ProtectTools (select models only) - Windows Vista

Encryption File System (EFS) Een systeem waarmee alle bestanden en submappen in een geselecteerde map
worden gecodeerd.
Identiteit Een verzameling verificatiegegevens en instellingen in de HP ProtectTools Credential Manager, die
wordt behandeld als een account of profiel van een bepaalde gebruiker.
Java Card Een klein hardwareapparaat met het formaat van een bankpas, waarop identificatiegegevens van de
eigenaar zijn opgeslagen. Deze kunnen worden gebruikt voor verificatie op een computer.
Migratie Een taak waarmee het beheren, herstellen en overzetten van sleutels en certificaten wordt uitgevoerd.
Netwerkaccount Een gebruikersaccount of beheerdersaccount voor Windows, op een lokale computer of in een
werkgroep of domein.
Opnieuw opstarten Het opnieuw opstarten van de computer.
Opstartverificatie Een beveiligingsvoorziening die ervoor zorgt dat een gebruiker zich moet verifiëren wanneer
de computer wordt ingeschakeld, met behulp van bijvoorbeeld een Smart Card, beveiligingschip of wachtwoord.
Personal secure drive (PSD) Biedt een beveiligde opslagruimte voor gevoelige informatie.
Public Key Infrastructure (PKI) Een standaard die de interfaces definieert voor het maken, gebruiken en
beheren van certificaten en cryptografische sleutels.
Single sign-on Een voorziening waarmee verificatiegegevens worden opgeslagen en de Credential Manager
kan worden gebruikt voor toegang tot internet en Windows-applicaties waarvoor wachtwoordverificatie vereist is.
Smart Card Een klein hardwareapparaat met het formaat van een bankpas, waarop identificatiegegevens van
de eigenaar zijn opgeslagen. Deze kunnen worden gebruikt voor verificatie op een computer.
Smart Card-beheerderswachtwoord Een wachtwoord waarmee een Smart Card van een beheerder in
Computer Setup (Computerinstellingen) wordt gekoppeld aan de computer, voor identificatie bij het opstarten of
opnieuw opstarten van de computer. De beheerder kan dit wachtwoord handmatig instellen of een willekeurig
wachtwoord laten genereren.
Smart Card-gebruiker, wachtwoord Een wachtwoord waarmee een Smart Card van een gebruiker in
Computer Setup (Computerinstellingen) wordt gekoppeld aan de computer, voor identificatie bij het opstarten of
opnieuw opstarten van de computer. De beheerder kan dit wachtwoord handmatig instellen of een willekeurig
wachtwoord laten genereren.
Strenge beveiliging Een beveiligingsvoorziening in BIOS Configuration die betere beveiliging mogelijk maakt
van de opstart- en beheerderswachtwoorden en andere vormen van opstartverificatie.
Trusted Platform Module (TPM) geïntegreerde beveiligingschip (alleen bepaalde modellen) Een
geïntegreerde beveiligingschip die zeer gevoelige gebruikersgegevens beschermt tegen kwaadwillende
aanvallers. Dit is de vertrouwensbasis voor een bepaald platform. De TPM biedt cryptografische algoritmen en
acties die voldoen aan de specificaties van de Trusted Computing Group (TCG).
USB-token Een beveiligingsapparaat waarop identificatiegegevens van een gebruiker worden opgeslagen. Dit
appraat wordt net als een Smart Card of biometrische lezer gebruikt om de eigenaar van een computer te verifiëren.
Verificatie Het controleren of een gebruiker gemachtigd is om een taak uit te voeren, zoals toegang krijgen tot
een computer, instellingen voor een bepaald programma wijzigen of beveiligde gegevens bekijken.
Verificatiegegevens Gegevens waarmee een gebruiker tijdens het verificatieproces aantoont dat hij of zij
gemachtigd is voor het uitvoeren van een bepaalde taak.
66 Woordenlijst NLWW