Aan de slag HP notebookcomputer
© Copyright 2011 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende eigenaar en wordt door Hewlett-Packard Company onder licentie gebruikt. Microsoft en Windows zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Het SD-logo is een handelsmerk van de desbetreffende eigenaar. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Kennisgeving aangaande de veiligheid WAARSCHUWING! U kunt het risico van letsel door verbranding of van oververhitting van de computer beperken door de computer niet op schoot te nemen en de ventilatieopeningen van de computer niet te blokkeren. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond.
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Inhoudsopgave 1 Welkom ............................................................................................................................................................ 1 Informatie zoeken ................................................................................................................................. 2 2 Vertrouwd raken met de computer ................................................................................................................ 4 Bovenkant ....................
Toetsenblokken gebruiken ................................................................................................. 31 Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken ................................................. 31 Optioneel extern numeriek toetsenblok gebruiken ............................................ 33 Cursorbesturing gebruiken ................................................................................................................. 33 Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen .......
f11-herstelprogramma's gebruiken .................................................................... 56 Dvd met het besturingssysteem Windows 7 gebruiken (afzonderlijk aan te schaffen) ........................................................................................................... 57 Windows Vista .................................................................................................................................... 58 Back-up maken van uw gegevens ...................................
viii
1 Welkom ● Informatie zoeken Nadat u de computer gebruiksklaar hebt gemaakt en hebt geregistreerd, moet u de volgende stappen uitvoeren: ● Maak verbinding met internet: configureer een bekabeld of draadloos netwerk waarmee u verbinding kunt maken met internet. Raadpleeg Netwerk op pagina 23 voor meer informatie. ● Update uw antivirussoftware: bescherm uw computer tegen schade door virussen. De software is vooraf geïnstalleerd op de computer en bevat een beperkt abonnement voor gratis updates.
Informatie zoeken De computer bevat verschillende hulpmiddelen voor het uitvoeren van uiteenlopende taken. Hulpmiddelen Informatie over Poster Snel aan de slag ● De computer gebruiksklaar maken ● Onderdelen van de computer herkennen Handleiding Aan de slag ● Computervoorzieningen U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding: ● Verbinding maken met een draadloos netwerk Selecteer Start > Help en ondersteuning > Gebruikershandleidingen.
Hulpmiddelen Informatie over Handleiding voor veiligheid en comfort ● Aanwijzingen voor een optimale werkplek, een goede houding en gezonde werkgewoonten ● Informatie over elektrische en mechanische veiligheid U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding: Selecteer Start > Help en ondersteuning > Gebruikershandleidingen. – of – Selecteer Start > Alle programma's > HP > HP documentatie. – of – Ga naar http://www.hp.com/ergo.
2 Vertrouwd raken met de computer ● Bovenkant ● Voorkant ● Rechterkant ● Linkerkant ● Beeldscherm ● Achterkant ● Onderkant Bovenkant Touchpad 4 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel Beschrijving (1) EasyPoint-muisbesturing (alleen bepaalde modellen) Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. (2) Linkerknop van de EasyPoint-muisbesturing Kan worden gebruikt met de EasyPoint-muisbesturing en werkt hetzelfde als de linkerknop van een externe muis. (3) Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee schakelt u het touchpad in en uit.
Onderdeel (1) Beschrijving Aan/uit-lampje van het touchpad ● Oranje: het touchpad is uitgeschakeld. ● Uit: het touchpad is ingeschakeld. (2) Caps Lock-lampje Aan: Caps Lock is ingeschakeld. (3) Aan/uit-lampje ● Aan: de computer is ingeschakeld. ● Knipperend: de computer staat in de slaapstand. ● Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de sluimerstand.
Knoppen en vingerafdruklezer OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel (1) Beschrijving Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee schakelt u het touchpad in en uit.
