HP LaserJet P3005-serie printers Gebruikershandleiding
HP LaserJet P3005-serie printers Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © 2006 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. Adobe®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Basisinformatie over het apparaat Vergelijking tussen apparaten .............................................................................................................. 2 Functievergelijking ............................................................................................................................... 3 Rondleiding ..........................................................................................................................................
Submenu Herstellen .......................................................................................................... 33 Menu Diagnostiek ............................................................................................................................... 34 Menu Service ..................................................................................................................................... 35 Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel wijzigen .........................
Richtlijnen voor kaarten ..................................................................................... 57 Briefpapier en voorbedrukte formulieren ........................................................................... 57 Afdrukmateriaal selecteren ................................................................................................................. 59 Ondersteunde formaten afdrukmateriaal ...........................................................................
Gebieden van de geïntegreerde webserver ...................................................................... 94 HP Web Jetadmin-software gebruiken ............................................................................................... 96 De HP Printer Utility voor Macintosh gebruiken ................................................................................. 97 De HP Printer Utility openen ..............................................................................................
Weggevallen tekst .......................................................................................................... 149 Lijnen .............................................................................................................................. 149 Grijze achtergrond .......................................................................................................... 149 Tonervegen ........................................................................................................
HP-software voor eenvoudig printeronderhoud ............................................................... 175 HP-ondersteuning en informatie voor Macintosh-computers ........................................... 175 Onderhoudsovereenkomsten van HP .............................................................................................. 176 On-site serviceovereenkomsten ...................................................................................... 176 On-site service op de volgende dag .........
Geheugen inschakelen voor Windows ............................................................................................. 203 HP Jetdirect-printserverkaarten gebruiken ....................................................................................... 204 Een HP Jetdirect-printserverkaart installeren .................................................................. 204 Een HP Jetdirect-printserverkaart verwijderen ................................................................ 205 Woordenlijst .
x NLWW
1 Basisinformatie over het apparaat Zodra het apparaat geïnstalleerd en gebruiksklaar is, is het verstandig om een paar minuten de tijd te nemen om uzelf vertrouwd te maken met het apparaat.
Vergelijking tussen apparaten HP LaserJet P3005 ● 2 Drukt tot 35 pagina's-perminuut (ppm) af op materiaal van Letterformaat en tot 33 pagina's per minuut op materiaal van A4-formaat ● Totaal 48 MB RAM ● Multifunctionele lade (lade 1) voor 100 vel, invoerlade (lade 2) voor 500 vel en uitvoerbak voor 250 vel ● Hi-Speed USB 2.
Functievergelijking Functie Omschrijving Prestaties ● 400 MHz processor Gebruikersinterface ● Help op het bedieningspaneel ● HP-software voor eenvoudig printeronderhoud (een Internet-hulpmiddel voor statusinformatie en probleemoplossing) ● Printerdrivers voor Windows® en Macintosh ● Geïntegreerde webserver voor de toegang tot ondersteuning en het bestellen van benodigdheden (alleen voor modellen die zijn aangesloten op een netwerk) ● HP PCL 5 ● HP PCL 6 ● HP PostScript Level 3-emulatie ●
Functie Omschrijving Toebehoren ● De statuspagina biedt informatie over het niveau van de toner, het aantal afgedrukte pagina's en het geschatte aantal resterende pagina's. ● Het apparaat controleert of nieuw geïnstalleerde printcartridges originele cartridges van HP zijn.
Rondleiding Apparaatonderdelen Voordat u het apparaat gebruikt, is het verstandig om uzelf vertrouwd te maken met de onderdelen van het apparaat.
Interfacepoorten Het apparaat heeft één EIO-sleuf en drie poorten voor aansluiting op een computer of netwerk. 1 2 3 EIO 6 4 1 Hi-Speed USB 2.0-aansluiting (type B) 2 RJ.
Apparaatsoftware Het apparaat wordt geleverd met de software van het afdruksysteem. De installatie-instructies vindt u in de handleiding Aan de slag. Het afdruksysteem omvat software voor eindgebruikers en netwerkbeheerders en printerdrivers voor toegang tot de apparaatfuncties en communicatie met de computer. Opmerking Ga voor een lijst met printerdrivers en bijgewerkte apparaatsoftware van HP naar www.hp.com/go/LJP3005_software.
De HP LaserJet P3005-printer gebruikt de PDL-drivers (Printer Description Language) voor PCL 5, PCL 6 en HP PostScript 3-emulatie. ● Gebruik de PCL 6-printerdriver voor de beste algehele prestaties. ● Gebruik de PCL 5-printerdriver voor algemene afdruktaken. ● Gebruik de PS-driver voor het afdrukken vanuit programma's die op HP PostScript zijn gebaseerd, voor compatibiliteit met HP PostScript Level 3 of voor ondersteuning van PS Flash-lettertypen.
een van de dialoogvensters Pagina-instelling, Afdrukken en Eigenschappen voor printer, zoals hierboven beschreven. ● Instellingen op het bedieningspaneel van de printer. De instellingen die op het bedieningspaneel worden gewijzigd, hebben een lagere prioriteit dan instellingen die elders worden gewijzigd.
Besturingssysteem De instellingen van alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma wordt gesloten De instellingen van alle afdruktaken wijzigen De configuratie-instellingen van het apparaat wijzigen Opmerking Configuratieinstellingen zijn mogelijk niet beschikbaar in de Classic-modus. Software voor Macintosh-computers Het HP-installatieprogramma bestaat uit PPD-bestanden (PostScript® Printer Description), PDE's (Printer Dialog Extensions) en de HP Printer Utility voor Macintosh.
HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin is een op browsertechnologie gebaseerd hulpmiddel voor printers die via HP Jetdirect zijn aangesloten op een intranet, en moet alleen op de netwerkcomputer van de beheerder worden geïnstalleerd. Ga voor het downloaden van de laatste versie van HP Web Jetadmin en voor de nieuwste lijst met ondersteunde hostsystemen naar www.hp.com/go/webjetadmin.
Ondersteunde browsers Als u de HP-software voor eenvoudig printeronderhoud wilt gebruiken, hebt u een van de volgende browsers nodig: ● Microsoft Internet Explorer 5.5 of later ● Netscape Navigator 7.0 of later ● Opera Software ASA Opera 6.05 of later Alle pagina’s kunnen vanuit de browser worden afgedrukt.
2 Bedieningspaneel In dit gedeelte worden het bedieningspaneel en de menu's beschreven: NLWW ● Overzicht ● Lay-out van het bedieningspaneel ● De menu's van het bedieningspaneel gebruiken ● Menu Demo ● Menu Taak ophalen ● Menu Informatie ● Menu Papierverwerking ● Menu Apparaat configureren ● Menu Diagnostiek ● Menu Service ● Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel wijzigen 13
Overzicht U kunt de meeste gebruikelijke afdruktaken vanaf de computer uitvoeren via het programma of de printerdriver. Het apparaat is heel eenvoudig te bedienen via het programma of de driver, maar de instellingen op het bedieningspaneel worden in dat geval genegeerd. Raadpleeg het Help-bestand van uw programma, of raadpleeg De printerdrivers openen voor meer informatie over toegang tot de printerdriver. U kunt het apparaat eveneens bedienen door de instellingen te wijzigen op het bedieningspaneel.
Lay-out van het bedieningspaneel Het display van het bedieningspaneel geeft snel volledige informatie over het apparaat en de afdruktaken. De menu's bieden toegang tot de apparaatfuncties en tot gedetailleerde informatie. Het bericht- en het promptgebied geven informatie over de staat van het apparaat en laten u weten hoe u verder moet handelen.
Nummer Knop of lampje Functie 6 Attentie-lampje ● Aan: er heeft zich een probleem met het apparaat voorgedaan. Noteer het bericht dat op het display van het bedieningspaneel wordt weergegeven en zet het apparaat vervolgens uit en weer aan. Raadpleeg Berichten op het bedieningspaneel voor hulp bij het oplossen van problemen. ● Uit: het apparaat functioneert zonder problemen. ● Knipperend: Er moet actie worden ondernomen. Kijk op het display van het bedieningspaneel.
De menu's van het bedieningspaneel gebruiken Volg de onderstaande stappen om toegang tot het bedieningspaneel te krijgen. De menu's gebruiken 1. Druk op Menu. 2. Druk op of 3. Druk op om de gewenste optie te selecteren. 4. Druk op om terug te gaan naar het vorige niveau. 5. Druk op Menu om het menu te sluiten. 6. Druk op om naar het overzicht te gaan. om extra informatie over een menu weer te geven. Hieronder volgen de hoofdmenu's.
Menu Demo Elke keer als u een optie kiest in het menu DEMO, wordt er een pagina met meer informatie afgedrukt. 18 Item Uitleg STORINGEN VERHELPEN Hiermee wordt een pagina afgedrukt waarop u kunt zien hoe u storingen met afdrukmateriaal kunt verhelpen. LADEN VULLEN Hiermee wordt een pagina afgedrukt waarop u kunt zien hoe u de invoerladen van het apparaat kunt vullen.
Menu Taak ophalen Dit menu bevat een lijst met taken die in het apparaat zijn opgeslagen en geeft toegang tot alle functies van Taakopslag. U kunt deze taken via het bedieningspaneel afdrukken of verwijderen. Dit menu verschijnt wanneer het apparaat 80 MB basisgeheugen heeft. Zie Opgeslagen taken beheren voor meer informatie over het gebruik van dit menu. Opmerking Als u het apparaat uitschakelt, worden alle opgeslagen taken verwijderd.
Menu Informatie Het menu INFORMATIE bevat printerinformatiepagina's met details over het apparaat en de configuratie van het apparaat. Blader naar de gewenste informatiepagina en druk op de knop . Zie informatiepagina’s gebruiken voor meer informatie over de pagina's met apparaatinformatie. 20 Optie Uitleg MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN Hiermee drukt u een overzicht af van de structuur en de huidige instellingen van de menu's op het bedieningspaneel.
Menu Papierverwerking Indien de instellingen voor papierverwerking correct zijn geconfigureerd via het bedieningspaneel, kunt u afdrukken door de soort en het formaat afdrukmateriaal te selecteren in de printerdriver of het programma. Raadpleeg Afdruktaken beheren voor meer informatie over het configureren van de soorten en formaten afdrukmateriaal.
Optie Waarden Uitleg Nadat de waarde voor Y-AFMETING is geselecteerd, verschijnt er een overzichtsscherm. Dit venster bevat een samenvatting van alle gegevens die in de vorige drie vensters zijn opgegeven, bijvoorbeeld FORMAAT LADE 1= 8 x 14 INCH, Instelling opgeslagen.
Menu Apparaat configureren Dit menu bevat de beheerfuncties. Met het menu APPARAAT CONFIGUREREN kunt u de standaard afdrukinstellingen wijzigen, de afdrukkwaliteit aanpassen en de systeemconfiguratie en I/O-opties wijzigen. Submenu Afdrukken Sommige opties in dit menu zijn beschikbaar in het programma of de printerdriver (als de juiste driver is geïnstalleerd). De instellingen van het programma en de printerdriver hebben voorrang op de instellingen van het bedieningspaneel.
Optie Waarden Uitleg DUPLEX BINDEN LANGE RAND Wijzigt de bindzijde voor dubbelzijdig afdrukken. Deze menuoptie kan alleen worden gebruikt als het apparaat beschikt over een ingebouwde duplexeenheid en bij DUBBELZIJDIG=AAN. KORTE RAND De standaardinstelling is LANGE RAND. A4/LETTER NEGEREN NEE JA Hiermee kan het apparaat een A4-taak afdrukken op Letter-papier als er geen A4-papier in het apparaat is geplaatst (of vice versa). De standaardinstelling is JA.
Optie Waarden Uitleg SUBMENU PCL PAGINALENGTE PAGINALENGTE: stelt de verticale regelafstand in op 5 tot 128 regels voor standaard papierformaat. AFDRUKRICHTING AFDRUKSTAND: hiermee kunt u de standaardafdrukstand instellen op LIGGEND of STAAND. Opmerking U kunt de afdrukstand het beste vanuit het programma of de printerdriver instellen. (De instellingen van het programma en de printerdriver hebben voorrang op de instellingen van het bedieningspaneel.
