HP Photosmart C5300 All-in-One series Windows-help
HP Photosmart C5300 All-in-One series
1 Hulp bij de HP Photosmart C5300 All-in-One series.............................................................7 2 Overzicht HP All-in-One Een overzicht van de HP All-in-One...........................................................................................9 Overzicht van het bedieningspaneel........................................................................................10 Functies van het bedieningspaneel....................................................................................
Papier met volledig formaat of fotopapier met een klein formaat plaatsen.........................37 Briefkaarten, Hagaki- of indexkaarten plaatsen..................................................................40 Enveloppen plaatsen..........................................................................................................42 Andere papiersoorten plaatsen..........................................................................................44 Een cd/dvd plaatsen............................
Inhoudsopgave 9 De scanfuncties gebruiken Een afbeelding scannen...........................................................................................................83 Een origineel naar een computer scannen.........................................................................83 Een origineel naar een geheugenkaart scannen................................................................84 Een gescande afbeelding bewerken..............................................................................
De glasplaat reinigen........................................................................................................114 De binnenkant van de klep reinigen.................................................................................114 De buitenkant reinigen......................................................................................................115 De HP All-in-One uitschakelen...............................................................................................
Problemen oplossen bij cd-/dvd-afdrukken............................................................................179 Het apparaat kan de cd-/dvd-houder niet vinden.............................................................179 Het apparaat vindt geen cd/dvd op de houder.................................................................181 Het apparaat drukt op een niet-bedrukbaar gebied van de schijf.....................................182 De inkt op de cd/dvd droogt niet..................................
Inhoudsopgave Voorgeschreven identificatienummer van het model........................................................301 FCC statement..................................................................................................................301 Notice to users in Korea...................................................................................................302 VCCI (Class B) compliance statement for users in Japan................................................
Hulp bij de HP Photosmart C5300 All-in-One series Meer informatie over de HP All-in-One vindt u hier: • • • • • • • • • • • • • • "Overzicht HP All-in-One" op pagina 9 "Meer informatie zoeken" op pagina 17 "De installatie van de HP All-in-One voltooien" op pagina 19 "Hoe kan ik?" op pagina 31 "Originelen en papier laden" op pagina 33 "Afdrukken vanaf de computer" op pagina 51 "De fotofuncties gebruiken" op pagina 73 "De scanfuncties gebruiken" op pagina 83 "De kopieerfuncties gebruiken" op pagina 87 "De af
Hoofdstuk 1 Hulp bij de HP Photosmart C5300 All-in-One series 8 Hulp bij de HP Photosmart C5300 All-in-One series
2 Overzicht HP All-in-One Gebruik de HP All-in-One om documenten of foto's van uw computer af te drukken, foto's direct van een geheugenkaart of opslagapparaat af te drukken, documenten of foto's te scannen, kopieën te maken, of direct op speciale cd's en dvd's af te drukken. HP-papier dat speciaal is ontworpen voor het soort project dat u wilt afdrukken, levert de beste resultaten op.
Hoofdstuk 2 (vervolg) Label Beschrijving 5 Uitvoerlade 6 Verlengstuk van de uitvoerlade (ook wel ladeverlengstuk genoemd) 7 Opbergruimte voor cd-/dvd-houder 8 Cd-/dvd-houder 9 Hoofdinvoerlade (ook wel invoerlade genoemd) 10 Fotolade 11 Cd-/dvd-toegangsklep 12 Toegangsklep voor wagen met printcartridges 13 Glasplaat 14 Binnenkant van klep 15 Achterklep 16 USB-poort aan de achterkant 17 Aansluiting voor netsnoer* * Gebruik het apparaat alleen met de netadapter die door HP is geleve
Label Pictogram Naam en omschrijving 1 Grafisch kleurenscherm (ook wel het display/scherm genoemd): hierop worden menu's, foto's en berichten weergegeven. Het scherm kan omhoog worden gehaald en gedraaid voor beter zicht. 2 Start: keert terug naar het beginscherm (het standaardscherm als u het apparaat inschakelt). 3 Menu: biedt een reeks opties verwant met het huidige beeldscherm. 4 Terug: keert terug naar het vorige scherm op het beeldscherm.
Hoofdstuk 2 (vervolg) Label Pictogram Naam en omschrijving 13 Start kopiëren, Kleur: hiermee start u een kopieertaak in kleur. 14 Start scannen: opent het Menu Scannen waarin u een bestemming kunt selecteren voor uw scan. 15 Annuleren: beëindigt de huidige handeling. 16 Instellingen: hiermee opent u het menu Instellingen, waarmee u de apparaatinstellingen kunt wijzigen en onderhoudsfuncties kunt gebruiken.
het bedieningspaneel drukt, de klep opent, of een verbinding maakt met de HP All-in-One via een aangesloten computer. Overzicht van de menu's De volgende onderwerpen bieden een kort overzicht van de beshikbare hoofdmenu's vanuit het scherm Home en de knoppen op het bedieningspaneel. • • • • • Menu Kopiëren Menu Foto Menu Scannen Menu Instellingen Menu Help Menu Kopiëren Als u Kopiëren op het scherm Home selecteert, verschijnt het scherm Aantal kopieën.
Hoofdstuk 2 Scannen en opnieuw afdrukken Scannen naar computer Scannen naar geheugenkaart Scannen naar USB Flash Drive Menu Instellingen Wanneer u op Instellingen op het bedieningspaneel drukt, zijn de volgende opties beschikbaar. Afdrukbare schoolpapieren Extra Voorkeuren Bluetooth Menu Help Met Menu Help kunt u snel de belangrijkste Help-onderwerpen vinden. Het is beschikbaar als u op Help drukt terwijl het beginscherm op het beeldscherm wordt weergegeven.
Tekst invoeren met behulp van het visuele toetsenbord 1. Druk op de pijltjes op de navigatieknop om het teken te markeren als u een letter, een cijfer of een symbool op het visuele toetsenbord wilt selecteren. Kleine letters, hoofdletters, cijfers en symbolen invoeren • Voor het invoeren van kleine letters selecteert u de knop abc op het visuele toetsenbord en vervolgens drukt u op OK. • Voor het invoeren van hoofdletters selecteert u de knop ABC op het visuele toetsenbord en vervolgens drukt u op OK.
Hoofdstuk 2 Overzicht 16 Overzicht HP All-in-One
3 Meer informatie zoeken Er is een scala aan bronnen beschikbaar, zowel gedrukt als op het scherm, waarin u informatie kunt vinden over het instellen en gebruiken van de HP All-in-One. Startershandleiding De startershandleiding geeft instructies voor het installeren van de HP All-in-One, waaronder over het installeren van de printkop, het plaatsen van printcartridges en papier, en het installeren van software. Zorg dat u de stappen uit de startershandleiding in de juiste volgorde uitvoert.
Hoofdstuk 3 Meer informatie zoeken 18 Meer informatie zoeken
De installatie van de HP All-in-One voltooien Raadpleeg dit gedeelte nadat u de stappen uit de startershandleiding hebt voltooid, zodat u de installatie van de HP All-in-One kunt voltooien. Dit gedeelte bevat belangrijke informatie over het instellen van uw apparaat.
Hoofdstuk 4 De installatie voltooien 5. Druk op de pijltjestoets omlaag als u de opdracht krijgt om Ja ter bevestiging te markeren, en druk vervolgens op OK. Het menu Voorkeuren wordt weergegeven. 6. Druk op de knop met de pijl omlaag om Land/regio instellen te markeren en druk vervolgens op OK. 7. Druk op de pijltjestoets omlaag om door de landen/regio's te bladeren. Druk op OK als u het gewenste land of de gewenste regio is gemarkeerd. 8.
De modus energie besparen instellen Wanneer u de HP All-in-One uitzet, schakelt deze standaard naar de energiebesparende modus. Dit maakt het apparaat energie-efficiënt, maar het betekent ook dat het langer dan verwacht kan duren voor het apparaat inschakelt. Verder kan de HP All-in-One mogelijk een aantal automatische onderhoudstaken niet uitvoeren in de energiebesparende modus.
Hoofdstuk 4 De installatie voltooien 2. Druk op de knop met de pijl omlaag om Bluetooth te markeren en druk vervolgens op OK. 3. Druk op de knop met de pijl omlaag om Bluetooth-lade selecteren te markeren en druk vervolgens op OK. 4. Druk op de knop met de pijl omlaag om Hoofdlade of Fotolade te markeren en druk vervolgens op OK. De fabrieksinstellingen herstellen U kunt de oorspronkelijke instellingen zoals die waren bij aanschaf van de HP All-in-One herstellen.
2. Druk op de knop met de pijl omlaag om Extra te markeren en druk vervolgens op OK. 3. Druk op de knop met de pijl omlaag om Demomodus te markeren en druk vervolgens op OK. 4. Druk op de pijltjestoets omhoog of omlaag om Aan of Uit te markeren en druk vervolgens op OK. De tipdiavoorstelling in- of uitschakelen 1. Druk op Instellingen. 2. Druk op de knop met de pijl omlaag om Extra te markeren en druk vervolgens op OK. 3.
Hoofdstuk 4 Printers delen op een Windows-computer ▲ Zie de gebruikershandleiding van uw computer of de on line Help-functie van Windows. De installatie voltooien Verbinding maken met een Bluetooth®-apparaat Als u een HP Bluetooth-adapter (zoals de HP bt500) in de USB-poort aan de voorkant steekt, kunt u naar de HP All-in-One afdrukken vanaf Bluetooth-apparaten zoals PDA's, cameratelefoons en computers.
Voordat u afdrukt moet u een HP Bluetooth-adapter aansluiten op de HP All-in-One. Als u verbinding wilt maken met de HP All-in-One, moeten Windows Vista of Windows XP, en de Microsoft Bluetooth®-protocolstack of de Widcomm Bluetooth®-protocolstack zijn geïnstalleerd. Het is mogelijk dat u zowel de Microsoft-stack als de Widcomm-stack op uw computer hebt, maar u gebruikt slechts een van de twee om de HP All-in-One aan te sluiten.
Hoofdstuk 4 7. Volg de aanwijzigen op het scherm om de installatie te voltooien. 8. Druk vervolgens af zoals bij elke andere printer. De installatie voltooien Installeren en afdrukken met behulp van de Widcomm-stack 1. Zorg dat u de software van het apparaat op de computer hebt geïnstalleerd. Opmerking De software wordt geïnstalleerd om ervoor te zorgen dat het printerstuurprogramma beschikbaar is voor de Bluetooth®-verbinding.
De volgende tabel beschrijft de Bluetooth-instellingen op de configuratiepagina. Parameter Beschrijving Apparaatadres Het hardware-adres van het Bluetooth-apparaat. Apparaatnaam De apparaatnaam die aan het apparaat is toegewezen, welke de printer kan identificeren op een Bluetooth-apparaat. Wachtwoord De gebruiker moet deze waarde invoeren om via Bluetooth te kunnen afdrukken. Zichtbaarheid Toont of de HP All-in-One zichtbaar is voor Bluetooth-apparaten binnen het bereik.
Hoofdstuk 4 3. Druk op de knop met de pijl omlaag tot Naam apparaat: is gemarkeerd en druk vervolgens op OK. Opmerking Het apparaat wordt geleverd met de vooraf gedefinieerde naam Photosmart C5300. De installatie voltooien 4. Gebruik het visuele toetsenbord om een nieuwe naam in te voeren. 5. Nadat u een naam voor het apparaat hebt ingevoerd, drukt u op OK. De naam die u hebt ingevoerd, wordt op het Bluetooth-apparaat weergegeven wanneer u een verbinding maakt met het apparaat, zodat u kunt afdrukken. 6.
Opmerking De wachtwoordsleutel moet ten minste 1 en ten hoogste 4 tekens lang zijn en mag uitsluitend uit cijfers bestaan. 5. Nadat u de wachtwoordsleutel hebt ingevoerd, drukt u op OK om het menu Bluetooth te bekijken. 6. Druk op de knop met de pijl omlaag tot Beveiligingsniveau is gemarkeerd en druk vervolgens op OK. 7. Druk op OK om Hoog te selecteren. Bij een hoog beveiligingsniveau is verificatie vereist. De verificatie via een wachtwoordsleutel is nu ingesteld voor het apparaat.
Hoofdstuk 4 Opmerking Selecteer alleen Bluetooth opnieuw instellen als u alle Bluetoothinstellingen van de HP All-in-One wilt terugzetten naar hun standaardwaarde. De installatie voltooien Alle Bluetooth-instellingen op de beginwaarden instellen 1. Druk op Instellingen. 2. Druk op de knop met de pijl omlaag tot Bluetooth is gemarkeerd en druk vervolgens op OK. 3. Druk op de knop met de pijl omlaag tot Bluetooth opnieuw instellen is gemarkeerd en druk vervolgens op OK.
Hoe kan ik? Dit gedeelte bevat koppelingen naar veelvoorkomende taken, zoals het afdrukken van foto's, scannen en kopiëren.
Hoofdstuk 5 Hoe kan ik? 32 Hoe kan ik?
6 Originelen en papier laden U kunt een groot aantal verschillende papiersoorten en papierformaten in de HP All-in-One plaatsen, waaronder papier van A4- of Letter-formaat, fotopapier, transparanten en enveloppen. Daarenboven biedt HP All-in-One u de mogelijkheid speciale cd's en dvd's te plaatsen en er rechtstreeks op af te drukken. De HP All-in-One detecteert standaard automatisch het papierformaat en de papiersoort die u in de invoerlade plaatst.
Hoofdstuk 6 3. Sluit de klep. Papier voor afdrukken en kopiëren selecteren U kunt verschillende soorten en maten papier gebruiken in de HP All-in-One. Lees de volgende aanbevelingen door om de beste afdruk- en kopieerkwaliteit te krijgen. Wanneer u een ander papierformaat of een andere papiersoort wilt gebruiken, moet u de bijbehorende instellingen wijzigen.
HP Geavanceerd Fotopapier of HP Fotopapier HP Geavanceerd Fotopapier of HP Fotopapier is stevig, glanzend fotopapier met een speciale afwerking die ervoor zorgt dat de inkt onmiddellijk droogt, zodat u de afdrukken gemakkelijk en vlekkeloos kunt verwerken. Dergelijke foto's zijn bestand tegen water, vegen, vingerafdrukken en vochtigheid. De foto's die u op deze papiersoort afdrukt, lijken op foto's die u in een winkel hebt laten afdrukken.
Hoofdstuk 6 leiden tot papierstoringen. Het gebruik van zwaar papier of papier dat geen inkt opneemt, kan resulteren in vlekkerige, doorgelopen of onvolledige afbeeldingen. Het is mogelijk dat in uw land/regio bepaalde papiersoorten niet beschikbaar zijn. HP Bedrukbare Inkjet-cd's/-dvd's De optische bedrukbare inkjet-cd's/-dvd's van HP zijn verkrijgbaar met een witte of zilverkleurige afwerking. Personaliseer cd's en dvd's met titels, afbeeldingen of foto's door rechtstreeks op de schijven af te drukken.
• • • • Erg glad, glanzend of gecoat papier dat niet specifiek voor het apparaat is ontworpen. Deze papiersoorten kunnen in het apparaat vastlopen of zelfs inkt afstoten. Formulieren met meerdere vellen, zoals bijvoorbeeld formulieren met twee of drie doorslagen. Deze kunnen kreukelen of vastlopen en de kans op inktvlekken is tamelijk groot. Enveloppen met klemmetjes of vensters. Deze enveloppen kunnen vastlopen in de rollen en papierstoringen veroorzaken. Banierpapier.
Hoofdstuk 6 2. Schuif de papierbreedtegeleider naar de uiterste stand. 3. Plaats de stapel papier in de hoofdinvoerlade met de korte rand naar voren en de afdrukzijde naar beneden. Schuif de stapel papier vooruit totdat de stapel niet verder kan. Originelen en papier laden Let op Zorg dat het apparaat inactief en stil is wanneer u papier in de hoofdinvoerlade plaatst.
