HP Scanjet N6350 Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave 1 De scanner gebruiken HP-scansoftware - overzicht.......................................................................................................4 Overzicht van scanner................................................................................................................5 Bedieningspaneel van scanner............................................................................................6 Automatische documentinvoer (ADI)....................................................
De netwerkscanner beheren....................................................................................................22 Programma's voor beheer en administratie........................................................................22 HP Scanner Tools Utility.....................................................................................................23 Netwerkinstellingen............................................................................................................
Inhoudsopgave Problemen bij het gebruik van de scanner...............................................................................44 De scanner wordt niet ingeschakeld...................................................................................44 De scannerlamp blijft branden............................................................................................44 De scanner begint niet meteen met scannen.....................................................................
1 De scanner gebruiken De volgende onderwerpen beschrijven de HP Scanjet-scanner en leggen uit hoe u originele documenten kunt scannen of kopiëren. • • • • • • HP-scansoftware - overzicht Overzicht van scanner Scannerinstellingen Originelen plaatsen Een scan starten Kopieën maken HP-scansoftware - overzicht Tijdens het installeren van de HP-scansoftware, worden de volgende pictogrammen toegevoegd aan het bureaublad.
Opmerking U kunt de knoppen Scannen ( ) of Kopiëren ( ) ook aan andere toepassingen toewijzen, mits de toepassing door Windows wordt herkend als een toepassing waarin de knoppen kunnen worden ingesteld. Hiertoe gebruikt u de HP Scanner Tools Utility.
Hoofdstuk 1 Zie ook • • • Bedieningspaneel van scanner Automatische documentinvoer (ADI) Transparantenadapter (TMA) Bedieningspaneel van scanner Gebruik de knoppen op het bedieningspaneel van de scanner om het scannen te starten en de scanner te configureren. Symbool Knopnaam Beschrijving 1 Waarschuwingslampj e In combinatie met het aan/uit-lampje geeft het waarschuwingslampje een indicatie van scannerfuncties en foutcondities.
(vervolg) Symbool Knopnaam Beschrijving 6 Aan/uit Hiermee zet u de scanner aan en uit. 7 Toetsenblok Geeft u de mogelijkheid om netwerkadresinformatie en pincode in te voeren als de scanner op een netwerk is aangesloten. 8 Instellingen Hier kunt u voorkeuren instellen voor de werking van de scanner en specificaties van de netwerkverbinding invoeren. 9 Terug Hiermee wordt het vorige menu op het lcdscherm weergegeven.
Hoofdstuk 1 • • • Extra Netwerk Standaardwaarden herstellen Opmerking U kunt de overige instellingen wijzigen via de HP-scansoftware. Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram HP-scansoftware, selecteer een scanner uit het menu Apparaat als u verbonden bent met meerdere scanners, en selecteer dan een optie uit het menu Opties. Klik voor meer informatie op Help in het dialoogvenster met snelkoppelingen van HP-scansoftware.
Netwerk Met het menu Netwerk kunt u de netwerkinstellingen bekijken en instellen, zoals het IPadres en de verbindingssnelheid. Zie ook "De scanner in een netwerk configureren en beheren" op pagina 19 Standaardwaarden herstellen Met het menu Standaardwaarden herstellen kunt u alle hardware-onderdelen weer instellen zoals ze in de fabriek ingesteld waren.
Hoofdstuk 1 • • • • • • 10 Carbonpapier Gecoat papier Extreem dun, doorzichtig papier Papier waaraan zelfklevende notities en dergelijke zijn aangehecht Foto's Transparante overheadsheets Vellen papier die aan elkaar vast geplakt zitten Papier dat nat is van vloeistoffen zoals lijm of correctievloeistof Zorg ervoor dat de toegangsklep van de ADI goed dicht zit voordat u documenten in de scanner plaatst. Zorg er bij het plaatsen van een stapel documenten voor dat alle documenten even breed zijn.
Documenten plaatsen 1. Als de originele pagina's lang zijn, kunt u de invoerlade verder uittrekken. 2. Blader de stapel met documentpagina's los om te zorgen dat pagina's niet aan elkaar blijven plakken. Blader de kant die in de ADI moet steken, in één richting en waaier dezelfde kant vervolgens in de tegenovergestelde richting. 3. Breng de kanten van de documenten op één lijn door de onderkant van de stapel tegen de bovenkant van de tafel te kloppen. Draai de stapel 90 graden en herhaal de vorige stap.