Optie Waarden Uitleg KALIBRATIE INSTELLEN TESTPAGINA AFDRUKKEN Hiermee verplaatst u de kantlijn om afbeeldingen op de pagina te centreren van boven naar beneden en van links naar rechts. U kunt ook de afbeelding die op de voorkant staat uitlijnen met de afbeelding op de achterkant. Geschikt voor het uitlijnen van enkelzijdige en dubbelzijdige afdrukken. BRON LADE [N] AANPASSEN TESTPAGINA AFDRUKKEN: hiermee drukt u een testpagina af om de huidige kalibratie-instellingen weer te geven.
Optie Waarden Uitleg De standaardfusermodus is NORMAAL voor alle soorten afdrukmateriaal behalve transparanten (LAAG 3) en ruw papier (HOOG 1). VOORZICHTIG Wijzig de fusermodus voor transparanten niet. Als u de instelling LAAG 3 niet gebruikt tijdens het afdrukken van transparanten, kunnen het apparaat en de fuser beschadigd raken. Selecteer in de printerdriver altijd Transparant als de soort afdrukmateriaal en stel via het bedieningspaneel de ladesoort in op TRANSPARANT.
Optie Waarden Uitleg ECONOMODE AAN EconoMode is een functie waardoor de printer minder toner per pagina gebruikt. Wanneer u deze optie selecteert, gaat de toner langer mee en worden de kosten per pagina lager. Dit gaat echter wel enigszins ten koste van de afdrukkwaliteit. De afgedrukte pagina is lichter, maar toereikend voor het afdrukken van concepten of voor proefafdrukken. UIT HP raadt het af om voortdurend de EconoMode te gebruiken.
Optie Waarden Uitleg 1 UUR De standaardinstelling is UIT. 4 UUR 1 DAG 1 WEEK ADRES WEERGEVEN AUTOMATISCH UIT Hiermee wordt bepaald of het IP-adres wordt weergegeven op het display als het apparaat is aangesloten op een netwerk. Als AUTOMATISCH wordt geselecteerd, wordt het IP-adres van het apparaat weergegeven bij het bericht Klaar. De standaardinstelling is AUTOMATISCH.
Optie Waarden Uitleg 2 UUR Sluimermodus doet het volgende: 4 UUR ● Het apparaat verbruikt minder energie wanneer het inactief is ● Beperkt de slijtage van de elektronische onderdelen van het apparaat (de displayverlichting wordt uitgezet, maar het display blijft leesbaar) De sluimermodus wordt automatisch beëindigd zodra u een afdruktaak verzendt, op een knop van het bedieningspaneel drukt, een papierlade opent of de bovenklep opent. De standaardinstelling is 30 MINUTEN.
Optie Waarden Uitleg UIT: als er door een fout niet kan worden afgedrukt, wordt dit bericht weergegeven op het display van het bedieningspaneel. Het apparaat blijft offline totdat u op de knop drukt. De standaardinstelling is AAN. CARTRIDGE BIJNA LEEG STOP DOORGAAN Hiermee wordt bepaald hoe het apparaat zich gedraagt als de printcartridge bijna leeg is. De afdrukkwaliteit wordt niet meer gegarandeerd als u nadat dit bericht is weergegeven nog afdrukt.
Optie Waarden Uitleg Opmerking Als u de instelling verandert van UIT in AUTOMATISCH, wordt het apparaat automatisch opnieuw geïnitialiseerd wanneer het inactief is. De standaardinstelling is AUTOMATISCH. TAAL (STANDAARDINSTELLING) Hiermee selecteert u de taal voor de berichten die worden weergegeven op het display van het bedieningspaneel. Verschillende De standaardinstelling wordt bepaald door het land/de regio waar het apparaat is gekocht.
Optie Waarden Uitleg DIAGNOSTIEK: met behulp van tests problemen met de netwerkhardware of TCP/IP-verbindingsproblemen diagnosticeren. VERBINDINGSSNELHEID: de netwerkkoppelingssnelheid en communicatiemodus voor de 10/100T-printserver selecteren. Voor een juiste communicatie moeten de instellingen van Jetdirect met die van het netwerk overeenkomen. PROTOCOLS AFDRUKKEN: hiermee drukt u de instellingen voor IPX/SPX-, Novell Netware-, AppleTalk- en DLC/LLCprotocols af.
Menu Diagnostiek Beheerders kunnen met dit submenu onderdelen isoleren en papierstoringen en problemen met de afdrukkwaliteit oplossen. Optie Waarden Uitleg LOGBOEK GEBEURT. AFDRUKKEN Er is geen waarde die u kunt selecteren. Druk op om een lijst te maken met de 50 recentste items in het logbestand. In het afgedrukte logbestand staan een foutnummer, het aantal pagina’s, de foutcode en een omschrijving of de printerbesturingstaal. LOGBOEK GEBEURT. WEERGEVEN Er is geen waarde die u kunt selecteren.
Menu Service Het menu SERVICE is vergrendeld. U hebt een PIN-code nodig om het te openen. Dit menu is alleen bestemd voor bevoegde onderhoudstechnici.
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel wijzigen Via het bedieningspaneel kunt u de standaard configuratie-instellingen voor het apparaat wijzigen, zoals het formaat en de soort in de laden, sluimervertraging, apparaat-personality (taal) en storingsherstel. De instellingen van het bedieningspaneel kunnen ook vanaf een computer worden gewijzigd met behulp van de instellingenpagina van de geïntegreerde webserver. Op de computer worden dezelfde gegevens weergegeven als op het bedieningspaneel.
Het IP-adres weergeven 1. Druk op Menu om de menu's te openen. 2. Druk op om APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk vervolgens op 3. Druk op om SYSTEEMINSTELLINGEN te markeren en druk vervolgens op 4. Druk op om ADRES WEERGEVEN te markeren en druk vervolgens op 5. Druk op of 6. Druk op Menu om het menu te sluiten. . . . om de gewenste optie te selecteren en druk vervolgens op .
Sluimervertraging Met de aanpasbare functie Sluimervertraging wordt het stroomverbruik lager als het apparaat gedurende langere tijd inactief is. Gebruik deze menuoptie om de tijdsduur in te stellen voordat de sluimermodus van het apparaat wordt ingeschakeld. De standaardinstelling is 30 MINUTEN. Opmerking Het display van het bedieningspaneel wordt gedimd als de sluimermodus actief is.
4. Druk op om PERSONALITY te markeren en druk vervolgens op 5. Druk op of 6. Druk op Menu om het menu te sluiten. . om de gewenste personality te selecteren en vervolgens op . Verwijderbare waarschuwingen Met deze functie bepaalt u hoelang verwijderbare waarschuwingen in het display worden weergegeven. Selecteer hiervoor AAN of TAAK. De standaardinstelling is TAAK.
Cartridge bijna leeg Het apparaat heeft twee opties om aan te geven dat de printcartridge bijna leeg is: DOORGAAN is de standaardinstelling. ● Selecteer DOORGAAN om het apparaat te laten doorgaan met afdrukken als er een waarschuwing verschijnt en totdat de printcartridge wordt vervangen.
Hervatten na papierstoring Met deze optie configureert u de reactie van het apparaat bij een papierstoring, bijvoorbeeld de manier waarop het apparaat de betrokken pagina's verwerkt. AUTOMATISCH is de standaardinstelling. ● AUTOMATISCH: wanneer er voldoende geheugen beschikbaar is, wordt de functie voor het herstellen na storingen automatisch ingeschakeld. ● AAN: alle bij de storing betrokken pagina's worden opnieuw afgedrukt.
Taal Als TAAL op het bedieningspaneel in het Engels wordt weergegeven, gebruikt u de volgende procedure. ingedrukt. Schakel anders het apparaat uit en vervolgens weer in. Als XXX MB verschijnt, houdt u los en gebruikt u de volgende Als alle drie de lampjes van het bedieningspaneel branden, laat u procedure om de taal in te stellen. De taal selecteren tijdens de eerste installatie 1. Zet het apparaat aan. 2.
3 I/O-configuratie (Input/output) In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u bepaalde netwerkparameters op de printer configureert: NLWW ● Parallelle configuratie ● USB-configuratie ● Netwerkconfiguratie 43
Parallelle configuratie Opmerking De informatie in dit gedeelte is alleen van toepassing op de modellen HP LaserJet P3005 en HP LaserJet P3005d. Een parallelle aansluiting wordt gemaakt door de printer op een computer aan te sluiten via een bidirectionele parallelle kabel (die voldoet aan IEEE-1284) waarbij een connector in de parallelle poort van de printer wordt gestoken. De kabel mag maximaal 10 m lang zijn.
USB-configuratie De printer ondersteunt een Hi-Speed USB 2.0-poort. De USB kabel mag maximaal 5 meter lang zijn. De USB-kabel aansluiten Sluit de USB-kabel aan op de printer. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de computer.
Netwerkconfiguratie Opmerking De informatie in dit gedeelte is alleen van toepassing op de modellen HP LaserJet P3005n, HP LaserJet P3005dn en HP LaserJet P3005x. U moet mogelijk bepaalde netwerkparameters op de printer configureren. U kunt deze parameters configureren vanaf het bedieningspaneel van de printer, de geïntegreerde webserver of voor de meeste netwerken vanuit de HP Web Jetadmin-software.
Het subnetmasker instellen 1. Druk op Menu. 2. Druk op om APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk vervolgens op 3. Druk op om I/O te markeren en druk vervolgens op 4. Druk op om GEÏNTEGREERDE JETDIRECT te markeren en druk vervolgens op 5. Druk op om TCP/IP te markeren en druk vervolgens op 6. Druk op om IPv4-INSTELLINGEN te markeren en druk vervolgens op 7. Druk op om CONFIGURATIEMETHODE te markeren en druk vervolgens op 8.
Netwerkprotocollen uitschakelen (optioneel) Alle ondersteunde netwerkprotocollen zijn ingeschakeld in de fabriek. Het uitschakelen van de ongebruikte protocollen heeft de volgende voordelen: ● Vermindert door printers veroorzaakt netwerkverkeer. ● Verhindert dat onbevoegde gebruikers op de printer afdrukken. ● Geeft alleen toepasselijke informatie weer op de configuratiepagina. ● Zorgt dat het bedieningspaneel van de printer protocolspecifieke foutberichten en waarschuwingen weergeeft.
3. Druk op om I/O te markeren en druk vervolgens op . 4. Druk op om GEÏNTEGREERDE JETDIRECT te markeren en druk vervolgens op 5. Druk op om DLC/LLC te markeren en druk vervolgens op 6. Druk op om INSCHAKELEN te selecteren. 7. Druk op om UIT te markeren en druk vervolgens op 8. Druk op Menu om terug te keren naar de status Klaar. . . . Enhanced I/O-configuratie (EIO) Opmerking Als u een printserver toevoegt aan het basismodel, hebt u mogelijk extra printergeheugen nodig.
50 Hoofdstuk 3 I/O-configuratie (Input/output) NLWW
4 Afdrukmateriaal en laden In dit hoofdstuk wordt de werking van enkele standaard apparaatfuncties uitgelegd: NLWW ● Algemene richtlijnen voor afdrukmateriaal ● Overwegingen voor het afdrukmateriaal ● Afdrukmateriaal selecteren ● Omgeving voor afdrukken en bewaren van het papier ● Afdrukmateriaal plaatsen ● Afdruktaken beheren ● Uitvoerbakken selecteren 51
Algemene richtlijnen voor afdrukmateriaal Zorg voordat u papier of speciale formulieren in grotere hoeveelheden aanschaft dat uw leverancier weet welke eisen worden gesteld aan afdrukmaterialen die op uw printer mogen worden gebruikt. Deze eisen worden beschreven in de Handleiding Specificaties afdrukmateriaal voor HP LaserJet-printers. Zie HP Klantenondersteuning om de Handleiding Specificaties afdrukmateriaal voor HP LaserJetprinters te bestellen. Ga naar www.hp.
Papier dat het apparaat kan beschadigen In uitzonderlijke situaties kan papier het apparaat beschadigen. Om mogelijke schade aan het apparaat te voorkomen moet u het volgende papier niet gebruiken: ● Papier met nietjes. ● Transparanten, etiketten of fotopapier of glanzend papier dat bestemd is voor inkjetprinters of andere printers met lage temperaturen. Gebruik uitsluitend afdrukmateriaal dat is goedgekeurd voor gebruik met HP LaserJet-printers.
Overwegingen voor het afdrukmateriaal Zie de Handleiding Specificaties afdrukmateriaal voor HP LaserJet-printers (beschikbaar op www.hp.com/support/ljpaperguide) voor alle papierspecificaties voor alle HP LaserJet-apparaten. Enveloppen De afwerking van de envelop is uiterst belangrijk. De vouwlijnen van de enveloppen variëren aanzienlijk, niet alleen van fabrikant tot fabrikant, maar zelfs van envelop tot envelop uit een en dezelfde doos.