5. Klap de uitvoerlade naar beneden. Schuif het verlengstuk van de lade zo ver mogelijk naar u toe. Klap de papierklem aan het eind van het verlengstuk van de lade uit, zodat het verlengstuk in zijn geheel is geopend. Opmerking Klap het verlengstuk van de lade niet uit als u papier van Legalformaat gebruikt. Originelen en papier laden Fotopapier van maximum 13 x 18 cm (5 x 7 inch) in de fotolade plaatsen. 1. Til de klep van de fotolade omhoog. 2. Schuif de papierbreedtegeleider naar de uiterste stand.
Hoofdstuk 6 3. Plaats de stapel fotopapier in de fotolade met de korte rand naar voren en de afdrukzijde naar beneden. Schuif de stapel fotopapier naar voren, totdat de stapel niet verder kan. Als het fotopapier dat u gebruikt geperforeerde lipjes heeft, plaatst u het fotopapier zo dat de lipjes naar u toe liggen. 4. Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het papier aankomt. Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de fotolade.
2. Schuif de papierbreedtegeleider naar de uiterste stand. 4. Schuif de breedtegeleider voor het papier naar binnen totdat deze tegen de stapel kaarten komt. Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de fotolade. Zorg ervoor dat de stapel kaarten in de fotolade past en dat deze niet hoger is dan de bovenkant van de papierbreedtegeleider. 5. Laat de klep van de fotolade zakken. Papier laden 41 Originelen en papier laden 3.
Hoofdstuk 6 Enveloppen plaatsen U kunt een of meer enveloppen in de hoofdinvoerlade van de HP All-in-One plaatsen. Gebruik geen glanzende of gebosseleerde enveloppen of enveloppen met vensters of klemmetjes. Opmerking Raadpleeg de Help-functie van uw tekstverwerkingssoftware voor informatie over het opmaken van tekst voor afdrukken op enveloppen. Voor nog betere resultaten kunt u ook een etiket gebruiken voor het retouradres op enveloppen. Enveloppen laden 1.
4. Plaats een of meer enveloppen tegen de rechterzijde van de hoofdinvoerlade met de klep van de envelop naar boven en aan de linkerkant. Schuif de stapel enveloppen naar voren totdat de stapel niet verder kan. 5. Schuif de breedtegeleider voor het papier naar binnen totdat deze tegen de stapel enveloppen komt. Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de hoofdinvoerlade. Zorg dat de stapel enveloppen in de hoofdinvoerlade past en dat deze niet hoger is dan de bovenkant van de papierbreedtegeleider. 6.
Hoofdstuk 6 Verwante onderwerpen "Een reeks adressen afdrukken op etiketten of enveloppen" op pagina 69 Andere papiersoorten plaatsen De volgende papiersoorten zijn bedoeld voor special projecten. Maak uw project in de HP Photosmart-software of een andere toepassing, stel de papiersoort en het papierformaat in en druk af. HP Premium Inkjet Transparant ▲ Plaats de transparanten zodanig dat de witte transparantstrip, met de pijlen en het HP-logo, bovenop ligt en naar de printer wijst.
• • "Een afbeelding spiegelen voor opstrijkpatronen" op pagina 67 "Een reeks adressen afdrukken op etiketten of enveloppen" op pagina 69 Een cd/dvd plaatsen Naast afdrukken op papier kunt u met de HP All-in-One rechtstreeks op het oppervlak van speciale cd's en dvd's afdrukken voor afdruktaken vanaf een aangesloten computer. Met de HP All-in-One-software kunt u uw eigen cd- of dvd-labels ontwerpen en maken. Vervolgens kunt u het label afdrukken op bedrukbare cd's of dvd's.
Hoofdstuk 6 5. Duw de cd-/dvd-houder in het apparaat tot de lijnen van de cd-/dvd-houder gelijk liggen met de witte lijnen op de cd-/dvd-lade en druk vervolgens op OK. Originelen en papier laden Opmerking Het apparaat trekt de cd-/dvd-houder naar binnen bij het afdrukken op de schijf. 6. Plaats na het afdrukken de cd-/dvd-houder terug in de opbergruimte.
Een cd/dvd van een klein formaat (80 mm) in het cd-/dvd-station plaatsen 1. Als het apparaat dicht bij een muur staat, verplaats het dan minstens 7,5 cm van de muur weg. 2. Verwijder de cd-/dvd-houder voorzichtig uit de opbergruimte onder de hoofdpapierlade. 3. Plaats de bedrukbare inkjetschijven stevig in de cd-/dvd-houder met de bedrukbare zijde naar boven. Opmerking De cd/dvd moet op de ring worden geplaatst op de houderzijde met de pijlen. Originelen en papier laden 4.
Hoofdstuk 6 6. Duw de cd-/dvd-houder in het apparaat tot de witte lijnen van de cd-/dvd-houder gelijk liggen met de witte lijnen op de cd-/dvd-lade. Originelen en papier laden Opmerking Het apparaat trekt de cd-/dvd-houder naar binnen bij het afdrukken op de schijf. 7. Plaats na het afdrukken de cd-/dvd-houder terug in de opbergruimte. Papierstoringen voorkomen Houd u aan de volgende richtlijnen om papierstoringen te voorkomen.
• • • • • • • • Verwijder regelmatig afgedrukte exemplaren uit de uitvoerlade. Zorg dat fotopapier niet krult of kreukt door al het ongebruikte fotopapier in een hersluitbare verpakking te bewaren. Zorg dat het papier plat in de invoerlade ligt en dat de randen niet omgevouwen of gescheurd zijn. Als u etiketten afdrukt, controleer dan of de vellen voor de etiketten niet ouder zijn dan twee jaar.
Hoofdstuk 6 Originelen en papier laden 50 Originelen en papier laden
7 Afdrukken vanaf de computer U kunt de HP All-in-One gebruiken in combinatie met elke softwaretoepassing waarmee u kunt afdrukken. U kunt een grote verscheidenheid aan projecten afdrukken, zoals afbeeldingen zonder rand, nieuwsbrieven, wenskaarten, opstrijkpatronen en posters.
Hoofdstuk 7 6. Klik op OK om het dialoogvenster Eigenschappen te sluiten. 7. Klik op Afdrukken of OK om het afdrukken te starten. De HP All-in-One instellen als de standaardprinter U kunt de HP All-in-One instellen als standaardprinter voor alle softwaretoepassingen. Dit betekent dat de HP All-in-One automatisch wordt geselecteerd in de printerlijst wanneer u de optie Afdrukken kiest uit het menu Bestand in een softwaretoepassing.
6. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Formaat, in het gedeelte Formaatwijzigingsopties. 7. Selecteer het geschikte papierformaat en klik op OK. In de volgende tabel worden de voorgestelde instellingen voor het papierformaat weergegeven voor de verschillende papiersoorten die u in de invoerlade kunt plaatsen. Bekijk de uitgebreide reeks opties in de lijst Formaat goed om te bepalen of er al een papierformaat is gedefinieerd voor de papiersoort die u gebruikt.
Hoofdstuk 7 5. Klik op het tabblad Functies. 6. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Papiersoort, in het gedeelte Basisopties. 7. Selecteer de papiersoort die u hebt geladen, en klik op OK. De afdrukresolutie weergeven De afdrukresolutie wordt in dots per inch (dpi) weergegeven. Het aantal dpi varieert, afhankelijk van de papiersoort en de afdrukkwaliteit die u in de printersoftware selecteert. De afdrukresolutie weergeven 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2.
De afdrukstand wijzigen Met de instelling voor de afdrukstand kunt u het document verticaal of horizontaal op de pagina afdrukken. Doorgaans stelt u de afdrukstand in de softwaretoepassing in waarmee u het document of het project maakt. Als u echter speciaal HP-papier of papier van een aangepast formaat gebruikt, of als u de afdrukstand niet kunt instellen in de softwaretoepassing, kunt u de afdrukstand wijzigen in het dialoogvenster Eigenschappen voordat u begint met afdrukken. De afdrukstand wijzigen 1.
Hoofdstuk 7 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Kleur. 6. Klik op de knop Kleurenopties. 7. Pas met de schuifregelaars de verzadiging, helderheid of schakering aan. • Helderheid geeft aan hoe licht of donker een afgedrukt document is. • Verzadiging is de relatieve zuiverheid van afgedrukte kleuren.
Snel afdrukopties instellen Afdruksnelkoppelingen gebruiken om af te drukken met afdrukinstellingen die u vaak gebruikt. De printersoftware heeft verscheidene speciaal ontworpen afdruksnelkoppelingen die beschikbaar zijn in de lijst Snel afdrukopties instellen. Opmerking Wanneer u een afdruksnelkoppeling selecteert, worden automatisch de juiste afdrukopties weergegeven. U kunt ze laten zoals ze zijn, ze veranderen of uw eigen snelkoppelingen maken voor vaak gebruikte taken.
Hoofdstuk 7 3. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 4. Klik op het tabblad Snel afdrukopties instellen. 5. Klik in de lijst Snel afdrukopties instellen op een snelkoppeling. De afdrukinstellingen voor de geselecteerde snelkoppeling worden weergegeven. 6. Wijzig de afdrukinstellingen in de waarden die u in de nieuwe snelkoppeling wilt hebben. 7.
• • • • Afdrukken op transparanten Een reeks adressen afdrukken op etiketten of enveloppen Een poster afdrukken Een webpagina afdrukken Een afbeelding zonder rand afdrukken Als u foto's zonder rand afdrukt, kunt u tot bovenaan, onderaan en tot aan de randen van het papier afdrukken op fotopapier van 13 x 18 cm . Tip Gebruik voor het afdrukken van uw foto's HP Geavanceerd Fotopapier voor afdrukken met het beste resultaat. Een afbeelding zonder rand afdrukken 1. Laad papier tot 13 x 18 cm in de fotolade.
Hoofdstuk 7 papier en HP-inkt zijn speciaal ontworpen om samen te gebruiken voor een goede kwaliteit. Het verdient aanbeveling HP Premium Plus Fotopapier te gebruiken in de HP All-in-One voor het afdrukken van foto's. Een foto afdrukken op fotopapier 1. Laad papier tot 13 x 18 cm in de fotolade of groot fotopapier in de hoofdlade. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4.
Tip U kunt rode ogen van de foto verwijderen als u de modus Uit of Basis gebruikt door het vakje Rode ogen verwijderen aan te vinken. 10. Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Eigenschappen. 11. (Optioneel) Als u de foto in zwart-wit wilt afdrukken, klikt u op het tabblad Kleur en schakelt u het selectievakje Afdrukken in Grijsschaal in. Selecteer in de vervolgkeuzelijst een van de volgende opties: • Hoge kwaliteit: gebruikt alle beschikbare kleuren om uw foto's af te drukken in grijstinten.
Hoofdstuk 7 8. Klik op Meer in de vervolgkeuzelijst Papiersoort en selecteer de juiste papiersoort. 9. Selecteer Maximum dpi in de vervolgkeuzelijst Afdrukkwaliteit. Opmerking Klik op Resolutie om te weten te komen met welk dpi het apparaat zal afdrukken op basis van de papiersoort en de instellingen van afdrukkwaliteit die u hebt geselecteerd. 10. Selecteer desgewenst nog andere afdrukinstellingen en klik op OK.
Afdrukken op beide zijden van de pagina 1. Plaats papier in de invoerlade. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Functies. 6.
Hoofdstuk 7 8. Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken of OK in het dialoogvenster Afdrukken. Het apparaat begint met afdrukken. Wacht totdat alle pagina's met oneven nummers zijn afgedrukt voordat u de afgedrukte pagina's uit de uitvoerlade haalt. Er wordt een dialoogvenster met instructies weergegeven zodra de printer gereed is om de tweede zijde af te drukken. 9. Klik op Doorgaan wanneer u gereed bent.
8. Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken of OK in het dialoogvenster Afdrukken. Het apparaat begint met afdrukken. Er wordt een dialoogvenster met instructies weergegeven zodra de printer gereed is om de tweede zijde af te drukken. Klik niet op Doorgaan in het dialoogvenster totdat u het papier hebt geplaatst, zoals wordt aangegeven in de volgende stappen. 9. Wacht enige seconden nadat het apparaat met afdrukken is gestopt voordat u de afgedrukte pagina's uit de uitvoerlade haalt.
Hoofdstuk 7 Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Functies. 6.
Tip Selecteer deze optie als standaardinstelling zodat u deze niet opnieuw hoeft in te stellen wanneer u een document met meerdere pagina's afdrukt. Een document met meerdere pagina's in omgekeerde volgorde afdrukken 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Hoofdstuk 7 3. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 4. Klik op het tabblad Functies. 5. Klik op Meer in de vervolgkeuzelijst Papiersoort en selecteer vervolgens HP Opstrijkpatroon. 6. Als het geselecteerde formaat niet het formaat is dat u wenst, klikt u op het juiste formaat in de lijst Formaat. 7. Klik op het tabblad Geavanceerd. 8.
Een reeks adressen afdrukken op etiketten of enveloppen Met de HP All-in-One kunt u afdrukken op één envelop, op een groep enveloppen of op etiketvellen die speciaal voor inkjetprinters zijn bedoeld. Een reeks adressen op etiketten of enveloppen afdrukken 1. Druk eerst een testpagina op standaardpapier af. 2. Plaats de afgedrukte testpagina op het etiketvel en houd vervolgens beide pagina's tegen het licht. Controleer of elk tekstblok op de juiste wijze op het etiket is geplaatst.
Hoofdstuk 7 5. Klik op het tabblad Geavanceerd. 6. Vouw Documentopties uit en vouw vervolgens Printerfuncties uit. 7. Klik in de vervolgkeuzelijst Poster afdrukken op 2 x 2 (4 vellen), 3 x 3 (9 vellen), 4 x 4 (16 vellen) of 5 x 5 (25 vellen). Hiermee geeft u het apparaat de opdracht het document zodanig te vergroten dat dit op 4, 9, 16 of 25 pagina's past. Als uw oorspronkelijke documenten meerdere pagina's bevatten, wordt elk van deze pagina's op 4, 9, 16 of 25 vellen afgedrukt.
Een afdruktaak stoppen vanaf de computer 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2. Klik op Printers (of dubbelklik op Printers en faxen). 3. Dubbelklik op het printerpictogram. Tip U kunt ook dubbelklikken op het printerpictogram op de taakbalk van Windows. Afdrukken 4. Selecteer de afdruktaak die u wilt annuleren. 5. Klik in het menu Document op de optie Afdrukken annuleren of Annuleren of druk op het toetsenbord op Delete.
Hoofdstuk 7 Afdrukken 72 Afdrukken vanaf de computer
8 De fotofuncties gebruiken U kunt foto's afdrukken door een PictBridge-compatibele digitale camera rechtstreeks op de USB-poort aan de voorzijde aan te sluiten. Wanneer u vanaf een digitale camera afdrukt, worden de afdrukinstellingen gebruikt die u op de camera hebt geselecteerd. Raadpleeg de documentatie die bij de camera is geleverd voor meer informatie.
Hoofdstuk 8 Foto's 1 Memory Stick, Memory Stick Pro, Memory Stick Select, Memory Stick Magic Gate, Memory Stick Duo of Duo Pro (adapter optioneel), of Memory Stick Micro (adapter vereist) 2 MultiMediaCard (MMC), MMC Plus, Secure MultiMedia Card, MMC Mobile (RS-MMC; adapter vereist), Secure Digital (SD), Secure Digital Mini, Secure Digital High Capacity (SDHC), TransFlash MicroSD Card (adapter vereist), of xD-Picture card 3 CompactFlash (CF) types I en II 4 USB-poort voorkant (voor opslagapparaten)
Tip Voor de beste afdrukkwaliteit, raadt HP u aan om HP-papier te gebruiken dat speciaal is ontworpen voor het type project dat u afdrukt, in combinatie met originele HP-inkt. HP-papier en HP-inkt zijn speciaal ontworpen om samen te gebruiken voor een goede kwaliteit. Foto's Foto's afdrukken 1. Plaats fotopapier in de juiste invoerlade. • Plaats fotopapier van maximum 13 x 18 cm (5 x 7 inch) in de fotolade. • Plaats fotopapier van volledig formaat in de invoerlade. 2.