Onderdeel (2) Beschrijving Aan/uit-knop ● Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op de aan/ uit-knop om de computer in te schakelen. ● Als de computer is ingeschakeld, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te activeren. ● Als de computer in de slaapstand staat, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te beëindigen. ● Als de computer in de hibernationstand staat, drukt u kort op de aan/uit-knop om de hibernationstand te beëindigen.
Toetsen OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel Beschrijving (1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven. (2) Functietoetsen Druk op een van deze toetsen in combinatie met de fntoets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.
Onderdeel 10 Beschrijving (3) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met een functietoets, de num lk-toets of de esc-toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren. (4) Starttoets Hiermee geeft u het menu Start weer. (5) Menutoets Hiermee geeft u het snelmenu van het actieve programma weer (hetzelfde als het menu dat verschijnt wanneer u met de rechtermuisknop klikt).
Voorkant OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel Beschrijving (1) Beeldschermontgrendeling Hiermee opent u de computer. (2) Lampje voor draadloze communicatie ● Wit: een geïntegreerd apparaat voor draadloze communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/of een Bluetooth®-apparaat, is ingeschakeld. ● Oranje: alle apparatuur voor draadloze communicatie is uitgeschakeld. ● Aan: de computer is ingeschakeld.
Onderdeel Beschrijving (5) ● Knipperend turkoois: er wordt geschreven naar of gelezen van de vaste schijf of een optischeschijfeenheid. ● Oranje: HP 3D DriveGuard heeft tijdelijk de vaste schijf geparkeerd. (6) Lampje van de vaste schijf Luidsprekers (2) Produceren SRS Premium Sound-geluid (alleen bepaalde modellen). OPMERKING: om de SRS Premium Sound-software te gebruiken, selecteert u Start > Alle programma's > SRS Premium Sound.
Rechterkant OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel (1) Beschrijving Audio-uitgang (hoofdtelefoon) Hierop kunt u een audioapparaat aansluiten, zoals optionele stereoluidsprekers met eigen voeding, een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset of een televisietoestel, om het computergeluid via dat apparaat weer te geven. OPMERKING: wanneer u een extern audioapparaat aansluit op de hoofdtelefoonuitgang, worden de computerluidsprekers uitgeschakeld.
Onderdeel Beschrijving (6) RJ-45-netwerkconnector Hierop sluit u een netwerkkabel aan. (7) Bevestigingspunt voor een beveiligingskabel Hiermee bevestigt u een als optie verkrijgbare beveiligingskabel aan de computer. OPMERKING: van de beveiligingskabel moet in de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze voorziening kan echter niet voorkomen dat de computer verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen.
Linkerkant OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel Beschrijving (1) USB-poort Hierop sluit u een optioneel USB-apparaat aan. (2) USB-poort met eigen voeding/oplaadpoort Hierop sluit u een optioneel USB-apparaat aan. (3) ExpressCard-slot (alleen bepaalde modellen) Ondersteunt optionele ExpressCards.
Onderdeel Beschrijving (1) USB-poorten (2) Hierop sluit u een optioneel USB-apparaat aan. (2) Mediakaartlezer Ondersteunt de volgende types digitale kaarten: ● Secure Digital-kaart (SD) ● MultiMediaCard (MMC) (3) 1394-poort Hiermee sluit u een optioneel IEEE 1394- of 1394aapparaat, zoals een camcorder, aan op de computer. (4) Ventilatieopeningen (2) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen.
Beeldscherm OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel Beschrijving (1) Wanneer u het beeldscherm dicht doet terwijl de computer aan staat, wordt deze schakelaar ingedrukt. Daardoor wordt het beeldscherm uitgeschakeld of wordt de slaapstand geactiveerd. Interne beeldschermschakelaar OPMERKING: de beeldschermschakelaar is niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer.
Onderdeel Beschrijving (8) Toetsenbordlampje Aan: wanneer het toetsenbordlampje wordt geactiveerd. (9) Toetsenbordlampje/-knop Hiermee activeert u het toetsenbordlampje. *De antennes zijn niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. Voor een optimale signaaloverdracht houdt u de directe omgeving van de antennes vrij. Voor informatie over de voorschriften voor draadloze communicatie raadpleegt u het gedeelte over uw land of regio in Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu.
