie. (Zie “Storingslocaties” op pagina 98.
1 Verhelpen van storingen van de optionele envelopinvoer Dit gedeelte is alleen van toepassing op storingen die optreden als u een optionele envelopinvoer gebruikt. Verhelpen van storingen van de optionele envelopinvoer 2 1 Verwijder eventuele enveloppen uit de optionele envelopinvoer. Haal het envelopgewicht omlaag en licht het verlengstuk op om het te sluiten. 2 Druk op de ontgrendelingsknop op de linker zijde van de optionele envelopinvoer en houd de knop ingedrukt.
Storingen in de laden verhelpen Dit gedeelte beschrijft hoe u storingen in de laden kunt verhelpen. Zie ook “Verhelpen van storingen van de optionele envelopinvoer” op pagina 101. Storingen in lade 1 verhelpen Trek het vastgelopen papier of ander afdrukmateriaal langzaam uit de printer. Als een gedeelte van het papier al de printer is ingetrokken, dient u de instructies te volgen bij “Verhelpen van papierstoringen bij de bovenklep en de gedeelten van de inktpatronen” op pagina 99.
1 Verhelpen van storingen uit de optionele lade voor 1500 vel 1 Open de voorklep van de lade. 2 Indien de rand van het vastgelopen papier zichtbaar is in het invoergedeelte, trek het papier dan langzaam naar beneden toe uit de printer. (Trek het papier niet recht naar buiten, anders scheurt het). Als het papier niet zichtbaar is, kijk dan bij de bovenklep. (Zie “Verhelpen van papierstoringen bij de bovenklep en de gedeelten van de inktpatronen” op pagina 99.
1 Verhelpen van storingen in de optionele duplexeenheid Als u een afdruktaak dubbelzijdig afdrukt en er treedt een storing op, dient u deze procedure te gebruiken om de storing te verhelpen. Verhelpen van storingen in de optionele duplexeenheid 1 Til de optionele duplexeenheid omhoog en trek deze naar voren en verwijder deze vervolgens. 2 Verwijder het papier uit lade 2. (Het is mogelijk dat u daarvoor binnen in de printer moet reiken.
1 Verhelpen van storingen in de uitvoergedeelten Verhelpen van storingen in de uitvoergedeelten 2 1 De achterste uitvoerbak openen. Als het meeste papier nog in de printer zit, is het eenvoudiger om dit via het bovenklepgedeelte te verwijderen. (Zie “Verhelpen van papierstoringen bij de bovenklep en de gedeelten van de inktpatronen” op pagina 99.) 2 Pak beide zijden van het papier en trek het papier langzaam uit de printer. (Er kan losse toner op het papier zitten.
1 Verhelpen van storingen in het fusergedeelte Gebruik deze procedure alleen in de volgende situaties: 2 ● papier is in de fuser vastgelopen en kan niet worden verwijderd uit het gedeelte van de bovenklep of de achterste uitvoerbak. ● er is een pagina gescheurd, terwijl u probeerde om papier uit de fuser te verwijderen. Verhelpen van storingen uit de fuserruimte 1 Schakel de printer uit en verwijder het netsnoer uit de printer. WAARSCHUWING! De fuser is erg heet.
6 6 Verwijder het vastgelopen papier. Indien nodig, til de zwarte plastic geleider boven op de fuser omhoog om toegang te krijgen tot het vastgelopen papier. U kunt ook draaien aan het wieltje aan de zijkant van de fuser om het vastgelopen papier te verwijderen. VOORZICHTIG Gebruik geen scherpe voorwerpen om papier uit het fusergedeelte te verwijderen. Hiermee kunt u de fuser beschadigen. 7 7 Duw de fuser stevig terug in de printer totdat de blauwe hendels aan beide zijden vastklikken.
1 Verhelpen van storingen van de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar Papierstoringen kunnen ook in de optionele stapelaar of optionele nietmachine/stapelaar optreden. Storingen met nieten kunnen alleen in de optionele nietmachine/stapelaar optreden. 2 Verhelpen van papierstoringen van de optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar 1 Aan de achterzijde van de printer, opent u de klep op de stapelaar of nietmachine/stapelaar. 2 Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier.
1 Verhelpen van storingen met nieten in de optionele nietmachine/stapelaar N.B.: Verhelpen van storingen met nieten als het bericht STORING NIETMACHINE verschijnt in het display van het bedieningspaneel. 2 1 Aan de rechterzijde van de nietmachine/stapelaar, draait u de nietmachine naar de voorzijde van de printer totdat de nietmachine open klikt. Trek de blauwe nietcassette naar voren om deze te verwijderen.
Herhaalde papierstoringen oplossen Als het papier vaak vastloopt, probeer dan het volgende: ● Controleer alle plaatsen waar papierstoringen kunnen optreden. (Zie “Storingen verhelpen” op pagina 98.) Het is mogelijk dat er ergens een stukje papier in de printer vastzit. Zelfs een klein stukje afgescheurd papier in het printerpad kan herhaaldelijke papierstoringen veroorzaken. ● Controleer of de laden juist zijn aangepast. (Zie “Laden vullen” op pagina 42.
Begrijpen van printerberichten In de volgende tabel zijn de berichten weergegeven die in het display van het bedieningspaneel van de printer kunnen verschijnen. De printerberichten en hun betekenissen zijn in alfabetische volgorde weergegeven met eerst de genummerde berichten.