Hoofdstuk 8 Tip Tijdens het afdrukken kunt u drukken op OK om meer foto's toe te voegen aan de afdrukwachtlijst. Verwante onderwerpen "Foto's bewerken via het bedieningspaneel" op pagina 77 Speciale projecten maken van uw foto's Met de HP All-in-One kunt u speciale projecten maken met uw foto's, waaronder: Foto's • • • • fotoalbums Panorama-afdrukken foto's voor de portefeuille foto's in paspoortformaat Speciale projecten maken 1.
Foto's opslaan op de computer U kunt de HP Photosmart-software gebruiken die op uw computer is geïnstalleerd om foto's van een geheugenkaart of opslagapparaat naar de harde schijf van uw computer over te brengen om online foto's te delen en om foto's vanaf uw computer af te drukken. Foto's opslaan 1. Plaats een geheugenkaart in de juiste sleuf van het apparaat of sluit een opslagapparaat aan op de USB-poort vooraan. 2. Druk op de pijltjestoets naar rechts tot Opslaan is gemarkeerd en druk vervolgens op OK.
Hoofdstuk 8 Verwante onderwerpen "Foto’s afdrukken" op pagina 74 Foto's draaien Foto's De foto kan op het scherm zijwaarts of ondersteboven worden weergegeven, afhankelijk van de stand van de camera toen u de foto maakte. U moet mogelijk de foto draaien om ze correct op het scherm te tonen. Opmerking De HP All-in-One past de rotatie automatisch aan zodat foto's goed op de pagina worden afgedrukt. Als u meer dan een foto afdrukt, worden ze zo geplaatst dat een maximaal aantal foto's op de pagina past.
Er verschijnt een uitlijning op de foto om u bij benadering de zone te tonen die zal worden afgedrukt. 4. Gebruik de pijltjes op de navigatieknop om de foto af te bakenen en een specifieke afdrukzone te selecteren. 5. Druk op OK om de foto bij te snijden. Verwante onderwerpen • "Foto’s afdrukken" op pagina 74 • "Extra afdrukken van foto's maken" op pagina 97 Foto's automatisch corrigeren De HP All-in-One is standaard ingesteld om uw foto's automatisch te verbeteren wanneer u ze afdrukt.
Hoofdstuk 8 Opmerking De wijzigingen zijn alleen van toepassing op het bekijken en afdrukken van de foto. De wijzigingen worden niet op de geheugenkaart opgeslagen. Een kader afdrukken rond uw foto 1. Druk op de knop Menu op het fotoselectiescherm. Foto's 2. Druk in het menu Foto's bewerken op de knop met de pijl omhoog of omlaag tot Omlijsting is gemarkeerd, en druk vervolgens op OK. 3. Druk op de knop met de pijl links of rechts om door de kaders te scrollen. 4.
Speciale kleureffecten toepassen op foto's U kunt speciale kleureffecten op een foto toepassen zodat deze wordt afgedrukt met een sepia, handgekleurde of zwart-witafwerking. Opmerking De wijzigingen zijn alleen van toepassing op het bekijken en afdrukken van de foto. De wijzigingen worden niet op de geheugenkaart opgeslagen. Foto's Zo wijzigt u de kleureneffecten van foto’s: 1. Druk op de knop Menu op het fotoselectiescherm. 2.
Hoofdstuk 8 Foto's 82 De fotofuncties gebruiken
9 De scanfuncties gebruiken Scannen is het proces waarbij tekst en afbeeldingen naar een elektronische bestandsopmaak voor de computer worden geconverteerd. U kunt met de HP All-in-One bijna alles scannen (foto's, tijdschriftartikelen en tekstdocumenten). Met de scanfuncties van de HP All-in-One kunt u het volgende te doen: • • • • • De tekst van een artikel naar uw tekstverwerker scannen en deze in een verslag citeren.
Hoofdstuk 9 Opmerking Wanneer u het pictogram HP Digital Imaging Monitor in het systeemvak van Windows sluit, kan dit tot gevolg hebben dat de HP All-in-One ietwat aan scanfunctionaliteit inboet. Als dit gebeurt, kunt u de volledige functionaliteit herstellen door de computer opnieuw op te starten of door de HP Photosmartsoftware opnieuw te starten.
3. Druk op Start scannen. 4. Druk op de knop met de pijl omlaag om Scannen naar geheugenkaart of Scannen naar USB Flash Drive te markeren en druk vervolgens op OK. Het apparaat scant de afbeelding en slaat het bestand op de geheugenkaart of het opslagapparaat op in JPEG-opmaak. Een gescande afbeelding bewerken U kunt een gescande afbeelding, zoals een foto of afbeelding, bewerken met de software die bij de HP All-in-One is meegeleverd.
Hoofdstuk 9 Het scannen stoppen Het scannen stoppen ▲ Druk op Annuleren op het bedieningspaneel.
10 De kopieerfuncties gebruiken Met de HP All-in-One kunt u kleuren- en zwart-witkopieën van hoge kwaliteit maken op allerlei papiersoorten, waaronder transparanten. U kunt het formaat van een origineel vergroten of verkleinen zodat het op een bepaald formaat papier kan worden afgedrukt, de donkerheid van de kopie aanpassen en speciale functies gebruiken om kopieën van hoge kwaliteit van foto's te maken, inclusief kopieën zonder rand.
Hoofdstuk 10 3. Druk op Start kopiëren, Zwart of op Start kopiëren, Kleur om te beginnen met kopiëren. De kopieertaak bekijken Nadat u kopieerinstellingen op de HP All-in-One hebt gewijzigd, kunt u een voorbeeld van het verwachte resultaat op het scherm bekijken voordat u begint met kopiëren. Opmerking Verander papierformaat en -type naar het papier dat u daadwerkelijk in de invoerlade hebt geplaatst, zodat het voorbeeld juist is.
De kopieerinstellingen wijzigen voor de huidige taak U kunt de kopieerinstellingen van de HP All-in-One aanpassen aan vrijwel elke kopieertaak.
Hoofdstuk 10 Automatisch, en laad u het fotopapier in de HP All-in-One. Verander de Papiersoort uitsluitend als u problemen met de afdrukkwaliteit vaststelt als u gebruik maakt van de instelling Automatisch. De papiersoort voor kopieën instellen 1. Druk op OK als Kopiëren op het beginscherm is gemarkeerd. 2. Druk op de knop Menu om Kopieerinstellingen te selecteren. 3. Druk op de knop met de pijl omlaag om Papiersoort te markeren en druk vervolgens op OK. 4.
De snelheid of kwaliteit van het kopiëren wijzigen De HP All-in-One heeft drie opties die de kopieersnelheid en -kwaliteit beïnvloeden. • • • Beste levert een hoge kwaliteit voor elke papiersoort en voorkomt het streepeffect dat soms in effen vlakken voorkomt. Met Beste wordt trager gekopieerd dan met de kwaliteitsinstellingen Normaal of Snel. Normaal hiermee maakt u afdrukken van hoge kwaliteit. Dit is de standaardinstelling en de aanbevolen instelling voor het meeste kopieerwerk.
Hoofdstuk 10 toekomstige kopieertaken te laten gelden, slaat u de instellingen op als standaardinstellingen. Standaardkopieerinstellingen vanaf het bedieningspaneel instellen 1. Breng de gewenste wijzigingen in de kopieerinstellingen aan. 2. Druk op OK als Kopiëren op het beginscherm is gemarkeerd. 3. Druk op de knop Menu om Kopieerinstellingen te selecteren. 4. Druk op de knop met de pijl omlaag om Als Nieuwe Standaards instellen te markeren en druk vervolgens op OK. 5. Druk op OK om te bevestigen.
Druk op de knop met de pijl omhoog of omlaag om een van het volgende te markeren, en druk vervolgens op OK. • • Ware grootte: met deze functie kunt u een exacte kopie van het origineel afdrukken. Aanpassen aan pagina: met deze functie kunt u een origineel kopiëren zodat het binnen de bedrukbare marges van een pagina past zonder dat de kans bestaat dat een deel van het origineel wordt bijgesneden.
Hoofdstuk 10 5. Druk op de pijltjes op de navigatieknop om de cursor te verplaatsen naar de linkerbovenhoek, waar u wilt beginnen met bijsnijden, en druk dan op OK. 6. Druk op de pijltjestoets omlaag en rechts om de cursor naar de rechter onderhoek van het bijsnijdingsgebied te verplaatsen en druk vervolgens op OK. Het apparaat toont een voorbeeld op het scherm van de verwachte afdruk. 7. Druk op Start kopiëren, Zwart of op Start kopiëren, Kleur om het voorbeeld te accepteren en te beginnen met kopiëren.
Kwaliteitsproblemen met kopiëren verhelpen 1. Druk op OK als Kopiëren op het beginscherm is gemarkeerd. 2. Druk op de knop Menu om Kopieerinstellingen te selecteren. 3. Druk op de knop met de pijl omlaag om Verbeteringen te markeren en druk vervolgens op OK. 4. Druk op de pijltjestoets omhoog en omlaag om het type document dat u kopieert te selecteren (Tekst, Foto, of Gemengd), en druk vervolgens op OK.
Hoofdstuk 10 Kopiëren 96 De kopieerfuncties gebruiken
11 De afdrukfuncties gebruiken Met de HP All-in-One kunt u afdrukken maken van fotografische originelen die u op de glasplaat hebt geplaatst. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • • Extra afdrukken van foto's maken Een foto bewerken voor het opnieuw afdrukken Extra afdrukken van foto's maken U kunt een afgedrukte kopie van een foto scannen om nieuwe afdrukken te maken in een hele reeks formaten afdrukken, tot het formaat van Letter-papier of A4-papier.
Hoofdstuk 11 • Speciale kleureffecten toepassen op foto's Een vervaagd origineel herstellen Als de foto is vervaagd door veroudering of blootstelling aan de zon, kunt u deze herstellen zodat de kleuren in uw nieuwe afdruk meer lijken op de oorspronkelijke kleuren. Een vage originele foto herstellen bij opnieuw afdrukken 1. Druk op de knop Menu op het selectiescherm opnieuw afdrukken. 2.
Zoomen en pannen om een foto bij te snijden Met de HP All-in-One kunt u in- of uitzoomen en een bepaald deel van een foto afdrukken. Als u de foto afdrukt, wordt alleen het bijgesneden gebied dat op het scherm wordt getoond, afgedrukt. Een foto bijsnijden 1. Druk op de knop Menu op het selectiescherm opnieuw afdrukken. 2. Druk in het menu Foto's bewerken op de knop met de pijl omhoog of omlaag om Bijsnijden te markeren en druk vervolgens op OK. 3.
Hoofdstuk 11 3. Druk op de knop met de pijl naar links of naar rechts om de foto helderder of minder helder te maken. De huidige helderheidsselectie wordt aangegeven door de verticale lijn op de schuifbalk. 4. Wanneer u klaar bent met het aanpassen van de helderheid, drukt u op OK.
De HP All-in-One heeft weinig onderhoud nodig. Af en toe kan het nodig zijn om stof en vuil van de glasplaat en de binnenkant van de klep te verwijderen, om te zorgen dat uw kopieën en scans duidelijk blijven. U moet eveneens de printcartridges vervangen, de printkop regelmatig schoonmaken en de printer uitlijnen. Aan de hand van de instructies in dit gedeelte kunt u ervoor zorgen dat de HP All-in-One optimaal blijft functioneren. Voer de volgende onderhoudsprocedures uit voor zover nodig.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One • • • • • • Schakel de HP All-in-One uit door op de knop Aan op het apparaat te drukken. Wacht tot het lampje Aan uitgaat voor u de stekker loskoppelt of een wandschakelaar omzet. Als de HP All-in-One verkeerd is uitgeschakeld, wordt de wagen met printcartridges mogelijk niet op juiste positie teruggezet en dit kan problemen met de printcartridges en de afdrukkwaliteit veroorzaken. Bewaar printcartridges bij kamertemperatuur (15,6 - 26,6 °C).
Inktniveaus controleren vanaf het bedieningspaneel 1. Druk op Instellingen. 2. Druk op pijltjestoets omlaag om Extra te markeren en druk vervolgens op OK. 3. Druk op pijltjestoets omlaag om Inktinhoud weergeven te markeren en druk vervolgens op OK. Het apparaat geeft een inhoud weer die het geschatte inktniveau van alle geïnstalleerde cartridges toont. 4. Druk op een knop om terug te gaan naar het menu Extra. Inktniveaus controleren vanuit de HP Photosmart-software 1.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One aanwijzingen om uw product te selecteren en klik vervolgens op een van de koppelingen voor bestellingen op de pagina. Opmerking Momenteel zijn sommige delen van de website van HP alleen beschikbaar in het Engels. Let op Wacht tot u een nieuwe printcartridge beschikbaar hebt voordat u de oude printcartridge verwijdert. Laat de printcartridge niet voor een langere periode buiten het apparaat.
Het onderhoud van de HP All-in-One 5. Draai het oranje kapje om het af te breken. 6. Schuif met behulp van de gekleurde pictogramvormen de printcartridge in de lege sleuf tot deze op zijn plaats vastklikt en stevig in de sleuf zit. Let op Til de vergrendelingsgreep op de wagen met de printcartridges niet omhoog om de printcartridges te installeren. Dit kan ertoe leiden dat de printcartridges niet goed zijn geplaatst, wat afdrukproblemen veroorzaakt.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One 7. Herhaal stap 3 tot en met 6 voor elke printcartridge die u wilt vervangen. 8. Sluit de toegangsklep voor de inktcartridges. Verwante onderwerpen "Winkel voor inktbenodigdheden" op pagina 117 Inkt verwijderen van de huid en van kleding Volg deze instructies op om inkt van de huid en van kleding te verwijderen: Oppervlak Reinigingsmethode Huid Was de huid op de desbetreffende plaats met een zeep met schuurmiddel.
De printkop reinigen De printer uitlijnen De printkop reinigen Als uw afdruk streperig is, of ontbreekt, of verkeerde of ontbrekende kleuren heeft, moet de printkop mogelijk worden gereinigd. Tijdens dit proces wordt inkt gebruikt om te proberen de inktsproeiers in de printkop te ontstoppen en te reinigen. Het kan enkele minuten duren en gebruikt een of meerdere vellen papier. De printkop reinigen vanaf het bedieningspaneel 1. Druk op Instellingen. 2.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One De printer uitlijnen Het apparaat lijnt de printkop tijdens de eerste installatie automatisch uit. U kunt deze functie gebruiken wanneer er in het printerstatusrapport strepen of witte lijnen door een van de gekleurde vlakken lopen of als u problemen hebt met de afdrukkwaliteit van uw afdrukken. De printkop uitlijnen vanaf het bedieningspaneel 1. Druk op Instellingen. 2. Druk op de knop met de pijl omlaag om Extra te markeren en druk vervolgens op OK. 3.
Het onderhoud van de HP All-in-One Een statusrapport voor de printer afdrukken 1. Plaats ongebruikt, gewoon wit papier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade. 2. Druk op Instellingen. 3. Druk op pijltjestoets omlaag om Extra te markeren en druk vervolgens op OK. 4. Druk op pijltjestoets omlaag om Printerstatusrapport te markeren en druk vervolgens op OK. Het apparaat drukt een statusrapport af.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One Het afdrukkwaliteitsrapport evalueren 1. Controleer de inktniveaus die op de pagina worden getoond. Als een cartridge zeer lage inktniveaus vertoont en de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar is, overweeg dan die printcartridge te vervangen. De afdrukkwaliteit verslechtert naarmate de cartridges leeg raken.