1 2 1 Aanvaardbare afwerking van envelop 2 Onaanvaardbare afwerking van envelop Enveloppen met een verwijderbare kleefstrook of met flappen De lijm van enveloppen met plakstrips of met meerdere flappen die op elkaar worden geplakt, moet bestand zijn tegen de hitte en druk in het apparaat. De extra flappen en strips kunnen kreukelen, vouwen of zelfs storingen tot gevolg hebben en de fuser beschadigen.
Afwerking van etiketten Let bij het kiezen van etiketten op de kwaliteit van de diverse bestanddelen: ● Kleefmiddel: het kleefmiddel moet een temperatuur van 200 °C (de temperatuur van de fuser) kunnen verdragen. ● Indeling van etiketvel: gebruik geen etiketten die met tussenruimten op het grondpapier zijn aangebracht. Etiketten kunnen van het grondpapier loslaten als er tussenruimte tussen de etiketten bestaat, wat ernstige papierstoringen veroorzaakt.
Samenstelling van de kaarten ● Gladheid: kaarten van 135-157 g/m2 moeten een gladheidskwalificatie van 100-180 Sheffield hebben. Kaarten van 60-135 g/m2 moeten een gladheidskwalificatie van 100-250 Sheffield hebben. ● Constructie: kaarten moeten plat liggen en mogen niet meer dan 5 mm krullen. ● Staat van het materiaal: controleer of de kaarten niet gekreukeld of anderszins beschadigd zijn. Richtlijnen voor kaarten ● Stel de paginamarges in op minimaal 2 mm vanaf de randen.
● Gebruik geen papier met veel reliëf of een briefhoofd met reliëf. ● Gebruik geen papier met veel structuur. ● Gebruik geen offset-poeder of andere materiaal waarmee wordt voorkomen dat bedrukte formulieren aan elkaar kleven. Opmerking Om een voorblad van één pagina op briefpapier af te drukken, gevolgd door een document van meerdere pagina's, plaatst u het briefpapier met de bedrukte zijde naar boven in lade 1 en het standaardpapier in lade 2.
Afdrukmateriaal selecteren In dit apparaat kunnen diverse soorten afdrukmateriaal worden gebruikt, zoals vellen papier, waaronder kringlooppapier met 100% gerecyclede vezels, enveloppen, etiketten, transparanten en papier van aangepast formaat. Eigenschappen zoals gewicht, compositie, structuur en vochtgehalte zijn belangrijke factoren die van invloed zijn op de prestaties van het apparaat en de uitvoerkwaliteit.
Opmerking Automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) is beschikbaar bij de HP LaserJet P3005d-, HP LaserJet P3005dn- en HP LaserJet P3005x-modellen. Handmatig dubbelzijdig afdrukken. De meeste ondersteunde formaten en typen afdrukmateriaal in de lijst voor lade 1 kunnen handmatig dubbelzijdig worden afgedrukt. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie.
Ondersteunde afdrukmaterialen Tabel 4-3 Afdrukmaterialen voor lade 1 Soort Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit1 Standaard Minimaal: 76 x 127 mm (3 x 5 inch) 60 tot 199 g/m2 (16 tot 53 lb) 100 vellen 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 100 vel 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 100 vel Geperforeerd 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 100 vel Bankpostpapier 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 100 vel Kringlooppapier 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 100 vel Gekleurd papier 60 tot 120 g/m2 (16 tot 32 lb) 1
Omgeving voor afdrukken en bewaren van het papier De ideale omgeving voor het afdrukken en het bewaren van papier is op kamertemperatuur, niet te droog en niet te vochtig. Papier is hygroscopisch en absorbeert en verliest vocht snel. Een combinatie van warmte en vocht beschadigt papier. Door de warmte verdampt het vocht in het papier, terwijl dit door de koude op de vellen condenseert. Verwarmingssystemen en airconditioners verwijderen het meeste vocht uit een vertrek.
Afdrukmateriaal plaatsen Plaats speciaal afdrukmateriaal, zoals enveloppen, etiketten en transparanten alleen in lade 1. Plaats in lade 2 of in optionele lade 3 alleen papier. Lade 1 (multifunctionele lade) vullen Lade 1 kan maximaal 100 vel papier, 75 transparanten, 50 etiketvellen of 10 enveloppen bevatten. Meer informatie over het plaatsen van speciaal afdrukmateriaal vindt u in Speciaal afdrukmateriaal plaatsen. NLWW 1. Open lade 1 door de voorklep naar beneden te trekken. 2.
64 3. Schuif de breedtegeleiders iets verder uit elkaar dan de breedte van het materiaal. 4. Plaats het afdrukmateriaal in de lade (korte zijde eerst, afdrukzijde omhoog). Het afdrukmateriaal moet tussen de breedtegeleiders en onder de lipjes van de breedtegeleiders worden geplaatst. 5. Schuif de breedtegeleiders naar binnen totdat ze het afdrukmateriaal aan beide zijden raken. Let op dat u de breedtegeleiders niet te stevig tegen de stapel aandrukt, omdat het afdrukmateriaal kan gaan buigen.
Opmerking Plaats geen afdrukmateriaal in lade 1 als het apparaat bezig is met afdrukken. Dit kan leiden tot een storing. Sluit tijdens het afdrukken niet de voorklep. De werking van lade 1 aanpassen U kunt het apparaat zodanig instellen dat wordt afgedrukt vanuit lade 1 als deze is gevuld, of alleen als er specifiek op het in lade 1 aanwezige afdrukmateriaal moet worden afgedrukt. Raadpleeg Menu Papierverwerking.
66 2. Druk het nokje op de achterste papierlengtegeleider in en verschuif de geleider zodanig dat de aanwijzer overeenkomt met het papierformaat dat u plaatst. Zorg ervoor dat de geleider vastklikt in de juiste positie. 3. Verschuif de papierbreedtegeleiders aan de zijkant zodanig dat de aanwijzer overeenkomt met het papierformaat dat u plaatst. 4. Plaats het papier zodanig in de lade dat de stapel in de vier hoeken plat in de lade ligt.
5. Duw het papier omlaag om de metalen drukplaat voor papier in de juiste positie te zetten. 6. Schuif de lade terug in het apparaat. Speciaal afdrukmateriaal plaatsen In de volgende tabel staan de richtlijnen voor het plaatsen van speciaal afdrukmateriaal en het configureren van de printerdriver. U krijgt de beste afdrukkwaliteit door de juiste instellingen voor het type afdrukmateriaal in de printerdriver te gebruiken. Op sommige soorten afdrukmateriaal wordt langzamer afgedrukt.
68 Soort afdrukmateriaal Maximum hoeveelheid die kan worden geplaatst in lade 2 of in optionele lade 3 Instelling printerdriver Afdrukstand afdrukmateriaal lade 1 Afdrukstand afdrukmateriaal lade 2 of lade 3 Transparanten Nul. Plaats transparanten alleen in lade 1 Transparanten Te bedrukken zijde omhoog Plaats geen transparanten in lade 2 en in optionele lade 3.
Afdruktaken beheren Als u Windows gebruikt, wordt door drie instellingen bepaald waar de printerdriver zal proberen om papier op te nemen. De instellingen voor Bron, Soort en Formaat worden in de meeste softwareprogramma's weergegeven in het dialoogvenster Pagina-instelling, Afdrukken of Afdrukeigenschappen. Als u deze instellingen niet verandert, selecteert het apparaat automatisch een lade op basis van de standaardinstellingen.
verminderde afdrukkwaliteit. Druk altijd af volgens Soort voor speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten of transparanten. Druk altijd af volgens Formaat voor enveloppen. ● Wilt u afdrukken op Soort of Formaat en de laden zijn niet ingesteld op een bepaald type of formaat, dan plaatst u het afdrukmateriaal in lade 1. Selecteer vervolgens in de printerdriver de Soort of het Formaat in het dialoogvenster Pagina-instelling, Afdrukken of Afdrukeigenschappen.
Uitvoerbakken selecteren Het apparaat heeft twee uitvoerbakken waarin de voltooide afdruktaken worden geplaatst: ● Bovenste uitvoerbak (afdrukzijde omlaag): dit is de standaard uitvoerbak aan de bovenkant van het apparaat. Afdruktaken komen met de afdrukzijde naar beneden in deze bak terecht. ● Achterste uitvoerbak (afdrukzijde omhoog): afdruktaken komen met de afdrukzijde naar boven in deze bak aan de achterzijde van het apparaat terecht.
Afdrukken naar de achterste uitvoerbak Opmerking Wanneer lade 1 en de achterste uitvoerbak samen worden gebruikt, vormen ze een rechte papierbaan voor uw afdruktaak. Een rechte papierbaan kan het omkrullen van het papier beperken. 72 1. Open de achterste uitvoerbak. 2. Als u afdrukt op lang afdrukmateriaal, trekt u het verlengstuk van de bak uit. 3. Verzend de afdruktaak vanaf uw computer naar het apparaat.
5 Afdrukken In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u eenvoudige afdruktaken uitvoert: NLWW ● Functies in de Windows-apparaatdriver gebruiken ● Functies in de Macintosh-apparaatdriver gebruiken ● Een afdruktaak annuleren ● Opgeslagen taken beheren 73
Functies in de Windows-apparaatdriver gebruiken Wanneer u vanuit een softwareprogramma afdrukt, kunt u veel productfuncties vanuit de apparaatdriver gebruiken. Zie de Help van de apparaatdriver voor informatie over de beschikbare functies in de apparaatdriver.
Watermerken gebruiken Een watermerk is een mededeling, bijvoorbeeld 'Vertrouwelijk', die wordt afgedrukt op de achtergrond van elke pagina van het document. 1. Klik op Afdrukken in het menu Bestand in het softwareprogramma. 2. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren. 3. Klik op het tabblad Effecten op de vervolgkeuzelijst Watermerken. 4. Klik op het watermerk dat u wilt gebruiken. Klik op Bewerken om een nieuw watermerk te maken. 5.
3. Klik op het tabblad Papier of Papier/Kwaliteit op de optie Aangepast. 4. Typ de naam van het aangepaste papierformaat in het venster Aangepast papierformaat. 5. Geef de lengte en breedte van het papier op. Als u een te kleine of te grote afmeting opgeeft, stelt de driver het minimale of maximale formaat in. 6. Indien nodig klikt u op de knop om de maateenheid te wisselen van millimeter naar inch of omgekeerd. 7. Klik op Opslaan. 8. Klik op Sluiten.
1. Klik op Afdrukken in het menu Bestand in het softwareprogramma. 2. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren. 3. Klik op het tabblad Afwerking. 4. Selecteer onder Documentopties het aantal pagina's dat u per vel wilt afdrukken (1, 2, 4, 6, 9 of 16). 5. Als het aantal pagina's meer dan 1 bedraagt, selecteert u de opties voor Paginaranden afdrukken en Paginavolgorde. ● 6. Als u de afdrukstand wilt wijzigen, klikt u op het tabblad Afwerking en vervolgens op Staand of Liggend.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruiken 1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u speciaal papier zoals briefpapier plaatst, plaats het dan op een van de volgende manieren: ● Plaats voor lade 1 het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven en de onderzijde eerst. ● Plaats voor alle andere laden het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenzijde naar de achterkant van de lade toe.
1 4 3 2 2 2 3 2 5 3 2 5 3 5 3 5 1. Lange zijde, liggend De afbeeldingen worden om en om ondersteboven afgedrukt. Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven naar onder. 2. Korte zijde, liggend Elke afgedrukte afbeelding wordt staand afgedrukt. Gespiegelde pagina's worden gelezen van boven naar onder. 3. Lange zijde, staand Dit is de standaardinstelling en de meest algemeen gebruikte indeling. Elke afgedrukte afbeelding wordt staand afgedrukt.
Functies in de Macintosh-apparaatdriver gebruiken Wanneer u vanuit een softwareprogramma afdrukt, zijn veel apparaatfuncties vanuit de apparaatdriver beschikbaar. Zie de Help van de apparaatdriver voor informatie over de beschikbare functies in de apparaatdriver.
