Handleiding Netwerk- en Internetcommunicatie Zakelijke PC’s Artikelnummer van document: 384570-331 Mei 2005 Deze handleiding bevat definities en instructies voor het gebruik van de netwerkadapter (NIC) die in bepaalde modellen is geïnstalleerd. Bovendien vindt u hier informatie over Internet Service Providers en het oplossen van problemen met de Internettoegang.
© Copyright 2005 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze publicatie kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. De enige garanties die gelden voor HP producten en diensten zijn de garanties die worden beschreven in de garantieverklaringen behorende bij deze producten en diensten. Geen enkel onderdeel van dit document mag als extra garantie worden opgevat.
Inhoudsopgave 1 Netwerkcommunicatie Structuur van Ethernet-netwerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1–2 Waarschuwingen via de netwerkadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1–3 Ondersteuning voor Wake-on-LAN (WOL) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1–4 Betekenis van de netwerkstatuslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1–5 802.
1 Netwerkcommunicatie In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen besproken: ■ Structuur van Ethernet-netwerken ■ Waarschuwingen via de netwerkadapter ■ Ondersteuning voor WOL (Wake-on-LAN) ■ Betekenis van de netwerkstatuslampjes ■ Autosensing uitschakelen ■ Netwerkstuurprogramma’s installeren ■ Draadloze netwerken Hier vindt u informatie over Ethernet-netwerken en over de hardwareconnectors en stuurprogramma’s die u nodig heeft om verbinding te maken met een Ethernet-netwerk.
Netwerkcommunicatie Structuur van Ethernet-netwerken Alle Ethernet-netwerken kennen een combinatie van de volgende elementen: 1 Ethernet-kabel 3 Dropkabels 2 Datapakketten 4 Werkstations Opbouw van een Ethernet-netwerk Raadpleeg de Handleiding voor de hardware op de documentatie- en diagnose-cd voor informatie over de netwerkconnectoren. 1–2 www.hp.
Netwerkcommunicatie Waarschuwingen via de netwerkadapter Bepaalde netwerkadapters bieden ondersteuning voor waarschuwingsfuncties met behulp waarvan de netwerkbeheerder de computer op afstand via het netwerk kan controleren.
Netwerkcommunicatie Ondersteuning voor Wake-on-LAN (WOL) In Windows XP en in Windows 2000 kunt u Wake-on-LAN (WOL) in- of uitschakelen. U schakelt Wake-on-LAN als volgt in of uit: Windows XP 1. 2. 3. 4. 5. 6. Kies Start > Configuratiescherm. Dubbelklik op Netwerkverbindingen. Dubbelklik op LAN-verbinding. Klik op Eigenschappen. Klik op Configureren. Klik op het tabblad Energiebeheer en selecteer of deselecteer vervolgens het selectievakje Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen. Windows 2000 1.
Netwerkcommunicatie Betekenis van de netwerkstatuslampjes Bepaalde Ethernet-netwerkadapters zijn uitgerust met netwerkstatuslampjes: ■ Het verbindingslampje brandt wanneer het systeem fysiek met een actief netwerk is verbonden. ■ Het activiteitslampje brandt wanneer de computer activiteit op het netwerk signaleert. Als het systeem is aangesloten op een druk bezet netwerk, blijft dit lampje bijna continu branden.
Netwerkcommunicatie 802.3u Auto-Negotiation uitschakelen Een netwerkadapter met ondersteuning voor Auto-Negotiation kan automatisch de maximale snelheid en de duplexfunctionaliteit van het aangesloten netwerk bepalen en zichzelf vervolgens configureren op basis van de beste instellingen die door beide partijen worden ondersteund. De computer start met dit proces zodra er een geldige netwerkverbinding tot stand wordt gebracht of zodra het stuurprogramma voor de netwerkadapter wordt geladen.
Netwerkcommunicatie Windows 2000 1. Kies Start > Instellingen > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Netwerk- en inbelverbindingen. 3. Klik met de rechtermuisknop op LAN-verbinding. 4. Klik op Eigenschappen. 5. Klik op Configureren. 6. Klik op het tabblad Geavanceerd. 7. Selecteer de optie Verbindingssnelheid/ Duplex-modus in de keuzelijst Eigenschappen. 8. Stel de snelheids- en duplexopties in op de juiste waarden, afhankelijk van de capaciteit van het netwerk. 9. Klik op OK.
Netwerkcommunicatie Netwerkstuurprogramma’s installeren Dankzij deze voorbereiding worden de juiste stuurprogramma’s voor het gebruikte besturingssysteem geladen, zodat de communicatie met het netwerk kan plaatsvinden. voor Windows XP worden bijgeleverd. Als u een ✎ Stuurprogramma's ander besturingssysteem gebruikt, kunnen stuurprogramma’s worden geïnstalleerd vanaf opslagmedia die bij het netwerkbesturingssysteem worden geleverd of die bij HP verkrijgbaar zijn.