Als de afbeelding wazig of streperig is, reinig dan de printkop, lijn de printer uit, en druk vervolgens deze diagnosepagina nogmaals af. Afbeelding 12-6 Voorbeeldafbeelding - wazig Afbeelding 12-7 Voorbeeldafbeelding - strepen Opmerking Als met het reinigen van de printkop en het uitlijnen van de printer dit probleem met de afdrukkwaliteit niet is opgelost, neem dan contact op met HP-ondersteuning voor hulp. • Als er een vlek of kras op de afbeelding is, controleer dan of het papier is gekreukt.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One Als de scheiding tussen de kleuren wazig of vaag is, of de kleur gemengd lijkt te zijn, reinig dan de printkop en druk deze diagnosepagina vervolgens nogmaals af. Afbeelding 12-10 Aangrenzende gekleurde blokken - wazige, vage of gemengde kleuren Opmerking Als met het reinigen van de printkop dit probleem met de afdrukkwaliteit niet is opgelost, neem dan contact op met HP-ondersteuning voor hulp. 5.
Opmerking Als met het reinigen van de printkop dit probleem met de afdrukkwaliteit niet is opgelost, neem dan contact op met HP-ondersteuning voor hulp. Als u geen fouten ziet op het afdrukkwaliteitrapport, werkt het afdruksysteem correct. Er is geen reden om onderdelen te vervangen of onderhoud uit te voeren, want het apparaat werkt juist. Als u nog steeds een probleem met de afdrukkwaliteit ondervindt, zijn er een aantal andere dingen die u kunt controleren: • • • • Controleer het papier.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One De glasplaat reinigen Door vingerafdrukken, vlekken, haren en stof op de hoofdglasplaat van de klep werkt het apparaat minder snel en wordt de nauwkeurigheid van kopieer- en scanfuncties negatief beïnvloed. De glasplaat reinigen 1. Zet het product uit, neem het netsnoer uit het stopcontact en open het deksel. 2. Reinig de glasplaat met een zachte doek of spons, die u vochtig hebt gemaakt met een niet-schurend glasschoonmaakmiddel.
Let op Zorg dat er geen alcohol op de glasplaat of de buitenkant van het apparaat terechtkomt. Het apparaat kan erdoor beschadigd raken. 5. Sluit het netsnoer aan en schakel het apparaat in. De buitenkant reinigen Gebruik een zachte doek of een vochtige spons om stof, vegen en vlekken van de behuizing te vegen. De binnenkant van de HP All-in-One hoeft niet te worden gereinigd. Zorg dat u geen vloeistof op het bedieningspaneel of in de HP All-in-One morst.
Hoofdstuk 12 Het onderhoud van de HP All-in-One 116 Het onderhoud van de HP All-in-One
13 Winkel voor inktbenodigdheden Raadpleeg de documentatie bij de HP All-in-One voor een lijst met artikelcodes voor inktcartridges. U kunt met de software bij de HP All-in-One ook het bestelnummer voor alle inktcartridges vinden. Op de website van HP kunt u on line inktcartridges bestellen. Daarnaast kunt u bij de plaatselijke HP-leverancier inktcartridges kopen of de bestelnummers vragen van de juiste inktcartridges voor uw apparaat.
Hoofdstuk 13 Winkel voor inktbenodigdheden 118 Winkel voor inktbenodigdheden
14 Probleemoplossing Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • • • • • • • • • • Leesmij-bestand weergeven Problemen met de installatie oplossen Papierstoringen Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Problemen met afdrukken oplossen Problemen met geheugenkaarten oplossen Problemen met scannen oplossen Problemen met kopiëren oplossen Problemen oplossen bij cd-/dvd-afdrukken Fouten Leesmij-bestand weergeven U kunt het Leesmij-bestand raadplegen voor meer informatie over systeemvereisten en mogelijke
Hoofdstuk 14 Let op Sluit de USB-kabel pas op de computer aan als er op het scherm een bericht wordt weergegeven waarin u wordt gevraagd om de USB-kabel op de computer aan te sluiten.
• • • 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en netsnoeradapter 3 Stopcontact Controleer bij gebruik van een stekkerdoos of deze is ingeschakeld. U kunt het apparaat ook rechtstreeks op een stopcontact aansluiten. Test het stopcontact om te zien of er stroom op staat. Sluit een apparaat aan waarvan u zeker weet dat dit werkt en controleer of het apparaat stroom ontvangt. Als dat niet het geval is, kan er een probleem zijn met het stopcontact.
Hoofdstuk 14 Oplossing 4: neem contact op met HP om de voeding te vervangen. Oplossing: Neem contact op met HP-ondersteuning om een voedingseenheid voor het toestel te vragen. Ga naar: www.hp.com/support. Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning. Oorzaak: De voedingseenheid was niet bedoeld voor gebruik met dit apparaat.
Raadpleeg de startershandleiding bij de printer voor meer informatie over het installeren van de software en het aansluiten van de USB-kabel. Oorzaak: De USB-kabel is aangesloten voordat de software is geïnstalleerd. Als u de USB-kabel aansluit voordat dit wordt gevraagd, dan kunnen er fouten optreden. Nadat het apparaat werd geïnstalleerd, wil het niet drukken Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 14 Oplossing 4: controleer of de printcartridges goed zijn geïnstalleerd en of ze nog inkt bevatten. Oplossing: bevatten controleer of de printcartridges goed zijn geïnstalleerd en of ze nog inkt Zie voor meer informatie: "Werken met printcartridges" op pagina 101 Oorzaak: Er was wellicht een probleem met een of meer printcartridges. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Als de cd-rom in het cd-romstation van de computer wordt geplaatst, gebeurt er niets Oplossing: Als de installatie niet automatisch wordt uitgevoerd, kunt u deze handmatig starten. De installatie starten op een Windows-computer 1. Klik in het Windowsmenu Start op In werking stellen (of klik op Accessoires en dan op In werking stellen). 2. Typ d:\setup.exe in het vak Uitvoeren en klik op OK. Als het cd-romstation niet aan de stationsletter D is toegewezen, moet u de juiste stationsletter gebruiken.
Hoofdstuk 14 4. Klik op Opnieuw om opnieuw verbinding proberen te maken. 5. Ga door met de installatie en start de computer opnieuw op wanneer dat wordt gevraagd. Oorzaak: De USB-verbinding tussen de printer en de computer is mislukt. Er wordt een bericht weergegeven dat er een onbekende fout is opgetreden Oplossing: Verwijder de software volledig en installeer deze vervolgens opnieuw. De software verwijderen en het product opnieuw instellen 1. Ontkoppel en reset het apparaat.
Let op Als de computer vervaardigd is door HP of Compac, verwijder dan geen andere toepassingen dan deze die hieronder worden weergegeven. • Functies van HP Imaging device • HP Document Viewer • HP Photosmart Essential • HP Image Zone • HP-galerie voor foto en beeldbewerking • HP Photosmart, Officejet, Deskjet (met productnaam en softwareversie) • HP Software Update • HP Share to Web • HP Solution Center • HP Director (HP-dirigent) • HP Memories Disk Greeting Card Creator 32 d. Ga naar C:\Program Files\HP o
Hoofdstuk 14 e. Als het selectievakje naast Opstartonderdelen laden is geselecteerd, klikt u op de selectiemarkering om deze te verwijderen. f. Klik op het tabblad Services en schakel het vakje Alle Microsoft Services verbergen in. g. Klik op Alles uitschakelen. h. Klik op Toepassen en klik vervolgens op Sluiten. Opmerking Als u een bericht ontvangt met Toegang geweigerd terwijl u veranderingen aanbrengt, klik dan op OK en ga door. Dit bericht verhindert u niet de wijzigingen aan te brengen. i.
5. Installeer de software. Ga als volgt te werk om de software te installeren: a. Plaats de software-cd in het cd-romstation van de computer. De software-installatie moet nu automatisch opstarten. Opmerking Als de installatie niet automatisch wordt uitgevoerd, klikt u in het Windowsmenu Start op Zoeken starten (of Uitvoeren). In het dialoogvenster Zoeken starten (of Uitvoeren) tikt u d:\setup.exe in en vervolgens drukt u op Enter.
Hoofdstuk 14 5. Start de computer opnieuw op. Opmerking Het is belangrijk dat u het apparaat loskoppelt voordat u de computer opnieuw opstart. Sluit het apparaat pas aan op de computer nadat u de software opnieuw hebt geïnstalleerd. 6. Plaats de cd-rom van de printer in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw. Opmerking Als het configuratieprogramma niet wordt weergegeven, zoekt u naar het bestand setup.exe op de cd-rom en dubbelklikt u op dit bestand.
• Informatie over papier Papierstoringen verhelpen Oplossing: Bij een papierstoring controleert u eerst de achterklep. U moet mogelijk vanaf de achterklep de papierstoring verhelpen. Een papierstoring in de achterklep verhelpen 1. Druk op het lipje aan de linkerkant van de achterklep om deze te ontgrendelen. Verwijder de klep door deze weg te trekken van het toestel. 2. Trek het papier voorzichtig tussen de rollen vandaan.
Hoofdstuk 14 • • • • • • • Gebruik geen papier dat te dun is, een te gladde structuur heeft of gemakkelijk rekt. Het kan verkeerd in de papierbaan worden ingevoerd en papierstoringen veroorzaken. Bewaar afdrukmaterialen voor foto's in de oorspronkelijke verpakking in een hersluitbare plastic zak op een vlakke ondergrond op een koele, droge plaats. Als u gaat afdrukken, haalt u alleen het papier eruit dat u onmiddellijk wilt gebruiken.
Foute, onnauwkeurige of uitlopende kleuren Als uw afdruk een van de volgende problemen met de afdrukkwaliteit vertoont, probeert u de oplossingen in de hulp. • • De kleuren zien er iets anders uit dan verwacht. De kleuren in uw afbeelding of foto zien er bijvoorbeeld anders uit op uw computerscherm dan op de afdruk, of magenta werd op uw afdruk vervangen door cyaan. De kleuren lopen in elkaar over of zien eruit alsof ze op de pagina werden uitgesmeerd.
Hoofdstuk 14 Oplossing 2: controleer het papier in de invoerlade Oplossing: Zorg ervoor dat het papier correct is geladen en dat het niet gekreukt of te dik is. • Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar beneden. Als u bijvoorbeeld glanzend fotopapier plaatst, plaatst u het papier met de glanzende zijde naar beneden. • Zorg ervoor dat het papier vlak in de invoerlade ligt en niet gekreukt is. Als het papier tijdens het afdrukken te dicht bij de printkop komt, kunnen er vegen ontstaan.
Opmerking Waarschuwingen en indicatoren voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de printcartridges niet te vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt. Zie voor meer informatie: "Geschatte inktniveaus controleren" op pagina 102 Oorzaak: Mogelijk zit er onvoldoende inkt in de printcartridges.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De printer moest worden uitgelijnd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 7: reinig de printkop Oplossing: Als de vorige oplossingen het probleem niet oplosten, probeer dan de printkop te reinigen. Nadat u de printkop hebt gereinigd, drukt u een afdrukkwaliteitsrapport af. Beoordeel het afdrukkwaliteitsrapport om te zien of er nog steeds een probleem is met de afdrukkwaliteit.
Opmerking HP kan de kwaliteit of betrouwbaarheid van materiaal dat niet van HP is, niet garanderen. Onderhoud of herstellingen aan het apparaat die nodig zijn door het gebruik van dergelijk materiaal, worden niet gedekt door de garantie. Als u meent dat u originele HP-printcartridge hebt aangeschaft, gaat u naar: www.hp.com/go/anticounterfeit Oorzaak: Er werden printcartridges gebruikt die niet van HP zijn. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Oplossing 4: controleer de papiersoort Oplossing: HP raadt u aan HP-papier te gebruiken of om het even welke andere papiersoort die geschikt is voor het apparaat. Zorg er altijd voor dat het papier waarop u afdrukt plat ligt. Gebruik HP Geavanceerd Fotopapier voor afdrukken met het beste resultaat. Bewaar afdrukmaterialen voor foto's in de oorspronkelijke verpakking in een hersluitbare plastic zak op een vlakke ondergrond op een koele, droge plaats.
De afdruk heeft een horizontale, vervormde strook aan de onderkant van de afdruk zonder rand Probeer de volgende oplossingen als uw afdruk zonder rand een wazige strook of lijn heeft aan de onderkant. Opmerking Bij dit probleem is er geen probleem met uw inktbenodigdheden. Het is dus niet nodig om de printcartridges of de printkop te vervangen.
Hoofdstuk 14 Oplossing 3: draai de afbeelding Oplossing: Als het probleem hiermee niet wordt verholpen, draait u de afbeelding 180 graden met de software die u bij het apparaat hebt geïnstalleerd of met een andere softwaretoepassing, zodat de lichtblauwe, grijze of bruine kleurtonen in de afbeelding niet onderaan op de pagina worden afgedrukt. Zie voor meer informatie: "De afdrukstand wijzigen" op pagina 55 Oorzaak: Op de afbeelding zijn vreemde tinten onderaan de pagina afgedrukt.
Oplossing 3: lijn de printer uit Oplossing: Lijn de printer uit. De printer uitlijnen kan helpen om een uitstekende afdrukkwaliteit te garanderen. Zie voor meer informatie: "De printer uitlijnen" op pagina 108 Oorzaak: De printer moest worden uitgelijnd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: reinig de printkop Oplossing: Als de vorige oplossingen het probleem niet oplosten, probeer dan de printkop te reinigen.
Hoofdstuk 14 Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning. Oorzaak: Er was een probleem opgetreden met de printkop. Afdrukken zijn onduidelijk of vertonen doffe kleuren Probeer de volgende oplossingen als de kleuren op uw afdruk niet zo helder en intens zijn als verwacht.
klaar bent met afdrukken, doet u het niet gebruikte fotopapier terug in de plastic zak. Hierdoor zal het fotopapier niet krullen. Zie voor meer informatie: • • "Aanbevolen papier voor afdrukken en kopiëren" op pagina 34 "Informatie over papier" op pagina 131 Oorzaak: Er werd verkeerd papier geplaatst in de invoerlade. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning. Oorzaak: Er was een probleem opgetreden met de printkop. Afdrukken lijken wazig of vaag Probeer de volgende oplossingen als uw afdruk niet scherp of onduidelijk is. Opmerking Bij dit probleem is er geen probleem met uw inktbenodigdheden. Het is dus niet nodig om de printcartridges of de printkop te vervangen.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: druk de afbeelding in een kleiner formaat af Oplossing: Verklein de afbeelding en druk deze vervolgens af. Als u een foto of afbeelding afdrukt, en het afdrukformaat is te groot, dan is het resultaat wazig of vaag. Als het formaat van een digitale foto of een rasterafbeelding werd gewijzigd, kan de afdruk wazig of vaag zijn. Oorzaak: De afbeelding was in een groter formaat afgedrukt.
Hoofdstuk 14 • • • Oplossing 1: controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst Oplossing 2: controleer of er maar een papiersoort is geladen Oplossing 3: controleer of de acherklep goed is geplaatst Oplossing 1: controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst Oplossing: geplaatst. Zorg ervoor dat het papier op de juiste manier in de invoerlade is Zie voor meer informatie: "Papier laden" op pagina 37 Oorzaak: Het papier is niet op de juiste wijze geladen.
Oplossing 1: druk af op een gewoon blad papier Oplossing: Bedruk een of meerdere pagina's gewoon papier om alle overtollige inkt in het apparaat op te zuigen. Overtollige inkt verwijderen met gewoon papier 1. Plaats een aantal vellen gewoon papier in de invoerlade. 2. Wacht vijf minuten. 3. Druk een document met weinig of geen tekst af. 4. Controleer de achterkant van het blad op inkt. Als er nog steeds inkt op de achterkant van het blad zit, probeert u nog een blad gewoon papier te bedrukken.