Hoofdstuk 1 4. Plaats de stapel in het midden van de invoerlade. Plaats de stapel met de bovenkant naar boven. 5. Stel de papiergeleiders in op de breedte van de documenten. Zet de papiergeleiders niet te strak, anders kan het doorvoeren van het papier belemmerd worden. Het is het beste als de papiergeleiders de randen van de documenten net raken. 6. Duw de stapel voorzichtig naar voren totdat de sensor van de lader wordt geactiveerd.
te scannen zijde naar beneden en de bovenkant van de pagina in de richting van de achterkant van de scanner. Tip Als u meerdere afbeeldingen tegelijkertijd wilt scannen, legt u de afbeeldingen die u wilt scannen op de glasplaat met ten minste 6 mm ruimte tussen de afbeeldingen.
Hoofdstuk 1 De transparantenadapter (TMA) gebruiken Dit gedeelte bevat informatie over het scannen van dia's, inclusief 35-mm dia's, en negatieven met de transparantenadapter (TMA). • • Dia's of negatieven laden Tips voor het scannen van transparante items Opmerking U moet de HP-scansoftware gebruiken om dia's en negatieven te scannen met de transparantenadapter. Dia's of negatieven laden Met de transparantenadapter (TMA) kunt u twee 35-mm dia's of drie negatieven tegelijkertijd scannen.
c. Als de negatievenstrook minder dan 3 negatieven bevat, plaatst u de lichtafscherming van de negatieven in de negatievenstrookhouder. Zorg ervoor dat de rand van de lichtafscherming het laatste negatief aanraakt. d. Plaats de negatievenstrookhouder terug in de diahouder. 4. Sluit het deksel van de scanner.
Hoofdstuk 1 weergegeven, zodat u de scansnelkoppelingen die u wilt gebruiken, kunt sturen naar de lijst met scansnelkoppelingen op het bedieningspaneel van de scanner. a. Selecteer in de lijst Beschikbare scansnelkoppelingen een snelkoppeling en klik vervolgens op Toevoegen. b. Gebruik de pijlen Verplaatsen (omhoog) en Verplaatsen (omlaag) in het dialoogvenster om de volgorde van de snelkoppelingen te bepalen in de lijst op het bedieningspaneel.
De HP-scansoftware gebruiken Maak de scan met de HP-scansoftware als u meer controle over het scannen wilt hebben, bijvoorbeeld als u een voorbeeld van de afbeelding wilt bekijken voordat de uiteindelijke scan wordt gemaakt, geavanceerde functies wilt gebruiken of de scaninstellingen wilt wijzigen. Volg deze stappen als u wilt scannen met behulp van de HP-scansoftware: 1. Plaats de originelen. 2. Dubbelklik op het pictogram HP-scansoftware. 3.
Hoofdstuk 1 Volg deze stappen als u wilt scannen met behulp van scansoftware die WIA of TWAIN ondersteunt: 1. Start de scansoftware en selecteer vervolgens de gegevensbron WIA of TWAIN. 2. Voer de handelingen uit die nodig zijn om de scan te voltooien. 3. Selecteer de gewenste instellingen voor de documenten die u gaat scannen. Raadpleeg de online helpfunctie van de scansoftware voor meer informatie.
2 De scanner in een netwerk configureren en beheren Dit gedeelte is bedoeld voor de beheerder of de persoon die verantwoordelijk is voor het beheer van de netwerkscanner. U hebt de mogelijkheid om de HP Scanjet N6350 op een netwerk te installeren, waar het gedeeld kan worden door maximaal 20 computers. De volgende onderwerpen beschrijven hoe u de netwerkscanner moet instellen en beheren.
Hoofdstuk 2 5. Als er meer dan één HP Scanjet N6350-scanner in het netwerk is opgenomen, zoekt u het serienummer en het IP-adres van de scanner die u wilt aansluiten. a. Druk op de knop Instellingen ( ) op het bedieningspaneel van de scanner, druk op de knop totdat Netwerk is geselecteerd en druk vervolgens op OK. . Druk vervolgens op OK. b. Selecteer Instellingen weergeven met de knop naar de instellingen van het serienummer en het IP-adres. c.
Aansluiten op extra netwerkscanners Voer deze stappen uit om meerdere scanners aan te sluiten op het netwerk. 1. Start de HP Scanner Tools Utility. 2. Open het tabblad Netwerk, klik op Verbinding met scanner maken en volg de instructies op het scherm. Opmerking Als u de scanner die u wilt aansluiten niet ziet, moet u ervoor zorgen dat de scanner niet via een USB-kabel op de computer is aangesloten.