Meerdere pagina's op een vel papier afdrukken U kunt meer dan één pagina op één vel papier afdrukken. Dankzij deze functie is het mogelijk voorbeeldpagina's goedkoop af te drukken. 1. Open de printerdriver (zie De printerdrivers openen). 2. Klik op het pop-upmenu Lay-out. 3. Selecteer bij Pagina's per vel het aantal pagina's dat u per vel wilt afdrukken (1, 2, 4, 6, 9 of 16). 4. Selecteer naast Lay-outrichting de volgorde en de plaats van de pagina's op het vel. 5.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken 1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u speciaal papier zoals briefpapier plaatst, plaats het dan op een van de volgende manieren: ● Plaats voor lade 1 het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven. De onderkant moet als eerste in de printer worden ingevoerd. ● Plaats voor alle andere laden het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar beneden en de bovenzijde naar de achterkant van de lade toe.
Een afdruktaak annuleren U kunt een afdruktaak vanaf het bedieningspaneel of vanuit het programma afbreken. Voor instructies voor het afbreken van een afdruktaak vanaf een computer in een netwerk raadpleegt u de online Help voor het desbetreffende netwerkbesturingssysteem. Opmerking Nadat een afdruktaak is geannuleerd, kan het even duren voordat alle afdrukgegevens uit het geheugen zijn verwijderd. De huidige afdruktaak afbreken via het bedieningspaneel van de printer 1.
Opgeslagen taken beheren Opmerking Deze functie is alleen beschikbaar voor apparaten met een harde schijf. U slaat afdruktaken op het apparaat op met behulp van het tabblad Taakopslag in het dialoogvenster Eigenschappen van de apparaatdriver. Nadat een taak is opgeslagen, kunt u deze vanaf het bedieningspaneel afdrukken of verwijderen. Een opgeslagen taak afdrukken 1. Druk op Menu. 2. Druk op om TAAK OPHALEN te selecteren en druk vervolgens op . Er wordt een lijst met gebruikers weergegeven.
De taak wordt verwijderd nadat u het vierde cijfer van de PIN-code hebt ingevoerd en op gedrukt.
86 Hoofdstuk 5 Afdrukken NLWW
6 Het apparaat beheren en onderhouden In dit hoofdstuk komt het beheren van het apparaat aan bod: NLWW ● informatiepagina’s gebruiken ● E-mailwaarschuwingen configureren ● De HP-software voor eenvoudig printeronderhoud gebruiken ● De geïntegreerde webserver gebruiken ● HP Web Jetadmin-software gebruiken ● De HP Printer Utility voor Macintosh gebruiken ● Benodigdheden beheren ● Benodigdheden en onderdelen vervangen ● Het apparaat reinigen 87
informatiepagina’s gebruiken Vanaf het bedieningspaneel kunt u pagina's met de gegevens en de huidige configuratie van het apparaat afdrukken. In de onderstaande tabel staan de procedures voor het afdrukken van informatiepagina's. Beschrijving De pagina afdrukken Menustructuur 1. Druk op Menu. Hierop worden de menu's en beschikbare instellingen van het bedieningspaneel weergegeven. 2. Druk op 3. Als MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN niet is geselecteerd, drukt u op of totdat deze optie wel is geselecteerd.
Beschrijving De pagina afdrukken Bestandsdirectory 1. Druk op Menu. Hierop wordt informatie over alle geïnstalleerde apparaten voor massaopslag weergegeven. 2. Druk op om INFORMATIE te selecteren en druk op 3. Druk op op . om BESTANDSDIRECTORY AFDRUKKEN te selecteren en druk . Opmerking Deze optie wordt niet weergegeven als er geen apparaten voor massaopslag zijn geïnstalleerd. PCL- of PS-lettertypenlijst 1. Druk op Menu. Geeft weer welke lettertypen op het apparaat zijn geïnstalleerd. 2.
E-mailwaarschuwingen configureren Opmerking Als uw bedrijf geen e-mail heeft, is deze functie mogelijk niet beschikbaar. Met HP Web Jetadmin of de geïntegreerde webserver kunt u instellen dat in geval van problemen met het apparaat een waarschuwing wordt gegeven. De waarschuwingen worden per e-mail naar de door u opgegeven e-mailaccount(s) gestuurd. U kunt het volgende instellen: ● Het apparaat of de apparaten die u wilt bewaken.
De HP-software voor eenvoudig printeronderhoud gebruiken De HP-software voor eenvoudig printeronderhoud is een toepassing die u voor de volgende taken kunt gebruiken: ● De status van het apparaat controleren. ● De status van de benodigdheden controleren. ● Statuswaarschuwingen instellen. ● Toegang krijgen tot hulpmiddelen voor het onderhoud van het apparaat en het oplossen van problemen.
Gebied Opties Venster Benodigdheden bestellen ● Bestellijst: Geeft de benodigdheden weer die u voor elk apparaat kunt bestellen. Als u een bepaald onderdeel wilt bestellen, klikt u op het selectievakje Bestellen voor het onderdeel in de lijst met benodigdheden. Via dit venster kunt u ● online of via e-mail benodigdheden bestellen Knop Online benodigdheden bestellen: Opent de website HP SureSupply in een nieuw browservenster.
De geïntegreerde webserver gebruiken Opmerking Als het apparaat rechtstreeks is aangesloten op een computer, kunt u met de HPsoftware voor eenvoudig printeronderhoud de status van het apparaat bekijken.
Gebieden van de geïntegreerde webserver Tabblad of gebied Opties Tabblad Informatie ● Apparaatstatus: Geeft de status van het apparaat en informatie over de resterende levensduur van HP-benodigdheden weer, waarbij 0% betekent dat een onderdeel leeg is. Op deze pagina worden ook de soort en het formaat weergegeven van het printerpapier dat voor elke lade is ingesteld. U wijzigt de standaardinstellingen door op Instellingen wijzigen te klikken.
Tabblad of gebied Opties Opmerking Het tabblad Instellingen kan met een wachtwoord worden beveiligd. Als dit apparaat op een netwerk is aangesloten, moet u eerst contact opnemen met de systeembeheerder voordat u de instellingen op dit tabblad gaat wijzigen. Tabblad Netwerk Hiermee kunt u netwerkinstellingen wijzigen vanaf uw computer Netwerkbeheerders kunnen met dit tabblad de netwerkinstellingen van het apparaat bepalen wanneer dit op een IP-netwerk is aangesloten.
HP Web Jetadmin-software gebruiken HP Web Jetadmin 6.5 is een op het web gebaseerde softwareoplossing waarmee u op afstand installatie-, controle- en probleemoplossingstaken kunt uitvoeren op randapparatuur die via een netwerk is aangesloten. De intuïtieve browserinterface vereenvoudigt het cross-platformbeheer van een groot aantal apparaten, inclusief apparaten van HP en andere fabrikanten. Het beheer is proactief, waardoor netwerkbeheerders problemen kunnen oplossen voordat deze bij de gebruiker optreden.
De HP Printer Utility voor Macintosh gebruiken Gebruik de HP Printer Utility om een apparaat vanaf een computer met Mac OS X te configureren en te beheren. De HP Printer Utility openen De HP Printer Utility openen in Mac OS X 10.2 1. Open de Finder en klik vervolgens op Programma's. 2. Klik op Bibliotheek en klik vervolgens op Printers. 3. Klik op HP en selecteer vervolgens Hulpprogramma's. 4. Dubbelklik op HP Printer Selector om de HP Printer Selector te openen. 5.
98 Item Omschrijving Opgeslagen taken Beheert afdruktaken die zijn opgeslagen op de harde schijf van het apparaat. Ladeconfiguratie Wijzigt de standaardinstellingen van de lade. IP-instellingen Wijzigt de netwerkinstellingen van het apparaat en biedt toegang tot de geïntegreerde webserver. Bonjour-instellingen Biedt de mogelijkheid om Bonjour-ondersteuning in- of uit te schakelen of de servicenaam van het apparaat te wijzigen die wordt vermeld in het netwerk.
Benodigdheden beheren Het op de juiste manier gebruiken, opslaan en beheren van de printcartridge draagt bij aan afdrukken van hoge kwaliteit. Levensduur van de benodigdheden De gemiddelde opbrengst van een cartridge is 6500 pagina's (voor de Q7551A-cartridge) of 13.000 pagina's (voor de Q7551X-cartridge) conform ISO/IEC 19752. De werkelijke opbrengst van een cartridge hangt af van het specifieke gebruik. VOORZICHTIG EconoMode is een functie waardoor het apparaat minder toner per pagina gebruikt.
Beleid van HP ten aanzien van printcartridges die niet van HP zijn Hewlett-Packard Company raadt het gebruik af van nieuwe of opnieuw gevulde printcartridges die niet afkomstig zijn van HP. Omdat dit geen HP-producten zijn, heeft HP ook geen invloed op hun ontwerp en kwaliteit. Opmerking Beschadigingen door een printcartridge die niet van HP is, vallen niet onder de garantie en serviceovereenkomsten van HP. Zie De printcartridge vervangen voor het installeren van een nieuwe printcartridge van HP.
Benodigdheden en onderdelen vervangen Volg bij het vervangen van apparaatbenodigdheden de richtlijnen nauwkeurig op. Richtlijnen voor vervanging Neem de volgende richtlijnen in acht bij het plaatsen van het apparaat om onderdelen eenvoudig te kunnen vervangen. ● Houd aan de boven- en voorzijde van het apparaat genoeg ruimte vrij voor het verwijderen van onderdelen. ● Plaats het apparaat op een vlakke, stabiele ondergrond.
op het bedieningspaneel een bericht wordt weergegeven waarin wordt gevraagd de printcartridge te vervangen. 102 1. Open de voorklep. 2. Haal de gebruikte printcartridge uit het apparaat.
3. Haal de nieuwe printcartridge uit de verpakking. Plaats de gebruikte printcartridge in de verpakking voor recycling. 4. Pak beide uiteinden van de printcartridge vast en verspreid de toner door de printcartridge voorzichtig heen en weer te schudden. VOORZICHTIG Raak de sluiter en het oppervlak van de rol niet aan. 5. NLWW Verwijder de transporttape van de nieuwe printcartridge. Gooi de transporttape weg volgens de plaatselijke voorschriften.
6. Lijn de printcartridge uit met de geleiders in het apparaat en gebruik de hendel om de printcartridge in de printer te plaatsen totdat de cartridge stevig vastzit. Vervolgens sluit u de voorklep. Na enige tijd wordt op het bedieningspaneel Klaar weergegeven. 7. De installatie is nu voltooid. Plaats de gebruikte printcartridge in de verpakking waarin de nieuwe printcartridge is geleverd. Raadpleeg de bijgesloten recyclinggids voor instructies over recycling. 8.
Het apparaat reinigen Tijdens het afdrukproces kunnen er zich papierresten, tonerresten en stofdeeltjes in het apparaat ophopen. Dit kan na verloop van tijd problemen geven met de afdrukkwaliteit, bijvoorbeeld in de vorm van tonervlekken of vegen (zie Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen). De buitenkant reinigen Gebruik een zachte, vochtige, pluisvrije doek om stof en vlekken van de buitenkant van het apparaat te verwijderen. De papierbaan reinigen 1. Druk op Menu. 2.
106 Hoofdstuk 6 Het apparaat beheren en onderhouden NLWW
7 Problemen oplossen Deze informatie is bedoeld voor het oplossen van afdrukproblemen. Kies het algemene onderwerp of probleemtype uit de volgende lijst.
Controlelijst voor probleemoplossing Als het apparaat niet goed werkt, probeer dan aan de hand van de volgende controlelijst de oorzaak van het probleem vast te stellen: ● Is het apparaat aangesloten op een stopcontact? ● Is het apparaat ingeschakeld? ● Heeft het apparaat de status Klaar? ● Zijn alle benodigde snoeren aangesloten? ● Worden er berichten weergegeven op het bedieningspaneel? ● Zijn er originele HP-onderdelen geïnstalleerd? ● Is een eventueel recentelijk vervangen printcartridge co
Schema voor het oplossen van problemen Als het apparaat niet goed reageert, gebruikt u het schema om het probleem te bepalen. Als het apparaat ergens niet verder wil, gaat u te werk volgens de suggesties van de probleemoplossing. Kunt u het probleem niet aan de hand van de suggesties in deze handleiding oplossen, neem dan contact op met een erkende service- of ondersteuningsleverancier van HP.