Hoofdstuk 14 Oplossing 2: controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst Oplossing: geplaatst. Zorg ervoor dat het papier op de juiste manier in de invoerlade is Zie voor meer informatie: "Papier laden" op pagina 37 Oorzaak: Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Het papier is niet op de juiste wijze geladen. Oplossing 3: controleer de afdrukinstellingen Oplossing: Controleer de afdrukinstellingen.
3. Dompel een pluisvrije doek in zuiver of gedistilleerd water en wring al het overtollige water eruit. 4. Reinig de rubber rollers om stof en vuil te verwijderen. 5. Plaats de achterklep terug. Duw de klep voorzichtig naar voren totdat deze op zijn plaats klikt. 6. Koppel het netsnoer weer aan en schakel het toestel in. 7. Probeer nogmaals af te drukken. Oorzaak: De rollen waren vuil en moesten worden gereinigd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 TrueType-pictogram OpenType-pictogram Oorzaak: Het lettertype was een speciaal formaat. Sommige programma's werken met eigen lettertypen die kartelranden vertonen wanneer ze worden vergroot of afgedrukt. Als u tekst in bitmaps wilt afdrukken, kunnen deze ook gekarteld zijn wanneer u de bitmap vergroot of afdrukt. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: lijn de printer uit Oplossing: Lijn de printer uit.
Oplossing 1: stel de afdrukkwaliteit lager in Oplossing: Controleer de instelling voor de afdrukkwaliteit. Optimaal en Maximum dpi bieden de beste kwaliteit maar zijn langzamer dan Normaal of Snel. Snel biedt de snelste afdruksnelheid. Zie voor meer informatie: • • "De afdruksnelheid of afdrukkwaliteit wijzigen" op pagina 54 "Afdrukken met Maximum aantal dpi" op pagina 61 Oorzaak: De instelling voor de afdrukkwaliteit was te hoog ingesteld.
Hoofdstuk 14 • • • • • De pagina's in mijn document worden in de verkeerde volgorde uitgevoerd De marges worden niet afgedrukt zoals verwacht Tekst of illustraties worden afgebroken aan de randen van de pagina Er wordt een lege pagina afgedrukt Inkt sproeit binnen in het apparaat bij het afdrukken van een foto Enveloppen worden verkeerd afgedrukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Oplossing 3: steek de flappen naar binnen om papierstoringen te voorkomen Oplossing: Steek de flappen in de enveloppen. Hiermee voorkomt u papierstoringen. Oorzaak: De flappen kunnen in de rollers vast komen te zitten. Afdrukken zonder rand geeft onverwachte resultaten Oplossing: Probeer de afbeelding af te drukken vanaf de fotobewerkingssoftware die bij het toestel is geleverd.
Hoofdstuk 14 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: selecteer de juiste printer Oplossing: Controleer of u de juiste printer in uw softwaretoepassing hebt geselecteerd. Tip U kunt het apparaat instellen als de standaardprinter om ervoor te zorgen dat de printer automatisch wordt geselecteerd wanneer u Afdrukken selecteert in het menu Bestand van de verschillende softwaretoepassingen. Oorzaak: Het apparaat was niet de geselecteerde printer.
Open op de computer de printermap en kijk of de geannuleerde taak in de afdrukwachtrij blijft staan. Probeer de taak in de wachtrij te verwijderen. Als de afdruktaak in de wachtrij blijft staan, hebt u nog twee mogelijkheden: • • - maak de USB-kabel los van het toestel, start de computer opnieuw op en sluit de USB-kabel weer op het toestel aan; - schakel het apparaat uit, start de computer opnieuw op en schakel het apparaat weer in. Oorzaak: Er bevond zich een verwijderde afdruktaak in de wachtrij.
Hoofdstuk 14 Controleer de status van het apparaat als de verbindingen veilig zijn en niet gedurende enkele minuten is afgedrukt nadat u een afdruktaak hebt verzonden naar het apparaat. Klik op Instellingen in de software van HP Photosmart en klik vervolgens op Status. Oorzaak: De computer communiceert niet met het apparaat. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 2: druk een eerder opgeslagen versie van het document af Oplossing: Probeer een ander document af te drukken vanuit hetzelfde programma. Als dit een goed resultaat oplevert, probeert u een eerder opgeslagen versie van het document af te drukken die niet beschadigd is. Oorzaak: Het document was beschadigd. Er gebeurt niets wanneer ik probeer af te drukken Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 14 Tip U kunt het apparaat instellen als de standaardprinter om ervoor te zorgen dat de printer automatisch wordt geselecteerd wanneer u Afdrukken selecteert in het menu Bestand van de verschillende softwaretoepassingen. Oorzaak: Het apparaat was niet de geselecteerde printer. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 7: verhelp de papierstoring Oplossing: Verwijder het vastgelopen papier. Zie voor meer informatie: "Papierstoringen verhelpen" op pagina 131 Oorzaak: Het papier in het apparaat was vastgelopen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 8: controleer of de wagen met de printcartridges vrij kan bewegen Oplossing: Koppel het netsnoer los als dit nog niet was losgekoppeld.
Hoofdstuk 14 Controleer de status van het apparaat als de verbindingen veilig zijn en niet gedurende enkele minuten is afgedrukt nadat u een afdruktaak hebt verzonden naar het apparaat. Klik op Instellingen in de software van HP Photosmart en klik vervolgens op Status. Oorzaak: De computer communiceert niet met het apparaat. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Zorg dat de marges van het document binnen het afdrukgebied van het apparaat vallen. Marge-instellingen controleren 1. Bekijk de afdruktaak voordat u deze naar het apparaat zendt. In de meeste softwaretoepassingen klikt u op Bestand en vervolgens op Afdrukvoorbeeld. 2. Controleer de marges. Gebruik de marges die u in de softwaretoepassing hebt ingesteld, zolang deze groter zijn dan de minimummarges die het apparaat ondersteunt.
Hoofdstuk 14 • Oplossing 4: probeer met randen af te drukken Oplossing 1: controleer de instellingen voor de marges Oplossing: Controleer de kantlijnen. Zorg dat de marges van het document binnen het afdrukgebied van het apparaat vallen. Marge-instellingen controleren 1. Bekijk de afdruktaak voordat u deze naar het apparaat zendt. In de meeste softwaretoepassingen klikt u op Bestand en vervolgens op Afdrukvoorbeeld. 2. Controleer de marges.
Oplossing 3: plaats de stapel papier juist Oplossing: Als het papier niet goed wordt geladen, kunnen delen van het document worden afgesneden. Haal de papierstapel uit de invoerlade en leg het papier weer terug. Zie voor meer informatie: "Papier laden" op pagina 37 Oorzaak: Het papier was niet goed geladen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 u de papierstapel, maakt u de stapel recht door deze tegen een vlakke ondergrond te tikken en plaatst u het papier weer terug in de invoerlade. Zie voor meer informatie: "Papier laden" op pagina 37 Oorzaak: Het apparaat heeft twee vellen papier opgenomen. Inkt sproeit binnen in het apparaat bij het afdrukken van een foto Oplossing: Zorg ervoor dat u fotopapier hebt geplaatst voordat u gaat afdrukken zonder rand.
geheugenkaart verwijdert terwijl deze wordt gebruikt, kunnen de gegevens op de kaart of het toestel en de kaart beschadigd raken. Zie voor meer informatie: "Een geheugenkaart plaatsen" op pagina 73 Oorzaak: Het toestel is de geheugenkaart aan het lezen. Het waarschuwingslampje brandt wanneer u een geheugenkaart of een opslagapparaat plaatst Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 14 • • • Oplossing 2: Plaats de geheugenkaart volledig in de juiste sleuf van het apparaat Oplossing 3: verwijder de bijkomende geheugenkaart Oplossing 4: formatteer de geheugenkaart in uw digitale camera opnieuw Oplossing 1: plaats de geheugenkaart juist Oplossing: Draai de geheugenkaart op die manier dat de labelzijde naar boven ligt en de contactpunten aan de kant van het apparaat liggen. Duw de kaart vervolgens in de geschikte sleuf tot het lampje Foto begint te branden.
Als het bestandssysteem op de kaart is beschadigd, formatteert u de geheugenkaart in de digitale camera opnieuw. Zie de documentatie bij de digitale camera voor meer informatie. Let op Bij het formatteren van de geheugenkaart worden alle foto's op de kaart verwijderd. Als u de foto's al van de geheugenkaart naar een computer hebt overgebracht, kunt u proberen of u de foto's van de computer kunt afdrukken. Anders moet u foto's die u eventueel kwijt bent, opnieuw maken.
Hoofdstuk 14 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: controleer de verbinding van de printer met de computer Oplossing: Controleer de verbinding van het apparaat met de computer. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van de printer. Controleer of andere kant van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van uw computer. Als de kabel goed is aangesloten, schakelt u de printer uit en weer in.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: sla de foto's op in een ondersteund bestandsformaat Oplossing: Controleer of de digitale camera foto's opslaat in een bestandsindeling die door de overdrachtsfunctie PictBridge wordt ondersteund (Exif/JPEG, JPEG en DPOF). Oorzaak: De afbeeldingen hadden geen ondersteund formaat. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Het scannen mislukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Oorzaak: De HP Photosmart-software was geïnstalleerd, maar het programma was niet opgestart. Het scannen mislukt omdat de computer over te weinig geheugen beschikt Oplossing: Sluit alle programma’s die niet gebruikt worden. Dit geldt ook voor de programma's die op de achtergrond draaien, zoals screensavers en antivirusprogramma's. Vergeet niet het antivirusprogramma weer te activeren nadat u het scannen hebt voltooid. Als dit niet werkt, helpt het wellicht om de computer opnieuw op te starten.
Hoofdstuk 14 De gescande afbeelding heeft onjuiste paginalay-out Oplossing: Schakel de functie voor automatisch bijsnijden uit in de software om de lay-out van de pagina te behouden. Oorzaak: De paginalay-out veranderde door het automatisch bijsnijden. De gescande afbeelding heeft stippellijnen in plaats van tekst Oplossing: kopie.
Oplossing 2: Maak de glasplaat en de klep schoon. Oplossing: Schakel het apparaat uit, haal het netsnoer los en maak de glasplaat en de binnenzijde van het deksel schoon met een zachte doek. Zie voor meer informatie: • • "De binnenkant van de klep reinigen" op pagina 114 "De glasplaat reinigen" op pagina 114 Oorzaak: Mogelijk is vuil achtergebleven op de glasplaat of op de binnenzijde van het deksel. Dit veroorzaakt scans van een slechte kwaliteit.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het apparaat was niet goed aangesloten op de computer met een USBkabel. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: installeer de HP Photosmart-software of installeer deze opnieuw Oplossing: Installeer de software die bij het apparaat werd meegeleverd of installeer deze opnieuw. Oorzaak: De software die bij het apparaat werd geleverd, was niet geïnstalleerd of was niet actief.
Oorzaak: Het origineel was niet correct op de glasplaat gelegd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: wacht tot het apparaat de huidige bewerking heeft voltooid Oplossing: Controleer het lampje Aan. Als het knippert, is het apparaat bezig. Oorzaak: Het apparaat was bezig met kopiëren of afdrukken. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het origineel was niet correct op de glasplaat gelegd. Aanpassen aan pagina werkt niet volgens verwachting Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Oorzaak: Het origineel was niet correct op de glasplaat gelegd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: veeg de glasplaat en de achterkant van de documentklep schoon Oplossing: Schakel het apparaat uit, trek de stekker uit het stopcontact en veeg de glasplaat en de documentachtergrondplaat met een zachte stofdoek schoon.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het apparaat heeft een gedeelte van de afbeelding rondom de marges van de kopie bijgesneden om een afdruk zonder rand te verkrijgen waarbij de verhoudingen van het origineel ongewijzigd blijven. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 1: scan de afbeelding, pas het formaat aan en druk hem vervolgens af Oplossing: Wanneer u een kopie zonder rand maakt van een zeer klein origineel, vergroot het apparaat het origineel tot een maximaal percentage. Hierdoor kan er witruimte langs de randen overblijven. (Het maximumpercentage verschilt per model.) De minimumomvang van het origineel is afhankelijk van het formaat van de kopie zonder rand die u probeert te maken.
Hoofdstuk 14 probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • • • Oplossing 1: druk de cd-/dvd-houder in de cd-/dvd-lade. Oplossing 2: haal de cd-/dvd-houder uit de opslagruimte Oplossing 3: plaats de cd/dvd in de cd-/dvd-houder Oplossing 4: plaats de volgende schijf op cd-/dvd-houder Oplossing 1: druk de cd-/dvd-houder in de cd-/dvd-lade.
houder op een lijn staan met de witte lijnen op de lade. De zijde met de pijlen gaat eerst in de cd-/dvd-lade. Oorzaak: U hebt de schijf rechtstreeks in de cd-/dvd-lade geplaatst zonder hem in de cd-/dvd-houder te plaatsen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: plaats de volgende schijf op cd-/dvd-houder Oplossing: Haal de cd-/dvd-houder uit de cd-/dvd-lade. Verwijder de bedrukte cd/ dvd uit de houder.
Hoofdstuk 14 Het apparaat blokkeert tijdens het afdrukken van een cd/dvd. Oplossing: Zorg ervoor dat er minstens 7,5 cm ruimte is achter het apparaat. Ga ook na of de sleuf aan de achterkant van het apparaat niet is geblokkeerd. Oorzaak: Het apparaat trekte de cd-/dvd-houder naar binnen bij het afdrukken op de cd/dvd. De houder kan ongeveer 7,5 cm aan de achterkant van de printer uitsteken. Als er niet voldoende ruimte vrij is achter het apparaat stopt de houder en bijgevolg ook het afdrukken.
te geven voor de gebruikte schijf. Raadpleeg de documentatie of de online help van de gebruikte software voor bijkomende informatie. Oorzaak: Uw ontwerp had niet het juiste formaat voor de geplaatste cd/dvd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: plaats een nieuwe cd/dvd met de bedrukbare zijde naar boven Oplossing: Als u de inhoud al op de cd/dvd hebt gebrand, is het mogelijk dat u deze opnieuw moet branden op een nieuwe schijf.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: U hebt de cd/dvd ondersteboven op de houder geplaatst. Het apparaat geeft een foutmelding voor een verkeerd cd-/dvd-formaat. Oplossing: Annuleer de afdruktaak en vervang de cd/dvd die in de cd-/dvd-lader is geplaatst door een cd/dvd met het formaat dat is opgegeven voor de afdruktaak, of verander de afdrukinstellingen in de software.
• • • • • • • • • • • • • Cd-/dvd-lade fout uitgelijnd Cd-/dvd-houder plaatsen Cd-/dvd-lade openen Cd-/dvd-houder niet gevonden Cd/dvd niet gevonden Scanfouten Er kan niet worden afgedrukt Het apparaat is mogelijk niet correct geïnstalleerd Toestel niet gevonden Het apparaat kon geen beschikbare scanbestemmingen vinden Een vereist software-component werd niet gevonden of was onjuist geïnstalleerd Er is een fout opgetreden bij het verbinden met het apparaat Ontbrekende HP Photosmart-software Wagen geblokke
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De cd-/dvd-lade stond open. Wagen vastgelopen Oplossing: Schakel het apparaat uit en open de toegangsklep van de printcartridges om bij de wagen met printcartridges te komen. Verwijder de objecten die de wagen met printcartridges blokkeren, inclusief eventueel verpakkingsmateriaal, en schakel het apparaat weer in. Volg de stappen op het scherm om verder te gaan. Oorzaak: De wagen met de printcartridges was geblokkeerd.
probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • Oplossing 1: reset het apparaat Oplossing 2: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing 1: reset het apparaat Oplossing: Schakel het apparaat uit en reset het door het netsnoer los te koppelen. Wacht 60 seconden en sluit het netsnoer weer aan. Schakel het apparaat in. Oorzaak: U moest het apparaat opnieuw instellen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Oplossing 1: verhelp de papierstoring Oplossing: Verhelp de papierstoring en verwijder eventueel gescheurd papier dat in het apparaat is achtergebleven. Zie voor meer informatie: "Papierstoringen verhelpen" op pagina 131 Oorzaak: Het papier in het apparaat is vastgelopen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
het weer terug in de fotolade. Volg de instructies op het scherm of het computerscherm om door te aan met uw afdruktaak. Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de fotolade. zorg ervoor dat de stapel fotopapier in de fotolade past en dat deze niet hoger is dan de bovenkant van de papierbreedtegeleider. Oorzaak: Er was niet voldoende papier in de fotolade. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 6: plaats één vel fotopapier tegelijk Oplossing: Probeer steeds een vel fotopapier tegelijk in de fotolade te plaatsen. Oorzaak: Het papier wordt mogelijk niet goed doorgevoerd als u het apparaat in een omgeving met extreem hoge of lage vochtigheid gebruikt. Fotolade kan geen papier nemen Oplossing: Verwijder de uitvoerlade en vervang het papier. Duw de uitvoerlade zo ver mogelijk naar binnen.
