HP Z210 werkstationserie Gebruikershandleiding
Copyrightinformatie Garantie Handelsmerken Eerste editie, februari 2011 Hewlett-Packard Company shall not be liable for technical or editorial errors or omissions contained herein or for incidental or consequential damages in connection with the furnishing, performance, or use of this material.
Informatie over deze handleiding Deze handleiding bevat informatie over de installatie van en het oplossen van problemen voor de HP Z210 werkstations.
iv Informatie over deze handleiding NLWW
Inhoudsopgave 1 HP resources zoeken ........................................................................................................ 1 Productinformatie ..................................................................................................................... Productondersteuning ............................................................................................................... Productdocumentatie ................................................................................
Bestanden en instellingen overbrengen naar het Windows workstation .......................... Red Hat Enterprise Linux installeren .......................................................................................... Hardwarecompatibiliteit controleren .......................................................................... Installeren vanaf optische RHEL-media ........................................................................ 26 27 27 27 Installatie vanaf de HP driver-cd ....................
Een vaste schijf installeren in een HP Z210 SFF-werkstation .......................................... 45 Een secundaire vaste schijf of mediakaartlezer in een Z210 SFF monteren ..................... 49 10 Optische diskdrives installeren ..................................................................................... 51 Een vaste schijf installeren in een HP Z210 CMT-werkstation ....................................................... 51 Een optische drive installeren (mini-towerconfiguratie) ..........
viii NLWW
1 HP resources zoeken Dit gedeelte biedt informatie over de volgende HP informatiebronnen voor uw workstation: Onderwerpen Productinformatie op pagina 2 ● Datasheets producten ● HP Cool Tools ● Informatie over regelgeving ● Accessoires ● Systeemkaart ● Labels met serienummer en Certificate of Authenticity Productondersteuning op pagina 3 ● Aanvullende informatie ● Technische support ● HP Support Assistant ● Business Support Center ● IT Resource Center ● HP Service Center ● HP bedri
Productinformatie Tabel 1-1 Productinformatie Onderwerp Plaats Datasheets producten Zie www.hp.com/go/quickspecs. HP Cool Tools Op de meeste HP Microsoft Windows workstations is extra software voorgeladen die niet bij het eerste opstarten automatisch wordt geïnstalleerd. Daarnaast zijn op het workstation verschillende waardevolle tools voorgeïnstalleerd die de systeemprestaties verbeteren.
Productondersteuning Tabel 1-2 Productondersteuning Onderwerp Aanvullende informatie Plaats Voor informatie over online technische ondersteuning en tools raadpleegt u http://www.hp.com/go/ workstationsupport. Deze supportresources omvatten webgebaseerde tools voor probleemoplossing, technische kennisdatabases, drivers en patches om te downloaden, online gemeenschappen en proactieve meldingen.
Tabel 1-2 Productondersteuning (vervolg) Onderwerp Plaats HP hardwaresupport services Raadpleeg http://h20219.www2.hp.com/services/us/ en/always-on/hardware-support-supportinginformation.html?jumpid=reg_R1002_USEN voor informatie over het onderhouden van hardware. Garantie-informatie Voor basisinformatie over garantie raadpleegt u http://www.hp.com/support/warranty-lookuptool. Raadpleeg http://www.hp.com/go/lookuptool om een bestaand Care Pack te zoeken.
Tabel 1-3 Productdocumentatie (vervolg) Onderwerp NLWW Plaats Technisch overzicht en specificaties werkstation Het Product Bulletin bevat QuickSpecs voor HP werkstations. QuickSpecs bieden een totaaloverzicht van de specificaties van een product. U vindt er onder meer informatie over het besturingssysteem, de voeding, het geheugen, de processor en een groot aantal andere systeemkenmerken. Ga naar http://www.hp.com/go/ productbulletin/ om toegang te krijgen tot de QuickSpecs.
Productdiagnose Tabel 1-4 Productdiagnose Onderwerp Plaats Diagnoseprogramma's Het hulpprogramma HP Vision Diagnostics is te vinden op de harde schijf van het werkstation (onder C: \VisionDiagnostics) als een ISO-image dat u op cd kunt branden, of u kunt het downloaden van de HP web site. Zie voor informatie over het gebruik van dit hulpprogramma de sectie waarin HP Vision Diagnostics wordt besproken in de Maintenance and Service Guide van het werkstation.