Berichten van bedieningspaneel Bericht Uitleg of aanbevolen handeling 10.00.00 GEHEUGENFOUT BENODIGDHEDEN De printer kan de elektronische informatie (e-label) op de inktpatronen niet lezen. Hierdoor kan de printer het aantal afgedrukte pagina’s voor de inktpatroon niet bijhouden. of ● 10.10.00 GEHEUGENFOUT BENODIGDHEDEN ● Open de bovenklep, verwijder de inktpatroon en installeer deze opnieuw. Installeer een nieuwe HP inktpatroon. Voor help druk op 13.XX.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling 22 PARALLEL I/O BUFFER OVERSCHR Er zijn te veel gegevens doorgestuurd naar de parallelle poort. 1. Controleer of er een kabelaansluiting los zit en gebruik een kabel van goede kwaliteit. (Zie “Bestelinformatie” op pagina 17.) Sommige parallelle kabels die niet door HP zijn vervaardigd, missen misschien pinaansluitingen of voldoen misschien om een andere reden niet aan de IEEE 1284 specificatie. 2.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling 53.XY.ZZ PRINTERFOUT Er is een probleem met het printergeheugen. De DIMM die de fout veroorzaakt heeft wordt niet gebruikt. Waarden X en Y geven het volgende aan: Om door te gaan, druk op Taak annuleren of X = DIMM-soort 0 = ROM 1 = RAM Om door te gaan, schakel de Y = apparaatlocatie printer uit en weer aan 0= Intern geheugen (ROM of RAM) 1 tot 4 = DIMM sleuven 1, 2, 3, or 4 ● Het is mogelijk dat u de aangegeven DIMM moet vervangen.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling 60.X PRINTERFOUT Een lade [X] die is geopend of geladen, probeert terug op zijn plaats te komen maar er bevindt zich een blokkering in de lade. Voor help druk op 1. Open de lade, verwijder het papier en verwijder de blokkering. Laad opnieuw het papier en sluit de lade. Let erop dat het papier netjes is gestapeld en dat de geleiders niet te strak tegen het papier zijn geplaatst. Let erop dat de lade volledig in de printer is geschoven en niet is overladen. 2.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling 68.X PERMANENT GEHEUGEN VOL Het permanente geheugen van de printer is vol. Sommige instellingen zijn mogelijk teruggezet op de standaardwaarden Voor help druk op 1. Druk een configuratiepagina af en controleer de printerinstellingen om te bepalen welke waarden gewijzigd zijn. (Zie “Configuratiepagina” op pagina 85.) 2. Zet de printer uit. Houd de knop TAAK ANNULEREN ingedrukt terwijl u de printer aanzet.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling DUPLEXEENHEID FOUT AANGESLOTEN De optionele duplexeenheid is niet correct aangesloten op de printer. 1. Let erop dat u het rechthoekige netsnoer gebruikt die bij de printer is geleverd. Voor help druk op 2. Probeer de optionele duplexeenheid los te koppelen en opnieuw te plaatsen. Zet de printer uit en weer aan. FOUTE AANSLUIT ENV INVOER De optionele envelopinvoer is niet correct aangesloten op de printer.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling SCHIJF TEGEN SCHRIJVN BEVEIL. De EIO-schijf is beveiligd en er kunnen geen nieuwe bestanden naar de schijf worden geschreven. Voor het openen van menu’s druk op ● FOUT DUPLEXEENHEID DUPLEXEENHEID VERWIJDEREN De optionele duplexeenheid heeft een fout geconstateerd. ● Installeer duplexeenheid terwijl de stroom is uitgeschakeld Gebruik Opslagbeheer van het apparaat in HP Web Jetadmin om de schrijfbeveiliging uit te schakelen.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling FUSER INSTALLEREN De fuser is niet goed geplaatst of is verwijderd en moet opnieuw worden geïnstalleerd om door te gaan met afdrukken. Voor help druk op 1. Als de fuser in de printer is geïnstalleerd, verwijder deze en installeer deze opnieuw. Als de fuser niet in de printer zit, dient u deze te installeren. 2. Duw de fuser stevig terug in de printer totdat de blauwe hendels aan beide zijden vastklikken. WAARSCHUWING! De fuser is erg heet.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling PROGRAMMA LADEN [XX] Programma's en lettertypen kunnen in het geheugen van de printer worden opgeslagen. Zodra de printer wordt ingeschakeld, worden deze eenheden naar het RAM geladen. (Het kan even duren voordat deze eenheden naar het RAM zijn geladen. Dit is afhankelijk van de omvang en het aantal eenheden dat wordt geladen.) Het [XX] is een volgnummer dat aangeeft dat het huidige programma wordt geladen.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling PRINTERONDERHOUD NODIG Voor help druk op Na het afdrukken van 200.000 pagina’s vraagt de printer u een normale onderhoudsbeurt uit te voeren. Zie voor het bestellen van de printeronderhoudskit “Bestelinformatie” op pagina 17. Zie “Uitvoeren van preventief onderhoud” op pagina 93 voor onderhoudsinformatie. TAAK VERWERKEN De printer verwerkt de afdruktaak.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling NIETMACHINE BIJNA LEEG Er bevinden zich minder dan 70 nietjes in de nietcassette van de optionele nietmachine/ stapelaar. Afdrukken gaat door totdat de cassette zonder nietjes zit en het bericht NIETMACHINE BIJNA LEEG in het display van het bedieningspaneel verschijnt. Voor help druk op ● NIETMACHINE LEEG Voor help druk op Vervang de nietcassette. Voor meer informatie over het opnieuw plaatsen van de nietcassette, zie “Nietjes bijvullen” op pagina 41.
Bericht Uitleg of aanbevolen handeling LADE [N] SOORT=[XXXX] De printer heeft een taak ontvangen onder de volgende omstandigheden: ● ● het door de taak gevraagde papiersoort is niet beschikbaar in de printer er is papier geplaatst in lade 1 (waarmee de papiersensor van lade 1 wordt geactiveerd). Als u niet op een knop op het bedieningspaneel drukt, verdwijnt het bericht na ongeveer 1 minuut.
Foutberichten van de Mopy-schijf De volgende tabel is een lijst van schijffoutnummers die u kunt tegenkomen op de Collator- of Taakopslag-schijffoutpagina die bij voorkomende fouten wordt afgedrukt. Gebruik de taak Schijftaken om taken vanaf de schijf te verwijderen. Gebruik Opslagbeheer van het apparaat in HP Web Jetadmin om de schijf te initialiseren. Foutnummer 1 Omschrijving Oplossing Schijfvolume niet aanwezig - is mogelijk niet geïnitialiseerd.
Foutnummer 59 Omschrijving Oplossing Het maximum aantal directory's is bereikt. Voor het aantal mappen dat op een schijf kan worden geplaatst, geldt een maximum. Opgeslagen taken worden bewaard in mappen die voor elke gebruiker worden gemaakt. Los dit probleem als volgt op: ● ● 70 NLWW Schijffout. Wis alle taken die voor een gebruiker zijn opgeslagen. De firmware verwijdert automatisch de map voor gebruikers die geen opgeslagen taken hebben. Wis andere directory's op de harde schijf.
Uitleg accessoirelichtjes voor de stapelaar en nietmachine/ stapelaar De volgende tabel accessoire (zoals de stapelaar of nietmachine/stapelaar)-fouten die door de accessoirelichtjes worden weergegeven in het display op het bedieningspaneel van de printer. Accessoirelichtjes Lichtje Uitleg en oplossing Helder groen ● ● ● ● De accessoire is op de netvoeding aangesloten en klaar. De nietmachine is bijna leeg. NIETMACHINE BIJNA LEEG verschijnt in het display op het bedieningspaneel.
Accessoires of accessoireonderdelen vervangen Als u het probleem dat wordt aangegeven door de accessoirelichtjes van de stapelaar of nietmachine/stapelaar niet kunt oplossen, neem dan contact op met HP Klantenondersteuning. (Zie “Contact opnemen met HP” op pagina 148.
Problemen met afdrukkwaliteit oplossen Dit gedeelte helpt u bij het herkennen van problemen met de afdrukkwaliteit. Tevens wordt hier beschreven wat u kunt doen om dergelijke problemen te verhelpen. Vaak kunnen problemen met de afdrukkwaliteit vrij eenvoudig worden verholpen door uw printer correct te onderhouden, materiaal te gebruiken dat voldoet aan de HP specificaties of een reinigingsblad door de printer heen te voeren.
Zie “Omkrullen of golven” op pagina 133 Zie “Kreukels en vouwen” op pagina 133 Zie het “Lijnen met vegen” op pagina 134. Zie het “Vage afdruk” op pagina 134. Zie “Verticale witte strepen” Zie “Bandensporen” op op pagina 133 pagina 133 Zie “Witte vlekken op zwart” op pagina 134 Lichte afdrukken (deel van de pagina) 1 Controleer of de inktpatroon op de juiste wijze is geïnstalleerd. 2 Het tonerniveau in de inktpatroon kan te weinig inkt bevatten. Vervang de inktpatroon.
Tonervlekken Na een papierstoring kunnen er tonervlekken op een pagina verschijnen. 1 Druk nog een aantal pagina's af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Reinig de binnenkant van de printer en voer handmatig een reinigingsblad door de printer heen om de fuser te reinigen. (Zie “Reinigen van de printer” op pagina 89 en “Handmatige doorvoer van reinigingsblad” op pagina 91.