Oorzaak: De cd-/dvd-houder was niet correct in de cd-/dvd-lade geplaatst. Cd-/dvd-houder plaatsen Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Hoofdstuk 14 Cd-/dvd-lade openen Oplossing: Laat de cd-/dvd-lade zakken. Druk op OK om door te gaan. Oorzaak: De cd-/dvd-lade was gesloten en er werd een cd-/dvd-afdruktaak gestart vanaf de computer. Cd-/dvd-houder niet gevonden Oplossing: Plaats een bedrukbare schijf op de cd-/dvd-houder, met de bedrukbare zijde naar boven. Laat de cd-/dvd-lade zakken. Duw de houder naar voren tot de lijnen op de cd-/dvd-houder gelijk liggen met de witte lijnen op de cd-/dvd-lade.
opnieuw in de cd-/dvd-lade, tot de lijnen op de houder gelijk liggen met de witte lijnen op de lade. Druk op OK om door te gaan. Oorzaak: De printer vond geen bedrukbare cd/dvd in de houder. Scanfouten Bekijk dit deel wanneer u een foutmelding krijgt zoals een van de volgende: • • • • • Er deed zich een fout voor tijdens het communiceren met het scanapparaat. Het scanapparaat kon niet worden geïntialiseerd. Het scanapparaat kon niet worden gevonden. Er is een interne fout opgetreden.
Hoofdstuk 14 van de vaste schijf. Zorg dat u deze op de juiste wijze verwijdert met het programma voor het verwijderen van de installatie dat bij de software zit. De software-installatie ongedaan maken en opnieuw installeren 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start, Instellingen, Bedieningspaneel (of gewoon op Bedieningspaneel). 2. Dubbelklik op Programma's toevoegen/verwijderen (of klik op Installatie van een programma ongedaan maken). 3.
6. Wacht enkele seconden en sluit de kabel vervolgens weer aan. Dit zou de Windows apparaatdetectie opnieuw moeten opstarten (Plug and Play). Er kan een venster met Nieuwe hardware gevonden verschijnen. 7. Klik op Volgende in alle vensters die verschijnen zodat de wizard het USBsamengesteld apparaat kan installeren. 8. Klik op Voltooien om de installatie te voltooien. 9. Probeer nogmaals te scannen. 10.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Er zijn mogelijk twee uitbreidingen van het apparaat aangesloten op de HP Solution Center. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 5: Controleer de stroomtoevoer Oplossing: Controleer de voedingseenheid. Om de voedingseenheid te controleren 1. Controleer of het netsnoer goed op het apparaat en de netsnoeradapter is aangesloten. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok.
Oplossing 6: controleer de USB-kabel tussen het apparaat en de computer Oplossing: Controleer de USB-kabel tussen het apparaat en de computer. 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4. Voer een van de volgende stappen uit, afhankelijk van de wijze waarop het apparaat is aangesloten op de computer: • Als de USB-kabel is aangesloten op een USB-hub, probeer de USB-kabel dan uit de hub te trekken en weer aan te sluiten.
Hoofdstuk 14 8. Start de computer opnieuw op. 9. Probeer nogmaals te scannen nadat de computer opnieuw is opgestart. Oorzaak: Het apparaat was niet correct aangesloten op de computer. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 7: probeer met WIA (Windows Image Acquisition) te scannen Oplossing: Probeer met WIA (Windows Image Acquisition) te scannen in plaats van met de HP Solution Center. Scannen met WIA 1. Controleer of de printer aanstaat. 2.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 8: schakel de Lexbces-service uit Oplossing: Controleer of de Lexbces-service is gestart, en schakel deze uit. Als een toestel van Lexmark of Dell All-in-One met een USB-kabel is aangesloten op een computer waarop het apparaat is geïnstalleerd, scant de HP-software mogelijk niet omdat de Lexbces-service actief is. Opmerking Deze oplossing is alleen van toepassing als u een Lexmark of Dell all-in-one hebt.
Hoofdstuk 14 Een reservekopie van het register maken a. Klik op de taakbalk van Windows op Start. b. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk: • In Windows Vista: In Zoeken starten, tikt u regedit in, en vervolgens drukt u op Enter. Als het dialoogvenster Gebruikersaccountbeheer verschijnt, klikt u op Doorgaan. • In Windows XP: Klik op Uitvoeren. Als het dialoogvenster Uitvoeren verschijnt, tikt u regedit in, en vervolgens drukt u op Enter.
7. Start de computer opnieuw op en probeer nogmaals te scannen. Als u kunt scannen, gaat u verder met de volgende stap om de Lexbcserverservice opnieuw op te starten. Opmerking De service opnieuw opstarten maakt de normale functionaliteit van de Lexmark- of Dell-services mogelijk zonder de HP-software te beïnvloeden. 8. Start de Lexbcserver-service opnieuw op. De service opnieuw opstarten a. Klik in de Windows-taakbalk op Start, klik met de rechtermuisknop op Mijn computer en klik vervolgens op Beheren.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Er was een probleem met de verbinding tussen het toestel en de computer. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 10: download en installeer de patch voor onverwachte interne fouten en communicatiefouten Oplossing: Download en installeer de patch voor onverwachte interne fouten en communicatiefouten. Met deze patch lost u de fout Er is een onverwachte interne fout opgetreden op en andere communicatiefouten met het apparaat.
Opmerking Deze lijst is niet volledig. Als er zich communicatieproblemen voordoen wanneer u probeert te scannen, volg dan de stappen hieronder om het probleem op te lossen. 5. Koppel alle USB-apparaten (printers, scanners, camera's, enz.) los van de computer, behalve de muis of het toetsenbord. 6. Sluit de USB-kabel opnieuw aan op de USB-poort aan de achterkant van het apparaat. 7. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel opnieuw aan op een USB-poort van uw computer. Probleemoplossing 8.
Hoofdstuk 14 10. Druk een statusrapport voor de printer af om de autonome basisfunctionaliteit van het apparaat te testen. Raadpleeg de volgende procedure voor meer informatie over het afdrukken van een statusrapport voor de printer. 11. Proberen te scannen. Als de scan lukt, veroorzaken andere USB-apparaten die op de computer zijn aangesloten mogelijk het probleem. 12. Als de scan lukt, sluit u een USB-apparaat tegelijk aan op de computer. 13.
Oplossing 12: verwijder de software en installeer deze opnieuw Oplossing: Verwijder de software volledig en installeer deze vervolgens opnieuw. De software verwijderen en het product opnieuw instellen 1. Ontkoppel en reset het apparaat. Het apparaat ontkoppelen en resetten a. Controleer of de printer aanstaat. b. Druk op de knop Aan om de printer uit te schakelen. c. Koppel de voedingskabel los van de achterzijde van het apparaat. d. Sluit het netsnoer weer aan de achterzijde van het apparaat aan. e.
Hoofdstuk 14 3. Sluit programma's die op de achtergrond worden uitgevoerd. Opmerking Wanneer de computer wordt ingeschakeld, wordt automatisch een softwaregroep met de naam 'Terminate and Stay Resident (TSR)' geladen. Deze programma's activeren enkele van de computerhulpprogramma's zoals de anti-virussoftware, maar deze zijn niet nodig om de computer te laten functioneren. Het gebeurt soms dat TSR''s verhinderen dat de HP-software wordt geladen en bijgevolg niet correct wordt geïnstalleerd.
4. Voer het hulpprogramma Schijfopruiming uit om tijdelijke bestanden en mappen te verwijderen. Het schijfhulpprogramma uitvoeren a. Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Programma's of Alle programma's, en klik vervolgens op Bureau-accessoires. b. Klik op Systeemwerkset en klik vervolgens op Schijfopruiming. De Schijfopruiming analyseert de harde schijf en geeft vervolgens een rapport weer met een lijst van te verwijderen componenten. c.
Hoofdstuk 14 • • • • • • • • Oplossing 1: druk een statusrapport voor de printer af Oplossing 2: verwijder de taken uit de afdrukwachtrij Oplossing 3: koppel de USB-kabel los en sluit hem vervolgens weer aan Oplossing 4: controleer of het apparaat als de standaardprinter is ingesteld Oplossing 5: controleer of de werking van de printer is onderbroken of de printer offline is Oplossing 6: verwijder de taken handmatig uit de afdrukwachtrij Oplossing 7: stop de printspooler en start hem opnieuw op Oplossing
Oplossing 2: verwijder de taken uit de afdrukwachtrij Oplossing: Start uw computer opnieuw op om de afdrukwachtrij leeg te maken. De afdrukwachtrij leegmaken 1. Start de computer opnieuw op. 2. Nadat de computer opnieuw is opgestart, controleert u de wachtrij. a. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk: • Windows Vista: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers.
Hoofdstuk 14 Na het opnieuw aansluiten moet het apparaat beginnen met de taken in de afdrukwachtrij. Opmerking Zorg dat de hub is ingeschakeld als u het apparaat aansluit via een USB-hub. Als de hub aan staat, sluit u het apparaat direct op uw computer aan. 5. Als het product niet automatisch begint af te drukken, start u nog een afdruktaak. Oorzaak: De USB-kabel moest worden losgekoppeld. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
5. Klik op het tabblad Geavanceerd. 6. Controleer het stuurprogramma weergegeven in het vervolgkeuzemenu Stuurprogramma om te controleren of het apparaat het juiste stuurprogramma gebruikt. De naam van uw apparaat moet zijn weergegeven als het stuurprogramma. 7. Als het verkeerde stuurprogramma is geselecteerd, selecteert u het juiste stuurprogramma in het vervolgkeuzemenu Stuurprogramma. 8. Klik op OK om uw wijzigingen op te slaan.
Hoofdstuk 14 Oplossing 6: verwijder de taken handmatig uit de afdrukwachtrij Oplossing: Maak de afdrukwachtrij handmatig leeg. De afdrukwachtrij manueel leegmaken 1. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk: • Windows Vista: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers. • Windows XP: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers en faxapparaten. 2.
Oplossing 8: controleer of er een probleem is met de softwaretoepassing Oplossing: Controleer of de softwaretoepassing het probleem veroorzaakt. De softwareapplicatie controleren 1. Sluit de softwareapplicatie en open ze weer. 2. Probeer opnieuw af te drukken vanaf de softwareapplicatie. Opmerking Mogelijk wordt afdrukken vanuit een DOS-applicatie niet door de printer ondersteund. Ga na of de software een op Windows gebaseerd programma of een op DOS gebaseerd programma is.
Hoofdstuk 14 Oplossing 2: controleer het netsnoer en de USB-kabel Oplossing: Zorg ervoor dat het netsnoer en de USB-kabel goed zijn aangesloten en bevestigd. Ga ook na of het product is ingeschakeld. De stroomtoevoer controleren 1. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok. 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en -adapter 3 Stopcontact Probleemoplossing 2.
Opmerking Als u een oudere kabel gebruikt, werkt deze mogelijk niet goed. Sluit de kabel op een ander product aan en controleer of de USB-kabel werkt. Als u problemen ondervindt, moet de USB-kabel waarschijnlijk worden vervangen. De kabel mag niet langer zijn dan 3 meter lang zijn. 7. Als u een andere USB-kabel beschikbaar hebt, probeer die dan te gebruiken. 8. Start de computer opnieuw op. 9. Probeer nogmaals te scannen nadat de computer opnieuw is opgestart.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het is mogelijk dat u de computer niet opnieuw hebt opgestart nadat u de software van het apparaat hebt geïnstalleerd. Of misschien was er een ander probleem met de computer. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: verwijder het apparaat en installeer het opnieuw Oplossing: Verwijder het apparaat van het bedieningspaneel Printers en faxen en installeer het vervolgens opnieuw.
6. Plaats de cd-rom van de HP Photosmart in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw. Opmerking Als het configuratieprogramma niet wordt weergegeven, zoekt u naar het bestand setup.exe op de cd-rom en dubbelklikt u op dit bestand. 7. Volg de instructies op het scherm en in de startershandleiding van de printer. 8.
Hoofdstuk 14 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: controleer het netsnoer en de USB-kabel Oplossing: Zorg ervoor dat het netsnoer en de USB-kabel goed zijn aangesloten en bevestigd. Ga ook na of het product is ingeschakeld. De stroomtoevoer controleren 1. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok.
Opmerking Als u een oudere kabel gebruikt, werkt deze mogelijk niet goed. Sluit de kabel op een ander product aan en controleer of de USB-kabel werkt. Als u problemen ondervindt, moet de USB-kabel waarschijnlijk worden vervangen. De kabel mag niet langer zijn dan 3 meter lang zijn. 7. Als u een andere USB-kabel beschikbaar hebt, probeer die dan te gebruiken. 8. Start de computer opnieuw op. 9. Probeer nogmaals te scannen nadat de computer opnieuw is opgestart.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het is mogelijk dat u de computer niet opnieuw hebt opgestart nadat u de software van het apparaat hebt geïnstalleerd. Of misschien was er een ander probleem met de computer. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: verwijder het apparaat en installeer het opnieuw Oplossing: Verwijder het apparaat van het bedieningspaneel Printers en faxen en installeer het vervolgens opnieuw.
6. Plaats de cd-rom van de HP Photosmart in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw. Opmerking Als het configuratieprogramma niet wordt weergegeven, zoekt u naar het bestand setup.exe op de cd-rom en dubbelklikt u op dit bestand. 7. Volg de instructies op het scherm en in de startershandleiding van de printer. 8.
Hoofdstuk 14 Oplossing 2: maak de installatie van de HP Photosmart-software ongedaan en installeer deze opnieuw Oplossing: Verwijder de volledige HP Photosmart-software van de computer en installeer deze opnieuw met de cd die bij uw apparaat werd geleverd. De software-installatie ongedaan maken en opnieuw installeren 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start, Instellingen, Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Software. 3. Verwijder alle items die gerelateerd zijn aan de HP-scansoftware.
Een vereist software-component werd niet gevonden of was onjuist geïnstalleerd Oplossing: Verwijder de volledige HP Photosmart-software van de computer en installeer deze opnieuw met de cd die bij uw apparaat werd geleverd. De software-installatie ongedaan maken en opnieuw installeren 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start, Instellingen, Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Software. 3. Verwijder alle items die gerelateerd zijn aan de HP-scansoftware.
Hoofdstuk 14 Er is een fout opgetreden bij het verbinden met het apparaat Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
3 Stopcontact 2. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. 3. Als het apparaat geen elektrische stroom ontvangt, sluit het dan op een ander stopcontact aan. 4. Schakel het apparaat uit en reset het door het netsnoer los te koppelen. 5. Wacht 5 seconden en sluit het netsnoer weer aan. 6. Schakel het apparaat in. 7. Probeer nogmaals te scannen. 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4.
Hoofdstuk 14 6. Controleer de USB-kabel om zeker te zijn dat deze goed werkt. Opmerking Als u een oudere kabel gebruikt, werkt deze mogelijk niet goed. Sluit de kabel op een ander product aan en controleer of de USB-kabel werkt. Als u problemen ondervindt, moet de USB-kabel waarschijnlijk worden vervangen. De kabel mag niet langer zijn dan 3 meter lang zijn. 7. Als u een andere USB-kabel beschikbaar hebt, probeer die dan te gebruiken. 8. Start de computer opnieuw op. 9.