Onderdeel Beschrijving (6) Hiermee kunt u videobeelden vastleggen en foto's maken. Webcam (alleen bepaalde modellen) Om de webcam te gebruiken, selecteert u Start > Alle programma's > HP > HP Webcam. *De antennes zijn niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. Voor een optimale signaaloverdracht houdt u de directe omgeving van de antennes vrij.
Achterkant OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel 20 Beschrijving (1) RJ-11-modemconnector Hierop sluit u een modemkabel aan. (2) Seriële poort Hierop sluit u een optioneel serieel apparaat aan, zoals een modem, muis of printer. (3) Netvoedingsconnector Hierop sluit u een netvoedingsadapter aan. (4) DisplayPort Via deze poort sluit u een optioneel digitaal weergaveapparaat, zoals een hoogwaardige monitor of projector, aan op de computer.
Onderkant OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel Beschrijving (1) Accuvergrendeling Hiermee ontgrendelt u de accu uit de accuruimte. (2) Dockingconnector Hierop sluit u een optioneel dockingapparaat aan. (3) Ontgrendeling van het onderpaneel Hiermee ontgrendelt of vergrendelt u het onderpaneel. (4) SIM-slot Hierin bevindt zich een SIM-kaart (Subscriber Identity Module) voor draadloze communicatie. Het SIM-slot bevindt zich in de accuruimte. (5) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu.
3 Netwerk ● Gebruikmaken van een internetprovider ● Verbinding maken met een draadloos netwerk OPMERKING: de voorzieningen van internethardware en -software variëren, afhankelijk van het computermodel en uw locatie. Uw computer kan een van de volgende of beide onderstaande typen internettoegang ondersteunen: ● Draadloos: voor mobiele internettoegang kunt u een draadloze verbinding gebruiken. Raadpleeg Verbinding maken met een bestaand WLAN op pagina 25 of Nieuw WLAN instellen op pagina 25.
Gebruikmaken van een internetprovider Om toegang te krijgen tot internet, moet u een account bij een internetprovider openen. Neem contact op met een lokale internetprovider voor het aanschaffen van een internetservice en een modem. De internetprovider helpt u bij het instellen van het modem, het installeren van een netwerkkabel waarmee u de computer met voorzieningen voor draadloze communicatie aansluit op het modem, en het testen van de internetservice.
Voor meer informatie over draadloze technologie en verbinding maken met een draadloos netwerk raadpleegt u de Naslaggids voor HP notebookcomputer en informatie en koppelingen naar relevante websites in Help en ondersteuning. Verbinding maken met een bestaand WLAN 1. Schakel de computer in. 2. Controleer of het WLAN-apparaat is ingeschakeld. 3. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. 4. Selecteer een netwerk waarmee u verbinding wilt maken. 5.
Draadloze router configureren Als u hulp nodig hebt bij het installeren van een draadloos netwerk, raadpleegt u de informatie die de routerfabrikant of uw internetprovider heeft verstrekt. Het besturingssysteem Windows biedt ook hulpprogramma's om u te helpen bij het installeren van een draadloos netwerk.
4 HP QuickWeb Aan de slag HP QuickWeb vormt een leuke en stimulerende omgeving om veel van uw favoriete activiteiten uit te voeren. De computer is binnen een paar seconden na inschakeling klaar voor snelle toegang tot internet, widgets en communicatieprogramma's. Druk op de QuickWeb-knop op de computer en begin met surfen op internet, communicatie met Skype en het verkennen van andere HP QuickWeb programma's.
HP QuickWeb starten ● Om HP QuickWeb te starten, drukt u op de QuickWeb-knop wanneer de computer uit staat of in de sluimerstand staat. In de volgende tabel worden de verschillende functies van de QuickWeb-knop beschreven. Knop Functie QuickWeb-knop ● Als de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, drukt u op deze knop om HP QuickWeb te openen. ● Als de computer zich in Microsoft Windows bevindt, opent u met deze knop de standaardwebbrowser.