Er wordt geen configuratiepagina afgedrukt. Er wordt een lege pagina afgedrukt. Verschijnt er een ander bericht dan KLAAR of BEZIG MET AFDRUKKEN CONFIGURATIE op het display van het bedieningspaneel van de printer? ● Controleer of alle laden op de juiste manier zijn gevuld, ingesteld en in het apparaat geplaatst. ● ● ● Controleer met behulp van de computer de afdrukwachtrij of printspooler om te zien of het afdrukken is onderbroken.
● Controleer of u de juiste apparaatdriver gebruikt. (Zie De juiste printerdriver selecteren) ● Installeer de apparaatdriver opnieuw. (Zie de beknopte handleiding.) ● Controleer of de computerpoort juist is geconfigureerd en op de juiste wijze functioneert. (Sluit een ander apparaat op de poort aan en probeer vervolgens af te drukken.
hoogwaardige kabel (zie Onderdeelnummers). ● Vereenvoudig de afdruktaak, druk af met een lagere resolutie of installeer meer geheugen in het apparaat. (Zie Geheugen installeren.) ● Misschien is er geen bericht weergegeven met informatie over het oplossen van het probleem. Schakel in het submenu SYSTEEMINSTELLING EN (in het menu APPARAAT CONFIGUREREN) op het bedieningspaneel de instellingen VERWIJDERBARE WAARSCHUWINGEN en AUTOMATISCH DOORGAAN tijdelijk uit. Vervolgens drukt u de taak opnieuw af.
NLWW Het apparaat neemt afdrukmateriaal vanuit de verkeerde lade. Een optionele lade werkt niet op de juiste wijze. Verschijnt er een ander bericht dan KLAAR op het display van het bedieningspaneel? ● Controleer of u de juiste lade hebt geselecteerd. (Zie Bron) ● ● ● Controleer of de laden juist zijn geconfigureerd voor het papierformaat en het papiertype. (Zie Afdrukmateriaal plaatsen) Druk een configuratiepagina af om de huidige lade-instellingen te controleren.
Algemene afdrukproblemen oplossen Het apparaat haalt afdrukmateriaal uit de verkeerde lade. Oorzaak Oplossing In het programma is mogelijk de verkeerde lade geselecteerd. In veel programma's kiest u de papierlade in het menu Paginainstelling. Verwijder het afdrukmateriaal uit de andere laden zodat het apparaat de juiste lade kan kiezen. Gebruik bij een Macintosh-computer de HP Printer Utility om de prioriteit van de lade te wijzigen.
Er wordt erg langzaam afgedrukt. Oorzaak Oplossing Mogelijk is de afdruktaak zeer complex. Maak de pagina minder complex of pas de instellingen van de afdrukkwaliteit aan. Voeg meer geheugen toe als dit probleem zich blijft voordoen. Het apparaat kan niet sneller afdrukken, ook niet als er meer geheugen wordt toegevoegd. De afdruksnelheid kan automatisch worden verlaagd bij het afdrukken op aangepast afdrukmateriaal.
Het apparaat drukt af, maar de tekst is onjuist, vervormd of onvolledig. Oorzaak Oplossing In de software is het verkeerde driver gekozen. Controleer in het programma in het menu waarmee u apparaten kunt selecteren, of er een HP LaserJet P3005apparaat is geselecteerd. Het softwareprogramma werkt niet goed. Probeer een afdruktaak vanuit een ander programma uit te voeren. Het apparaat reageert niet wanneer u de optie Afdrukken in de software selecteert.
Soorten berichten op het bedieningspaneel De status van het apparaat of problemen met het apparaat worden aan de hand van vier berichttypen op het display weergegeven. Soort bericht Omschrijving Statusberichten De statusberichten geven de status van het apparaat aan. U krijgt met deze berichten informatie over de normale werking van het apparaat. Deze berichten verdwijnen weer vanzelf. De inhoud van deze berichten verandert wanneer de status van het apparaat verandert.
Berichten op het bedieningspaneel Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Het apparaat heeft een interne klok die de datum en tijd bijhoudt. De eerste keer dat u het apparaat aanzet, wordt gevraagd om de correcte datum en tijd in te stellen. Druk op Onderdeel installeren Druk om te wijzigen op Druk op STOP om over te slaan om de datum en tijd te wijzigen. Druk op Stop om deze stap over te slaan. U kunt de datum en tijd later instellen via het menu SYSTEEMINSTELLINGEN.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 13.XX.YY STORING ACHTER VOORKLEP Er is een papierstoring in de voorklep. Druk op voor hulp. wordt afgewisseld met of Druk voor hulp op Zie Storingen in het gebied rondom de invoerladen verhelpen Als dit bericht blijft verschijnen nadat u alle pagina's hebt verwijderd en de Help hebt gesloten, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. 13.XX.YY STORING IN ACHTERKLEP Er is een storing opgetreden in het gebied rond de achterklep.
Bedieningspaneelbericht 13.XX.YY STORING IN LADE 1 Omschrijving Er is een pagina vastgelopen in de multifunctionele lade. Aanbevolen actie ● Plaats de duplexeenheid terug in de printer. ● Druk om af te sluiten op ● Druk op informatie. ● Verwijder het afdrukmateriaal uit lade 1 en verwijder vervolgens al het afdrukmateriaal dat zich in het apparaat bevindt.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 13.XX.YY STORING ONDER BOVENKLEP Er is een storing opgetreden in het registratiegebied. ● Druk op informatie. ● Open de bovenklep en verwijder de printcartridge. ● Verwijder al het aanwezige afdrukmateriaal. ● Til de metalen klep omhoog en verwijder al het resterende afdrukmateriaal. ● Controleer of het formaat afdrukmateriaal overeenkomt met de lade-instellingen en de instelring in de lade.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 22-GEINTEGR. I/O-BUFFEROVERFLOW De buffer van de geïntegreerde HP Jetdirect printserver is vol terwijl de printer bezig is. ● om door te gaan met Druk op afdrukken. Opmerking Er zullen gegevens verloren gaan. 22-PARALLELLE I/OBUFFEROVERFLOW Tijdens de status 'bezet' is een parallelle bufferoverloop opgetreden. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● om door te gaan met Druk op afdrukken.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 40 SLECHTE SERIELE TRANSMISSIE Er is een seriële gegevensfout (pariteit, framing of regeloverloop) opgetreden tijdens het ontvangen van gegevens. ● wordt afgewisseld met Opmerking Gegevens gaan verloren. Druk om door te gaan op 40 SLECHTE TRANSMISSIE EIO X Er is een verbinding verbroken met de kaart in de EIO-sleuf. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 50.X FUSERFOUT Er is een fuserfout opgetreden. ● Zet het apparaat uit. ● Zet het apparaat aan. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● om door te gaan met Druk op afdrukken. ● Zet het apparaat uit en weer aan als deze fout zich blijft voordoen. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● om door te gaan met Druk op afdrukken.
Bedieningspaneelbericht 59.XY FOUT Omschrijving Aanbevolen actie Er is een motorfout opgetreden. wordt afgewisseld met ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● Druk om af te sluiten op ● Zet het apparaat uit en weer aan. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● Zet het apparaat uit en weer aan. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 68.X SCHRIJFFOUT PERMANENTE OPSLAG ● om door te gaan met Druk op afdrukken. wordt afgewisseld met Het apparaat met het niet-vluchtige geheugen is vol. Druk op om het bericht te wissen. Het afdrukken kan doorgaan, maar er kan zich onverwacht gedrag voordoen. ● Druk om door te gaan op X Omschrijving Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● Zet het apparaat uit en weer aan.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie ● 8X.YYYY GEÏNTEGREERDE JETDIRECTFOUT AFDRUKKEN GESTOPT Er is een kritieke fout opgetreden in de HP Jetdirect geïntegreerde printserver. Schakel de printserver uit. ● Verwijder voor EIO-printservers de kaart. ● Gebruik voor geïntegreerde printservers het menu Service. ● Als dit probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met de ondersteuning van HP. ● Zet het apparaat uit en weer aan.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie FOUT BIJ GEH.TEST VERVANG DIMM 1 De geheugen-DIMM werkt niet goed. Installeer een ondersteunde geheugenDIMM. Raadpleeg Geheugen installeren voor meer informatie. FOUT BIJ LADEN RFU Er is een fout opgetreden tijdens een upgrade van de firmware. ● Installeer de firmware opnieuw. ● Als deze fout zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de ondersteuning van HP. ● Installeer de firmware opnieuw.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie HANDMATIGE INVOER Er is afdrukmateriaal geplaatst in Lade 1, maar de huidige afdruktaak vereist een specifiek type of formaat dat momenteel niet beschikbaar is. Druk op wordt afgewisseld met of Druk op Druk om door te gaan op om vanuit de lade af te drukken. voor hulp. of Raadpleeg Afdrukmateriaal plaatsen voor meer informatie. HANDMATIGE INVOER Lade 1 is leeg en er is geen andere lade beschikbaar.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Logbestand leeg LOGBOEK GEBEURT.WEERGEVEN is geselecteerd via het bedieningspaneel, maar het logbestand is leeg. Geen handeling vereist. Logbestand wissen Dit bericht verschijnt terwijl het logbestand wordt gewist. Het apparaat keert vervolgens terug naar het menu SERVICE. Geen handeling vereist. Onderbroken Het apparaat is onderbroken. Druk op Stop om door te gaan met afdrukken.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Onrechtmatig onderdeel in gebruik Het apparaat heeft vastgesteld dat er een onderdeel is geïnstalleerd dat niet van HP is en (negeren) is ingedrukt. Wanneer u in de veronderstelling bent dat u benodigdheden van HP hebt aangeschaft, maar dit niet het geval is, gaat u naar www.hp.com/go/anticounterfeit.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie RAM-SCHIJF IS BESCHERMD TEGEN SCHRIJVEN Het bestandssysteem is beveiligd en er kunnen geen nieuwe bestanden naartoe worden geschreven. ● Als u schrijven naar het RAM-geheugen wilt activeren, moet u de schrijfbeveiliging uitschakelen met HP Web Jetadmin. ● Druk om dit bericht van het display te . verwijderen op ● Gebruik HP Web Jetadmin om bestanden van de RAM-schijf te wissen en probeer het opnieuw. ● Druk om dit bericht van het display te .
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie STORING IN RAM-SCHIJFEENHEID De RAM-schijf werkt niet goed. ● Het afdrukken kan verdergaan met taken waarvoor het gebruik van de RAM-schijf niet nodig is. ● Druk om dit bericht van het display te . verwijderen op ● Het afdrukken kan verdergaan voor taken waarvoor gebruik van het opslagapparaat niet nodig is. ● Druk om dit bericht van het display te . verwijderen op ● Zet het apparaat uit en als deze fout zich blijft voordoen.
Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie USB-OPSLAG IS BESCHERMD TEGEN SCHRIJVEN Het bestandssysteem is beveiligd en er kunnen geen nieuwe bestanden naartoe worden geschreven. ● Als u schrijven naar het opslagapparaat wilt activeren, moet u de schrijfbeveiliging uitschakelen met HP Web Jetadmin. ● Zet het apparaat uit en weer aan om dit bericht van het display te verwijderen. ● Zet het apparaat uit.
Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen Er is papier in het apparaat vastgelopen.1 Oorzaak Oplossing Het afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties. Gebruik alleen papier dat voldoet aan de specificaties van HP. Raadpleeg Overwegingen voor het afdrukmateriaal. Er is een component onjuist geïnstalleerd. Zorg ervoor dat alle printcartridges, de transfer- en de fusereenheid juist zijn geïnstalleerd. U gebruikt afdrukmateriaal dat al in een printer of kopieerapparaat is gebruikt.
Storingslocaties Gebruik deze afbeelding om papierstoringen in het apparaat te verhelpen. Zie voor instructies over het verhelpen van storingen Storingen verhelpen 1 3 4 2 1 Printcartridge 2 Invoerladen 3 Uitvoerbakken 4 Duplexbaan (voor dubbelzijdig afdrukken) Storingsherstel Dit apparaat biedt automatisch herstel na storingen. Met deze functie kunt u instellen dat vastgelopen pagina's automatisch opnieuw worden afgedrukt.
Storingen verhelpen Zorg bij het verhelpen van storingen dat u het afdrukmateriaal niet scheurt. Als er wat afdrukmateriaal in het apparaat achterblijft, kan dit opnieuw storingen veroorzaken. Het menu DEMO op het bedieningspaneel bevat een pagina die weergeeft hoe u storingen kunt verhelpen. Raadpleeg Menu Demo. Storingen in het gebied rondom de invoerladen verhelpen Opmerking Als u het afdrukmateriaal uit lade 1 wilt verwijderen, trekt u het afdrukmateriaal langzaam uit het apparaat.