Hoofdstuk 2 De netwerkscanner beheren Dit gedeelte is bedoeld voor de beheerder of de persoon die verantwoordelijk is voor het beheer van de netwerkscanner. • • • • Programma's voor beheer en administratie HP Scanner Tools Utility Netwerkinstellingen Geïntegreerde webserver Programma's voor beheer en administratie Met de volgende hulpmiddelen kunt u het apparaat beheren.
HP Scanner Tools Utility U kunt HP Scanner Tools Utility gebruiken om: • • • • aan te sluiten op een andere scanner in een netwerk. een nieuwe pincode in te stellen of een bestaande te resetten. de status van het netwerk of de verbinding met een enkele scanner te controleren. een scanner los te koppelen van het netwerk en de computer uit de lijst van computers die op de scanner zijn aangesloten te verwijderen.
Hoofdstuk 2 Netwerkinstellingen bekijken Volg deze stappen om de netwerkinstellingen weer te geven: 1. Druk op de knop Instellingen ( ), druk op de knop om Netwerk te selecteren en druk vervolgens op OK. 2. Selecteer Instellingen weergeven met de knop . Druk vervolgens op OK. en langs de volgende netwerkinstellingen. 3. Blader met de knoppen Opmerking U kunt de netwerkinstellingen hier niet wijzigen.
Verbindingssnelheid instellen Met het menu Verbindingssnelheid instellen in het menu Netwerk op het lcdbedieningspaneel kunt u de verbindingssnelheid voor de netwerkscanner wijzigen. 1. Druk in het menu Netwerkinstellingen op de knop om Verbindingssnelheid instellen te selecteren en druk vervolgens op OK. de verbindingssnelheid (Automatisch (standaard), 102. Selecteer met de knop Full, 10-Half, 10-Full, 100-Half). Druk vervolgens op OK.
Hoofdstuk 2 Geïntegreerde webserver Als de HP Scanjet N6350-scanner op een netwerk is aangesloten, kunt u de geïntegreerde webserver gebruiken om informatie over de status te bekijken, instellingen te wijzigen en de scanner vanaf de computer te beheren. Opmerking Sommige opties van de geïntegreerde webserver zijn alleen beschikbaar voor de netwerkbeheerder, en voor sommige instellingen is mogelijk een wachtwoord nodig.
Opties geïntegreerde webserver De geïntegreerde webserver bevat tabbladen die u kunt gebruiken om productinformatie weer te geven en apparaatinstellingen te wijzigen. Tabbladen Beschrijving Informatie Geeft de volgende informatie over het apparaat weer. • • • • Instellingen Netwerkinformatie Status Gebruik Deze pagina toont de instellingen die zijn geconfigureerd voor het apparaat en geeft u de mogelijkheid deze instellingen te wijzigen.
3 Nuttige scannerfuncties De volgende scanfuncties kunnen interessant zijn voor mensen die zich professioneel met documentbeheer bezighouden. Veel van deze functies zijn ook beschikbaar voor andere ISIS- of TWAIN-compatibele scansoftware waarmee u de scaninstellingen kunt wijzigen.
Lege pagina automatisch verwijderen Volg deze stappen als u uw scanvoorkeuren wilt instellen op het automatisch verwijderen van lege pagina's uit de uitvoer van de ADI: 1. Dubbelklik op het pictogram HP-scansoftware op het bureaublad, selecteer een scansnelkoppeling, klik op Instellingen wijzigen, selecteer Document (glasplaat of invoer) als het scantype bij Instellingen scansnelkoppeling en klik vervolgens op Geavanceerde documentinstellingen. 2.
Hoofdstuk 3 Zie de Help bij de scansoftware voor meer informatie over het uitfilteren van kleur. Scannen zonder documentweergave Als u het scannen zo automatisch mogelijk wilt uitvoeren, moet u beginnen met scannen door op de knop Scannen ( ) op het bedieningspaneel van de scanner te drukken. Als er een voorbeeld van de scan wordt weergegeven nadat u gescand hebt met de knop Scannen ( ), voert u de volgende stappen uit: 1.
4 Service en onderhoud Dit gedeelte bevat informatie over het onderhoud van de scanner. • • • • • • De glasplaat van de scanner schoonmaken De transparantenadapter (TMA) schoonmaken De automatische documentinvoer reinigen Onderhoudsinformatie voor HP Scanner Tools Utility-scanner De doorvoerrol en het scheidingskussen vervangen Benodigdheden voor onderhoud en de scanner bestellen Af en toe schoonmaken van uw scanner kan de kwaliteit van de scans verbeteren.