5 Toetsenbord en cursorbesturing ● Toetsenbord gebruiken ● Cursorbesturing gebruiken 29
Toetsenbord gebruiken Hotkeys herkennen OPMERKING: raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Hotkeys zijn combinaties van de fn-toets (1) met de esc-toets (2) of met een van de functietoetsen (3). U gebruikt een hotkey als volgt: ▲ Druk kort op de fn-toets en druk vervolgens kort op de tweede toets van de hotkeycombinatie. Hotkeycombinatie fn+esc 30 Beschrijving Hiermee geeft u systeeminformatie weer.
Hotkeycombinatie fn+f3 Beschrijving Hiermee activeert u de slaapstand, waarbij uw informatie in het systeemgeheugen wordt opgeslagen. Het beeldscherm en andere systeemonderdelen worden uitgeschakeld en de energiebesparingsmodus wordt geactiveerd. Als u de slaapstand wilt beëindigen, drukt u kort op de aan/uit-knop. VOORZICHTIG: sla uw werk op voordat u de slaapstand activeert, om het risico van gegevensverlies te beperken.
(1) Onderdeel Beschrijving Num lk-toets Hiermee schakelt u tussen de navigatiefuncties en numerieke functies op het geïntegreerde numerieke toetsenblok. OPMERKING: de toetsenblokfunctie die actief is op het moment dat de computer wordt uitgeschakeld, wordt opnieuw actief wanneer de computer weer wordt ingeschakeld. 32 (2) Geïntegreerd numeriek toetsenblok Deze toetsen kunt u laten werken als een extern numeriek toetsenblok.
Optioneel extern numeriek toetsenblok gebruiken Bij de meeste externe numerieke toetsenblokken is de werking van de toetsen afhankelijk van het wel of niet zijn ingeschakeld van Num Lock. (Num Lock is standaard uitgeschakeld.) Bijvoorbeeld: ● Wanneer num lock is ingeschakeld, kunt u met de meeste toetsenbloktoetsen cijfers typen. ● Wanneer num lock is uitgeschakeld, werken de meeste toetsenbloktoetsen als pijltoetsen, page up-toets of page down-toets.
Touchpad in- of uitschakelen Om het touchpad uit en in te schakelen, tikt u twee keer snel achtereen op het aan/uit-lampje van het touchpad. OPMERKING: het aan/uit-lampje van het touchpad is uit wanneer het touchpad is ingeschakeld. Navigeren Als u de aanwijzer wilt verplaatsen, schuift u een vinger over het touchpad in de richting waarin u de aanwijzer wilt bewegen.
Selecteren Gebruik de linker- en rechterknoppen van het touchpad zoals u de knoppen op een externe muis zou gebruiken. Touchpadbewegingen gebruiken Het touchpad ondersteunt een aantal bewegingen. Om touchpadbewegingen te gebruiken, plaatst u twee vingers gelijktijdig op het touchpad. OPMERKING: touchpadbewegingen worden niet in alle programma's ondersteund. U geeft als volgt een demonstratie van een beweging weer: 1.
Schuiven Schuiven kan worden gebruikt om op een pagina of in een afbeelding omhoog, omlaag of opzij te bewegen. Doe het volgende om te schuiven: plaats twee vingers enigszins uit elkaar op het touchpad en sleep deze over het touchpad. Beweeg hierbij omhoog, omlaag, naar links of naar rechts. OPMERKING: de schuifsnelheid wordt bepaald door de snelheid van uw vingers. OPMERKING: schuiven met twee vingers is standaard ingeschakeld.