Grijze achtergrond 1 Gebruik geen papier dat reeds door de printer is gevoerd. 2 Probeer een ander papiersoort te gebruiken. 3 Druk nog een aantal pagina's af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 4 Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer het papier 180° te draaien. 5 Open het menu Apparaat configureren op het bedieningspaneel van de printer. In het submenu Afdrukkwaliteit, verhoogt u de instelling TONERDICHTHEID.
Herhaalde defecten 1 Druk nog een aantal pagina's af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Als de afstand tussen de defecten 38 mm (1,5 inches) of 94 mm (3,76 inches) bedraagt, moet waarschijnlijk de inktpatroon worden vervangen. 3 Reinig de binnenkant van de printer en voer handmatig een reinigingsblad door de printer heen om de fuser te reinigen. (Zie “Reinigen van de printer” op pagina 89 en “Handmatige doorvoer van reinigingsblad” op pagina 91.
Omkrullen of golven 1 Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer het papier 180° te draaien. 2 Controleer of de papiersoort en –kwaliteit voldoet aan de HP specificaties. (Zie “Papierspecificaties” op pagina 188.) 3 Controleer of de aan de omgevingseisen van de printer is voldaan. (Zie “Printerspecificaties” op pagina 199.) 4 Probeer naar een andere uitvoerbak af te drukken.
Witte vlekken op zwart 1 Druk nog een aantal pagina's af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Controleer of de papiersoort en –kwaliteit voldoet aan de HP specificaties. (Zie “Papierspecificaties” op pagina 188.) 3 Controleer of de aan de omgevingseisen van de printer is voldaan. (Zie “Algemene specificaties” op pagina 201.) 4 Vervang de inktpatroon. Lijnen met vegen 1 Controleer of de papiersoort en –kwaliteit voldoet aan de HP specificaties.
Bepalen van printerproblemen Problemen oplossen - Stroomdiagram Als de printer niet op de juiste wijze reageert, gebruik dan het stroomdiagram om het probleem te bepalen. Als de printer niet naar de volgende stap gaat, volg dan de overeenkomstige suggesties voor het oplossen van het probleem. Als het probleem na het opvolgen van de suggesties in deze gebruikershandleiding nog niet is opgelost, neem dan contact op met een officiële HP dealer of ondersteuningsdienst.
2 Kunt u een configuratiepagina afdrukken? (Zie “Configuratiepagina” op pagina 85.) JA Ga naar stap 3. NEE Er wordt geen configuratiepagina afgedrukt. ● ● Controleer of alle laden op de juiste wijze in de printer zijn gevuld, ingesteld en geïnstalleerd. Controleer vanaf de computer de afdrukwachtrij of de afdrukspooler om te zien of de printer gepauzeerd is. Als er problemen zijn met de huidige afdruktaak of als de printer gepauzeerd is wordt geen configuratiepagina afgedrukt.
3 Kunt u afdrukken vanuit een programma? Ga naar stap 4. JA NEE De taak drukt niet af. ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● Als de taak niet afdrukt en er een bericht wordt weergegeven op het bedieningspaneel, zie “Begrijpen van printerberichten” op pagina 111. Controleer vanaf de computer of de printer het afdrukken heeft onderbroken. Druk op de knop PAUZE/DOORGAAN om door te gaan. Als de printer op een netwerk is aangesloten, moet u controleren of naar de juiste printer wordt afgedrukt.
4 Drukt de taak af volgens verwachting? Ga naar stap 5. JA NEE Afdruk is vervormd of er wordt slechts een gedeelte van de pagina afgedrukt. ● ● ● ● ● ● Controleer of u de juiste printerdriver gebruikt. (Zie “Kies de juiste printerdriver voor uw specifieke behoeften” op pagina 30.) Het gegevensbestand dat naar de printer verstuurd is, kan beschadigd zijn. Probeer af te drukken op een andere printer (indien mogelijk) om dit uit te proberen of probeer een ander bestand.
5 Selecteert de printer de juiste laden en papierverwerkingsaccessoires? JA Raadpleeg voor andere problemen de inhoudsopgave, de index of de online-Help van de printerdriver. NEE De printer laadt vanuit de verkeerde lade. ● ● ● ● ● Controleer of u het juiste afdrukmateriaal in de juiste lade hebt geladen. (Zie “Bepalen welke lade voor het afdrukken wordt gebruikt” op pagina 46.) Zorg dat de laden juist zijn geconfigureerd voor het papierformaat en het papiertype.
Problemen oplossen - Stroomdiagram voor Macintoshgebruikers 1 Kunt u afdrukken vanuit een programma? Ga naar stap 2. JA NEE De Macintosh computer communiceert niet met de printer. ● ● ● ● ● ● Controleer of KLAAR in het display verschijnt op het bedieningspaneel. (Zie de eerste pagina van “Problemen oplossen - Stroomdiagram” op pagina 135.) Controleer of de juiste printerdriver is geselecteerd in het linkergedeelte van de Kiezer (OS 9) of het Afdrukcentrum (OS X).
2 Wordt de taak volgens verwachting afgedrukt? JA Raadpleeg voor andere problemen de inhoudsopgave, de index of de online-Help van de printer. NEE De afdruktaak is niet naar de gewenste printer gestuurd. ● Een andere printer met dezelfde of een soortgelijke naam kan de afdruktaak hebben ontvangen. Controleer of de printernaam overeenkomt met de geselecteerde naam in de Kiezer (OS 9) of het Afdrukcentrum (OS X). (Zie “Een andere PPD selecteren” op pagina 142.) De afdruktaak heeft onjuiste lettertypen.
Een andere PPD selecteren 1 Open de Kiezer (OS 9) of het Afdrukcentrum (OS X) in het menu Apple. 2 Klik op het pictogram LaserWriter 8. 3 Als u in een netwerk met meerdere zones bent, selecteert u in het vak AppleTalk-zones de zone waarin de printer zich bevindt. 4 Klik op de naam van de printer die u wilt gebruiken in het Selecteer een PostScript-printer kader. (Dubbelklikken leidt onmiddellijk tot de volgende stappen.) 5 Klik op Setup.
Problemen oplossen met de optionele harde schijf Optie Verklaring De printer herkent de optionele harde schijf niet. Zet de printer uit en controleer of de harde schijf correct is geïnstalleerd en goed vastzit in de sleuf. Druk een configuratiepagina af om te controleren of de optionele harde schijf herkend is. (Zie “Configuratiepagina” op pagina 85.) U ontvangt het bericht: SCHIJFFOUT.
Problemen oplossen met PS-fouten Optie Verklaring In plaats van uw PS-afdruktaak wordt een tekstlijst van PSopdrachten afgedrukt. De instelling PERSONALITY=AUTO op het bedieningspaneel is mogelijk misleid door een afwijkende PS-code. Controleer de PERSONALITY instelling (in het submenu Systeeminstellingen van het menu Apparaat configureren) om te controleren of de instelling op PS of PCL is ingesteld. (Zie “PERSONALITY” op pagina 168.) Als de instelling PCL is, zet deze dan op PERSONALITY=AUTO.
Communiceren met een optionele HP Jetdirect printserver Als de printer is uitgerust met de optionele HP Jetdirect printserver en u krijgt via het netwerk geen contact met de printer, ga dan na of de printserver wel goed werkt. ● Controleer de configuratiepagina van HP Jetdirect. Voor het afdrukken, zie “Configuratiepagina” op pagina 85.
