Toetsenbord en cursorbesturing Artikelnummer van document: 430227-331 januari 2007 In deze handleiding wordt de werking van de cursorbesturing en het toetsenbord beschreven.
Inhoudsopgave 1 Cursorbesturing Touchpad (alleen bepaalde modellen) . . . . . . . . . . . . . . Touchpad gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . EasyPoint-muisbesturing (alleen bepaalde modellen) . . EasyPoint-muisbesturing gebruiken . . . . . . . . . . . . . Externe muis gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voorkeuren voor het touchpad instellen . . . . . . . . . . . . 2 1–1 1–2 1–3 1–3 1–4 1–4 Toetsenbord Hotkeys . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Configuratiescherm HP Quick Launch Buttons openen . . . . . . . . . . . . . Knopvoorkeuren instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Q-menu weergeven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voorkeuren voor vensterschikking instellen . . . . . Overige voorkeuren instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 2–11 2–11 2–12 2–17 2–17 Toetsenblokken Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken . . . . . . . Geïntegreerd numeriek toetsenblok in- en uitschakelen . . . . . . . . .
1 Cursorbesturing Touchpad (alleen bepaalde modellen) In de volgende afbeelding en tabel wordt het touchpad van de computer afgebeeld en beschreven. Onderdeel Beschrijving 1 Touchpad* Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. U kunt andere muisfuncties voor dit onderdeel instellen, zoals schuiven, selecteren en dubbelklikken.
Cursorbesturing Onderdeel Beschrijving 2 Linkerknop van het Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. touchpad* 3 Schuifzone van het touchpad* 4 Rechterknop van het touchpad* Hiermee schuift u de weergave in een venster op het beeldscherm omhoog of omlaag. Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis. *In deze tabel worden de standaardinstellingen beschreven.
Cursorbesturing EasyPoint-muisbesturing (alleen bepaalde modellen) Onderdeel Beschrijving 1 EasyPoint-muisbesturing Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. 2 Linkerknop van Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. EasyPoint-muisbesturing 3 Rechterknop van EasyPoint-muisbesturing Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis.
Cursorbesturing Externe muis gebruiken U kunt een externe USB-muis aansluiten via een van de USBpoorten op de computer. U kunt een USB-muis ook op het systeem aansluiten via de poorten op een optioneel dockingapparaat (alleen bepaalde modellen). Voorkeuren voor het touchpad instellen Via het venster Eigenschappen voor muis van Microsoft Windows kunt u de instellingen voor cursorbesturing aanpassen aan uw wensen. U kunt bijvoorbeeld: ■ De aantipfunctie van het touchpad (tapping) inschakelen.
2 Toetsenbord In de volgende gedeelten vindt u informatie over de toetsenbordvoorzieningen van de computer. computer kan er iets anders uitzien dan de in dit hoofdstuk ✎ Uw afgebeelde computer. Hotkeys Hotkeys zijn vooraf ingestelde combinaties van de fn-toets 1 met de esc-toets 2 of met een van de functietoetsen 3. De pictogrammen op de toetsen f3, f4 en f8 tot en met f10 vertegenwoordigen hotkeyfuncties. Hotkeyfuncties en procedures voor hotkeys worden beschreven in de volgende gedeelten.
Toetsenbord Overzicht van hotkeys Om deze functie uit te voeren Drukt u op De slaapstand inschakelen fn+f3 De slaapstand uitschakelen Aan/uit-knop Schakelen tussen het beeldscherm van de computer en een extern beeldscherm fn+f4 Accugegevens weergeven fn+f8 Weergave van accugegevens sluiten fn+f8 Helderheid van het beeldscherm verlagen fn+f9 Helderheid van het beeldscherm verhogen fn+f10 Systeemgegevens weergeven fn+esc Weergave van systeemgegevens sluiten fn+esc of klik op OK Procedures
Toetsenbord Slaapstand activeren (fn+f3) Druk op fn+f3 om de slaapstand te activeren. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt uw werk opgeslagen in het RAM (Random Access Memory), wordt het scherm gewist en wordt er minder energie verbruikt. Wanneer de computer in de slaapstand staat, knipperen de aan/uit-lampjes. De computer moet zijn ingeschakeld voordat u de slaapstand kunt activeren.
Toetsenbord De meeste externe monitoren maken gebruik van de externeVGA-videostandaard om videogegevens van de computer te ontvangen. Met fn+f4 kunt u ook schakelen tussen andere apparaten die video-informatie van de computer ontvangen, bijvoorbeeld S-video.
Toetsenbord Helderheid van het beeldscherm verhogen (fn+f10) Druk op fn+f10 als u de helderheid van het beeldscherm wilt verhogen. Houd beide toetsen ingedrukt om de helderheid steeds verder te verhogen. Systeemgegevens weergeven en de weergave sluiten (fn+esc) Druk op fn+esc om informatie weer te geven over onderdelen van de systeemhardware en het versienummer van het systeem-BIOS.
