HP LaserJet 1010, 1012, and 1015 Printers - User's Guide
NLWW Materiaal plaatsen 21
Materiaal plaatsen
Hoofdinvoerlade
In de hoofdinvoerlade kunnen maximaal 150 pagina’s van 75 g/m
2
of een kleiner aantal pagina’s
van een zwaarder materiaal (25 mm of een kleinere stapel) worden geplaatst. Voer het papier in
met de bovenrand naar voren en de afdrukzijde naar boven. Stel altijd de materiaalgeleiders in om
storingen en scheeftrekken te voorkomen.
Voorrangsinvoerlade
In de voorrangsinvoerlade kunnen maximaal 10 pagina’s (75 g/m
2
) of één envelop, transparant of
kaart worden geladen. Voer het materiaal in met de bovenrand naar voren en de afdrukzijde naar
boven. Stel altijd de materiaalgeleiders in om storingen en scheeftrekken te voorkomen.
VOORZICHTIG Als u probeert af te drukken op materiaal dat is gekreukeld, gevouwen of beschadigd, kan het
afdrukmateriaal vastlopen in de printer. Zie Specificaties voor afdrukmateriaal voor meer informatie.
Opmerking Als u nieuw afdrukmateriaal toevoegt, moet u al het materiaal uit de invoerlade verwijderen en de
stapel met nieuw materiaal recht plaatsen. Zo voorkomt u dat meerdere vellen papier tegelijkertijd
in de printer worden ingevoerd en is de kans dat papier vastloopt kleiner.
Specifieke soorten afdrukmateriaal
● Transparanten en etiketten: Voer transparanten en etiketten in met de bovenrand naar
voren en de afdrukzijde naar boven. Zie Afdrukken op transparanten of etiketten
voor meer
informatie.
● Enveloppen: Voer enveloppen in met de smalle postzegelkant naar voren en de afdrukzijde
naar boven. Zie Afdrukken op enveloppen
voor meer informatie.
● Briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren: Voer deze in met de bovenrand naar voren
en de afdrukzijde naar boven. Zie Briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren afdrukken
voor meer informatie.
● Kaarten en afdrukmateriaal met een afwijkend formaat: Voer deze in met de smalle kant
naar voren en de afdrukzijde naar boven. Zie Afdrukken op afdrukmateriaal met aangepast
formaat en kaarten voor meer informatie.