Hoofdstuk 4 Opmerking Als u de bovenkant van de glasplaat hebt schoongemaakt en er zijn nog vlekken en vuil op de glasplaat achtergebleven, kunt u ook de onderkant van de glasplaat reinigen. Hiervoor moet u de scanner uit elkaar nemen. Ga naar www.hp.com/support voor instructies over het schoonmaken van de onderkant van de glasplaat. De transparantenadapter (TMA) schoonmaken Reinig de transparantenadapter met een droge, zachte doek.
Doe het volgende als u de automatische documentinvoer wilt reinigen: 1. Schakel de scanner uit en koppel de USB- of de Ethernet-kabel en het netsnoer los van de scanner. 2. Open het deksel van de scanner. 3. Reinig de witte strook aan de binnenkant van het deksel en de doorzichtige scanstrook op het scannerbed. Veeg deze items schoon met een schone, vochtige, niet-pluizende doek.
Hoofdstuk 4 4. Open de toegangsklep van de ADI (1) en de klep van de rol (2) binnenin de ADI. 5. Veeg de ADI-doorvoerrollen af met een schone, vochtige, niet-pluizende doek. 6. Wacht een paar minuten om de doorvoerrollen te laten drogen en sluit vervolgens de doorvoerrolklep en de toegangsklep van de ADI. 7. Sluit de USB- of Ethernet-kabel en het netsnoer weer op de scanner aan.
Volg deze stappen om naar het tabblad Onderhoud te gaan: 1. Klik op de Windows-taakbalk op Start, wijs Programma's of Alle programma's aan, wijs achtereenvolgens HP, Scanjet, HP Scanjet N6350 aan en klik op Scanner Tools Utility. 2. Klik op het tabblad Onderhoud in het dialoogvenster van HP Scanner Tools Utility. Tip U kunt de HP Scanner Tools Utility ook starten vanaf het bedieningspaneel van de scanner.
Hoofdstuk 4 Benodigdheden voor onderhoud en de scanner bestellen U kunt onderdelen online bestellen op de website met ondersteuning voor de scanner op www.hp.com/buy/parts of bij uw HP-leverancier.
5 Probleemoplossing Dit gedeelte bevat oplossingen voor algemene problemen met de scanner, de automatische documentinvoer (ADI) en de transparantenadapter (TMA).
Hoofdstuk 5 • • Zet de scanner gedurende 60 seconden uit en zet de scanner vervolgens weer aan. Start de computer opnieuw op. Als de problemen zich blijven voordoen, is het mogelijk dat uw HP-scansoftware, firmware of de bijbehorende stuurprogramma's zijn verouderd of beschadigd zijn geraakt. Ga naar www.hp.com/support om updates voor uw software, firmware en stuurprogramma's te vinden.
Problemen met het installeren van de scanner oplossen Dit gedeelte bevat oplossingen voor problemen met de installatie. • • • De kabels controleren De software verwijderen en opnieuw installeren Problemen oplossen bij het installeren van toepassingen van derden die met de scanner zijn meegeleverd De kabels controleren Kabeltype Actie Voedingskabel Het netsnoer wordt aangesloten op de scanner en een stopcontact.
Hoofdstuk 5 (vervolg) Kabeltype Actie TMA/ADI-kabel De TMA/ADI-kabel is aangesloten op het deksel van de scanner en de scanner zelf. Zorg ervoor dat de kabel goed in de achterkant van de scanner zit. De software verwijderen en opnieuw installeren Door onvolledige installatie van de software wordt de scanner mogelijk niet herkend of wordt de software niet op de juiste wijze gestart. Verwijder de HP-scansoftware en installeer deze opnieuw.
Controleer de kabels en de software zoals in de volgende paragrafen wordt beschreven om het probleem te verhelpen: • • • • • • De USB- of Ethernet-verbinding controleren Controleren of de scanner voorzien is van stroom De scanner opnieuw instellen De hardware van de scanner testen De scanner werkt niet goed meer Aanvullende informatie over het oplossen van problemen De USB- of Ethernet-verbinding controleren Controleer de fysieke aansluiting op de scanner.