Oplossing 5: maak de installatie van de HP Photosmart-software ongedaan en installeer deze opnieuw Oplossing: Verwijder de volledige HP Photosmart-software van de computer en installeer deze opnieuw met de cd die bij uw apparaat werd geleverd. De software-installatie ongedaan maken en opnieuw installeren 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start, Instellingen, Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Software. 3. Verwijder alle items die gerelateerd zijn aan de HP-scansoftware.
Hoofdstuk 14 Oplossing 6: neem contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud Oplossing: Als u alle stappen van de vorige oplossingen hebt uitgevoerd en nog steeds een probleem ondervindt, neemt u contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud. Bezoek: www.hp.com/support. Kies uw land/regio in de keuzelijst en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor technische ondersteuning. Oorzaak: U hebt mogelijk begeleiding nodig om het apparaat of de software goed te laten werken.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: controleer de verbinding van de printer met de computer Oplossing: Controleer de verbinding van het apparaat met de computer. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van de printer. Controleer of andere kant van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van uw computer. Als de kabel goed is aangesloten, schakelt u de printer uit en weer in.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De software voor het apparaat is niet in staat om het bestand te openen of op te slaan. Onleesbare bestanden. NN-bestanden konden niet worden gelezen Oplossing: Plaats de geheugenkaart opnieuw in het apparaat. Als dit niet werkt, maakt u de foto's opnieuw met uw digitale camera. Als u de foto's al naar de computer hebt overgebracht, kunt u proberen deze bestanden af te drukken met de apparaatsoftware. Het is mogelijk dat de kopieën niet zijn beschadigd.
Bestandsindeling niet ondersteund Oplossing: Open het bestand in een andere toepassing en sla het op in een indeling die de HP-software herkent. Oorzaak: De HP-software herkent en ondersteunt de bestandsindeling niet van de afbeelding die u wilt openen of opslaan. Als de bestandsextensie aangeeft dat het een ondersteund bestandstype betreft, is het bestand wellicht beschadigd. Ongeldige bestandsnaam Oplossing: Controleer of de bestandsnaam geen ongeldige symbolen bevat.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het bestandssysteem op de geheugenkaart is beschadigd.
Oplossing 3: duw de geheugenkaart helemaal vooruit Oplossing: Verwijder de geheugenkaart en schuif deze opnieuw in de sleuf voor de geheugenkaart tot de kaart niet verder gaat. Oorzaak: U had de geheugenkaart niet volledig in de sleuf gestoken. Kan niet bijsnijden Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 14 Geen toegang tot kaart Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
De kaart is verkeerd ingebracht Oplossing: Draai de geheugenkaart op die manier dat de labelzijde naar boven ligt en de contactpunten aan de kant van het apparaat liggen. Duw de kaart vervolgens in de geschikte sleuf tot het lampje Foto begint te branden. Als de geheugenkaart niet goed is geplaatst, reageert het apparaat niet en knippert het waarschuwingslampje snel. Zodra de geheugenkaart op de juiste manier is geplaatst, zal het groene lampje Foto enkele seconden knipperen en dan blijven branden.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De cd/dvd lag ondersteboven in de cd-/dvd-houder. Probleem met afdrukken op cd/dvd Oplossing: Zorg ervoor dat er voldoende ruimte vrij is achter het apparaat en of de cd-/dvd-uitvoersleuf op de achterzijde niet is geblokkeerd. Als het apparaat dichtbij een muur staat, moet u hem minstens 7,5 cm van de muur af zetten. Oorzaak: Het apparaat haperde tijdens het afdrukken.
Inkt is bezig te drogen Oplossing: Laat het vel in de uitvoerlade zitten zolang het bericht wordt weergegeven. Als u het bedrukte vel moet verwijderen voor dit bericht is verdwenen, houdt u het bedrukte vel voorzichtig aan de onderzijde of bij de randen vast en legt u het op een vlak oppervlak om te drogen. Oorzaak: Transparanten en bepaalde andere media hebben een langere droogtijd nodig dan normaal.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De achterklep was van het apparaat verwijderd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: controleer of het papier op de juiste manier is geplaatst Oplossing: geplaatst. Zorg ervoor dat het papier op de juiste manier in de invoerlade is Zie voor meer informatie: "Papier laden" op pagina 37 Oorzaak: Het papier is niet op de juiste wijze geladen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 5: reinig de rollen Oplossing: Reinig de rollen. Zorg dat u het volgende bij de hand hebt: • • - een pluisvrije doek of ander zacht materiaal dat niet rafelt of geen vezels achterlaat; - gedistilleerd water, gefilterd water of flessenwater. De rollen reinigen 1. Schakel het toestel uit en koppel het netsnoer los. 2. Druk op het lipje aan de linkerkant van de achterklep om deze te ontgrendelen. Verwijder de klep door deze weg te trekken van het toestel. 3.
Hoofdstuk 14 Papier vastgelopen of verkeerd ingevoerd Oplossing: Bij een papierstoring controleert u eerst de achterklep. U moet mogelijk vanaf de achterklep de papierstoring verhelpen. Een papierstoring in de achterklep verhelpen 1. Druk op het lipje aan de linkerkant van de achterklep om deze te ontgrendelen. Verwijder de klep door deze weg te trekken van het toestel. 2. Trek het papier voorzichtig tussen de rollen vandaan.
Papierconflict Oplossing: Verander de afdrukinstelling of plaats het juiste papier in de invoerlade. • Gebruik geen papier dat te dun is, een te gladde structuur heeft of gemakkelijk rekt. Het kan verkeerd in de papierbaan worden ingevoerd en papierstoringen veroorzaken. • Bewaar afdrukmaterialen voor foto's in de oorspronkelijke verpakking in een hersluitbare plastic zak op een vlakke ondergrond op een koele, droge plaats.
Hoofdstuk 14 Toestel niet gevonden Oplossing: Als het apparaat niet goed op de computer is aangesloten, kunnen zich communicatiefouten voordoen. Controleer of de USB-kabel stevig is bevestigd aan de printer en de computer (zie hieronder). Oorzaak: De USB-kabel was niet op de juiste wijze bevestigd. Communicatietest mislukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Oorzaak: De printer is niet aangesloten op de computer. Verkeerd uitzetten Oplossing: Druk op de knop Aan om het apparaat aan en uit te zetten. Oorzaak: De vorige keer dat het apparaat is gebruikt, is het verkeerd uitgeschakeld. Als u het apparaat uitschakelt door een stekkerdoos uit te schakelen of een wandschakelaar om te zetten, kan het apparaat beschadigd raken.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: De printer is niet aangesloten op de computer. Berichten over printcartridge en printkop Hieronder vindt u een lijst met foutberichten die worden weergegeven bij problemen met printcartridges en printkoppen: Probleemoplossing • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • 244 Het uitlijnen is mislukt Kalibratiefout Wagen loopt vast Printcartridges in de verkeerde sleuf Algemene printerfout.
Het uitlijnen is mislukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Hoofdstuk 14 Kalibratiefout Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Wagen loopt vast Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Hoofdstuk 14 3. Bekijk waar de printerwagen vast zit en zoek vastgelopen papier. Een papierstoring kan het foutbericht en het vastlopen van de wagen veroorzaken. Let op Gebruik geen tools of andere apparaten om vastgelopen papier te verwijderen. Wees altijd voorzichtig bij het verwijderen van vastgelopen papier in het apparaat. Als de wagen met printcartridges vastzit aan de linkerkant a. Controleer op papier of objecten die de wagen met printcartridges kunnen belemmeren. b.
7. Voer een van de volgende handelingen uit, afhankelijk van de toestand van het apparaat: • Als het lampje van de knop Aan continu brandt, drukt u een statusrapport voor de printer af. Als u een statusrapport voor de printer kunt afdrukken, is de wagen niet langer vastgelopen. Raadpleeg de volgende taak voor informatie over het afdrukken van een statusrapport voor de printer.
Hoofdstuk 14 Oplossing 3: controleer of het apparaat op een geschikte voedingsbron is aangesloten Oplossing: Controleer of het apparaat goed is aangesloten op een geschikte voedingsbron. Controleren of het apparaat is aangesloten op een geschikte voedingsbron 1. Controleer of u het netsnoer gebruikt dat met het apparaat is meegeleverd. 2. Als het apparaat op een computer is aangesloten, zorg er dan voor dat de computer een geaarde stekker (met drie pinnen) heeft. 3.
Om te kunnen afdrukken moet een van elk type printcartridge in de juiste sleuf zijn geplaatst. Zie voor meer informatie: "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: De aangegeven printcartridges werden in de verkeerde sleuf geplaatst. Algemene printerfout. Oplossing: Schrijf de code van de foutmelding op die in het bericht wordt gegeven, en neem contact op met de HP-ondersteuning. Ga naar: www.hp.
Hoofdstuk 14 Als u de juiste printcartridges gebruikt, gaat u verder naar de volgende oplossing. Zie voor meer informatie: • • "Winkel voor inktbenodigdheden" op pagina 117 "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: De aangegeven printcartridges waren niet bedoeld voor gebruik in dit apparaat, zoals het op dat moment was geconfigureerd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
overweeg dan om vervangcartridges klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. Zie voor meer informatie: "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: De aangegeven printcartridges bevatten onvoldoende inkt om goed te kunnen afdrukken. Probleem met printcartridge Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 14 4. Ga met uw vinger langs de bovenkant van de printcartridges om cartridges te zoeken die niet volledig naar beneden zijn gedrukt. 5. Druk cartridges die omhoog steken naar beneden. Ze moeten op hun plaats klikken. 6. Als er een printcartridge omhoog stak en u deze op zijn plaats kon klikken, sluit dan de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. • Als het bericht weg is, stop dan hier met de foutenopsporing. De fout is opgelost.
11. Installeer de printcartridge opnieuw. Hij moet nu op zijn plaats klikken. 12. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. 13. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: De aangegeven printcartridges waren verkeerd geïnstalleerd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 De wagen met de printcartridges beweegt naar het midden van het apparaat. Opmerking Wacht tot de wagen met de printcartridges stopt voor u verder gaat. 3. Zoek de printcartridge die wordt aangegeven in het foutbericht en druk vervolgens op het lipje om de printcartridge uit de sleuf te halen. 4. Houd de printcartridge aan de zijkant vast met de onderkant naar boven, en zoek de elektrische contactpunten op de printcartridge.
7. Gebruik een droog wattenstaafje of een pluisvrije doek om de contactpunten mee schoon te wrijven. 8. Installeer de printcartridge opnieuw. 9. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. 10. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: De elektrische contactpunten moesten worden gereinigd.
Hoofdstuk 14 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: vervang de printcartridge Oplossing: Vervang de aangegeven printcartridge. Controleer of uw printcartridge nog steeds onder garantie staat en of de einddatum van de garantieperiode nog niet is bereikt. • • Als de einddatum van de garantieperiode is bereikt, moet u een nieuwe printcartridge kopen.
Als u dit bericht nog steeds ontvangt, schrijf dan de foutcode uit het bericht op het display van het apparaat over en neem contact op met HP-ondersteuning. Ga naar: www.hp.com/support Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning. Oorzaak: De printkop of het inktsysteem is defect en het apparaat kan niet meer afdrukken.
Hoofdstuk 14 De wagen met de printcartridges beweegt naar het midden van het apparaat. Opmerking Wacht tot de wagen met de printcartridges stopt voor u verder gaat. 3. Zorg ervoor dat de printcartridges in de juiste sleuven zijn geplaatst. Breng de vorm van het pictogram en de kleur van de printcartridge in overeenstemming met de sleuf met hetzelfde pictogram en dezelfde kleur. 4.
10. Plooi het lipje voorzichtig weg van de printcartridge. Let op Zorg ervoor dat u het lipje niet meer plooit dan ongeveer 1,27 cm. 12. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. 13. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: De printcartridges waren verkeerd geïnstalleerd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • Oplossing 1: installeer de printkop en dan de cartridges Oplossing 2: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing 1: installeer de printkop en dan de cartridges Oplossing: Volg de instructies in de startershandleiding voor het installeren van de printkop en de printcartridges.
5. Verwijder de printkop door deze recht omhoog te heffen. 7. Laat de vergrendelingsgreep voorzichtig zakken. Opmerking Zorg ervoor dat u de vergrendelingsgreep laat zakken voordat u de printcartridges opnieuw plaatst. Als u de vergrendelingsgreep omhoog laat kan dit leiden tot verkeerd geplaatste printcartridges en problemen met het afdrukken. De vergrendeling moet omlaag blijven om de printcartridges correct te kunnen plaatsen. 8.
Hoofdstuk 14 9. Sluit de klep van de printcartridges. Oorzaak: De printkop of printcartridges waren niet of verkeerd geplaatst. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing: Neem contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud. Bezoek: www.hp.com/support. Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning.
Opmerking HP kan de kwaliteit of betrouwbaarheid van materiaal dat niet van HP is, niet garanderen. Onderhoud of herstellingen aan de printer die nodig zijn door het gebruik van dergelijk materiaal, worden niet gedekt door de garantie. Als u meent dat u originele HP-printcartridges hebt aangeschaft, gaat u naar: www.hp.com/go/anticounterfeit Zie voor meer informatie: "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: Het apparaat heeft inkt gedetecteerd die niet van HP is.
Hoofdstuk 14 Opmerking HP raadt aan de printcartridge niet voor een langere periode buiten de printer te laten. Controleer de afdrukkwaliteit als u een gebruikte printcartridge hebt geplaatst. Als de kwaliteit niet voldoende is, voert u de reinigingsprocedure van de werkset uit. Oorzaak: De oorspronkelijke HP-printcartridge werd eerder in een ander apparaat gebruikt. De printkop ontbreekt of is beschadigd Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen.
4. Til de vergrendelingshendel op de wagen met printcartridges op totdat deze stopt. 6. Reinig de printkop. Op de printkop zijn er drie gebieden die moeten worden gereinigd: de plastic randen aan beide kanten van de inktsproeiers, de hoek tussen de sproeiers en de elektrische contactpunten en de elektrische contactpunten. 1 Plastic randen aan de kanten van de sproeiers 2 Rand tussen sproeiers en contactpunten Fouten 267 Probleemoplossing 5. Verwijder de printkop door deze recht omhoog te heffen.
Hoofdstuk 14 3 Elektronische contactpunten Let op Raak de gebieden met de sproeiers en de elektrische contactpunten alleen aan met reinigingsmateriaal en niet met uw vinger. De printkop reinigen a. Bevochtig een schoon, pluisvrij doekje lichtjes en wrijf van onder naar boven over het gebied met de elektrische contactpunten. Ga niet verder dan de hoek tussen de sproeiers en de elektrische contactpunten. Reinig totdat er geen nieuwe inkt meer op het doekje zit. b.
d. Wrijf de eerder gereinigde gebieden droog met een droog pluisvrij doekje voordat u verdergaat met de volgende stap. 7. Reinig de elektrische contactpunten in het apparaat. c. Wrijf het gebied droog met een droog pluisvrij doekje voordat u verdergaat met de volgende stap. 8. Zorg ervoor dat de vergrendelingshendel omhoog staat en plaats vervolgens de printkop opnieuw. Fouten 269 Probleemoplossing De elektrische contactpunten in het apparaat reinigen a.
Hoofdstuk 14 9. Laat de vergrendelingsgreep voorzichtig zakken. Opmerking Zorg ervoor dat u de vergrendelingsgreep laat zakken voordat u de printcartridges opnieuw plaatst. Als u de vergrendelingsgreep omhoog laat kan dit leiden tot verkeerd geplaatste printcartridges en problemen met het afdrukken. De vergrendeling moet omlaag blijven om de printcartridges correct te kunnen plaatsen. 10.
probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • Oplossing 1: installeer de printkop opnieuw Oplossing 2: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing 1: installeer de printkop opnieuw Oplossing: Controleer of de printkop is geplaatst en of de toegangsklep tot de printcartridges gesloten is. Installeer de printkop opnieuw. De printkop opnieuw installeren 1. Controleer of de printer aanstaat. 2. Open de klep van de printcartridge. Probleemoplossing 3.
