Power management

3–2 Energiebeheer
Standbystand en hibernationstand
Hibernationstand
Ä
VOORZICHTIG: Als de configuratie van de computer wordt gewijzigd
terwijl de computer in de hibernationstand staat, kan de hibernationstand
mogelijk niet worden beëindigd. Neem de volgende richtlijnen in acht
wanneer de hibernationstand is geactiveerd:
Sluit de computer niet aan op of koppel deze niet los van een
dockingapparaat.
Installeer en verwijder geen geheugenmodules.
Plaats en verwijder geen vaste schijven of optische-schijfeenheden.
Sluit geen externe apparatuur aan of koppel deze niet los.
Plaats en verwijder geen externe-mediakaart.
Met de hibernationvoorziening wordt de hibernationstand
geactiveerd: uw werk wordt opgeslagen in een hibernation-
bestand op de vaste schijf en de computer wordt afgesloten. De
aan/uit-lampjes gaan uit. Na beëindiging van de hibernationstand
worden de gegevens weer weergegeven zoals ze op het scherm
stonden toen de stand werd geactiveerd. Als er een opstart-
wachtwoord is ingesteld, moet u dit wachtwoord opgeven om de
hibernationstand te beëindigen.