2 Onderdelen van het werkstation in dit hoofdstuk worden de onderdelen van het werkstation beschreven. Deze bevat de volgende onderwerpen: Onderwerpen Onderdelen van het HP Z210 werkstation op pagina 7 Onderdelen van het HP Z210 SFF-werkstation op pagina 10 Onderdelen van het HP Z210 werkstation In dit gedeelte worden de onderdelen van het HP Z210 Convertible Mini Tower (CMT) werkstation beschreven, inclusief de connectoren van het voor- en achterpaneel.
Tabel 2-1 Beschrijving van de onderdelen van het HP Z210 CMTwerkstation Onde rdeel Beschrijving Ond erde el Beschrijving 1 Voeding 8 Geheugenmodule (DIMM) 2 Zijtoegangspaneel 9 PCIe-kaart 3 Systeemventilator aan achterkant 10 PCI-kaart 4 Optische schijf 11 Luidspreker 5 Koelelement processor 12 Vaste schijf 6 Processor (CPU) 13 Voorpaneel 7 Moederbord 14 Behuizing Onderdelen van het voorpaneel van het HP Z210 CMT-werkstation De volgende afbeelding toont het standaardvoorpanee
Tabel 2-2 Connectoren op het voorpaneel van het HP Z210 CMT-werkstation Onderdee l Afbeeldi ng Beschrijving Onderdee l Afbeeldi ng Beschrijving 1 Handmatig uitwerpen van optische schijf 6 Hoofdtelefoonconnector 2 Uitwerpknop optische schijf 7 Microfoonaansluiting 3 Aan/uit-knop 8 1394a-connector (optioneel en plugged, tenzij geconfigureerd) 4 Lampje van de vaste schijf 9 Lampje van de optische drive 5 3 USB 2.
Tabel 2-3 Onderdelen op het achterpaneel Onderdee l Afbeeldi ng Beschrijving Onderdee l Afbeeldi ng Beschrijving 1 Ventilator voedingseenheid 8 Audio-uitgang (groen) 2 PS/2-muisconnector (groen) 9 Microfoonaansluiting (roze) 3 Opening voor universeel klemslot 10 4 USB 2.0-poorten 4 Bevestigingspunt voor kabelslot 11 2 USB 2.
Onderdelen van de behuizing van het HP Z210 SFF-werkstation De volgende afbeelding toont de standaardonderdelen van de behuizing van het HP Z210 SFFwerkstation. De configuratie van de schijfeenheden kan variëren.
Onderdelen van het voorpaneel van het HP Z210 SFF-werkstation De volgende afbeelding toont het standaardvoorpaneel van het HP Z210 SFF-werkstation. De configuratie van de schijfeenheden kan variëren.
Onderdelen van het achterpaneel van het HP Z210 SFFwerkstation De volgende afbeelding toont het standaardachterpaneel van het HP Z210 SFF-werkstation. Afbeelding 2-6 Achterpaneel van het HP Z210 SFF-werkstation OPMERKING: Op de labels voor de aansluitingen op het achterpaneel worden industriestandaard pictogrammen en kleuren gebruikt.
3 Het workstation installeren In dit hoofdstuk wordt de installatie van het workstation beschreven. Het bevat de volgende onderwerpen: Onderwerpen Goede ventilatie waarborgen op pagina 14 Installatieprocedures op pagina 15 Converteren naar desktopconfiguratie op pagina 16 Monitoren toevoegen op pagina 18 Toegankelijkheid op pagina 24 Beveiliging op pagina 24 Productrecycling op pagina 25 Goede ventilatie waarborgen Een goede ventilatie van het systeem is belangrijk voor de werking van het werkstation.