146 Hoofdstuk 4 Problemen oplossen NLWW
5 Klantenservice en ondersteuning Inleiding Dit gedeelte bevat informatie over het bestellen van benodigdheden en het contact opnemen met HP. Het bevat ook informatie over garantie, opnieuw verpakken en de licentie-overeenkomst voor software. Onderdelen en benodigdheden bestellen Dit gedeelte geeft informatie over rechtstreeks bestellen van onderdelen, benodigdheden en documentatie bij HP. Onderdelen In de V.S., bestelt u vervangende onderdelen op http://www.hp.com/hps/parts of op http://partsurfer.hp.
Contact opnemen met HP Dit gedeelte geeft informatie over hoe u contact kunt opnemen met HP voor productondersteuning (via Internet of telefoon) of voor aanvullende service en uitgebreide ondersteuning. Het bevat ook informatie over contact opnemen met de fraude hotline van HP als u in de veronderstelling verkeerd dat de aangeschafte benodigdheden van HP geen originele HP benodigdheden zijn.
Uitgebreide service en ondersteuning verkrijgen U kunt ook uitgebreide serviceovereenkomsten of ondersteuningspakketten voor uw HP product krijgen. HP serviceovereenkomsten Voor het verkrijgen van een HP serviceovereenkomst, ga naar http://www.hp.com. In het veld Select your country/region boven aan, selecteert u uw land/regio en klikt u op het gedeelte Ondersteuning. U kunt ook contact opnemen met uw geautoriseerde HP-dealer.
Garantie-informatie Zie “Hewlett-Packard beperkte garantieverklaring” op pagina 151 en “Beperkte garantie voor de gebruiksduur van de inktpatroon” op pagina 152 voor garantie-informatie. U kunt ook garantievoorwaarden op Internet vinden. (Zie “Ondersteuning verkrijgen” op pagina 148.) Voor service tijdens en na de garantieperiode, kunt u de volgende bronnen gebruiken: ● Als de printerapparatuur tijdens de garantieperiode defect raakt, ga naar http://www.hp.com/support/lj4200 of http://www.hp.
Hewlett-Packard beperkte garantieverklaring HP-PRODUCT DUUR VAN DE GARANTIE HP LaserJet 4200, 4200n, 4200tn, 4200dtn, 4200dtns, en 4200dtnsl 1 jaar na aanschafdatum – terugsturen voor reparatie HP LaserJet 4300, 4300n, 4300tn, 4300dtn, 4300dtns, en 4300dtnsl 1 jaar na aanschafdatum – terugsturen voor reparatie 1.
Beperkte garantie voor de gebruiksduur van de inktpatroon Opmerking Onderstaande garantie is van toepassing op de inktcartridge die bij deze printer is geleverd. Deze garantie vervangt alle voorgaande garanties (19 Juli 1996). Voor dit HP-product wordt gegarandeerd dat deze vrij is van materiaal- en constructiefouten tot aan het einde van de levensduur. (Op het bedieningspaneel van de printer verschijnt het bericht PATROON BESTELLEN dat aangeeft dat het einde van de levensduur is bereikt).
Service-informatieformulier WIE STUURT HET PRODUCT TERUG? Datum: Contactpersoon: Tel.: ( ) Bij geen gehoor: Tel.: ( ) Adres voor retourzending: Speciale verzendinstructies: WAT WORDT ER VERZONDEN? Modelnaam: Modelnummer: Serienummer: Zend eventuele relevante afdrukken mee bij het retourneren van de apparatuur. Stuur GEEN accessoires mee die niet nodig zijn voor de reparatie (handleidingen, reinigingsmiddelen enz.). WAT MOET ER WORDEN GEDAAN? (Geef zo nodig uitleg op een apart blad.) 1.
Licentievoorwaarden van HP software ATTENTIE HET GEBRUIK VAN DE SOFTWARE IS ONDERHEVIG AAN DE HIERONDER UITEENGEZETTE VOORWAARDEN VAN DE HP GEBRUIKSRECHTOVEREENKOMST. UIT HETGEBRUIK VAN DE SOFTWARE BLIJKT UW AANVAARDING VAN DE VOORWAARDEN VAN DEZE GEBRUIKSRECHTOVEREENKOMST. INDIEN U DE VOORWAARDEN VAN DEZE GEBRUIKSRECHTOVEREENKOMST NIET AANVAARDT, EN DE SOFTWARE MET EEN ANDER PRODUCT IS GECOMBINEERD, KUNT U HET GEHELE ONGEBRUIKTE PRODUCT RETOURNEREN EN ONTVANGT U VOLLEDIGE TERUGBETALING.
A Menu's van het bedieningspaneel Overzicht U kunt de meeste routine-afdruktaken in de computer uitvoeren via het programma of de driver van de printer. Deze twee methoden zijn de gemakkelijkste bedieningswijzen van de printer en zullen de instellingen van het bedieningspaneel vervangen. Zie het Help-bestand van uw programma of voor meer informatie over toegang tot de printerdriver, zie “Toegang krijgen tot de printerdriver van Windows” op pagina 31.
Menu Taak ophalen Dit menu geeft een lijst van de opgeslagen taken in de printer weer en geeft toegang tot alle functies van Opgeslagen taken. U kunt deze taken via het bedieningspaneel van de printer afdrukken of verwijderen. Zie “Een privétaak afdrukken” op pagina 73 en “Een afdruktaak opslaan” op pagina 75 voor meer informatie over het gebruik van dit menu. Opmerking Als er geen optionele harde schijf is geïnstalleerd worden alle opgeslagen taken verwijderd zodra u de printer uitschakelt.
Informatiemenu Dit menu bevat pagina's met printerinformatie over de printer en de printerconfiguratie. Voor het afdrukken van een informatiepagina dient u naar de gewenste pagina te bladeren en op SELECTEREN ( ) te drukken. Optie Verklaring MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN In de menustructuur worden de lay-out en de huidige printerinstellingen van de menuopties van het bedieningspaneel weergegeven. Meer informatie vindt u in ““De printerconfiguratie controleren” op pagina 85.
Menu Papierverwerking Indien de instellingen voor papierverwerking correct via het bedieningspaneel van de printer geconfigureerd zijn, kunt u ze afdrukken door de papiersoort en het papierformaat via de printerdriver of het toepassingsprogramma te selecteren. Voor meer informatie over het configureren van papiersoorten en formaten, zie “Afdrukken per soort en formaat papier (vergrendelde laden)” op pagina 47.
Optie Waarden Verklaring TYPE LADE 1 *ALLE NORMAAL VOORBEDRUKT BRIEFPAPIER TRANSPARANTEN GEPERFOREERD ETIKETTEN BANKPOST KRINGLOOPPAPIER KLEUR KAARTEN > 64 g/m2 RUW Stel de waarde in aan de hand van het formaat van het papier of overig afdrukmateriaal dat op dit moment in lade 1 geladen is. FORMAAT LADE 2 *LETTER LEGAL A4 EXECUTIVE A5 ISO B5 AANGEPAST Stel de waarde in die overeenkomt met het papierformaat dat op dit moment in de gespecificeerde lade is geladen.
