HP DesignJet Z2600 Z5600 PostScript Printer - User's Guide

Inleiding
In dit hoofdstuk worden verschillende printerinstellingen beschreven die de printerbeheerder kan beheren zodra
de printer is opgezet en klaar voor gebruik is.
Uw op het web aangesloten printer instellen
Uw printer kan worden verbonden met het internet om gebruik te maken van de volgende webservices (zie ook
Webservices op pagina 11):
Automatische rmware-updates
HP ePrint gebruiken om af te drukken per e-mail
Om uw printer in te stellen voor Web Services, volgt u de stappen die hieronder nader worden omschreven:
1. Zorg ervoor dat uw printer juist is verbonden met het internet.
2.
Voer de Connectivity Wizard (Wizard connectiviteit) uit: Druk op het frontpanel op , dan op ,
vervolgens op
Connectiviteit > Wizard Connectiviteit
Als u de wizard Connectiviteit niet kunt vinden in het menu, update dan uw rmware en probeer het
opnieuw.
Als de wizard nieuwe rmware downloadt, is het mogelijk dat de printer opnieuw moet worden opgestart.
TIP: Het is raadzaam uw printercode en e-mailadres op te schrijven zodra de wizard die weergeeft.
3. Als u de printerbeheerder bent, kunt u zich aanmelden bij HP Connected (http://www.hpconnected.com)
om het e-mailadres van uw printer aan te passen.
Gefeliciteerd, u hebt de Web Services-conguratie voltooid. HP ePrint is klaar voor gebruik.
Zie http://www.hpconnected.com voor de meest recente informatie, ondersteuning en gebruiksvoorwaarden
voor HP Connected (beschikbaarheid verschilt per regio).
Handmatige conguratie webservices
De wizard Connectiviteit (zie Uw op het web aangesloten printer instellen op pagina 20) is normaal toereikend
voor de conguratie van Web Services, maar er zijn ook voorzieningen voor handmatige conguratie als u die wilt
gebruiken.
De internetverbinding van de printer congureren
U kunt de internetverbinding van de printer congureren vanuit de geïntegreerde webserver of het frontpanel.
OPMERKING: Als er een beheerderswachtwoord is ingesteld, moeten deze instellingen worden veranderd. De
beheerder kan, indien gewenst, dus voorkomen dat de printer wordt verbonden met internet.
Via de geïntegreerde webserver: selecteer Conguratie > Internetverbinding.
Via het frontpanel: druk achtereenvolgens op , , Verbinding > Internetverbinding.
De volgende instellingen zijn beschikbaar:
Internetverbinding inschakelen: De standaardwaarde is Ja.
Proxy > Proxy inschakelen: Een proxyserver in- of uitschakelen.
20 Hoofdstuk 3 De printer instellen NLWW