Hoofdstuk 5 Als de scanner niet werkt, verwijdert u de HP-scansoftware en installeert u deze opnieuw. Zie ook "De software verwijderen en opnieuw installeren" op pagina 40 Controleren of de scanner voorzien is van stroom Het netsnoer wordt aangesloten op de scanner en een stopcontact. • • • Controleer of het netsnoer op de juiste manier is aangesloten op de scanner en het stopcontact.
De hardware van de scanner testen Als u vermoedt dat er een hardwareprobleem bij de scanner is opgetreden, controleert u of de kabels goed op de scanner, computer en het stopcontact zijn aangesloten. Als de kabels goed zijn aangesloten, verifieert u dat de scanner is ingeschakeld. Volg deze stappen om de scannerhardware te testen: 1. Koppel de USB- of Ethernet-kabel, het netsnoer en de TMA/ADI-kabels los van de scanner. 2.
Hoofdstuk 5 Aanvullende informatie over het oplossen van problemen Wanneer de HP-scansoftware is geïnstalleerd, kunt u de Help op het scherm gebruiken om overige problemen met de scanner op te lossen. U opent de Help door de HPscansoftware te starten en vervolgens op Help te klikken in het dialoogvenster met snelkoppelingen in HP-scansoftware. In de Help vindt u informatie over de scannerhardware en over de HP-scansoftware.
eerst moet opwarmen, duurt het even voordat het scannen start nadat u de software hebt gestart of nadat u op een van de scanknoppen hebt gedrukt. U kunt de modus Onmiddellijk opwarmen inschakelen in HP Scanner Tools Utility of met behulp van de instelling Scanvoorkeuren (tabblad Apparaat).
Hoofdstuk 5 Scanbestanden zijn te groot Als de opgeslagen scanbestanden zeer groot zijn, kunt u het volgende proberen: • • • Controleer de instelling voor de scanresolutie: ◦ 200 dpi is voldoende als u documenten als afbeeldingen wilt opslaan. ◦ 300 dpi is bij de meeste lettertypen voldoende wanneer u optische tekenherkenning (OCR) wilt gebruiken voor het maken van bewerkbare tekst. ◦ Voor Aziatische lettertypen en kleine lettertypen wordt aangeraden om 400 dpi te gebruiken.
Problemen met scannerknoppen • • • Knoppen werken niet Er wordt een onverwacht programma geopend wanneer op een knop wordt gedrukt Er wordt een verkeerde snelkoppeling gebruikt wanneer er op de knop Scannen wordt gedrukt Knoppen werken niet Druk na iedere stap op een knop om te controleren of deze correct werkt. Als het probleem aanhoudt, gaat u verder met de volgende stap. 1. Misschien zit er een kabel los. Zorg ervoor dat de USB-of Ethernet-kabel en het netsnoer goed zijn aangesloten. 2.
Hoofdstuk 5 Als het probleem aanhoudt, zijn de knoppen mogelijk toegewezen buiten de HP Scanner Tools Utility. Probeer de volgende procedure: 1. Open Configuratiescherm, selecteer Scanners en camera's en selecteer uw scannermodel in de lijst. 2. De scannereigenschappen weergeven: • Windows 2000: Klik op Eigenschappen. • Windows XP en Vista: Klik met de rechtermuisknop op het scannermodel en klik vervolgens op Eigenschappen. 3.
De gescande afbeelding is wazig Voer de volgende stappen uit als u met de automatische documentinvoer (ADI) scant: 1. Zorg ervoor dat het oorspronkelijke document niet wazig is. 2. Controleer of de papierbanen vrij zijn en of de papierbreedtegeleiders juist zijn geplaatst. Voer nogmaals een scantaak uit. 3. Als de gescande afbeelding nog steeds een slechte kwaliteit heeft, moet u de ADI schoonmaken. Volg deze stappen als u scant via de glasplaat: 1.
Hoofdstuk 5 Pagina's worden in de verkeerde volgorde gescand • • • Controleer of de volgorde van de pagina's van het originele document correct is voordat u de pagina's in de automatische documentinvoer plaatst. Controleer of er geen nietjes of paperclips aanwezig zijn, of andere aangehechte zaken (zoals zelfklevende notities) waardoor de pagina's verkeerd worden ingevoerd. Controleer of er pagina's aan elkaar plakken.
Storing verhelpen van de automatische documentinvoer Voer de volgende stappen uit om een papierstoring in de ADI te verhelpen: 1. Verwijder de pagina's uit de invoerlade van de ADI. 2. Open de toegangsklep van de ADI (1) en de klep van de rol (2) binnenin de ADI. 3. Verwijder de vastgelopen pagina's uit het binnenste van de ADI. 4. Verwijder de vastgelopen pagina's uit de uitvoerlade van de ADI. 5. Sluit de klep van de doorvoerrol en de toegangsklep van de ADI. 6.