Optie Y-AFMETING Waarden Verklaring 5,0 tot 14,00 INCHES Stel de lengtemaat van het papier in (gemeten van voorkant naar achterkant in de lade). 127 tot 356 MM Nadat de waarde van de Y-AFMETING is geselecteeerd, verschijnt er een overzichtsscherm. Dit venster bevat een samenvatting van de informatie met alle gegevens die in de vorige drie vensters zijn ingevoerd, zoals FORMAAT LADE 1=8,50 x 14 INCHES, INSTELLINGEN OPGESLAGEN.
Menu Apparaat configureren Dit menu bevat beheerfuncties Submenu afdrukken Sommige opties in het menu zijn beschikbaar in het programma of in de printerdriver (als de juiste driver is geïnstalleerd). De instellingen van het programma en de printerdriver onderdrukken de instellingen van het bedieningspaneel. In het algemeen is het beter om deze instellingen te wijzigen in de printerdriver, indien van toepassing. Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer.
Optie Waarden Verklaring DUPLEX BINDEN *IN LENGTE IN BREEDTE Wijzigt de bindrand voor dubbelzijdig afdrukken Deze menuoptie verschijnt als een optionele duplexeenheid op de printer is geïnstalleerd en DUPLEX=AAN. A4/LETTER NEGEREN *NEE JA Hiermee kan de printer een A4-formaat afdruktaak afdrukken op een letter-formaat papier als er geen A4papierformaat in de printer is geladen (of vice versa). HANDINVOER *UIT AAN Voer het papier handmatig in vanuit lade 1 in plaats van automatisch uit een lade.
Optie Waarden Verklaring LETTERTYPENUMMER *0 tot 999 De printer wijst aan elke lettertype één nummer toe aan elk lettertypen en geeft deze nummers weer in de PCL-lettertypenlijst. Het nummer van het lettertype verschijnt in de kolom Lettertypenummer van het overzicht. TEKENS PER INCH 0,44 tot 99,99 (*10,00) Selecteer het aantal tekens per inch van het lettertype. Het is mogelijk dat deze optie niet verschijnt afhankelijk van het geselecteerde lettertype.
Optie LADE AANPASSEN [N] Waarden Verklaring -20 tot 20 (*0) Stel de registratie voor de gespecificeerde lade in, waarbij [N] het nummer van de lade is. Voor elke lade die is geïnstalleerd, verschijnt een keuze en de registratie moet voor elke lade worden ingesteld. X1-Shift X2-Shift Y-Shift X1-SHIFT: Registratie van de afbeelding op het papier van zijkant naar zijkant, als het papier in de lade is geplaatst. Voor dubbelzijdig afdrukken is dit de tweede zijde (achterkant) van het papier.
Optie OPTIMALISEREN HERSTELLEN RESOLUTIE Waarden Verklaring Er is geen waarde die u kunt selecteren. Herstellen van de standaardinstellingen voor optimale instellingen. 300 600 *FASTRES 1200 PRORES 1200 Selecteer de resolutie Alle waarden worden met dezelfde snelheid afgedrukt. 300: Produceert kladkwaliteit en kan worden gebruikt voor compatibiliteit met de HP LaserJet III printers. 600: Produceert een hoge afdrukkwaliteit en kan worden gebruikt voor compatibiliteit met de HP LaserJet 4 printers.
Optie Waarden Verklaring TONERDICHTHEID 1 2 *3 4 5 Maakt de afdruk lichter of donkerder door instelling van de tonerdichtheid te wijzigen. Selecteer een instelling tussen de 1 (licht) en de 5 (donker). De standaardinstelling 3 geeft meestal de beste resultaten. Opmerking Het is beter om de tonerdichtheid vanuit het programma of de printerdriver in te stellen. (De instellingen van het programma en de printerdriver onderdrukken de instellingen van het bedieningspaneel.
Submenu Systeeminstellingen Opties in dit menu zijn afhankelijk van het printergedrag. U kunt de printer naar wens configureren. Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer. In de kolom Waarden, wordt de standaardwaarde voor elke instelling met een sterretje (*) gemarkeerd. Optie Waarden Verklaring BEPERKING TAAKOPSLAG 1 tot 100 (*32) Geeft het aantal snelkopieertaken aan dat kan worden opgeslagen op de printer.
Optie Waarden Verklaring PERSONALITY *AUTO PS PCL Selecteert de standaard printertaal (personality). Welke waarden mogelijk zijn hangt af van de in de printer geïnstalleerde geldige waarden. In principe hoeft u de printertaal niet te wijzigen. Als u de printer op een specifieke printertaal instelt, schakelt hij niet automatisch van de ene taal naar de andere over, tenzij specifieke softwarecommando's naar de printer worden gestuurd.
Optie Waarden Verklaring PATROON LEEG STOP *DOORGAAN Stelt vast hoe de printer reageert als de inktpatroon leeg is. STOP: De printer stopt met afdrukken totdat u de inktpatroon heeft vervangen. DOORGAAN: De printer gaat door met afdrukken en het bericht PATROON VERVANGEN verschijnt totdat u de inktpatroon vervangt. HP garandeert de afdrukkwaliteit niet als u DOORGAAN selecteert als het bericht PATROON VERVANGEN is verschenen.
Optie NIETJES Waarden Verklaring *GEEN EEN Bepaalt of de afdruktaken worden geniet of niet. GEEN: Uitschakelen van het nieten. EEN: Inschakelen van het nieten. Opmerking Het selecteren van de nietmachine op het bedieningspaneel van de printer wijzigt de standaardinstelling van het nieten. Het is mogelijk dat alle afdruktaken worden geniet.
I/O-submenu De opties in het I/O-menu (invoer/uitvoer) beïnvloeden de communicatie tussen de printer en de computer. De inhoud van het I/O-submenu is afhankelijk van welke EIO-kaart is geïnstalleerd. Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer. In de kolom Waarden, wordt de standaardwaarde voor elke instelling met een sterretje (*) gemarkeerd. Optie Waarden Verklaring I/O-TIMEOUT 5 tot 300 (*15) Selecteer de I/O timeout-periode in seconden.
Optie VERBINDINGSSNELHEID Waarden Verklaring *AUTO 10T HALF 10T VOL 100TX HALF 100TX VOL Selecteer de verbindingssnelheid van het netwerk (10 of 100 Mbps) en de communicatiemodus (vol-duplex of half-duplex). Submenu herstellen Opties in het submenu Herstellen gelden voor het herstellen van de standaardinstellingen en het wijzigen van instellingen zoals PowerSave. Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer.
Menu Diagnose Beheerders kunnen dit submenu gebruiken om onderdelen te isoleren en problemen met storingen en afdrukkwaliteit op te lossen. Het volgende gedeelte geeft een lijst met instellingen en mogelijke waarden weer. In de kolom Waarden, wordt de standaardwaarde voor elke instelling met een sterretje (*) gemarkeerd. Optie Waarden Verklaring LOGBESTAND AFDRUKKEN Er is geen waarde die u kunt selecteren. Druk op SELECTEREN ( ) om een lijst te maken van de 50 meest recente gegevens in het logbestand.
174 Bijlage A Menu's van het bedieningspaneel NLWW
B Printergeheugen en uitbreiding Overzicht De printer heeft drie DIMM-geheugenmodules (dual inline memory modules)- sleuven om de capaciteit van de printer uit te breiden met: Opmerking ● meer printergeheugen - DIMM’s (SDRAM) zijn verkrijgbaar in 8, 16, 32, 64, 128 en 256 MB voor maximaal 416 MB. ● flash geheugen-DIMM’s (lettertypen-DIMMS’s) – deze DIMM’s zijn beschikbaar in 2, 4, 8, 12 en 16 MB.
