Netwerk- en internetcommunicatie Zakelijke personal computers
© Copyright 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in deze publicatie kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. De enige garanties die gelden voor HP producten en diensten zijn de garanties die worden beschreven in de garantievoorwaarden behorende bij deze producten en diensten. Geen enkel onderdeel van dit document mag als extra garantie worden opgevat.
Over deze handleiding Deze handleiding bevat definities en instructies voor de functies van de netwerkadapter (NIC) die in bepaalde modellen is geïnstalleerd. Bovendien vindt u hier informatie over internetserviceproviders en het oplossen van problemen met de internettoegang. WAARSCHUWING Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel of levensgevaar.
iv Over deze handleiding NLWW
Inhoudsopgave 1 Netwerkcommunicatie Ethernet-netwerken .............................................................................................................................. 2 Netwerkadapterwaarschuwingen ......................................................................................................... 2 Ondersteuning voor WOL (Wake-on-LAN) ........................................................................................... 3 Betekenis van de netwerkstatuslampjes .....................
vi NLWW
1 Netwerkcommunicatie In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen besproken: ● Ethernet-netwerken ● Netwerkadapterwaarschuwingen ● Ondersteuning voor WOL (Wake-on-LAN) ● Betekenis van de netwerkstatuslampjes ● Autosensing uitschakelen ● Netwerkstuurprogramma's installeren ● Draadloze netwerken Hier vindt u informatie over Ethernet-netwerken en over de hardwareconnectoren en stuurprogramma's die u nodig heeft om verbinding te maken met een Ethernet-netwerk.
Ethernet-netwerken Alle Ethernet-netwerken bevatten een combinatie van de volgende onderdelen. Afbeelding 1-1 Ethernet-netwerken (1) Ethernet-kabel (3) Aansluitkabels (2) Datapakketten (4) Werkstations Raadpleeg voor informatie over de netwerkconnectoren de Naslaggids voor de hardware op de documentatie- en diagnose-cd Documentation and Diagnostics.
● Watchdog: terwijl de computer is ingeschakeld (dezelfde situatie als wanneer het besturingssysteem hangt) ● Heartbeat-controle: altijd Opmerking Netwerkadapters met waarschuwingsfuncties voldoen aan ASF-specificatie (Alert Standard Format) 2.0 en ondersteunen RMCP-waarschuwingen (Remote Management and Control Protocol). RMCP wordt niet ondersteund door ASF 1.0-implementaties, vanwege ontoereikende beveiliging in de ASF 1.0-specificatie.
5. Klik op Configureren. 6. Klik op het tabblad Energiebeheer en schakel vervolgens het selectievakje Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen in of uit Opmerking Raadpleeg de Remote Management Administrator's Guide (Gids voor extern beheer) voor meer informatie over Wake-On-LAN. De Remote Management Administrators Guide (Gids voor extern beheer) wordt geleverd bij de hulpprogramma's van Remote Management Setup en vindt u op de cd met ondersteuningssoftware en op http://www.hp.com.
Indien nodig kunt u Auto-Negotiation uitschakelen en zo het systeem dwingen in één bepaalde stand te werken. Windows XP 1. Selecteer Start > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Netwerkverbindingen. 3. Dubbelklik op LAN-verbinding. 4. Klik op Eigenschappen. 5. Klik op Configureren. 6. Klik op het tabblad Geavanceerd. 7. Selecteer Speed & Duplex in de keuzelijst Eigenschappen. 8. Stel de snelheids- en duplexwaarden in, afhankelijk van het vermogen van het netwerk. 9. Klik op OK.
Opmerking De meegeleverde stuurprogramma's zijn bedoeld voor Windows XP. Als u een ander besturingssysteem gebruikt, kunnen stuurprogramma's worden geïnstalleerd vanaf media die bij het netwerkbesturingssysteem zijn geleverd of die bij HP verkrijgbaar zijn. Gebruik de cd Restore Plus! als het nodig is het besturingssysteem opnieuw te installeren . Installeer de juiste stuurprogramma's voor het besturingssysteem dat u gebruikt, zoals hieronder is aangegeven. Windows XP 1.
Draadloze netwerken Een draadloos LAN biedt dezelfde functies als een bekabeld netwerk, zonder dat hiervoor netwerkkabels en andere netwerkapparatuur worden geïnstalleerd. Het is hierdoor gemakkelijk te installeren. Een draadloos LAN kan voor twee verschillende werkingsmodi worden geconfigureerd. Hoewel beide methoden hun voordelen hebben, is de ene methode voor uw doeleinden wellicht geschikter dan de andere. Bekijk de volgende configuratiegegevens om te bepalen welke modus voor u het meest geschikt is.
op het netwerk aansluiten met behulp van slechts één draadloos LAN. Voor elk toegangspunt heeft u twee verbindingen nodig: ● ● Een standaard stopcontact ● Een Ethernet-verbinding naar uw bestaande, bekabelde LAN of inkomende internetverbinding Draadloze LAN-kaarten: het draadloze equivalent van een netwerkadapter waarmee een pc met het draadloze netwerk kan communiceren.
2 Internetcommunicatie In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen besproken: ● Internetserviceproviders ● Internet-restricties ● Problemen met de internettoegang oplossen Internetserviceproviders Een internetserviceprovider (ISP) verschaft u toegang tot internet (via een inbelverbinding, kabel, DSL of draadloos) en de software die u nodig heeft om internet te kunnen gebruiken. Veel ISP's bieden ook e-mail, toegang tot nieuwsgroepen, ruimte voor eigen webpagina's en technische ondersteuning.
Internet-restricties Internet biedt toegang tot allerlei soorten informatie, maar sommige informatie is misschien niet geschikt voor iedereen. Met Internet-restricties kunt u: ● Internettoegang beperken ● Een wachtwoord instellen ● Een lijst maken van websites die niet toegankelijk mogen zijn voor mensen die de computer gebruiken ● Instellen welke soorten inhoud de gebruikers van de computer met of zonder uw toestemming mogen bekijken.
Windows 2000 Als u Internet-restricties nog niet eerder heeft gebruikt: 1. Klik in de Windows-taakbalk op Start > Instellingen > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Internet-opties. 3. Klik op het tabblad Inhoud. 4. Klik in het vak Internet-restricties op Inschakelen. 5. Klik op een categorie in de lijst en sleep de schuifregelaar naar het gewenste niveau. Herhaal deze procedure voor alle categorieën waarvoor u de toegang wilt beperken. 6.
Problemen met de internettoegang oplossen Raadpleeg uw ISP of kijk in de volgende tabel met mogelijke oorzaken en oplossingen voor problemen met de internettoegang. Tabel 2-1 Problemen met de internettoegang oplossen Kan geen verbinding maken met internet. Oorzaak Oplossing Gebruikersaccount bij de internetserviceprovider (ISP) is niet goed ingesteld. Controleer de internetinstellingen of neem contact op met de ISP. Modem is niet goed geconfigureerd. Sluit het modem opnieuw aan.
Tabel 2-1 Problemen met de internettoegang oplossen (vervolg) Downloaden van internet duurt te lang. Oorzaak Oplossing Modem is niet goed geconfigureerd. Controleer of de juiste modemsnelheid en COM-poort zijn ingesteld. Windows XP 1. Selecteer Start > Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Systeem. 3. Klik op het tabblad Hardware. 4. Klik in het vak Apparaatbeheer op de knop Apparaatbeheer. 5. Dubbelklik op Poorten (COM & LPT). 6.
14 Hoofdstuk 2 Internetcommunicatie NLWW