3. Voordat u de lade vervangt, controleert u of het papier in de vier hoeken plat in de lade ligt en of de stapel onder de lipjes op de geleiders past. 4. Open en sluit de bovenklep om het storingsbericht te verwijderen. Als er nog steeds een storingsbericht wordt weergegeven, betekent dit dat er nog steeds ergens afdrukmateriaal in het apparaat vastzit. Kijk of er zich op andere plekken afdrukmateriaal bevindt. Papierstoringen in het gebied rondom de printcartridge verhelpen 1.
2. Trek het afdrukmateriaal langzaam uit het apparaat. Let erop dat u het afdrukmateriaal niet scheurt. VOORZICHTIG Zorg ervoor dat u geen toner knoeit. Verwijder eventuele toner die in het apparaat is terechtgekomen met een droge, pluisvrije doek. Als er toner in het apparaat terechtkomt, kan dat tijdelijke problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken. Losse toner verdwijnt uit de papierbaan nadat er een aantal pagina's is afgedrukt.
Storingen in het gebied rondom de uitvoerbakken verhelpen Opmerking Als er afdrukmateriaal is vastgelopen in het bovenste uitvoergedeelte en het meeste afdrukmateriaal zich nog in het apparaat bevindt, kan dit het beste worden verwijderd via de achterklep. 140 1. Open de achterklep. 2. Til de achterklep lichtjes op en til vervolgens het zwarte gedeelte in het midden van de binnenkant van de klep omhoog om de klemmetjes te ontgrendelen. Laat de achterklep helemaal openvallen.
3. Pak beide zijden van het papier vast en trek het langzaam uit het apparaat. (Er kan losse toner op het afdrukmateriaal zitten. Let erop dat deze niet op uw handen, uw kleding of in het apparaat terechtkomt.) Opmerking Als het afdrukmateriaal moeilijk te verwijderen is, kunt u proberen de bovenklep te openen en de printcartridge te verwijderen om de druk op het afdrukmateriaal te verminderen. 4. Sluit de achterklep.
Storingen in de optionele duplexeenheid verhelpen 142 1. Verwijder lade 2 uit het apparaat. 2. Druk op de groene knop rechtsboven aan de voorzijde van lade 2 voor toegang tot de duplexpapierbaan. 3. Trek het vastzittende papier uit de printer. 4. Duw de onderkant van de duplextoegangsplaat omhoog totdat deze aan weerszijden op de plaats vastklikt (beide zijden moeten vastklikken).
5. Installeer lade 2 opnieuw. Regelmatig terugkerende storingen verhelpen Als storingen regelmatig voorkomen, probeert u het volgende: NLWW ● Controleer alle plaatsen waar papierstoringen kunnen optreden. Ergens in het apparaat zit mogelijk een stukje afdrukmateriaal vast. ● Controleer of het afdrukmateriaal goed in de laden is geplaatst, of de laden correct zijn aangepast aan het geplaatste papierformaat en of de laden niet te vol zijn.
144 ● Controleer of de netvoeding van het apparaat geen stroompieken vertoont en aan de apparaatspecificaties voldoet. Raadpleeg Specificaties. ● Reinig het apparaat. Raadpleeg Het apparaat reinigen. ● Neem contact op met een erkende service- of ondersteuningsleverancier van HP voor het uitvoeren van een normale onderhoudsbeurt van het apparaat. Raadpleeg de ondersteuningsbrochure die bij het apparaat is geleverd, of zie www.hp.com/support/LJP3005.
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Dit gedeelte helpt u bij het herkennen van problemen met de afdrukkwaliteit. Tevens wordt hier beschreven wat u kunt doen om dergelijke problemen te verhelpen. Vaak kunnen problemen met de afdrukkwaliteit vrij eenvoudig worden verholpen door uw apparaat correct te onderhouden, materiaal te gebruiken dat voldoet aan de specificaties van HP, of een reinigingsblad door het apparaat heen te voeren.
Voorbeelden van afdrukproblemen Aan de hand van de voorbeelden uit deze tabel kunt u vaststellen waardoor het probleem met de afdrukkwaliteit wordt veroorzaakt. Gebruik de bijbehorende referentiepagina's om de problemen op te lossen. Deze voorbeelden zijn de meest voorkomende problemen met de afdrukkwaliteit. Als u het probleem op deze manier echter niet kunt oplossen, neemt u contact op met HP Klantenondersteuning.
Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc Zie Krullen of golven Zie Kreukels en vouwen Zie Verticale witte strepen Zie Bandensporen Raadpleeg Lijnen met vegen . Raadpleeg Vage afdruk . Zie Willekeurig herhaald beeld (donker) Zie Willekeurig herhaald beeld (licht) Zie Witte vlekken op zwart Opmerking Deze voorbeelden betreffen vellen papier van Letter-formaat die door het apparaat zijn gegaan. Lichte afdrukken (deel van de pagina) NLWW 1.
Lichte afdrukken (hele pagina) 1. Controleer of de printcartridge op de juiste wijze is geïnstalleerd. 2. Controleer of de instelling ECONOMODE is uitgeschakeld op het bedieningspaneel en in de apparaatdriver. 3. Open het menu op het bedieningspaneel. Open het submenu AFDRUKKWALITEIT en verhoog de instelling TONERDICHTHEID. Raadpleeg Submenu Afdrukkwaliteit. 4. Probeer een andere papiersoort. 5. De printcartridge is mogelijk bijna leeg. Vervang de printcartridge.
Weggevallen tekst 1. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 2. Als het papier ruw is en de toner makkelijk afgeeft, opent u het menu APPARAAT CONFIGUREREN op het bedieningspaneel. Open het submenu AFDRUKKWALITEIT, selecteer FUSERMODI en selecteer vervolgens het type afdrukmateriaal dat u gebruikt. Wijzig de instelling naar HOOG 1 of HOOG 2, waardoor het afdrukmateriaal de toner beter "pakt". (Zie Submenu Afdrukkwaliteit.) 3. Probeer glad papier.
4. Keer het afdrukmateriaal in de lade om. Ook kunt u proberen het afdrukmateriaal 180 graden te draaien. 5. Open het menu APPARAAT CONFIGUREREN op het bedieningspaneel. Verhoog in het submenu AFDRUKKWALITEIT de instelling TONERDICHTHEID. Raadpleeg Submenu Afdrukkwaliteit. 6. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 7. Vervang de printcartridge. Tonervegen 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2.
3. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 4. Let erop dat papiersoort en –kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. (Zie Overwegingen voor het afdrukmateriaal.) Fouten die steeds terugkeren 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2. Als de afstand tussen fouten 47 mm (1,85 inch), 62 mm (2,44 inch) of 96 mm (3,78 inch) is, moet u mogelijk de printcartridge vervangen. 3.
Vervormde tekens AaBbCc AaBbCc AaBbCc AaBbCc AaBbCc AaBbCc 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) Scheve pagina 152 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2. Controleer of er geen papierresten in het apparaat zitten. 3. Controleer of het papier correct is geplaatst en of alle aanpassingen zijn doorgevoerd.
Krullen of golven 1. Keer het afdrukmateriaal in de lade om. Ook kunt u proberen het afdrukmateriaal 180 graden te draaien. 2. Let erop dat papiersoort en –kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. (Zie Overwegingen voor het afdrukmateriaal.) 3. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 4. Probeer af te drukken naar een andere uitvoerbak. 5. Wanneer het papier licht en glad is, opent u het menu APPARAAT CONFIGUREREN op het bedieningspaneel.
Als de bovengenoemde handelingen de kreukels of vouwen niet verhelpen, wijzigt u uw fusermodus van NORMAAL naar LAAG 1. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu. 2. Druk op om APPARAAT CONFIGUREREN te selecteren en druk op 3. Druk op om AFDRUKKWALITEIT te selecteren en druk op 4. Druk op om FUSERMODI te selecteren en druk op 5. Druk op om LAAG 1 te selecteren en druk op . . . . Verticale witte strepen 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2.
Witte vlekken op zwart 1. Druk nog enkele pagina's af om te kijken of het probleem vanzelf wordt opgelost. 2. Let erop dat papiersoort en –kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. (Zie Overwegingen voor het afdrukmateriaal.) 3. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 4. Vervang de printcartridge. Lijnen met vegen NLWW 1. Let erop dat papiersoort en –kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. (Zie Overwegingen voor het afdrukmateriaal.) 2.
Vage afdruk 1. Let erop dat papiersoort en –kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. (Zie Overwegingen voor het afdrukmateriaal.) 2. Controleer of aan de omgevingseisen wordt voldaan. (Zie Omgevingsvereisten.) 3. Keer het afdrukmateriaal in de lade om. Ook kunt u proberen het afdrukmateriaal 180 graden te draaien. 4. Gebruik geen papier dat al een keer door het apparaat is gevoerd. 5. Verlaag de tonerdichtheid. Open het menu APPARAAT CONFIGUREREN op het bedieningspaneel.
NLWW ● Draai vanuit het softwareprogramma de hele pagina 180 graden om de lichtere afbeelding eerst af te drukken. ● Als het probleem verderop in een afdruktaak optreedt, schakelt u het apparaat tien minuten lang uit en zet u het apparaat vervolgens weer aan om de afdruktaak nogmaals vanaf het begin uit te voeren.
Problemen met afdrukken vanuit het netwerk oplossen Opmerking HP raadt u aan de cd-rom van het apparaat te gebruiken om het apparaat op het netwerk te installeren en in te stellen. 158 ● Druk een configuratiepagina af (zie informatiepagina’s gebruiken). Als een HP Jetdirect-printserver is geïnstalleerd, wordt er met het afdrukken van een configuratiepagina ook een tweede pagina met de netwerkinstellingen en de status afgedrukt.
Algemene Windows-problemen oplossen Foutbericht: "Fout bij het schrijven naar LPTx" in Windows 9x. Oorzaak Oplossing Geen afdrukmateriaal geladen. Controleer of de laden papier of ander afdrukmateriaal bevatten. De kabel zit los of is defect. Controleer of de kabels goed zijn aangesloten, het apparaat is ingeschakeld en het Klaar-lampje brandt. Het apparaat is op een stekkerdoos aangesloten en krijgt onvoldoende stroom. Haal de stekker uit de stekkerdoos en steek de stekker in een ander stopcontact.
Algemene problemen met een Macintosh oplossen Naast de problemen die zijn besproken in Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen, worden in deze sectie problemen behandeld die kunnen optreden bij het gebruik van een Mac-computer. Opmerking De instelling voor afdrukken via USB en IP wordt uitgevoerd via de Desktop Printer Utility. Het apparaat wordt niet weergegeven in de Kiezer. De apparaatdriver wordt niet in Afdrukbeheer weergegeven.
Het geselecteerde apparaat wordt niet automatisch door de apparaatdriver in Afdrukbeheer ingesteld. Oplossing Oorzaak apparaat rechtstreeks op de computer aan te sluiten of een andere poort te gebruiken. De software is wellicht niet geïnstalleerd of onjuist geïnstalleerd. Controleer of het PPD-bestand van HP LaserJet P3005 in de volgende map op de harde schijf staat: Library/Printers/ PPDs/Contents/Resources/.
Er kan niet worden afgedrukt vanaf een USB-kaart van derden. Oorzaak Oplossing Dit probleem doet zich voor wanneer de software voor USBapparaten niet is geïnstalleerd. Als u een USB-kaart van derden toevoegt, hebt u mogelijk de USB Adapter Card Support-software van Apple nodig. De recentste versie van deze software is beschikbaar op de website van Apple. Wanneer u het apparaat met een USB-kabel hebt aangesloten, staat het apparaat niet in Afdrukbeheer van de Macintosh wanneer u de driver selecteert.
Problemen met Linux oplossen Voor informatie over het oplossen van Linux-problemen, gaat u naar de Linux-ondersteuningswebsite van HP: hp.sourceforge.net/.
Algemene PostScript-problemen oplossen De volgende situaties zijn specifiek voor de PostScript-taal (PS) en kunnen zich voordoen als er verschillende apparaatbesturingstalen worden gebruikt. Controleer het bericht op het display van het bedieningspaneel. Het bericht helpt u mogelijk het probleem op te lossen. Opmerking Als u bij PS-fouten een bericht op de printer of op het scherm wilt ontvangen, opent u het dialoogvenster Printopties en klikt u op de gewenste selectie naast het gedeelte PS-fouten.