Hoofdstuk 14 5. Verwijder de printkop door deze recht omhoog te heffen. 6. Reinig de printkop. Op de printkop zijn er drie gebieden die moeten worden gereinigd: de plastic randen aan beide kanten van de inktsproeiers, de hoek tussen de sproeiers en de elektrische contactpunten en de elektrische contactpunten.
b. Gebruik een vers, licht bevochtigd en pluisvrij doekje om opgehoopte inkt en vuil van de hoek tussen de sproeiers en de contactpunten te vegen. Probleemoplossing c. Gebruik een vers, licht bevochtigd en pluisvrij doekje om de plastic randen aan beide kanten van de sproeiers schoon te vegen. Veeg van de sproeiers af. d. Wrijf de eerder gereinigde gebieden droog met een droog pluisvrij doekje voordat u verdergaat met de volgende stap.
Hoofdstuk 14 7. Reinig de elektrische contactpunten in het apparaat. De elektrische contactpunten in het apparaat reinigen a. Bevochtig een schone pluisvrije doek lichtjes met gedistilleerd water of flessenwater. b. Reinig de elektrische contactpunten in het apparaat door met het doekje van boven naar onder te wrijven. Gebruik zo veel nieuwe doekjes als nodig. Reinig totdat er geen inkt meer op het doekje zit. c.
11. Sluit de klep van de printcartridges. Oorzaak: Er is een probleem opgetreden met de printkop. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing: Neem contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud. Bezoek: www.hp.com/support. Oorzaak: Er is een probleem opgetreden met de printkop. De printer moet worden klaargemaakt Oplossing: Haal de cd-/dvd-houder uit de cd-/dvd-lade en sluit de lade.
Hoofdstuk 14 Oorzaak: Het apparaat werd niet op de juiste manier uitgeschakeld. Sensorstoring Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
5. Veeg de sensor met een droog wattenstaafje of een pluisvrij doekje schoon. 6. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of de foutmelding is opgelost. 7. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: Mogelijk heeft zich inkt opgestapeld op de sensor. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 14 Opmerking Wacht tot de wagen met de printcartridges stopt voor u verder gaat. 4. Verwijder alle printcartridges en plaats ze op een vel papier met de inktopeningen naar boven. De inktcartridges verwijderen a. Druk op het klepje op de printcartridge om hem te ontgrendelen, en verwijder hem dan uit de sleuf. b. Plaats de printcartridge op een vel papier met de inktopening naar boven. Probleemoplossing c. Herhaal stap a en stap b voor elke printcartridge. 5.
6. Installeer elke printcartridge in de sleuf. Duw de cartridge omlaag tot het klepje op zijn plaats klikt. Breng de kleur en het pictogram op de label van elke printcartridge in overeenstemming met de kleur en het pictogram op de sleuf voor die printcartridge. 7. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of de fout opgelost is. 8. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in.
Hoofdstuk 14 Oplossing 1: plaats alle printcartridges Oplossing: Zorg ervoor dat alle printcartridges zijn geplaatst. Zie voor meer informatie: "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: Een of meer printcartridges ontbraken. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: ga na of alle printcartridges juist zijn geplaatst Oplossing: Ga na of de printcartridges juist zijn geplaatst. Raadpleeg de volgende stappen om deze fout op te lossen.
4. Ga met uw vinger langs de bovenkant van de printcartridges om cartridges te zoeken die niet volledig naar beneden zijn gedrukt. 5. Druk cartridges die omhoog steken naar beneden. Ze moeten op hun plaats klikken. 8. Druk de printcartridge terug op zijn plaats. Het lipje moet een klikkend geluid maken als de printcartridge correct is geplaatst. Als de inktcartridge geen klikkend geluid maakt, moet het lipje mogelijk opnieuw worden aangepast. 9. Verwijder de printcartridge uit de gleuf. 10.
Hoofdstuk 14 12. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. 13. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Zie voor meer informatie: "Printcartridges vervangen" op pagina 103 Oorzaak: Een of meerdere printcartridges waren niet geïnstalleerd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
4. Houd de printcartridge aan de zijkant vast met de onderkant naar boven, en zoek de elektrische contactpunten op de printcartridge. De elektrische contactpunten zijn vier kleine rechthoeken van koper- of goudkleurig metaal aan de onderkant van de printcartridge. 1 Inktvenster 2 Elektronische contactpunten 5. Veeg de contactpunten met een droog wattenstaafje of een pluisvrij doekje schoon. 6. Zoek aan de binnenkant van het apparaat de contactpunten in de printkop.
Hoofdstuk 14 9. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is. 10. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Controleer of uw printcartridge nog steeds onder garantie staat en of de einddatum van de garantieperiode nog niet is bereikt. • • Als de einddatum van de garantieperiode is bereikt, moet u een nieuwe printcartridge kopen.
• • • Oplossing 1: reinig de sensor Oplossing 2: reinig de sensorvensters op de printcartridges Oplossing 3: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing 1: reinig de sensor Oplossing: Reinig de sensor. Als het probleem niet is opgelost, kunt u doorgaan met afdrukken, maar het is mogelijk dat de werking van het inktsysteem verandert. Let op De reinigingsprocedure duurt slechts een paar minuten. Zorg ervoor dat de printcartridges opnieuw in het apparaat worden geplaatst wanneer dit wordt gevraagd.
Hoofdstuk 14 5. Veeg de sensor met een droog wattenstaafje of een pluisvrij doekje schoon. 6. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of de foutmelding is opgelost. 7. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: Mogelijk heeft zich inkt opgestapeld op de sensor. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
b. Plaats de printcartridge op een vel papier met de inktopening naar boven. 6. Installeer elke printcartridge in de sleuf. Duw de cartridge omlaag tot het klepje op zijn plaats klikt. Breng de kleur en het pictogram op de label van elke printcartridge in overeenstemming met de kleur en het pictogram op de sleuf voor die printcartridge. Fouten 287 Probleemoplossing c. Herhaal stap a en stap b voor elke printcartridge. 5.
Hoofdstuk 14 7. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of de fout opgelost is. 8. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in. Oorzaak: Mogelijk heeft zich inkt opgestapeld op het venster van de printcartridge en moet dit worden gereinigd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: neem contact op met HP-ondersteuning Oplossing: Neem contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud.
15 Garantie en ondersteuning van HP Hewlett-Packard biedt ondersteuning via het Internet en per telefoon voor de HP All-in-One.
Hoofdstuk 15 Wat te doen bij problemen Voer de volgende stappen uit als er sprake is van een probleem: 1. Raadpleeg de documentatie van het apparaat. 2. 3. Ga naar de HP-website voor online ondersteuning op www.hp.com/support. De on line ondersteuning van HP is beschikbaar voor alle klanten van HP.
d. Zorg dat u het probleem gedetailleerd kunt beschrijven. e. Zorg ervoor uw serienummer bij de hand te hebben. U vindt het serienummer op een zelfklever aan de achterzijde van de HP All-in-One. Het serienummer is de 10-cijferige code in de linkerbovenhoek van de sticker. Opmerking Het serienummer van het apparaat kan ook worden gevonden met de HP Photosmart-software.
Hoofdstuk 15 Extra garantieopties U kunt tegen vergoeding uw garantie voor de HP All-in-One verlengen. Ga naar www.hp.com/ support, selecteer uw land of regio en uw taal en zoek vervolgens in het gedeelte over services en garantie naar meer informatie over verlenging van de garantie. HP Quick Exchange Service (Japan) Raadpleeg "De HP All-in-One verpakken" op pagina 294 voor instructies voor het verpakken van uw printer voor retournering of vervanging.
De HP All-in-One gereedmaken voor verzending Als u door HP-ondersteuning of door de winkel waar u het apparaat hebt gekocht, wordt gevraagd de HP All-in-One voor onderhoud op te sturen, moet u de volgende onderdelen verwijderen en bewaren voordat u het apparaat terugstuurt: • De overlay van het bedieningspaneel • Het netsnoer, de USB-kabel en eventuele andere kabels die op de HP All-in-One zijn aangesloten Let op De vervangende HP All-in-One wordt zonder netsnoer geleverd.
Hoofdstuk 15 4. Bewaar de overlay van het bedieningspaneel. Stuur deze niet met de HP All-in-One mee. Let op Het is mogelijk dat de vervangende HP All-in-One zonder overlay voor het bedieningspaneel wordt geleverd. Bewaar de overlay op een veilige plek. Wanneer de vervangende HP All-in-One wordt geleverd, bevestigt u de overlay van het bedieningspaneel opnieuw aan het apparaat. Om de functies op het bedieningspaneel van de vervangende HP All-in-One te kunnen gebruiken, moet u de overlay weer aanbrengen.
Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties en internationale overheidsvoorschriften voor de HP All-in-One. Zie voor bijkomende specificaties de gedrukte documentatie bij de HP All-in-One. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • Specificaties • Programma voor milieubeheer • Overheidsvoorschriften Specificaties In dit gedeelte worden de technische specificaties voor de HP All-in-One beschreven. Zie voor bijkomende specificaties de gedrukte documentatie bij de HP All-in-One.
Hoofdstuk 16 Opmerking Zie de printerdriver voor een volledige lijst van de ondersteunde afdrukmaterialen en hun afmetingen. Technische informatie Afdrukspecificaties • De afdruksnelheid is afhankelijk van de complexiteit van het document. • Afdrukken in panorama-formaat • Methode: drop-on-demand thermal inkjet • Taal: PCL3 GUI Kopieerspecificaties • Kopieerresolutie tot 4800 x 1200 geoptimaliseerde dpi-uitvoer met een scanresolutie van 1200 x 1200ppi • Digitale beeldbewerking • Max.
Veiligheidsinformatiebladen Kringloopprogramma • • Recyclingprogramma van HP inkjet-onderdelen Mededeling Energy Star® • • • Bericht aan gebruikers in California Battery disposal in the Netherlands Battery disposal in Taiwan • • EU battery directive Disposal of waste equipment by users in private households in the European Union Papiergebruik Dit product is geschikt voor het gebruik van kringlooppapier dat voldoet aan DIN-norm 19309 en EN 12281:2002.
Hoofdstuk 16 ENERGY STAR is een in de V.S. gedeponeerd servicemerk van het Amerikaanse EPA. Als partner van ENERGY STAR heeft HP vastgesteld dat dit product voldoet aan de richtlijnen van ENERGY STAR voor laag energieverbruik. Ga voor meer informatie over de ENERGY STAR-richtlijnen naar de volgende website: www.energystar.gov Technische informatie Bericht aan gebruikers in California De bij dit product geleverde batterij kan perchloraat bevatten. Moet mogelijk speciaal worden behandeld.
Français Directive sur les batteries de l'Union Européenne Ce produit contient une batterie qui permet de maintenir l'intégrité des données pour les paramètres du produit ou l'horloge en temps réel et qui a été conçue pour durer aussi longtemps que le produit. Toute tentative de réparation ou de remplacement de cette batterie doit être effectuée par un technicien qualifié.
Hoofdstuk 16 English Français Deutsch Italiano Español Eliminación de residuos de aparatos eléctricos y electrónicos por parte de usuarios domésticos en la Unión Europea Este símbolo en el producto o en el embalaje indica que no se puede desechar el producto junto con los residuos domésticos. Por el contrario, si debe eliminar este tipo de residuo, es responsabilidad del usuario entregarlo en un punto de recogida designado de reciclado de aparatos electrónicos y eléctricos.
FCC statement • Notice to users in Korea • VCCI (Class B) compliance statement for users in Japan • Notice to users in Japan about the power cord • Noise emission statement for Germany • Toxic and hazardous substance table • Declaration of conformity (European Economic Area) • HP Photosmart C5300 All-in-One series declaration of conformity Technische informatie • Voorgeschreven identificatienummer van het model Om het product te kunnen identificeren, is aan het product een voorgeschreven mo
Hoofdstuk 16 Notice to users in Korea Technische informatie VCCI (Class B) compliance statement for users in Japan Notice to users in Japan about the power cord Noise emission statement for Germany Geräuschemission LpA < 70 dB am Arbeitsplatz im Normalbetrieb nach DIN 45635 T.
Declaration of conformity (European Economic Area) The Declaration of Conformity in this document complies with ISO/IEC 17050-1 and EN 17050-1. It identifies the product, manufacturer’s name and address, and applicable specifications recognized in the European community.
Hoofdstuk 16 Technische informatie 304 Technische informatie
Index 2 pagina's op 1 afdrukken 65 4 pagina's op 1 afdrukken 65 4 x 6 inch (10 x 15 cm) foto's zonder rand afdrukken 59 A A4-papier, laden 37 aan-knop 12 aan pagina aanpassen 92 aanpassen aan pagina mislukt 176 Aansluitproblemen apparaat niet gevonden 242 HP All-in-One kan niet worden ingeschakeld 120 aantal kopieën 89 adressen afdrukken 69 afbeeldingen bewerken van gescande 85 bijsnijden 78, 99 draaien 78, 98 in-/uitzoomen 78, 99 scannen 83 afdruk adressen 69 afdrukopties 52, 56 beide zijden van de pagina
afdrukken vanaf een computer 24 beveiligingsinstellingen 28 toegankelijkheid 28 wachtwoordverificatie 28 Bluetooth-instellingen 26 briefkaarten plaatsen 40 C communicatieproblemen test mislukt 242 Communicatieproblemen tweerichtingscommunicatie verbroken 243 D Index declaration of conformity European Economic Area 303 De linkermarge verplaatsen 94 diagnosepagina 109 display maateenheden wijzigen 124 taal wijzigen 124 documenten bewerken van gescande 85 scannen 83 donkerder exemplaren 91 Door foto's blad
Index K klantenondersteuning garantie 289 klantensupport garantie 292 kleur dof 142 kleurenbeeldscherm kopie, voorbeeld 88 kleurtint, wijzigen in afdruk 55 Knop Home 11 Knop OK 11 knoppen, bedieningspaneel 10 kop 106 kopie aanpassen aan pagina mislukt 176 aantal kopieën 89 bijsnijden 93 foto's, verbeteren 94 kwaliteit 91 marge verplaatsen 94 ontbrekende informatie 175 papierformaat 89 snelheid 91 tekst, verbeteren 94 zonder rand heeft witruimte 178 kopieerkwaliteit Best 91 kopieerkwaliteit Normaal 91 kopie
overheadparanten, afdrukken 68 overheidsvoorschriften 300 P Index paginavolgorde 66 papier aanbevolen instellingen voor afdrukken 52 aanbevolen kopieersoorten 89 aanbevolen soorten 34, 35 breedte onjuist 241 formaat onjuist 241 incompatibele soorten 36 kiezen 34 laden 37 op 237 soort onjuist 241 specificaties 295 storing 187 storingen 48, 130, 131 tips 131 toevoer mislukt 147 vastgelopen 240 verkeerd ingevoerd 240 papierformaat kopieerinstelling 89 papier is op 237 papier kiezen 34 papiersoort 53 patrone
Index T taal, instellen 19 technische gegevens afdrukspecificaties 296 kopieerspecificaties 296 papierspecificaties 295 technische informatie scanspecificaties 296 systeemvereisten 295 tekst afgesneden 161 betekenisloze tekens 156 gekarteld 149 niet volledig gevuld 136 onjuiste opmaak op scan 172 onjuist of ontbreekt op scan 172 stippellijnen op scan 172 verbeteren op kopieën 94 vloeiende lettertypen 149 telefonische ondersteuning 291 telefoonnummers, klantenondersteuning 290 Tips voor diavoorstelling 22
Index 310