Draaien Met de draaifunctie kunt u items zoals foto's draaien. U draait als volgt: plaats uw linkerwijsvinger in de touchpadzone. Beweeg de rechterwijsvinger in een veegbeweging rond de linkervinger, waarbij u van twaalf uur naar drie uur beweegt. Voor een omgekeerde draaiing beweegt u uw rechterwijsvinger van drie uur naar twaalf uur. OPMERKING: het draaien moet binnen de touchpadzone gebeuren. OPMERKING: draaien is standaard uitgeschakeld.
6 Onderhoud ● Accu plaatsen of verwijderen ● Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen ● Vaste schijf vervangen of upgraden ● Schijfeenheid in de upgraderuimte vervangen ● Geheugenmodules toevoegen of vervangen ● Programma's en stuurprogramma's bijwerken ● SoftPaq Download Manager gebruiken ● Computer schoonmaken Accu plaatsen of verwijderen OPMERKING: raadpleeg de Naslaggids voor HP notebookcomputer voor aanvullende informatie over het gebruik van de accu. U plaatst de accu als volgt: 1.
2. Schuif de accu in de accuruimte (1) totdat de accu goed op zijn plaats zit. De accuvergrendeling (2) vergrendelt de accu automatisch. U verwijdert de accu als volgt: VOORZICHTIG: bij het verwijderen van een accu die de enige beschikbare voedingsbron voor de computer vormt, kunnen er gegevens verloren gaan. Sla uw werk op, activeer de hibernationstand of schakel de computer uit voordat u een accu verwijdert die de enige voedingsbron is. Zo voorkomt u dat er gegevens verloren gaan. 1.
Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sla uw werk op en sluit de computer af voordat u een geheugenmodule of een vaste schijf toevoegt of vervangt. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken. Sluit de computer vervolgens af via het besturingssysteem.
Plaats het onderpaneel als volgt terug: 1. Kantel het onderpaneel omlaag, zodat de voorrand van het onderpaneel zich vlak bij de voorrand van de computer bevindt (1). 2. Plaats de uitlijningslipjes (2) op de achterrand van het onderpaneel in de uitsparingen op de computer. 3. Schuif het onderpaneel in de richting van de accuruimte tot het onderpaneel vastklikt. 4. Schuif, met de accuruimte naar u toe gericht, de ontgrendeling van het onderpaneel naar links (3).
Vaste schijf vervangen of upgraden VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u de vaste schijf uit de vaste-schijfruimte verwijdert. Verwijder de vaste schijf niet wanneer de computer aanstaat of in de slaapstand of de hibernationstand staat. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de hibernationstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken.
Vaste schijf plaatsen U plaatst de vaste schijf als volgt: 1. Plaats de vaste schijf schuin in de vasteschijfruimte (1) en leg de vaste schijf plat in de vasteschijfruimte (2). 2. Trek het plasticlipje (3) naar het midden van de computer om de vaste schijf los te maken van de connector. 3. Draai de schroeven van de vaste schijf vast (4). 4. Plaats het onderpaneel terug (zie Onderpaneel terugplaatsen op pagina 40). 5. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 6.
U verwijdert een vaste schijf als volgt uit de upgraderuimte: 1. Sla uw werk op. 2. Schakel de computer uit en sluit het beeldscherm. 3. Ontkoppel alle randapparatuur die op de computer is aangesloten. 4. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. 5. Leg de computer ondersteboven op een vlak oppervlak, met de upgraderuimte naar u toe. 6. Verwijder de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 7. Verwijder het onderpaneel (zie Onderpaneel verwijderen op pagina 40). 8.
U plaatst als volgt een vaste schijf in de upgraderuimte: 1. Plaats de vaste schijf (1) in de upgraderuimte en draai de schroef van de upgraderuimte vast (2). 2. Breng de schroeven van de vaste schijf weer aan. 3. Plaats het onderpaneel terug (zie Onderpaneel terugplaatsen op pagina 40). 4. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 5. Keer de computer weer om en sluit de netvoeding en de externe apparaten weer aan op de computer. 6. Schakel de computer in.