● Zorg ervoor dat de temperatuur van de omgevingslucht rond het werkstation binnen de gespecificeerde limiet blijft. OPMERKING: De bovengrens van 35 °C is slechts geldig tot een hoogte van 1.524 m. Voor locaties die zich boven 1.524 m bevinden, moet deze waarde voor elke 304,8 m met 1°C worden verlaagd. Op 3.048 m hoogte is de maximaal toegestane temperatuur van de omgevingslucht dus 30 °C.
3. Sluit het netsnoer aan: Afbeelding 3-3 Het netsnoer aansluiten WAARSCHUWING! Doe het volgende om het risico op elektrische schokken of schade aan de apparatuur te beperken: • Sluit het netsnoer aan op een gemakkelijk bereikbaar stopcontact. • Haal de stekker uit het stopcontact (in plaats van het netsnoer uit de computer te nemen) als u de computer wilt afsluiten van netstroom. • Als het netsnoer voorzien is van een stekker met drie pinnen, moet u het aansluiten op een geaard 3-pins stopcontact.
3. Druk voorzichtig op de randen van het vulpaneel voor het optische driveslot en verwijder dit uit het voorpaneel zoals getoond in de volgende afbeelding. Afbeelding 3-4 Vulpaneel voor het optische driveslot verwijderen 4. Draai het vulpaneel 90 graden, naar een horizontale positie. 5. Lijn de sleuven in het frame van het vulpaneel uit met de tabs op het voorpaneel. Druk het vulpaneel voor de optische drive terug in het voorpaneel tot het op zijn plaats klikt, zoals getoond in de volgende afbeelding.
7. Verwijder de EMI vulpanelen en de optische drive uit de behuizing. 8. Draai de EMI vulpanelen en de optische drive 90 graden, getoond in de afbeelding hieronder, en installeer deze opnieuw (zie Een optische drive installeren (desktopconfiguratie) op pagina 53. Afbeelding 3-7 De optische drive weer installeren 9. Plaats het voorpaneel en het zijtoegangspaneel van het workstation weer terug als u klaar bent.
Gebruik deze procedure om het toevoegen van extra monitoren te plannen: 1. Breng uw behoefte aan monitoren in kaart: ● Bepaal hoeveel monitoren u nodig hebt. ● Bepaal welke grafische prestaties u nodig hebt. ● Noteer welk type videoconnector door elke monitor wordt gebruikt. HP levert videokaarten met DP-interface (DisplayPort-interface) en DVI-interface, maar via adapters en/of kaarten van derden kunt u ook gebruikmaken van andere videoformaten, zoals DVI-I, HDMI of VGA.
videokaarten. In de praktijk is het maximumaantal videokaarten bovendien veelal beperkt tot twee per computer. Raadpleeg het gedeelte Het juiste uitbreidingskaartslot vinden op pagina 39 om te controleren of het plaatsen van een nieuwe videokaart in uw computer mogelijk is. 3. Als u hebt vastgesteld dat u een nieuwe videokaart of nieuwe videokaarten moet plaatsen: a.
DISPLAYPORT DisplayPort-naarVGA-adapter DP-naar-DVI-adapter Geen adapter vereist (wordt apart verkocht) DVI DVI-naar-VGAadapter Geen adapter vereist N.v.t. VGA (LINKS)/DVI Geen adapter vereist Geen adapter vereist N.v.t. DMS-59* DMS-59 naar VGA DMS-59 naar DVI DMS-59 naar DisplayPort (wordt apart verkocht) * NLWW Dit is een grafische interface voor twee monitoren die twee VGA-, tweeDVI- of twee DisplayPort-monitoren ondersteunt. OPMERKING: aangegeven.
Vereisten voor het aansluiten van een monitor controleren Hieronder volgen enkele procedures voor het aansluiten van monitoren. (Raadpleeg Videokaarten aansluiten op monitorconnectoren op pagina 20 voor meer informatie over de verschillende videokaarten.) ● Videokaart met DisplayPort-uitgang — Als het werkstation een videokaart bevat met vier DisplayPort-uitgangsconnectoren, kunt u op elke connector een monitor aansluiten. Gebruik zo nodig geschikte adapters.
