HP Color LaserJet Pro MFP M278-M281 - User Guide
De printcartridge of cartridges controleren
Volg deze stappen om elke tonercartridge te inspecteren.
1. Verwijder de tonercartridges uit de printer en controleer of de afdichttape is verwijderd.
2. Controleer of de geheugenchip is beschadigd.
3. Onderzoek het oppervlak van de groene afbeeldingsdrum.
VOORZICHTIG: Raak de afbeeldingsdrum niet aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen
problemen geven met de afdrukkwaliteit.
4. Vervang de tonercartridge als zich krassen, vingerafdrukken of andere beschadigingen op de
afbeeldingsdrum bevinden.
5. Plaats de tonercartridge terug en druk enkele pagina's af om te zien of het probleem is opgelost.
Papier en afdrukomgeving controleren
Stap een: Papier gebruiken dat voldoet aan de specicaties van HP
Sommige problemen met de afdrukkwaliteit kunnen ontstaan wanneer u papier gebruikt dat niet voldoet aan de
specicaties van HP.
● Gebruik altijd papier van een type en gewicht dat door deze printer wordt ondersteund.
● Gebruik papier van goede kwaliteit en dat vrij is van sneden, inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes,
stof, kreukels, gaten, nietjes en gekrulde of verbogen randen.
● Gebruik papier waarop nog nooit is afgedrukt.
● Gebruik papier dat geen metallisch materiaal bevat, zoals glitter.
● Gebruik papier dat is ontworpen voor laserprinters. Gebruik geen papier dat alleen is geschikt is voor
inkjetprinters.
● Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak. Gladder papier zorgt over het algemeen voor een beter
afdrukresultaat.
Stap twee: De omgeving controleren
De omgeving kan de afdrukkwaliteit direct beïnvloeden en is een algemene oorzaak van problemen met
afdrukkwaliteit of papiertoevoer. Probeer het volgende:
● Plaats de printer niet op een tochtige locatie, zoals in de buurt van ramen of deuren, of bij het
ventilatierooster van de airconditioning.
● Zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan temperaturen of vochtigheid die buiten de
productspecicaties vallen.
● Zet de printer niet in een afgesloten ruimte, zoals een kast.
● Plaats de printer op een stevig, vlak oppervlak.
NLWW De afdrukkwaliteit verbeteren 125