Geheugen installeren Als u dit nog niet hebt gedaan, moet u een configuratiepagina afdrukken om te bepalen hoeveel geheugen in de printer is geïnstalleerd voordat u er meer geheugen aan toevoegt. (Zie “Configuratiepagina” op pagina 85.) 1 Geheugen installeren VOORZICHTIG DIMM's kunnen worden beschadigd door statische elektriciteit.
6 6 Haal de DIMM uit de antistatische verpakking. Houd de DIMM vast met uw vingers tegen de zijranden en uw duimen tegen de achterrand. Breng de inkepingen van de DIMM op één lijn met de DIMM-sleuf. (Controleer of de vergrendelingen aan weerszijden van de DIMM-sleuf open zijn, of naar buiten wijzen.) 7 Duw de DIMM recht in de sleuf (stevig drukken). Zorg dat de vergrendelingen aan weerszijden van de DIMM naar binnen op hun plaats klikken. (U verwijdert een DIMM door de vergrendelingen los te maken.
De geheugeninstallatie controleren Volg deze procedure om te controleren of de DIMM’s goed geïnstalleerd zijn. Geheugeninstallatie controleren Opmerking 1 Controleer of er KLAAR op het bedieningspaneel van de printer staat wanneer de printer wordt aangezet. Als er een foutbericht verschijnt, is het mogelijk dat een DIMM niet goed geïnstalleerd is. Controleer de printerberichten. (Zie “Begrijpen van printerberichten” op pagina 111.) 2 Druk een nieuwe configuratiepagina af.
EIO-kaarten of apparatuur voor massaopslag installeren Volg deze procedure voor het installeren van EIO-kaarten of apparaten voor massaopslag (optionele harde schijf). EIO-kaarten of apparatuur voor massaopslag installeren Opmerking 1 Zet de printer uit. 2 Verwijder beide schroeven en het afdekplaatje van de EIO 1 en de EIO 2 sleuven aan de achterzijde van de printer. 3 Installeer de EIO-kaart of het apparaat voor massaopslag in de EIO-sleuf en draai de schroeven aan.
180 Bijlage B Printergeheugen en uitbreiding NLWW
C Printercommando's Overzicht Bij de meeste programma’s is het invoeren van printercommando’s niet nodig. Raadpleeg uw computer- en softwaredocumentatie voor de methode voor het invoeren van printercommando’s, indien nodig. Opmerking NLWW PCL 6 en PCL 5e PCL 6 en PCL 5e-printercommando’s maken de printer kenbaar welke taken uitgevoerd moeten worden of welke lettertypen gebruikt moeten worden.
Verklaring van de syntaxis van PCL 6 en PCL 5e-printercommando’s Vergelijk de volgende tekens alvorens printercommando’s te gebruiken: Kleine letter l: Cijfer één: l Hoofdletter O: Cijfer 0: 1 O 0 In veel printeropdrachten komen de kleine letter l (l) en het cijfer (1), of de hoofdletter O (O) en het cijfer nul (0) voor. Deze tekens verschijnen wellicht niet op uw beeldscherm zoals hier getoond.
Escapetekens invoeren Printercommando’s beginnen altijd met het escape-teken (?). De onderstaande tabel toont hoe het escape-teken in diverse MS-DOS® programma’s ingevoerd kan worden. DOS-programma Invoer Wat u ziet Lotus 1-2-3 en Symphony Type \027 027 Microsoft Word voor DOS Houd ALT ingedrukt en typ 027 op het numerieke toetsenbord WordPerfect voor DOS Typ <27> <27> MS-DOS Edit Houd CTRL + P ingedrukt en druk op ESC MS-DOS Edlin Houd CTRL + V ingedrukt en druk op [ ^[ dBase ?? CHR
Opmerking Lettertypen hebben “vaste” of “proportionele” spatiëring. De printer bevat zowel vaste lettertypen (Courier, Letter Gothic en Lineprinter) als proportionele lettertypen (CG Times, Arial®, Times New Roman®‚ en andere). Lettertypen met vaste spatiëring worden gewoonlijk gebruikt in programma’s zoals spreadsheets en databases, waar het belangrijk is dat de kolommen verticaal uitgelijnd zijn. Lettertypen met proportionele spatiëring worden gewoonlijk gebruikt in tekstverwerkingsprogramma’s.
Paginabesturingscommando’s Taakbesturingscommando’s Veelvoorkomende PCL 6 en PCL 5e-printercommando’s NLWW Functie Opdracht Opties (#) Reset ?E n.v.t.
Opties (#) Verticale positie (rijen) ?&a#R # = Regel nummer Verticale positie (punten) ?*p#Y # = Puntnummer (300 punten = 1 inch) ?&a#V # = Decipunt nummer (720 decipunten = 1 inch) programmeertips Cursorplaatsing Opdracht Verticale positie (decipunten) Doorrollen bij regeleinde ?&s#C 0 = Inschakelen 1 = Uitschakelen Weergavefuncties Aan ?Y n.v.t. Weergavefuncties Uit ?Z n.v.t.
D Specificaties Overzicht Dit gedeelte bevat informatie over de volgende onderwerpen: NLWW ● “Papierspecificaties” op pagina 188 ● “Printerspecificaties” op pagina 199 Overzicht 187
Papierspecificaties HP LaserJet printers leveren een uitstekende afdrukkwaliteit. Deze printer kan diverse afdrukmaterialen verwerken, zoals losse vellen papier (m.i.v. kringlooppapier), enveloppen, etiketten, transparanten en speciaal papier. Eigenschappen zoals gewicht, vezels en vochtgehalte zijn belangrijke factoren die van invloed zijn op de prestaties van de printer en de kwaliteit van het afgedrukte materiaal.
Ondersteunde papierformaten en gewichten Lade 1 ondersteunde formaten en gewichten Formaat Afmetingena Letter 216 bij 279 mm (8,5 bij 11 inch) A4 210 bij 279 mm (8,3 bij 11,7 inch) Legal 216 bij 356 mm (8,5 bij 14 inch) Executive 184 bij 267 mm (7,3 bij 10,5 inch) A5 148 bij 210 mm (5,8 bij 8,3 inch) B5 (ISO) 176 bij 250 mm (6,9 bij 9,8 inch) B5 (JIS) 182 bij 257 mm (7,2 bij 10,1 inch) Executive (JIS) 216 bij 330 mm (8,5 bij 13 inch) Dubbele briefkaart (JIS) 148 bij 200 mm (5,8 bij 7,9 in
Lade 1 ondersteunde formaten en gewichten Etiketten Minimum: 76 bij 127 mm (3 bij 5 inch) Dikte: 0,127 tot 0,229 mm (0,005 bij 0,009 inch) 50 etiketten Maximaal: 216 bij 356 mm (8,5 bij 14 inch) a. De printer ondersteunt een groot aantal formaten. Zie de printersoftware voor ondersteunde formaten. b. De capaciteit kan variëren, afhankelijk van het gewicht en de dikte van het papier en de omgevingsomstandigheden. c.