Monitoren aansluiten OPMERKING: Door HP ondersteunde videokaarten ondersteunen doorgaans minimaal twee monitoren, zoals uit dit gedeelte blijkt; sommige ondersteunde kaaarten ondersteunen meer monitoren. Raadpleeg de documentatie bij de videokaart voor meer informatie. 1. Sluit (zo nodig) de monitorkabeladapters (1) aan op het werkstation. Sluit vervolgens de juiste monitorkabels aan op de adapters (2) of rechtstreeks op de videokaart, zoals weergegeven in de volgende afbeelding.
Een configuratieprogramma van een andere fabrikant gebruiken Grafische kaarten van andere fabrikanten worden mogelijk geleverd inclusief een monitorconfiguratieprogramma. Bij installatie wordt dit programma geïntegreerd in Windows. U kunt het programma selecteren en het gebruiken om meerdere monitoren voor het workstation te configureren. Raadpleeg de documentatie bij de grafische kaart voor instructies voor het gebruik van het monitorconfiguratieprogramma.
Productrecycling HP adviseert klanten gebruikte elektronische apparatuur, originele HP printcartridges en oplaadbare batterijen te recyclen. Meer informatie over recycling van HP onderdelen en producten is beschikbaar op: http://www.hp.com/go/recycle.
4 Besturingssysteem installeren Dit hoofdstuk biedt informatie over installatie en updates van het workstationbesturingssysteem. Het bevat de volgende onderwerpen: Onderwerpen Het Microsoft besturingssysteem installeren op pagina 26 Red Hat Enterprise Linux installeren op pagina 27 Novell SLED installeren op pagina 27 Het workstation bijwerken op pagina 28 Dit hoofdstuk bevat ook informatie om te bepalen of de nieuwste BIOS, drivers en softwareupdates op het workstation zijn geïnstalleerd.
Instructies voor het gebruik van deze tools zijn te vinden in de documentatie op: http://www.microsoft.com. Red Hat Enterprise Linux installeren HP biedt de HP Installer Kit for Linux (HPIKL) aan, in aanvulling op Red Hat-boxsets, om Linux-klanten van HP te helpen hun systeemimage aan te passen. De HPIKL bevat de HP stuurprogramma-cd met de stuurprogramma’s die nodig zijn om het besturingssysteem Red Hat Enterprise Linux (RHEL) te installeren.
SLED instellen op voorgeïnstalleerde systemen U installeert de SUSE Linux Enterprise Desktop (SLED) als volgt op systemen waarop het besturingssysteem is voorgeladen: 1. Start het workstation opnieuw op. 2. Start de Installation Settings en voer wachtwoord, netwerk, grafische kaart, tijd, toetsenbordinstellingen en Novell Customer Center configuratie voor het workstation in.
● Leer de beschikbare HP informatiebronnen kennen. ● Overweeg een abonnement op Driver Alerts op: http://www.hp.com/go/subscriberschoice. Het BIOS upgraden Om optimale prestaties te waarborgen, bepaalt u de BIOS-versie op het workstation en voert u zonodig een upgrade uit. De huidige BIOS-versie bepalen U bepaalt als volgt de huidige BIOS-versie van het workstation tijdens het opstarten van het systeem: 1. Wacht totdat de aanwijzing F10=Setup rechtsonder op het scherm verschijnt. 2.
5 Het besturingssysteem herstellen In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u het Windows of Linux besturingssysteem kunt herstellen. Het bevat de volgende onderwerpen: Onderwerpen Herstelmethode op pagina 30 Backupsoftware bestellen op pagina 30 Herstellen van Windows 7 op pagina 30 Herstellen van Novell SLED op pagina 31 Herstelmethode Het Windows 7 besturingssysteem kan opnieuw worden geïnstalleerd met de HP Recovery Manager.
Het besturingssysteem herstellen OPMERKING: Windows 7 bevat ook een backup- en restore-applicatie. Meer informatie over deze applicatie is beschikbaar op de Microsoft-website. VOORZICHTIG: Voordat u het besturingssysteem terugzet, moet u een backup maken van uw data. Als u HP Recovery Manager uitvoert vanaf media, wordt tijdens de procedure alle informatie op de primaire vaste schijf verwijderd, inclusief alle partities. Om Windows 7 te herstellen, doet u het volgende: 1.