Toetsenbord HP Quick Launch-knoppen gebruiken (alleen bepaalde modellen) Met de HP Quick Launch-knoppen opent u veelgebruikte programma's, ook wel applicaties genoemd. In het configuratiescherm HP Quick Launch Buttons stelt u in met welke knop u welk programma wilt starten.
Toetsenbord Onderdeel Beschrijving 1 Knop Info Center Hiermee start u Info Center (Informatiecentrum), waarin u verschillende softwareoplossingen kunt openen. U kunt deze knop ook anders programmeren om een van de volgende acties uit te voeren: ■ de presentatievoorziening starten of het Q-menu openen; ■ een e-maileditor openen; ■ een zoekvak openen om een website te zoeken. (Informatiecentrum) 2 Presentatieknop Toetsenbord en cursorbesturing Hiermee start u de presentatievoorziening.
Toetsenbord Presentatieknop De eerste keer dat u op de presentatieknop drukt, verschijnt het dialoogvenster Presentation Settings (Instellingen voor presentatie). In dit dialoogvenster kunt u de knop instellen voor uitvoering van een van de volgende acties: ■ een door u opgegeven programma, map, bestand of website openen; ■ een beeldscherminstelling kiezen.
Toetsenbord Knop Info Center (Informatiecentrum) De eerste keer dat u op de knop Info Center drukt, verschijnt het venster Info Center. Hierin kunt u vooraf ingestelde softwareoplossingen openen. Als u de standaardinstellingen van de knop Info Center niet wilt gebruiken, kunt u de knop programmeren voor uitvoering van een van de volgende acties: ■ Q-menu openen of de presentatievoorziening starten; ■ een e-maileditor openen; ■ een zoekvak openen om een website te zoeken.
Toetsenbord Configuratiescherm HP Quick Launch Buttons voorkeuren die staan vermeld in het configuratie✎ Sommige scherm HP Quick Launch Buttons, worden mogelijk niet door de computer ondersteund.
Toetsenbord Configuratiescherm HP Quick Launch Buttons openen U kunt het configuratiescherm HP Quick Launch Buttons op de volgende manieren openen: ■ Selecteer Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Quick Launch Buttons (Quick Launch-knoppen). ■ Dubbelklik op het pictogram HP Quick Launch Buttons in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk.
Toetsenbord ❏ Een e-maileditor openen of een website zoeken bij een druk op de knop: a. Klik op de pijl-omlaag naast de knop die u wilt instellen en klik op Launch eMail (E-mail starten) of Search URL (URL zoeken). b. Om de voorkeuren op te slaan en het configuratiescherm te sluiten, klikt u op Apply (Toepassen) en daarna op OK. ❏ Een programma, map, bestand of website openen bij een druk op de knop: a. Klik op de pijl-omlaag naast de knop die u wilt instellen en klik op Presentation (Presentatie). b.
Toetsenbord Voorkeuren voor het Q-menu instellen In het Q-menu kunnen maximaal 40 onderdelen worden weergegeven. Verschillende door het systeem gedefinieerde onderdelen worden standaard weergegeven. U kunt deze onderdelen al dan niet weergeven. Alleen door de gebruiker gedefinieerde onderdelen kunnen worden toegevoegd, gewijzigd en verwijderd. De onderdelen van het Q-menu worden beheerd vanuit de lijst Items to Display on Q Menu (In Q-menu weer te geven opties).
Toetsenbord Door de gebruiker gedefinieerd onderdeel toevoegen aan het Q-menu Als u een onderdeel dat niet in de lijst Items to Display on Q Menu (In Q-menu weer te geven opties) staat, zoals een onderdeel op een schijfeenheid, in een netwerk of op Internet, wilt toevoegen aan zowel de lijst Items to Display on Q Menu (In Q-menu weer te geven opties) als het Q-menu, gaat u als volgt te werk: 1. Klik in het configuratiescherm HP Quick Launch Buttons op de tab Q Menu. 2. Klik op Add (Toevoegen). 3.
Toetsenbord Door de gebruiker gedefinieerd onderdeel wijzigen Door de gebruiker gedefinieerde onderdelen kunnen worden gewijzigd, door het systeem gedefinieerde onderdelen niet. Als u een door het systeem gedefinieerd onderdeel in de lijst Items to display on Q Menu (In Q-menu weer te geven opties) selecteert, is de knop Modify (Wijzigen) niet beschikbaar. U kunt als volgt de weergavenaam en/of bestandsnaam van een door de gebruiker gedefinieerd onderdeel wijzigen: 1.