Optionele duplexeenheid ondersteunde formaten en gewichten Formaat Afmetingen Letter 216 bij 279 mm (8,5 bij 11 inch) A4 210 bij 279 mm (8,3 bij 11,7 inch) Executive 184 bij 267 mm (7,3 bij 10,5 inch) Legal 216 bij 356 mm (8,5 bij 14 inch) B5 (JIS) 182 bij 257 mm (7,2 bij 10,1 inch) A5 148 bij 210 mm (5,8 bij 8,3 inch) Gewicht 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) Optionele envelopinvoer ondersteunde formaten en gewichten Formaat NLWW Afmetingen Monarch #7-3/4 98 bij 191 mm (3,9 bij 7,5 inch)
Optionele stapelaar of nietmachine/stapelaar ondersteunde formaten en gewichten Formaat Afmetingena Gewicht Capaciteitb Stapelaar of stapelaaronderdeel of alleen stapelaar/nietmachine Letter 216 bij 279 mm (8,5 bij 11 inch) A4 210 bij 279 mm (8,3 bij 11,7 inch) Executive 184 bij 267 mm (7,3 bij 10,5 inch) Legal 216 bij 356 mm (8,5 bij 14 inch) B5 (JIS) 182 bij 257 mm (7,2 bij 10,1 inch) A5 148 bij 210 mm (5,8 bij 8,3 inch) Aangepastc Minimum: 148 bij 210 mm (5,8 bij 8,3 inch) 60 tot 120 g/
Ondersteunde papiersoorten De printer ondersteunt de volgende papiersoorten of overige afdrukmaterialen: ● normaal ● transparant ● briefhoofdpapier ● etiketten ● geperforeerd ● gerecycled ● bankpost ● kaarten ● kleur ● door de gebruiker bepaald (5 types) ● ruw (klad) ● enveloppen ● voorbedrukt Richtlijnen voor het gebruik van papier Gebruik voor de beste resultaten gewoon papier van 75 tot 90 g/m2 (20 tot 24 lb).
Opmerking Gebruik geen papier met briefhoofd dat bedrukt is met inktsoorten voor lage temperaturen, zoals gebruikt worden in sommige soorten thermografie. Gebruik geen briefhoofd met reliëf. De printer gebruikt warmte en druk om de toner op het papier te smelten. Wanneer u gekleurd papier gebruikt of voorbedrukte formulieren, controleer dan eerst of deze inktsoorten bevatten die compatibel zijn met de temperatuur van de printer (230° C gedurende 0,1 seconde).
Papiergewichtentabel Deze tabel kan worden gebruikt voor het omrekenen van Amerikaanse papiergewichtspecificaties in het Europese metrieke gewicht. Om bijvoorbeeld te bepalen welk gewicht overeenstemt met papier van 20 lb bankpostpapier in Amerikaans ‘Cover gewicht’, vergelijkt u het bankpostpapier (in regel 3, tweede kolom) en bladert u door de regels naar het cover gewicht ( in de vierde kolom). U ziet dat het equivalent 75 g/m² is.
Etiketten VOORZICHTIG Om beschadiging van de printer te voorkomen, dient u alleen etiketten te gebruiken die zijn goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Als u problemen hebt met het afdrukken van etiketten, moet u lade 1 gebruiken en de achteruitvoerbak openen. Druk nooit meer dan een keer af op hetzelfde vel etiketten: dit kan leiden tot het loslaten van de etiketten, vervuiling van de printer en beschadiging van de printer.
Enveloppen Afwerking van enveloppen De constructie van de envelop is uiterst belangrijk. De vouwlijnen van enveloppen variëren aanzienlijk, niet alleen van fabrikant tot fabrikant, maar zelfs van envelop tot envelop uit eenzelfde doos. De kwaliteit van de envelop is bepalend voor het succes waarmee u enveloppen afdrukt. Let bij het aanschaffen van uw enveloppen op de volgende punten: Veel fabrikanten van enveloppen vervaardigen nu speciale enveloppen voor laserprinters.
Enveloppen bewaren Het correct bewaren van enveloppen draagt bij tot een betere afdrukkwaliteit. Enveloppen moeten plat opgeslagen worden. Als zich lucht in de envelop bevindt, waardoor zich een luchtbel vormt, kan de envelop tijdens het afdrukken gaan kreukelen. Kaarten en zwaar papier Vanuit lade 1 kunnen diverse soorten kaarten worden afgedrukt, met inbegrip van indexkaarten en briefkaarten.
Printerspecificaties Fysieke afmetingen Maximale lengte met laden en achterste uitvoerbak open HP LaserJet 4200/4200n/4200tn/ 4200dtn/4200dtns/4200dtnsl HP LaserJet 4300/4300n/4300tn/ 4300dtn/4300dtns/4300dtnsl 412 mm (16,2 inch) 1,045 mm (41,1 inches) HP LaserJet 4200/4200n/4300/4300n (bovenklep open) 547 mm (21,5 inch) HP LaserJet 4200tn/4200dtn/ 4300tn/4300dtn (bovenklep open) 670 mm (26,4 inch) 1,045 mm (41,1 inches) HP LaserJet 4200dtns/4200dtnsl/ 4300dtn/4300dtnsl 740 mm (29,1 inch) NLWW Pri
Printergewicht (zonder inktcartridge) HP LaserJet 4200/4200n printers 20 kg (45 lb) HP LaserJet 4200tn printer 27 kg (60 lb) HP LaserJet 4200dtn printer 30 kg (66 lb) HP LaserJet 4200dtns printer 32 kg (72 lb) HP LaserJet 4200dtnsl printer 34 kg (75 lb) HP LaserJet 4300/4300n printers 21 kg (46 lb) HP LaserJet 4300tn printer 28 kg (61 lb) HP LaserJet 4300dtn printer 30 kg (66 lb) HP LaserJet 4300dtns printer 33 kg (73 lb) HP LaserJet 4300dtnsl printer 34 kg (76 lb) Omgevingseisen Voeding
Aanbevolen minimale spanningsvereisten HP LaserJet 4200 serie en HP LaserJet 4300 series 110-volt modellen 220-volt modellen Voedingsvereisten 110 tot 127 volt (+/- 10 procent) 220 tot 240 volt (+/- 10 procent) 50/60 Hz (+/- 2 Hz) 50/60 Hz (+/- 2 Hz) Minimaal aanbevolen capaciteit van circuit voor gemiddeld product 8,2 amps 3,3 amps Geluidsniveau Gedefinieerd door ISO 9296 Geluidsniveau Afdrukken, 35 ppm (HP LaserJet 4200 serie) LWAd= 6,8 bels (A) Afdrukken, 45 ppm (HP LaserJet 4300 serie) LWAd= 7,
202 Bijlage D Specificaties NLWW
E Overheidsinformatie FCC regulations This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy. If this equipment is not installed and used in accordance with the instructions, it may cause harmful interference to radio communications.
Programma voor milieuvriendelijke producten Bescherming van het milieu Het beleid van Hewlett-Packard Company is erop gericht kwaliteitsproducten te leveren op een milieuvriendelijke wijze. Het ontwerp van dit product bevat dan ook diverse kenmerken die de effecten op het milieu beperken. Minder energieverbruik Het energieverbruik daalt in de PowerSave-modus (laag energieverbruik).
Informatie over het HP programma voor het inleveren en recyclen van printerbenodigdheden Sinds 1990 zijn in het kader van het HP-programma voor het inleveren en recyclen van inktpatronen meer dan 31 miljoen gebruikte inktpatronen voor de LaserJet ingezameld die anders op vuilnisbelten of vergelijkbare faciliteiten zouden zijn beland. De inktpatronen en andere benodigdheden voor de HP LaserJet worden verzameld en verzonden naar HP-partners die de patronen demonteren.