Optischeschijfeenheid vervangen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u de optischeschijfeenheid uit de upgraderuimte verwijdert. Verwijder de optischeschijfeenheid niet wanneer de computer aan staat of in de slaapstand of de sluimerstand staat. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken.
2. Draai de schroef van de upgraderuimte vast (2). 3. Plaats het onderpaneel terug (zie Onderpaneel terugplaatsen op pagina 40). 4. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 5. Keer de computer weer om en sluit de netvoeding en de externe apparaten weer aan op de computer. 6. Schakel de computer in. Geheugenmodules toevoegen of vervangen De computer heeft één geheugenmodulecompartiment.
Ga als volgt te werk om een geheugenmodule toe te voegen of te vervangen: 1. Sla uw werk op en sluit de computer af. 2. Ontkoppel de netvoeding en externe apparaten die op de computer zijn aangesloten. 3. Verwijder de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 4. Verwijder het onderpaneel (zie Onderpaneel verwijderen op pagina 40). 5. Voor het vervangen van een geheugenmodule verwijdert u de bestaande geheugenmodule: a.
c. Druk de geheugenmodule (3) voorzichtig naar beneden en oefen daarbij druk uit op zowel de linker- als de rechterkant van de geheugenmodule, totdat de borgklemmetjes vastklikken. VOORZICHTIG: zorg ervoor dat u de geheugenmodule niet buigt, om schade aan de module te voorkomen. 7. Plaats het onderpaneel terug (zie Onderpaneel terugplaatsen op pagina 40). 8. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 38). 9. Sluit de netvoeding en externe apparaten aan op de computer. 10.
SoftPaq Download Manager gebruiken HP SoftPaq Download Manager (SDM) is een hulpprogramma dat snel toegang verschaft tot SoftPaq-informatie voor zakelijke computers van HP zonder dat het SoftPaq-nummer benodigd is. Met dit hulpprogramma kunt u eenvoudig zoeken naar SoftPaqs en deze vervolgens downloaden en uitpakken. Met SoftPaq Download Manager wordt vanaf de FTP-site van HP een gepubliceerd databasebestand gelezen en gedownload dat het computermodel en SoftPaq-informatie bevat.
Computer schoonmaken ● Schoonmaakproducten ● Schoonmaakprocedures Schoonmaakproducten Gebruik de volgende producten om uw notebookcomputer of tablet-pc veilig schoon te maken en te desinfecteren: ● Dimethyl benzyl ammonium chloride 0,3 procent maximale concentratie (bijvoorbeeld: kiemdodende wegwerpdoekjes. Deze doekjes zijn er van een aantal merken).
Beeldscherm schoonmaken Veeg het beeldscherm voorzichtig schoon met een zachte, pluisvrije doek die is bevochtigd met een alcoholvrij glasreinigingsmiddel. Zorg dat het beeldscherm droog is voordat u het dichtdoet. Zijkanten en bovenkant schoonmaken Om de zijkanten en de bovenkant schoon te maken en te desinfecteren, gebruikt u een zachte microvezeldoek of een zemen lap die is bevochtigd met een van de schoonmaakoplossingen die eerder zijn beschreven. U kunt ook een kiemdodend wegwerpdoekje gebruiken.
7 Back-up en terugzetten Windows 7 ● Back-up maken van uw gegevens ● Systeemherstelactie uitvoeren Ter bescherming van uw informatie gebruikt u Back-up en terugzetten van Windows om back-ups te maken van afzonderlijke bestanden en mappen, om back-ups te maken van de volledige vaste schijf (alleen bepaalde modellen), om systeemherstelschijven te maken (alleen bepaalde modellen) met behulp van de geïnstalleerde optischeschijfeenheid (alleen bepaalde modellen) of een optionele externe optischeschijfeenhe
Back-up maken van uw gegevens Bij een systeemfout kunt u het systeem herstellen in de staat van de recentste back-up. Maak systeemherstelschijven (alleen bepaalde modellen) met behulp van de geïnstalleerde optischeschijfeenheid (alleen bepaalde modellen) of een optionele externe optischeschijfeenheid, en uw eerste back-up meteen nadat de software is geïnstalleerd.