A Benodigdheden en accessoires In dit gedeelte vindt u informatie over het bestellen van onderdelen, benodigdheden en accessoires. Gebruik alleen onderdelen en accessoires die specifiek zijn ontworpen voor dit apparaat.
Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen Er zijn diverse manieren om onderdelen, accessoires en benodigdheden te bestellen: Rechtstreeks bestellen bij HP U kunt de volgende onderdelen rechtstreeks bestellen bij HP: ● Vervangingsonderdelen Zie www.hp.com/go/hpparts/ voor het bestellen van vervangingsonderdelen in de VS. Bestel onderdelen buiten de VS door contact op te nemen met een plaatselijk, erkend HP-servicecentrum. ● Benodigdheden en accessoires Zie www.hp.
Onderdeelnummers De volgende lijst met accessoires was bijgewerkt ten tijde van deze druk. Bestelinformatie en beschikbaarheid van de accessoires kunnen veranderen tijdens de levensduur van het apparaat. Accessoires voor papierverwerking Artikel Omschrijving Onderdeelnummer Optionele lade en invoereenheid voor 500 vel (lade 3) Optionele lade voor een hogere papiercapaciteit. Geschikt voor de papierformaten Letter, A4, Legal, A5, B5 (JIS), Executive en 8,5 x 13 inch.
Kabels en interfaces Artikel Omschrijving Onderdeelnummer Enhanced I/O-kaarten (EIO) HP Jetdirect 620n Fast Ethernetprintserver (10/100Base-TX) J7934A HP Jetdirect 625n Gigabit Ethernetprintserver (10/100/1000T) J7960A HP Jetdirect 635n IPv6/IPsecprintserver J7961A HP Jetdirect 680n 802.
Artikel Omschrijving Onderdeelnummer HP Premium Choice LaserJet-papier Letter (8,5 x 11 inch), 500 vel per riem, tien riemen per doos HPU1132 - Noord-Amerika Letter (8,5 x 11 inch), 250 vel per riem, zes riemen per doos HPU1732 - Noord-Amerika A4 (210 x 297 mm), vijf riemen per doos Q2397A - landen/regio’s in Azië-Oceanië Witste LaserJet papier van HP. Van dit extra gladde en helderwitte papier kunt u opvallend heldere tinten en een door en door zwarte kleur verwachten.
Artikel Omschrijving Onderdeelnummer HP Office-papier Letter (8,5 x 11 inch), 500 vel per riem, tien riemen per doos HPC8511 - Noord-Amerika en Mexico Letter (8,5 x 11 inch), drie perforaties, 500 vel per riem, tien riemen per doos HPC3HP - Noord-Amerika Legal (8,5 x 14 inch), 500 vel per riem, tien riemen per doos HPC8514 - Noord-Amerika Letter (8,5 x 11 inch), Quick Pack, 2500 vel per doos HP2500S - Noord-Amerika en Mexico Letter (8,5 x 11 inch), Quick Pack, drie perforaties, 2500 vel per doos
B Service en ondersteuning Beperkte garantie van Hewlett-Packard HP-PRODUCT DUUR VAN DE BEPERKTE GARANTIE HP LaserJet P3005-, P3005d-, P3005n-, P3005dn- en P3005xprinters Eén jaar HP geeft u, de eindgebruiker en klant, de garantie dat na de aankoopdatum, gedurende de bovengenoemde periode, de hardware en accessoires van HP vrij zijn van materiaal- en productiefouten.
VOOR ZOVER TOEGESTAAN DOOR LOKALE WETGEVING, ZIJN DE RECHTSMIDDELEN IN DEZE GARANTIEVERKLARING UW ENIGE EN EXCLUSIEVE RECHTSMIDDELEN. BEHALVE ZOALS HIERBOVEN OMSCHREVEN, ZAL HP IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR HET VERLIES VAN GEGEVENS OF VOOR DIRECTE, UITZONDERLIJKE OF INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN WINSTDERVING OF GEGEVENSVERLIES) OF ANDERE SCHADE, ONGEACHT HET FEIT OF DEZE SCHADE BERUST OP CONTRACT, BENADELING OF ANDERSZIJDS.
Printcartridge beperkte garantie HP garandeert dat dit HP-product geen materiaal- en productiefouten bevat. Deze garantie geldt niet voor producten die (a) op enige wijze opnieuw zijn gevuld, hersteld of waarmee is geknoeid, (b) problemen hebben die voortvloeien uit onjuist gebruik, onjuiste opslag of gebruik waarbij niet wordt voldaan aan de gepubliceerde milieuspecificaties voor het apparaat of (c) slijtage vertonen door normaal gebruik.
HP Klantenondersteuning Online services Voor bijgewerkte printersoftware, productinformatie en ondersteuningsinformatie gaat u naar de website (24 uur per dag bereikbaar) www.hp.com/support/LJP3005. Ga naar www.hp.com/support/net_printing voor informatie over de HP Jetdirect externe printerserver. HP Instant Support Professional Edition (ISPE) bevat op het web gebaseerde hulpprogramma's voor het oplossen van problemen met het bureaublad en printerproducten. Ga naar instantsupport.hp.com.
HP-software voor eenvoudig printeronderhoud Met de HP-software voor eenvoudig printeronderhoud kunt u de apparaatstatus controleren en informatie over het oplossen van problemen en online documentatie weergeven. U kunt de HP-software voor eenvoudig printeronderhoud alleen gebruiken als u de software volledig hebt geïnstalleerd. Raadpleeg De geïntegreerde webserver gebruiken. HP-ondersteuning en informatie voor Macintosh-computers Ga naar www.hp.
Onderhoudsovereenkomsten van HP HP heeft diverse soorten onderhoudsovereenkomsten die aan de behoefte aan verschillende soorten ondersteuning tegemoetkomen. Onderhoudsovereenkomsten behoren niet bij de standaardgarantie. Ondersteunde services kunnen per land/regio verschillen. Vraag uw plaatselijke HP-leverancier welke services voor u beschikbaar zijn.
3. Verwijder en bewaar het netsnoer, de interfacekabel en optionele accessoires. 4. Stuur zo mogelijk afdrukvoorbeelden mee en 50 tot 100 vellen papier waarop niet goed kon worden afgedrukt. 5. Neem in de VS contact op met de klantenondersteuning van HP om nieuw verpakkingsmateriaal aan te vragen. In de overige landen/regio's gebruikt u indien mogelijk de originele verpakking. U kunt het beste de apparatuur verzekeren voordat u deze verzendt.
178 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
C NLWW Specificaties ● Productspecificaties ● Stroomvoorziening ● Akoestische specificaties ● Omgevingsvereisten 179
Productspecificaties Tabel C-1 apparaatafmetingen apparaatmodel Hoogte Diepte Breedte Gewicht1 HP LaserJet P3005, P3005d, P3005n en P3005dn 275 mm 535 mm 490 mm 20,2 kg HP LaserJet P3005x 404 mm 535 mm 490 mm 5200tn: 30,2 kg 5200dtn: 33,1 kg Optionele invoerlade voor 500 vel 1 130 mm 535 mm 490 mm 9 kg Zonder printcartridge Tabel C-2 Afmetingen apparaat met alle deuren en kleppen geheel geopend 180 apparaatmodel Hoogte Diepte Breedte HP LaserJet P3005, P3005d, P3005n en P3005dn 2
Stroomvoorziening WAARSCHUWING De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar het apparaat wordt verkocht. Verander niets aan de ingestelde spanning. Als u hieraan iets verandert, kan het apparaat beschadigd raken en vervalt de garantie. Tabel C-3 Stroomvereisten Specificaties 110-volt modellen 220-volt modellen Voedingsvereisten 110 max. 127 volt (± 10%) 220 max.
Akoestische specificaties Tabel C-5 Geluids- en drukniveau 1 2 3 182 Geluidsniveau Volgens ISO 9296 Afdrukken LWAd= 6,5 bel (A) [65 dB(A)] Klaar Onhoorbaar Geluidsdrukniveau Volgens ISO 9296 Afdrukken LpAm=51 dB (A) Klaar Onhoorbaar Deze waarden zijn onderhevig aan wijzigingen. Zie www.hp.com/support/LJP3005 voor recente informatie. Geteste configuratie: basisapparaat, enkelzijdig afdrukken op A4-formaat. Printsnelheid is 35 ppm.
Omgevingsvereisten Tabel C-6 Omgevingsvereisten NLWW Omgevingsconditie Afdrukken Opslag/stand-by Temperatuur (apparaat en printcartridge) 15 ° tot 32,5 °C -20 ° tot 40 °C Relatieve luchtvochtigheid 10% tot 80% 10% tot 90% Omgevingsvereisten 183
184 Bijlage C Specificaties NLWW
D Overheidsinformatie Dit gedeelte bevat de volgende overheidsinformatie: NLWW ● FCC-voorschriften ● Milieuvriendelijke producten ● Conformiteitsverklaring ● Veiligheidsverklaringen 185
FCC-voorschriften Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een elektronisch apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. De limieten moeten in een woonomgeving een redelijke bescherming bieden tegen storing. Deze apparatuur produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen. Als dit apparaat niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan dit leiden tot ernstige storing van de radiocommunicatie.
Milieuvriendelijke producten Milieubescherming Hewlett-Packard Company spant zich in om op milieuvriendelijke wijze kwalitatief hoogstaande producten te leveren. Het ontwerp van dit product bevat dan ook diverse kenmerken die de effecten op het milieu beperken. Ozonproductie Dit product brengt geen meetbaar ozongas (O3) voort. Lager energieverbruik Het stroomverbruik neemt aanzienlijk af als het product zich in de modus Klaar of in de sluimermodus bevindt.
bij de ontwikkeling en productie van onze apparaten als bij het gebruik en de recycling ervan rekening met het milieu. We garanderen dat de geretourneerde HP LaserJet-printcartridges zorgvuldig worden gerecycled. Plastics en metalen worden opnieuw gebruikt in nieuwe producten, zodat miljoenen tonnen afval niet op de vuilnisbelt belanden. Deze cartridge wordt gerecycled en in nieuwe materialen gebruikt. U krijgt de cartridge daarna niet terug.
Dit HP-product bevat een batterij waarvoor mogelijk speciale verwerking vereist is aan het eind van de gebruiksduur. De volgende batterijen worden door Hewlett-Packard meegeleverd of zitten in de producten van HP: HP LaserJet P3005-apparaat Soort Carbonmonofluoride-lithiumbatterij BR1632 Gewicht 1,5 g Locatie Op formatter-kaart Door de gebruiker te verwijderen Nee Voor recyclinginformatie kunt u naar www.hp.
Meer informatie Meer informatie over onderwerpen met betrekking tot het milieu: ● Milieuprofielblad voor dit product en andere verwante producten van HP ● Inzet van HP voor het milieu ● Het milieubeheersysteem van HP ● Het retournerings- en recycleprogramma van HP voor verbruikte producten ● Material Safety Data Sheets (chemiekaarten) Ga naar http://www.hp.com/go/environment of http://www.hp.com/hpinfo/community/environment/ productinfo/safety.
Conformiteitsverklaring Conformiteitsverklaring Conformiteitsverklaring volgens ISO/IEC 17050-1 en EN 17050-1 Naam fabrikant: Adres fabrikant: Hewlett-Packard Company 11311 Chinden Boulevard, Boise, Idaho 83714-1021, USA verklaart, dat het product Productnaam: HP LaserJet P3005-serie Inclusief: Q7817A optionele invoerlade voor 500 vel Wettelijk modelnummer 3): Productopties: BOISB-0406-02 ALLE Printcartridges: Q7551A/Q7551X voldoet aan de volgende productspecificaties: Veiligheid: IEC 60950-1:2001 /
Veiligheidsverklaringen Laserverklaring Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft een aantal voorschriften ingevoerd voor laserproducten die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976. Het opvolgen van deze voorschriften is verplicht voor producten die worden verkocht binnen de VS.
HP LaserJet P3005, P3005d, P3005n, P3005dn, P3005x, laserkirjoitin on käyttäjän kannalta turvallinen luokan 1 laserlaite. Normaalissa käytössä kirjoittimen suojakotelointi estää lasersäteen pääsyn laitteen ulkopuolelle. Laitteen turvallisuusluokka on määritetty standardin EN 60825-1 (1994) mukaisesti. VAROITUS ! Laitteen käyttäminen muulla kuin käyttöohjeessa mainitulla tavalla saattaa altistaa käyttäjän turvallisuusluokan 1 ylittävälle näkymättömälle lasersäteilylle.