6 Installatie van onderdelen voorbereiden Om de installatie van onderdelen te vergemakkelijken kan het workstation worden voorbereid. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het workstation voorbereidt voor de installatie van onderdelen. Demontage en voorbereiding voor installatie In de volgende tabel ziet u de volgorde waarin het workstation moet worden gedemonteerd voor de installatie van onderdelen. (Uw workstationonderdelen kunnen verschillen van de hier beschreven onderdelen.
4. Z210 CMT Z210 SFF Trek de hendel omhoog (1), schuif de deksel 1,27 cm naar de achterkant van het systeem (2) en til vervolgens de deksel van het chassis (3). Trek de hendel voor het zijpaneel omhoog en verwijder het zijpaneel (2). Open de klemsluiting van de uitbreidingskaart en verwijder zonodig het afdekplaatje van het uitbreidingskaartslot, zoals getoond in de afbeelding hieronder.
5. (Alleen HP Z210 CMT) Verwijder het voorpaneel als in de volgende illustratie. Trek de ontgrendelingslipjes (1) omhoog en draai de voorste opstaande rand van het chassis af (2). 6. 34 (Alleen HP Z210 SFF) Draai de voorste schijfpositie omhoog.
7. (Alleen HP Z210 SFF) Draai de voeding omhoog. Het werkstation is nu voorbereid op de installatie van de onderdelen als beschreven in de volgende hoofdstukken.
7 Geheugen installeren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u geheugen kunt toevoegen in het workstation. Ondersteunde geheugenconfiguraties Raadpleeg de QuickSpecs op http://www.hp.com/go/productbulletin voor specifieke informatie over DIMM-compatibiliteit voor HP werkstations. OPMERKING: — Installeer alleen door HP goedgekeurde ongebufferde DDR3 DIMM's. — HP Z210 CMT en SFF werkstations ondersteunen Error Checking and Correcting (ECC) en non-ECC DIMM-geheugenmodules.
DIMM installeren U installeert een DIMM als volgt: 1. Volg de procedures die worden beschreven in Installatie van onderdelen voorbereiden op pagina 32 om het workstation voor te bereiden op de installatie van onderdelen. 2. Druk de hendels van de DIMM-sleuven voorzichtig naar buiten zoals in de afbeelding is weergegeven.
3. Lijn de DIMM-connectormarkering uit met de DIMM-sleufmarkering en duw de DIMM vervolgens stevig in de sleuf (1) zoals in de volgende afbeelding wordt weergegeven. VOORZICHTIG: DIMM's en DIMM-voeten zijn voorzien van speciale nokjes om een goede installatie te waarborgen. Om beschadiging van DIMM-voet of DIMM te voorkomen moeten deze bij het installeren van DIMM's goed worden uitgelijnd. Afbeelding 7-2 De DIMM plaatsen 38 4. Bevestig de hendels van de sleuven (2). 5.
8 PCI/PCIe-apparaten installeren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een PCI- of PCIe-kaart in het workstation installeert. Om de prestaties en functionaliteit van het systeem uit te breiden kunt u PCI/PCIe-apparaten zoals grafische kaarten of audiokaarten installeren in de uitbreidingssleuven van het workstation. Het juiste uitbreidingskaartslot vinden In de volgende tabel worden de sleuven voor uitbreidingskaarten beschreven van de HP Z210werkstationserie.
Stroombeperkingen voor grafische kaarten VOORZICHTIG: Om beschadiging te voorkomen mag het totale stroomverbruik van het werkstation (inclusief I/O-kaarten, CPU en geheugen) niet hoger zijn dan het maximumvermogen van de systeemvoeding. Houd bij het plannen, aankopen en installeren van grafische kaarten in het werkstation rekening met de volgende voedingsbeperkingen: ● Z210 CMT ◦ Maximaal toegestaan vermogen voor grafische kaart in sleuf 2 is 150W.