Hoofdstuk 5 7. Plaats de pagina's die nog niet zijn gescand in de invoerlade van de ADI. Als er pagina's beschadigd zijn, voert u een van de volgende handelingen uit: • Scan de beschadigde pagina op de glasplaat. • Druk het originele document opnieuw af. Maak de stapel als volgt gereed om te scannen: a. Blader de stapel met documentpagina's los om te zorgen dat pagina's niet aan elkaar blijven plakken.
De onderkant van de gescande afbeelding is afgekapt Standaard kunt u met de scanner vellen papier scannen met een maximale lengte van 356 mm. Bij langere pagina's wordt het einde van het document niet in de gescande afbeelding opgenomen. Controleer of u in de scansoftware een juist papierformaat hebt opgegeven.
Hoofdstuk 5 Er is geen licht of alleen zwak licht zichtbaar in de transparantenadapter (TMA) na het selecteren van een scansnelkoppeling voor dia's of negatieven Start na elke stap een scan om te controleren of de scanner werkt. Is dit niet het geval, dan gaat u verder met de volgende stap. 1. Controleer of de transparantenadapter is aangesloten op de scanner. 2. Mogelijk is de lamp in de transparantenadapter defect. Druk op de knop Scannen ( ) en kijk of het licht brandt.
Netwerkstatus controleren Als het u niet lukt om te scannen naar een netwerkscanner, controleert u de netwerkstatus met de HP Scanner Tools Utility. 1. Dubbelklik op het pictogram van HP Scanner Tools Utility op het bureaublad. 2. Markeer, als dat gevraagd wordt, de HP Scanjet N6350-scanner die u wilt gebruiken en klik vervolgens op OK. 3. Klik op het tabblad Netwerk. 4. Klik op de knop Status controleren.
6 Productondersteuning Haal het beste uit uw HP-product en raadpleeg de volgende opties voor ondersteuning van HP: 1. Raadpleeg de productdocumentatie die bij het product is geleverd. • Lees het gedeelte over probleemoplossing in deze handleiding door. • Raadpleeg de Help bij de scansoftware (klik op Start, wijs achtereenvolgens Programma's of Alle programma's, HP, Scanjet, N6350 en Gebruikershandleiding aan en selecteer vervolgens de gewenste tekstindeling). 2. Bezoek de online ondersteuning van HP (www.
Index A aan/uit-knop 7 Aan/uit-lampje 38 aanzetten, problemen oplossen 44 ADI afgekapte afbeeldingen 53 onderhoud 32 papier plaatsen 9 problemen met het invoeren oplossen 52 schoonmaken 32 storingen verhelpen 51 vegen, problemen oplossen 49 administreren, de scanner gebruik van de geïntegreerde webserver 26 HP Scanner Tools Utility gebruiken 23 afbeelding, onderkant afgekapt 46 afdrukstand 28 afgekapte afbeeldingen, problemen oplossen 53 Annuleren, knop 6 automatische documentinvoer (ADI) 7 B bedieningspan
knoppen bedieningspaneel van scanner 6 problemen oplossen 47 Knop Scannen problemen oplossen 47, 48 scannen vanuit 15 Knop Terug 7 kopiëren 18 Kopiëren, knop 7, 18 P L lamp, scanner 44 lampjes 38 LCD namen van scansnelkoppelingen 45 LED's 38 lege pagina's 29 lege pagina's verwijderen 29 lijnen problemen oplossen 45 M Menu Netwerk 9 N negatieven laden 14 problemen oplossen 53 scantips 15 netvoeding problemen met de kabel oplossen 39 netwerkinstellingen 23 netwerkproblemen aansluiten op een bekabeld netw
Index scansnelkoppelingen problemen oplossen 48 scheidingskussen vervangen 35 scheidingskussen vervangen 35 scheve afbeeldingen, problemen oplossen 50 schoonmaken ADI 32 glasplaat 31 TMA 32 snelheid problemen oplossen 44, 45 snelkoppelingen 28 software problemen met de installatie oplossen 39 scannen vanuit 17 verwijderen 40 software installeren problemen oplossen 39 Standaardwaarden herstellen 9 statuslampjes 38 storingen, ADI 51 storingen verhelpen, ADI 51 strepen, probleemoplossing 45 T technische onder
60