Systeemherstelactie uitvoeren Als het systeem niet meer werkt of instabiel is geworden, biedt de computer de volgende hulpmiddelen om uw bestanden te herstellen: ● Windows-herstelprogramma's: Met het hulpprogramma Back-up en terugzetten van Windows kunt u informatie herstellen waarvan u een back-up heeft gemaakt. U kunt ook gebruikmaken van Windows Opstartherstel om problemen te verhelpen die voorkomen dat Windows correct opstart.
OPMERKING: voor aanvullende informatie over het herstellen van gegevens met de hulpprogramma's van Windows zoekt u deze onderwerpen op in Help en ondersteuning. f11-herstelprogramma's gebruiken VOORZICHTIG: met f11 wordt de inhoud van de vaste schijf volledig gewist en wordt de vaste schijf geformatteerd. Alle bestanden die u heeft gemaakt en alle software die u heeft geïnstalleerd op de computer, worden definitief verwijderd.
Dvd met het besturingssysteem Windows 7 gebruiken (afzonderlijk aan te schaffen) Om een dvd met het besturingssysteem Windows 7 te bestellen, gaat u naar http://www.hp.com/ support. Selecteer uw land of regio en volg de instructies op het scherm. U kunt de dvd ook telefonisch bestellen bij onze klantenondersteuning. Raadpleeg het boekje Worldwide Telephone Numbers (Telefoonnummers voor wereldwijde ondersteuning) dat bij de computer is geleverd voor contactinformatie.
Windows Vista Ter bescherming van uw informatie gebruikt u Back-upcentrum om backups te maken van afzonderlijke bestanden en mappen of van de volledige vaste schijf (alleen bepaalde modellen), of om systeemherstelpunten te maken. In het geval dat het systeem niet meer werkt, kunt u de backupbestanden gebruiken om de inhoud van de computer te herstellen.
OPMERKING: op dvd's of dubbellaags dvd's (DL) kunnen meer gegevens worden opgeslagen dan op cd's, zodat u minder schijven nodig heeft voor het maken van back-ups. ● Als u back-ups maakt op schijven, nummert u elke schijf voordat u de schijf in de optischeschijfeenheid van de computer plaatst. U maakt als volgt een back-up met behulp van Back-up maken en terugzetten: OPMERKING: zorg dat de computer is aangesloten op een netvoedingsbron voordat u het backupproces start.
VOORZICHTIG: met Opstartherstel wordt de inhoud van de vaste schijf volledig gewist en wordt de vaste schijf geformatteerd. Alle bestanden die u heeft gemaakt en alle software die u heeft geïnstalleerd op de computer, worden definitief verwijderd. Wanneer het formatteren gereed is, worden het besturingssysteem, de stuurprogramma's, de software en de hulpprogramma's hersteld middels de back-up. 1. Maak indien mogelijk een back-up van al uw persoonlijke bestanden. 2.
4. Druk op f11 terwijl "Press for recovery" (Druk op F11 voor herstel) op het scherm wordt weergegeven. 5. Volg de instructies op het scherm. Dvd met het besturingssysteem Windows Vista gebruiken (afzonderlijk aan te schaffen) Om een dvd met het besturingssysteem Windows Vista te bestellen, gaat u naar http://www.hp.com/ support. Selecteer uw land of regio en volg de instructies op het scherm. U kunt de dvd ook telefonisch bestellen bij onze klantenondersteuning.
8 62 Klantenondersteuning ● Contact opnemen met de klantenondersteuning ● Labels Hoofdstuk 8 Klantenondersteuning
Contact opnemen met de klantenondersteuning Als de informatie in deze gebruikershandleiding, in de Naslaggids voor HP notebookcomputer of in Help en ondersteuning geen antwoord geeft op uw vragen, kunt u contact opnemen met de klantenondersteuning van HP op: http://www.hp.com/go/contactHP OPMERKING: klik voor wereldwijde ondersteuning op Neem contact op met HP wereldwijd aan de linkerkant van de pagina of ga naar http://welcome.hp.com/country/us/en/wwcontact_us.html.