2. Lijn de contactpunten van de kaart uit met de sleuf en duw de kaart stevig in de sleuf zoals in de volgende afbeelding wordt weergegeven (1). Afbeelding 8-1 Een uitbreidingskaart installeren (Z210 CMT weergegeven) 3. Sluit de bevestigingsklem door deze naar beneden te draaien (2) zoals in de bovenstaande afbeelding is weergegeven. OPMERKING: Bij het Z210 SFF-werkstation sluit u de bevestigingsklem om te zorgen dat alle kaarten goed zijn bevestigd.
9 Vaste schijven installeren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een vaste schijf in het workstation installeert. Vaste schijfconfiguratie De volgende tabel bevat configuratie-informatie voor het installeren van vaste schijven Z210 CMT Z210 SFF HDD-bays zijn ontworpen voor eenvoudige installatie. Datakabels zijn vooraf aangesloten in het werkstation op basis van de geleverde fabrieksconfiguratie.
Z210 CMT Z210 SFF Configuratie van schijf en kabel Configuratie van schijf en kabel De schijfinbouwplaatsen zijn op de behuizing genummerd 4 tot en met 6. Elke schijfpositie bevat een montageslede, wat installatie en verwijderen van vaste schijven zonder gereedschap mogelijk maakt. De schijfinbouwplaatsen hebben geen labels in de behuizing.
2. Selecteer een schijfpositie om de vaste schijf te installeren en verwijder de bevestigingsslede. Afbeelding 9-1 De bevestigingsslede verwijderen 3. Monteer de vaste schijf in de bevestigingsslede als in de volgende afbeelding.
4. Druk de vaste schijf in de geselecteerde bay totdat deze vastklikt (1) zoals is weergegeven in de volgende afbeelding. Afbeelding 9-3 De vaste schijf installeren 5. Sluit de voedingskabel (2) en de gegevenskabel (3) aan op de achterzijde van de vaste schijf. VOORZICHTIG: Om te voorkomen dat de gegevenskabel klem komt te zitten als u het toegangspaneel vervangt, moet u de door HP geleverde kabel met connectoren met een rechte hoek gebruiken.
2. Kantel de schijfhouder recht omhoog. Afbeelding 9-4 Schijfhouder omhoog kantelen 3. Zet de voedingseenheid rechtop. De vaste schijf bevindt zich onder de voedingseenheid.
4. Ontkoppel de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) van de vaste schijf. Afbeelding 9-6 De voeding- en gegegevenskabels van de primaire vaste schijf verwijderen 5. Druk op de groene ontgrendeling naast de vaste schijf (1). Houd de vergrendeling ingedrukt, schuif de schijfeenheid naar voren tot deze niet meer verder kan en til de eenheid uit de schijfpositie (2).
6. Als u een nieuwe vaste schijf installeert, verplaatst u de zilverkleurige en blauwe geïsoleerde geleideschroeven van de oude vaste schijf en gebruikt u deze voor de nieuwe vaste schijf. Afbeelding 9-8 De geleideschroeven voor de vaste schijf installeren U kunt ook een 2,5 inch small form factor vaste schijf in de primaire schijfpositie monteren: a. Breng de zilver en blauwe geïsoleerde schroeven voor de bevestigingsrail over van de oude harde schijf naar een schijfhouder. b.
7. Lijn de geleideschroeven uit met de sleuven op de schijfhouder in het chassis, druk de vaste schijf omlaag in de schijfpositie en schuif deze zo ver mogelijk naar achteren tot deze vastklikt. Afbeelding 9-10 De vaste schijf installeren (schijfhouder weergegeven) 8. Kantel de schijfpositie en de voedingseenheid in de normale positie. 9. Plaats alle onderdelen die ter voorbereiding van de installatie waren verwijderd weer terug.
4. Plaats de geleideschroeven van de schijfeenheid in de J-slots van de schijfpositie. Schuif de schijfeenheid vervolgens naar voren totdat deze vastklikt. TIP: Draai het station naar een kant van de houder om de geleideschroeven met de slots uit te lijnen. Afbeelding 9-11 Een schijf in de schijfpositie monteren (mediakaartlezer weergegeven) 5. 50 Sluit de schijfkabels aan: a.