Conformiteitsverklaringen Conformiteitsverklaring volgens ISO/IEC-richtlijn 22 en EN45014 Naam fabrikant Hewlett-Packard Company Adres fabrikant: 11311 Chinden Boulevard Boise, Idaho 83714-1021, USA verklaart dat het product Naam product: HP LaserJet 4200 series HP LaserJet 4300 series Wettelijke Modelnummers: BOISB-0203-00 BOISB-0204-00 Productopties: ALLEMAAL voldoet aan de volgende productspecificaties: 1) Veiligheid: IEC 60950:1999 / EN 60950:2000 IEC 60825-1:1993+A1 / EN 60825-1+A11 Class 1
Veiligheidsverklaringen Verklaring ten aanzien van laserveiligheid (V.S.) Het CDHR (Center for Devices and Radiological Health) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft voorschriften geïmplementeerd voor laserproducten die zijn vervaardigd na 1 augustus 1976. Naleving is verplicht voor producten die in de Verenigde Staten op de markt worden gebracht.
Laserverklaring voor Finland Luokan 1 laserlaite Klass 1 Laser Apparat HP LaserJet 4200 series, 4300 series laserkirjoitin on käyttäjän kannalta turvallinen luokan 1 laserlaite. Normaalissa käytössä kirjoittimen suojakotelointi estää lasersäteen pääsyn laitteen ulkopuolelle. Laitteen turvallisuusluokka on määritetty standardin EN 60825-1 (1994) mukaisesti.
Register Nummers “Finland, laserverklaring” 208 A A4 breed instelling 162 A4 papierinstellingen 162 A4/Letter negeren 162 aan/uit-schakelaar 13 aangepast papierformaat afdrukken op 62 Aanpassen aan pagina 69 Aanpassingshulpprogramma 30 aantal exemplaren, standaardinstelling 161 aantal pagina's 86 accessoires foutberichten 115 installatie controleren 85 lichtjes 126 problemen oplossen 127, 139 vergrendelen en ontgrendelen 16 Achterste uitvoerbak afdrukken naar 37 gebruik met duplexeenheid 66 instellingen 16
besturingssystemen ondersteund 28 beveiligingspagina (ingebouwde webserver) 80 Bindoptie Voorkant boven 68 bindopties voor dubbelzijdig afdrukken 68 bovenklep lokaliseren 13 verwijderen, papierstoringen 99 bovenste uitvoerbak instellingen 161 lokaliseren 13 papierstoringen 105 selecteren 36 briefhoofdpapier specificaties 194 briefkaarten afdrukken 62 specificaties 189, 198 briefpapier afdrukken op 60 fuser modi 164 brochures 70 bronnen, zuinig gebruik van 178 C capaciteit envelopinvoer 191 Lade 1 189 lade
lokaliseren 15 onderdeelnummer 18 papierstoringen 101 specificaties 51 vergrendelen 48 enveloppen afdrukken met envelopinvoer 53, 56 afdrukken uit lade 1 52 formaat instellen 158 marges 51 specificaties 189, 197 standaardformaat, instelling 161 verkeukeld, problemen oplossen 133 escape-tekens 182 ethernetkaarten, onderdeelnummers 19 EtherTalk instelling 171 etiketten afdrukken 58 fuser modi 164 specificaties 190, 196 exemplaren instellen van standaardaantal 161 lezen en vasthouden 72 snel 71 F fabrieksinst
instellingen 171 lokaliseren 15 modellen inclusief 12 problemen oplossen 145 HP LaserJet papier 21 HP LaserJet Soft Gloss papier 21 HP LaserJet stevig papier 23 HP LaserJet transparanten 23 HP LaserJet-hulpprogramma, Macintosh 32 HP Multipurpose papier 21 HP Office papier 22 HP printerpapier 23 HP Softwarelicentievoorwaarden 154 HP SupportPacks 149 HP UltraPrecisie toner 10 HP Web Jetadmin e-mailwaarschuwingen, configureren 81 functies 33 tonerniveau controleren 83 HP-GL/2-opdrachten 181 HP-UX software 34
klein papier, afdrukken 37, 63 knop Pauze/Doorgaan 24, 25 knop Pijl omhoog 24, 25 knop Pijl omlaag 24, 25 knop Pijl terug 24, 25 knop Selecteren 24, 25 Knop Taak annuleren 24, 25 knoppen, bedieningspaneel 24, 25 kritieke foutberichten hardware 116 kwaliteit instellingen 165 problemen oplossen 128 resolutiespecificaties 10 L lade 1 afdrukken vanuit 46, 47, 167 dubbelzijdig 67 enveloppen afdrukken 51 formaat instellen 48, 158 foutbericht blokkering 115 foutbericht open 122 foutberichten laden 119, 122 foutbe
logbestandpagina (ingebouwde webserver) 79 losse toner, problemen oplossen 131 M Macintosh Apple EtherTalk instellingen 171 besturingssystemen ondersteund 28 hernoemen printer 142 HP LaserJet-hulpprogramma 32 PPD, alternatief kiezen 142 printersoftware 32 problemen oplosen met afdrukken 140 marges aangepast papierformaat 62 enveloppen 51 registratie-instellingen 163 meerdere pagina’s per vel 70 Menu Afdrukkwaliteit 163 Menu Apparaat configureren 161 Menu Diagnose 173 Menu Papierverwerking 158 Menu Systeemi
oriëntatie, standaardinstelling 162 OS/2-drivers 29 overeenkomsten, service 149 overheadtransparanten.
PowerSave-modus 167, 172 PPD’s een andere selecteren 142 inclusief 32 printer inpakken voor service 152 printer installeren 7 printer opnieuw inpakken voor service 152 printer terugsturen voor service 152 printer verzenden 152 printercassettes EconoMode 165 printercommando’s escape-reeksen 182, 183 lettertypeselectie 183 PCL 185 syntaxis 182 typen 181 printerdrivers Aanpassingshulpprogramma 30 AutoCAD 28 functies 69 help 31 inclusief 28, 29 instellingen 26, 31 Microsoft Windows 30 problemen oplossen Macinto
serienummer 13, 86 server, Jetdirect.
toebehoren bestellen 17 documentatie 8 inclusief 12 lichtjes 27 lokaliseren 15 verplaatsen 16 toetsen, bedieningspaneel 24, 25 toner bijna leeg 84, 168 dichtheidinstelling 166 EconoMode 165 herverdelen 84 HP UltraPrecisie 10 leeg 84, 168 status 83, 87 uitvoerkwaliteit, problemen oplossen 131 verwijderen van kleding 90 toner bijna leeg 84, 168 toner herverdelen 84 tonercassettes.
hp LaserJet 4200 4200n 4200tn 4200dtn 4200dtns 4200dtnsl copyright © 2002 Hewlett-Packard Company gebruik hp LaserJet 4300 http://www.hp.com/support/lj4200 http://www.hp.com/support/lj4300 4300n 4300tn 4300dtn 4300dtns 4300dtnsl *Q2431-90901* *Q2431-90901* QXXXX-909XX Back Cover - A4 Width (8.268 in.) x LETTER Height (11 in.) Front Cover - A4 Width (8.268 in.) x LETTER Height (11 in.