Labels De labels die zijn aangebracht op de computer, bieden informatie die u nodig kunt hebben wanneer u problemen met het systeem probeert op te lossen of wanneer u de computer in het buitenland gebruikt. ● Het serienummerlabel biedt belangrijke informatie, waaronder: Onderdeel (1) Productnaam (2) Serienummer (s/n) (3) Artikelnummer/productnummer (p/n) (4) Garantieperiode (5) Modelbeschrijving Houd deze gegevens bij de hand wanneer u contact opneemt met de technische ondersteuning.
9 Specificaties ● Ingangsvermogen ● Omgevingsvereisten 65
Ingangsvermogen De gegevens over elektrische voeding in dit gedeelte kunnen van pas komen als u internationaal wilt reizen met de computer. De computer werkt op gelijkstroom, die kan worden geleverd via netvoeding of via een voedingsbron voor gelijkstroom. De capaciteit van de netvoedingsbron moet 100–240 V en 50–60 Hz zijn.
Omgevingsvereisten Factor Metrisch VS In bedrijf (schrijven naar optische schijf) 5 °C tot 35 °C 41 °F tot 95 °F Buiten bedrijf -20 °C tot 60 °C -4 °F tot 140 °F Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid (zonder condensatie) In bedrijf 10% tot 90% 10% tot 90% Buiten bedrijf 5% tot 95% 5% tot 95% In bedrijf -15 m tot 3.048 m -50 ft tot 10.000 ft Buiten bedrijf -15 m tot 12.192 m -50 ft tot 40.
Index Symbolen en getallen 1394-poort, herkennen 15, 16 Bluetooth-compartiment, herkennen 22 Functietoetsen herkennen 9 A Aan/uit-knop herkennen 8 Aan/uit-lampje 6, 11 Aan/uit-lampje van touchpad 6 Aanwijsapparaten voorkeuren instellen 33 Acculampje 11 Accuruimte 22, 64 Accuvergrendeling 22 Accu vervangen 38 Antennes voor draadloze communicatie, herkennen 17, 18 Audio-ingang (microfoon) 13 Audio-uitgang (hoofdtelefoon) 13 C Caps Lock-lampje, herkennen 6 Certificaat van Echtheid, label 64 Computer schoo
I In-/uitgangen audio-ingang (microfoon) 13 audio-uitgang (hoofdtelefoon) 13 netwerk 14 RJ-11 (modem) 20 RJ-45 (netwerk) 14 In-/uitzoomen, touchpadbeweging 36 Ingangsvermogen 66 Installatie van draadloos netwerk 25 Interne beeldschermschakelaar 17, 18 Interne microfoons, herkennen 17, 18 Internetprovider, gebruikmaken van 24 Internetverbinding instellen 25 K Kennisgevingen label met kennisgevingen 64 labels met keurmerk voor draadloze communicatie 64 Keurmerk voor draadloze communicatie, label 64 Knijpen, t
SoftPaqs, downloaden 50 Starttoets, herkennen 10 Systeemherstelpunten 53 Systeemherstelschijf 53 T Toetsen esc 9 fn 10 functie 9 menu 10 num lk 10 start 10 Toetsenblok, extern gebruiken 33 num lock 33 Toetsenblok, geïntegreerd numeriek 10 Toetsenblokken herkennen herkennen 31 Toetsenbordhotkeys herkennen 30 Touchpad gebruiken 33 knoppen 5 Touchpad, aan/uit-knop 5 Touchpad, aan/uit-knop herkennen 7 Touchpad, herkennen 5 Touchpadbewegingen draaien 37 in-/uitzoomen 36 knijpen 36 schuiven 36 U Upgraderuimte opt