194 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
E Werken met geheugenkaarten en printserverkaarten In dit gedeelte worden de geheugenfuncties van het apparaat uitgelegd en wordt aangegeven hoe u het geheugen kunt uitbreiden.
Overzicht Er is één DIMM-sleuf (Dual Inline Memory Module) beschikbaar om het apparaat uit te breiden met de volgende onderdelen: ● Meer apparaatgeheugen: er zijn DIMM’s verkrijgbaar met een capaciteit van 32, 48, 64, 128 en 256 MB. ● Andere op DIMM gebaseerde apparaatbesturingstalen en apparaatopties. Zie Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen voor bestelinformatie.
Geheugen installeren Installeer meer geheugen in het apparaat als u vaak complexe afbeeldingen of PostScript-documenten (PS) afdrukt of veel gedownloade lettertypen gebruikt. Bovendien biedt meer geheugen meer flexibiliteit bij de ondersteuning van functies voor taakopslag, zoals snel kopiëren. Apparaatgeheugen installeren VOORZICHTIG Statische elektriciteit kan DIMM's beschadigen.
3. Verwijder vervolgens het apparaat door het rechterzijpaneel naar de achterkant van het apparaat te schuiven. 4. Open de toegangsklep door aan het metalen lipje te trekken. 5. Haal de DIMM uit de antistatische verpakking.
6. Houd de DIMM bij de randen vast en plaats de inkepingen van de DIMM op één lijn met de DIMMsleuf. (Controleer of de vergrendelingen aan weerszijden van de DIMM-sleuf open zijn.) 7. Duw de DIMM recht vooruit in de sleuf en druk de DIMM stevig aan. Controleer of de vergrendelingen aan weerszijden van de DIMM vastklikken. Opmerking 8. NLWW Maak de vergrendelingen los voordat u een DIMM verwijdert. Sluit de toegangsklep en druk deze stevig aan totdat deze vastklikt.
9. Als u het zijpaneel wilt terugplaatsen, zorgt u dat de pijlen met elkaar op één lijn liggen en schuift u het paneel naar voren tot het vastklikt. 10. Sluit de interfacekabel(s) en het netsnoer weer aan. 11. Zet het apparaat weer aan.
De installatie van DIMM-modules controleren Controleer na het installeren van de DIMM-module of de installatie is gelukt. Controleren of de DIMM-module correct is geïnstalleerd 1. Zet het apparaat aan. Controleer of het lampje Klaar na het opstarten van het apparaat gaat branden. Als er een foutbericht verschijnt, is een DIMM-module mogelijk niet op de juiste wijze geïnstalleerd. Raadpleeg Berichten op het bedieningspaneel. 2. Druk een configuratiepagina af (zie informatiepagina’s gebruiken). 3.
Zuinig omspringen met (permanente) bronnen Hulpprogramma's of taken die u naar het apparaat downloadt, kunnen bronnen bevatten, bijvoorbeeld lettertypen, macro's of patronen. Bronnen die intern zijn gemarkeerd als permanent, blijven in het apparaatgeheugen staan totdat u het apparaat uitschakelt. Volg de volgende richtlijnen als u gebruikmaakt van PDL (page description language) voor het markeren van bronnen als permanent. Raadpleeg de PDL-naslaginformatie bij PCL of PS voor technische gegevens.
Geheugen inschakelen voor Windows NLWW 1. Selecteer in het menu Start de optie Instellingen en vervolgens Printers of Printers en faxapparaten. 2. Selecteer dit apparaat en kies Eigenschappen. 3. Klik op het tabblad Configureren op Meer. 4. Typ of selecteer in het veld Totaal geheugen de totale grootte van het geheugen dat nu geïnstalleerd is. 5. Klik op OK. 6. Ga naar De installatie van DIMM-modules controleren.
HP Jetdirect-printserverkaarten gebruiken Volg deze procedures voor het installeren of verwijderen van een EIO-kaart. Een HP Jetdirect-printserverkaart installeren 1. Zet het apparaat uit. 2. Verwijder de twee schroeven en het afdekplaatje van de EIO-sleuf aan de achterzijde van het apparaat. Opmerking Gooi de schroeven of het afdekplaatje niet weg. Bewaar deze voor toekomstig gebruik als u de EIO-kaart verwijdert. 3. 204 Installeer de EIO-kaart in de EIO-sleuf en draai de schroeven aan.
4. Sluit de netwerkkabel aan op de EIO-kaart. 5. Zet het apparaat aan en druk vervolgens een configuratiepagina af om te controleren of het nieuwe EIO-apparaat wordt herkend. Raadpleeg informatiepagina’s gebruiken. Opmerking Wanneer u een configuratiepagina afdrukt, wordt tevens een HP Jetdirectconfiguratiepagina afgedrukt met informatie over de netwerkconfiguratie en de status. Een HP Jetdirect-printserverkaart verwijderen NLWW 1. Zet het apparaat uit. 2.
206 Bijlage E Werken met geheugenkaarten en printserverkaarten NLWW
Woordenlijst afdrukmateriaal Het papier, de etiketten, de transparanten of ander materiaal waarop het apparaat de afbeelding afdrukt. apparaatdriver Een softwareprogramma dat door een computer wordt gebruikt om toegang te krijgen tot apparaatfuncties. bak Een opvangplaats voor afgedrukte pagina's. bedieningspaneel Het gedeelte van het apparaat waarop zich knoppen en een displayvenster bevinden.
HP-software voor eenvoudig printeronderhoud Software waarmee u apparaten kunt opsporen en onderhouden vanaf uw het bureaublad van uw computer. HP Web Jetadmin HP-software voor apparaatbeheer via het web, waarmee u elk willekeurig randapparaat dat is aangesloten op een HP Jetdirect-printserver vanaf een computer kunt beheren. I/O Afkorting voor Input/Output. Verwijst naar instellingen van de computerpoort. IP-adres Een uniek nummer dat wordt toegewezen aan een computer die deel uitmaakt van een netwerk.
transfereenheid De zwarte kunststof band waardoor het afdrukmateriaal in het apparaat wordt voortbewogen en waarmee de toner uit de printcartridge op het materiaal wordt overgebracht.
210 Woordenlijst NLWW
Index Symbolen en getallen Macintosh problemen, probleemoplossing 160 A A4 ondersteunde formaten 59 A4/Letter negeren 24 A4 breed instelling 24 A4 papierinstellingen 24 A4-papierinstellingen 24 A5 ondersteunde formaten 59 aangepast ondersteunde formaten 59 aangepast formaat, papier instellingen 21 aangepast papierformaat driverinstellingen 75 lade-instellingen 23 aantal exemplaren, standaardinstelling 23 aan-uitschakelaar, zoeken 5 accessoires bestellen 166 onderdeelnummers 167 verkrijgbaar 3 achterste u
B B5 ondersteunde formaten 59 bakken, uitvoer omkrullen van het papier, probleemoplossing 114 papierbaantest 34 selecteren 71 storingen verhelpen 140 vol, bericht 132 zoeken 5 bandensporen, probleemoplossing 154 bedieningspaneel Afdrukken, menu 23 Afdrukkwaliteit, menu 25 Apparaat configureren, menu 23 berichten, alfabetische lijst 133 berichten, genummerde lijst 118 berichten, soorten 117 Demo, menu 18 Diagnostiek, menu 34 display 15 Herstellen, menu 33 I/O-menu 32 Informatie, menu 20 instellingen 8, 14, 3
vervangen 101 vervangingstijden 99 communicatie-instellingen 32 Compatibel met Energy Star 3 conceptkwaliteit afdrukken 28 configuratiepagina afdrukken 88 Macintosh 97 probleemoplossing 109 conformiteitsverklaring 191 contact opnemen met HP 174 Courier-lettertype-instellingen 24 CRC-codefouten 127 D datum, instelling 28, 118 DC-controllerfouten 124 Demo, menu 18 Diagnostiek, menu 34 dichtheid instellingen 28, 97 probleemoplossing 147 DIMM's beschikbare soorten 196 fouten niet ondersteund 124 installatie con
garantie 173 installatiebericht 128 modi 26 G garantie printcartridge 173 product 171 transfereenheid en fuser 173 verlengd 177 gateway, standaard instellen 47 geblokkeerde menu's 133 gebruikspagina 20 gebruikspagina, afdrukken 88 geen-systeemfout 125 geen toner meer 31, 40 gegevenslampje 15 gegolfd papier, probleemoplossing 114, 153 geheugen autoconfiguratie 8 benodigdheden, fouten 118 DIMM's installeren 197 fouten RAM niet ondersteund 124 fouten RAM-schijf 133 installatie controleren 201 instellingen RAM-
Jetdirect-printserver configureren 49 installeren 204 instellingen 32 modellen met 2 onderdeelnummers 168 verwijderen 205 K kaarten formaten, ondersteund 61 fusermodi 26 plaatsen 67 richtlijnen voor gebruik 56 kabels onderdeelnummers 168 parallelle, aansluiten 44 USB, aansluiten 45 Klaar-lampje 15 kladkwaliteit afdrukken 27 klantenondersteuning apparaat opnieuw verpakken 176 HP Printer Utility-pagina's 97 koppelingen van geïntegreerde webserver 95 Linux 163 online 174 klokfouten 118 knoppen, bedieningspanee
software verwijderen 10 USB-kaart, probleemoplossing 162 marges enveloppen 55 instellingen 26 Legal-papier, probleemoplossing 164 materiaalbeperkingen 188 Material Safety Data Sheet (MSDS, chemiekaart) 189 meerdere pagina's per vel 76, 81 menu's, bedieningspaneel Afdrukken 23 Afdrukkwaliteit 25 Apparaat configureren 23 Demo 18 Diagnostiek 34 Herstellen 33 I/O 32 Informatie 20 openen 15 Openen 17 Papierverwerking 21 Systeeminstellingen 28 Taak ophalen 19 Toegang geweigerd 133 menu Apparaat configureren 23 me
papierstoringen foutberichten 119 instelling, hervatten na papierstoring 41 instelling voor herstel 31 locaties 136 parallelle bufferoverloopfouten 122 parallelle communicatie, instellingen 32 parallelle kabel lengte, maximaal 44 onderdeelnummers 168 parallelle poort aansluiten 44 meegeleverde 2 zoeken 6 PCL, instellen als apparaatbesturingstaal 30 PCL-drivers 7 PCL-lettertypenlijst, afdrukken 20 PDF-foutpagina’s 24 permanente bronnen 202 permanente opslagfouten 125 personality's fouten 128 instellingen 30
processorsnelheid 3 productspecificaties 180 ProRes 3 PS, instellen als apparaatbesturingstaal 30 PS-emulatiedrivers 7 PS-foutpagina's instellingen 24 probleemoplossing 110 PS-lettertypenlijst, afdrukken 20 punten, probleemoplossing 148, 155 R RAM-schijf fouten 133 instellingen 31, 41 reageert niet, probleemoplossing 116 rechte papierbaan 72 rechterzijpaneel, zoeken 5 recyclen 187 regelafstand, standaardinstelling 25 regelterugloop, instellingen 25 registratie-instellingen 26 reinigen buitenkant 105 reinigi
Taak ophalen, menu 19 taal, bedieningspaneel 32, 42 tabblad Instellingen, geïntegreerde webserver 94 tabblad Netwerk, geïntegreerde webserver 95 tabblad Services 79 taken geen afdruk, probleemoplossing 110 gestopt, probleemoplossing 111 Macintosh-instellingen 98 onjuist opgemaakt 112 opgeslagen, afdrukken 84 opgeslagen, verwijderen 84 Taak ophalen, menu 19 talen, apparaat fouten 128 TCP/IP-parameters, handmatige configuratie 46 technische ondersteuning apparaat opnieuw verpakken 176 Linux 163 online 174 tek
waarschuwingsinstellingen (venster), HP-werkset 92 watermerken 75 websites benodigdheden bestellen 166 fraudemeldingen 100 HP Easy Printer Care 11 HP Web Jetadmin, downloaden 96 klantenondersteuning 174 klantenondersteuning Macintosh 175 Linux-ondersteuning 7, 163 Material Safety Data Sheet (MSDS) 189 papierspecificaties 53, 54 software, downloaden 7 weggevallen tekst, probleemoplossing 149 wekelijkse on-site service 176 wektijd, instelling 30 werkset.
© 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. www.hp.