Toetsenbord Locatie van een onderdeel van het Q-menu wijzigen U wijzigt als volgt de locatie van een onderdeel van het Q-menu: 1. Klik in het configuratiescherm HP Quick Launch Buttons op de tab Q Menu. 2. Selecteer het onderdeel in de lijst Items to display on Q Menu (In Q-menu weer te geven opties). Doe daarna het volgende: ❏ Als u het onderdeel naar boven wilt verplaatsen, klikt u op de knop Move Up (Omhoog). ❏ Als u het onderdeel naar beneden wilt verplaatsen, klikt u op de knop Move Down (Omlaag).
Toetsenbord Voorkeuren voor vensterschikking instellen U stelt als volgt voorkeuren in voor het schikken van vensters op het bureaublad van Windows: 1. Klik in het configuratiescherm HP Quick Launch Buttons op de tab Quick Tile (Snel vensters schikken). 2. Klik op Vertical Tile (Verticaal schikken) of Horizontal Tile (Horizontaal schikken) en klik op de programma's die u wilt schikken in het vak Applications currently running (Momenteel actieve applicaties). 3.
Toetsenbord u meer informatie wilt over een onderdeel op het tabblad ✎ Als Preferences (Voorkeuren), klikt u op de knop Help in de rechterbovenhoek van het venster. Klik vervolgens op het onderdeel.
3 Toetsenblokken De computer heeft een geïntegreerd numeriek toetsenblok en ondersteunt tevens een optioneel extern numeriek toetsenblok of een optioneel extern toetsenbord met een numeriek toetsenblok. computer kan er iets anders uitzien dan de in dit hoofdstuk ✎ Uw afgebeelde computer.
Toetsenblokken Item Beschrijving 1 Num Lock-lampje 2 num lk-toets 3 Geïntegreerd numeriek toetsenblok 4 fn-toets Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken U kunt de vijftien toetsen van het geïntegreerde numerieke toetsenblok op dezelfde manier gebruiken als de toetsen van een extern toetsenblok. Wanneer het geïntegreerde numerieke toetsenblok is ingeschakeld, voert u met elke toets van dit toetsenblok de functie uit die wordt aangegeven door het pictogram in de rechterbovenhoek van de toets.
Toetsenblokken Geïntegreerd numeriek toetsenblok inen uitschakelen Druk op fn+num lk om het geïntegreerde numerieke toetsenblok in te schakelen. Het Num Lock-lampje gaat aan. Druk nogmaals op fn+num lk om de standaardfuncties van de toetsenbloktoetsen te herstellen. geïntegreerde numerieke toetsenblok werkt niet als er een ✎ Het extern toetsenbord of numeriek toetsenblok is aangesloten op de computer of op een optioneel dockingapparaat.
Toetsenblokken Werken met een extern numeriek toetsenblok De werking van de meeste toetsen op de meeste externe toetsenblokken hangt ervan af of de Num Lock-functie is ingeschakeld. (De Num Lock-functie is standaard uitgeschakeld.) Bijvoorbeeld: ■ Wanneer Num Lock is ingeschakeld, kunt u met de meeste toetsenbloktoetsen cijfers typen. ■ Wanneer Num Lock is uitgeschakeld, werken de meeste toetsenbloktoetsen als pijltoetsen, page up-toets of page down-toets.
Index A Acculading, informatie weergeven 2–4 Activeren, slaapstand 2–2, 2–3 E EasyPoint-muisbesturing knoppen 1–3 locatie 1–3 Extern toetsenblok 3–4 Externe muis 1–4 F Fn-toets 3–2 Functietoetsen 2–1 G Geïntegreerd numeriek toetsenblok 3–2 Geïntegreerd toetsenblok 3–2 H Hotkey-opdrachten slaapstand activeren 2–3 Hotkeyopdrachten helderheid van beeldscherm verhogen 2–5 helderheid van beeldscherm verlagen 2–4 informatie over acculading 2–4 schakelen tussen beeldschermen 2–3 slaapstand activeren 2–3 syst
Index N T Num Lock inschakelen 3–4 uitschakelen 3–4 Num Lock, toets 3–2 Num Lock-lampje 3–2 Quick Launch-knoppen 2–6, 2–10 Toetsen fn 3–2 functie 2–1 hotkeys 2–1 Num Lock 3–2 shift 3–3 Toetsenblok extern 3–4 geïntegreerd 3–2 geïntegreerd numeriek 3–2 Touchpad definitie 1–1 gebruiken 1–2 voorkeuren instellen 1–4 S U Samengestelde video 2–4 Schakelen, tussen beeldschermen 2–3 Schuifvlakken, van touchpad 1–2 Shift, toets 3–3 Systeeminformatie, weergeven 2–5 Uitschakelen, Num Lock 3–4 P Presentatie, k
© Copyright 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de V.S. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten en diensten staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten en diensten. Aan de informatie in deze handleiding kunnen geen aanvullende rechten worden ontleend.