Netwerkcommunicatie Draadloze netwerken Een draadloos netwerk (WLAN) biedt dezelfde functionaliteit als een kabelnetwerk, zonder dat hiervoor bekabeling en andere netwerkapparatuur hoeven te worden geïnstalleerd. Dit maakt de implementatie van een draadloos netwerk veel eenvoudiger. Een draadloos netwerk kan in twee verschillende configuraties worden geïmplementeerd. Beide methoden bieden bepaalde voordelen. Welke methode voor u het meest geschikt is, hangt af van uw specifieke behoeften en mogelijkheden.
Netwerkcommunicatie Access point-netwerk Een access point-netwerk wordt ook wel een infrastructuurnetwerk genoemd. Het belangrijkste verschil tussen een draadloos access point-netwerk en een draadloos ad hoc-netwerk is de toevoeging van een extra onderdeel: het access point. Het access point is de centrale spil voor alle gegevensverkeer op het draadloze netwerk en zorgt voor een optimaal beheer van de draadloze communicatie.
Netwerkcommunicatie Voordelen van draadloze netwerken Met een draadloos netwerk (WLAN) introduceert u een nieuwe mate van flexibiliteit, vrijheid en toegankelijkheid in uw bedrijf. Enkele van de vele voordelen van draadloze netwerken zijn als volgt: ■ Er hoeft geen arbeidsintensieve en kostbare installatie van bekabeling plaats te vinden. ■ Het is mogelijk een werkplek toe te voegen of te verplaatsen met een minimum aan systeemuitval.
2 Internetcommunicatie In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen besproken: ■ Internet Service Providers ■ Internet-restricties ■ Problemen met de Internet-toegang oplossen Internet Service Providers Een Internet Service Provider (ISP) verschaft u toegang tot Internet (via een inbelverbinding of een kabel-, ADSL- of draadloos netwerk) en levert de software die u nodig heeft om Internet te kunnen gebruiken.
Internetcommunicatie Internet-restricties Internet biedt toegang tot allerlei soorten informatie, maar sommige informatie is misschien niet geschikt voor iedereen. Met Internet-restricties kunt u: ■ De Internet-toegang beperken. ■ Een wachtwoord instellen. ■ Een lijst maken van websites die niet toegankelijk moeten zijn voor andere gebruikers van uw computer. ■ Instellen welke soorten inhoud de gebruikers van uw computer met of zonder uw toestemming mogen bekijken.
Internetcommunicatie Als u Internet-restricties al eerder heeft gebruikt: 1. Kies Start > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Internet-opties. 3. Klik op het tabblad Inhoud. 4. U wijzigt de instellingen als volgt: a. Klik op de knop Instellingen. Typ uw wachtwoord en klik op OK. b. Klik op een categorie in de lijst en sleep de schuifregelaar naar het gewenste niveau. Herhaal deze procedure voor alle categorieën waarvoor u de toegang wilt beperken. 5. U kunt Internet-restricties als volgt uitschakelen: a.
Internetcommunicatie Als u Internet-restricties al eerder heeft gebruikt: 1. Kies Start > Instellingen > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Internet-opties. 3. Klik op het tabblad Inhoud. 4. U wijzigt de instellingen als volgt: a. Klik op de knop Instellingen. Typ uw wachtwoord en klik op OK. b. Klik op een categorie in de lijst en sleep de schuifregelaar naar het gewenste niveau. Herhaal deze procedure voor alle categorieën waarvoor u de toegang wilt beperken. 5.
Internetcommunicatie Problemen met de Internet-toegang oplossen (vervolg) Probleem Oorzaak Oplossing Kan geen verbinding maken met Internet. (vervolg) Kabel- of (A)DSL-modem is niet aangesloten. Sluit het betreffende modem aan. Er moet een aan/uit-lampje branden aan de voorkant van het modem. De kabel- of (A)DSL-service is niet beschikbaar of tijdelijk onderbroken. Probeer op een later tijdstip verbinding met Internet te maken of neem contact op met uw ISP.
Internetcommunicatie Problemen met de Internet-toegang oplossen (vervolg) Probleem Oorzaak Oplossing Internet-programma’s worden niet automatisch gestart. Sommige programma's worden pas gestart nadat u zich heeft aangemeld bij uw ISP. Meld u aan bij de ISP en start vervolgens het gewenste programma. Het laden van websites duurt te lang. Modem is niet goed geconfigureerd. Controleer of de juiste modemsnelheid en COM-poort zijn ingesteld. Windows XP 1. Kies Start > Configuratiescherm. 2.
Internetcommunicatie Problemen met de Internet-toegang oplossen (vervolg) Probleem Oorzaak Oplossing Laden van websites duurt te lang. (vervolg) Modem is niet goed geconfigureerd. (vervolg) Controleer of de juiste modemsnelheid en COM-poort zijn ingesteld. Windows 2000 1. Kies Start > Instellingen > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Systeem. 3. Klik op het tabblad Hardware. 4. Klik in het vak Apparaatbeheer op de knop Apparaatbeheer. 5. Dubbelklik op Poorten (COM & LPT). 6.