Operation Manual
Tips voor het werken met cartridges
Gebruik de volgende tips om met cartridges te werken:
● Schakel de printer altijd uit met behulp van de aan-uitknop om de cartridges te beschermen tegen
uitdrogen.
● Open de inktcartridges niet, en verwijder de beschermkap niet tot u de inktcartridge kunt installeren.
Door de tape op de inktcartridge te houden voorkomt u dat de inkt verdampt.
● Plaats de cartridges in de juiste sleuven. Controleer of de kleur van de cartridge overeenkomt met de
kleur van de cartridgevergrendeling. Zorg ervoor dat beide cartridges op hun plaats klikken.
● Lijn de inktcartridges uit voor een optimale afdrukkwaliteit. Zie Problemen met afdrukken voor meer
informatie.
● Als het scherm Geschatte cartridgeniveaus in de app HP Smart of het scherm Geschatte niveaus in de
printersoftware aangeeft dat een of beide cartridges bijna leeg zijn, overweegt u dan om vervangende
cartridges aan te schaen om afdrukvertragingen te voorkomen. U hoeft de inktcartridges niet te
vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt. Zie Cartridges vervangen voor meer
informatie.
● Als u een cartridge verwijdert, moet u deze zo snel mogelijk vervangen. Als een cartridge onbeschermd
zich buiten de printer bevindt, kunnen de sproeiers uitdrogen en verstopt raken.
58 Hoofdstuk 6 Beheer cartridges NLWW