10 Optische diskdrives installeren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een optische diskdrive in het workstation installeert. Een vaste schijf installeren in een HP Z210 CMTwerkstation In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een optische vaste schijf kunt installeren in het HP Z210 CMTwerkstation, in de mini-toren en in desktopconfiguraties. Een optische drive installeren (mini-towerconfiguratie) 1.
4. Lijn de schroeven uit met de gleuven in de schijfpositie en schuif de schijf voorzichtig in de behuizing. Schuif de schijf geheel naar binnen tot hij op zijn plaats klikt. VOORZICHTIG: Controleer of de optische vaste schijf goed is bevestigd in het chassis van het werkstation door aan de schijf te trekken en te kijken of deze makkelijk loskomt. Wanneer de schijf niet goed is bevestigd, kan de schijf worden beschadigd bij het verplaatsen het werkstation.
Een optische drive installeren (desktopconfiguratie) 1. Volg de procedures die worden beschreven in Installatie van onderdelen voorbereiden op pagina 32 om het workstation voor te bereiden op de installatie van onderdelen. 2. Verwijder zonodig de EMI-vulmodule uit de inbouwplaats voor de optische drive. 3. Installeer vier zwarte metrische M3 geleideschroeven in de drive (1). Reserve M3-schroeven worden aan de zijkant van de schijfposities bewaard. Afbeelding 10-4 De optische drive installeren 4.
Een optische schijf installeren in een Z210 SFFwerkstation Om een optische schijf installeren of herplaatsen in een Z210 SFF-werkstation: 1. Volg de procedures die worden beschreven in Installatie van onderdelen voorbereiden op pagina 32 om het workstation voor te bereiden op de installatie van onderdelen. 2. Verwijder het voorpaneel. 3. Verwijder eventueel het afdekplaatje. 4. Installeer vier M3 metrische geleideschroeven in de onderste gaten aan elke kant van de schijfeenheid.
6. Kantel de schijfhouder recht omhoog. Afbeelding 10-8 Schijfhouder omhoog kantelen 7. Als de systeemconfiguratie slechts één optischeschijfeenheid bevat, sluit u de SATA-gegevenskabel aan op de witte connector op de systeemkaart met de aanduiding SATA1. Leid de gegevenskabel door de kabelgeleiders. Er zijn twee kabelgeleiders die ervoor zorgen dat de gegevenskabel niet bekneld komt te zitten tegen de schijfhouder wanneer deze omhoog of omlaag wordt verschoven.
8. Sluit de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) aan op de achterzijde van de optischeschijfeenheid. Afbeelding 10-10 Gegevenskabel en voedingskabel aansluiten 9. Kantel de schijfhouder terug in de normale stand. VOORZICHTIG: Let erop dat er geen kabels of snoeren bekneld raken wanneer u de schijfhouder omlaag kantelt. 10. Vervang het voorpaneel door eventueel verwijderde afdekplaatjes. 11. Plaats alle onderdelen die ter voorbereiding van de installatie waren verwijderd weer terug.
De HP Z-werkstations zijn hierop afgestemd; vrijwel alle configuraties met momenteel verkrijgbare HP Professional monitoren zijn compatibel. Oudere HP xw4600 en xw9400 werkstationconfiguraties hebben mogelijk geen volledig compatibele paden, afhankelijk van de geïnstalleerde videokaart en monitor; HP adviseert om te controleren of uw systeem volledig compatibel is als u commerciële content wilt afspelen. HDCP-compatibiliteit van de videokaart en monitor kan worden bepaald door de QuickSpecs op http://www.
Index A Afdekplaatje van uitbreidingsslot Verwijderen 32 B Besturingssysteem herstellen Herstelmethode 30 Besturingssysteeminstallatie Microsoft Windows 26 Red Hat Linux 27 Besturingssysteeminstallatie; Novell SLED 27 BIOS Updaten 29 Versie bepalen 29 D Drivers Installeren 26 Updaten 26, 29 G Geheugen Installatie 37 Geheugen installeren 36 Geheugenventilator Verwijderen 32 H Hardware Demonteren 32 Het besturingssysteem herstellen 30 Het workstation bijwerken Drivers updaten 29 Het BIOS updaten 29 Update na