Computerinstellingen Handleiding
© Copyright 2009 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende eigenaar en wordt door Hewlett-Packard Company onder licentie gebruikt. Windows is een in de Verenigde Staten gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten en diensten staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten en diensten.
Inhoudsopgave 1 Computer Setup (Computerinstellingen) starten 2 Computer Setup (Computerinstellingen) gebruiken Navigeren en selecteren in Computer Setup (Computerinstellingen) .................................................. 3 Fabrieksinstellingen in Computer Setup (Computerinstellingen) herstellen ......................................... 4 3 Menu's van Computer Setup (Computerinstellingen) Menu File (Bestand) .............................................................................................
iv
1 Computer Setup (Computerinstellingen) starten Computer Setup is een vooraf geïnstalleerd programma in het ROM-geheugen, dat zelfs kan worden gebruikt wanneer het besturingssysteem niet werkt of niet kan worden geladen. OPMERKING: Mogelijk worden niet alle in deze handleiding genoemde menuopties voor Computer Setup door uw computer ondersteund.
2 2 Computer Setup (Computerinstellingen) gebruiken Hoofdstuk 2 Computer Setup (Computerinstellingen) gebruiken
Navigeren en selecteren in Computer Setup (Computerinstellingen) De informatie en instellingen in Computer Setup zijn beschikbaar via de menu’s File (Bestand), Security (Beveiliging), Diagnostics (Diagnose) en System Configuration (Geavanceerd). Ga als volgt te werk om te navigeren in Computer Setup en items te selecteren: 1.
Fabrieksinstellingen in Computer Setup (Computerinstellingen) herstellen Ga als volgt te werk om alle instellingen in Computer Setup terug te zetten op de fabriekswaarden: 1. Schakel de computer in of start deze opnieuw op en druk op esc wanneer de melding ‘Press the ESC key for Startup Menu’ (Druk op esc om het opstartmenu te openen) onder in het scherm wordt weergegeven. 2. Druk op f10 om BIOS Setup (BIOS-instellingen) te openen. 3.
3 Menu's van Computer Setup (Computerinstellingen) De menutabellen in dit onderdeel geven een overzicht van de opties in Computer Setup. OPMERKING: Mogelijk worden niet alle menuopties voor Computer Setup die in dit hoofdstuk worden genoemd door uw computer ondersteund.
Menu File (Bestand) 6 Optie Actie System Information (Systeeminformatie) ● Hiermee kunt u identificatie-informatie weergeven over de computer en de accu's in het systeem. ● Hiermee kunt u informatie weergeven over de specificaties van de processor, de grootte van de cache en het geheugen, het systeem-ROM, de revisie van de videokaart en de versie van de toetsenbordcontroller.
Menu Security (Beveiliging) OPMERKING: Mogelijk worden niet alle in dit gedeelte genoemde menuopties door uw computer ondersteund. Optie Actie Setup BIOS Administrator Password (BIOSbeheerderswachtwoord instellen) Hiermee kunt u een BIOS-beheerderswachtwoord instellen. User Management (Gebruikersbeheer, BIOS-wachtwoord vereist) ● Hiermee kunt u een nieuwe gebruikersaccount voor het BIOS aanmaken. ● Hiermee kunt u een lijst met gebruikers van ProtectTools weergeven.
Menu Diagnostics (Diagnose) 8 Optie Actie Menu System Diagnostics (Systeemdiagnose) ● System Information (Systeeminformatie): hiermee geeft u de volgende informatie weer: ◦ Identificatie-informatie over de computer en de accu’s in het systeem. ◦ Specificatie-informatie voor de processor, cache en geheugengrootte, systeem-ROM, videorevisie en toetsenbordcontrollerversie. ● Start-up Test (Opstarttest): hiermee controleert u de systeemonderdelen die nodig zijn voor het opstarten van de computer.
Menu System Configuration (Geavanceerd) OPMERKING: Sommige opties in System Configuration (Geavanceerd) worden mogelijk niet ondersteund door uw computer. Optie Actie Language (Taal) Hiermee kunt u de taal van Computer Setup wijzigen. Boot Options (Opstartopties) ● Hiermee kunt u de wachttijd (in seconden) voor de weergave van het opstartmenu instellen. ● Hiermee kunt u de weergave van een aangepast logo inof uitschakelen (standaard uitgeschakeld).
Optie Actie ● SATA apparaatmodus (Serial Advanced Technology Attachment). De volgende opties zijn beschikbaar: ◦ AHCI (Advanced Host Controller Interface) ◦ IDE (Integrated Drive Electronics) ◦ RAID (alleen bepaalde modellen) OPMERKING: De beschikbaarheid van de bovenstaande opties verschilt per model computer. Built-In Device Options (Opties voor geïntegreerde apparaten) 10 ● Hiermee kunt u HP QuickLook 2 in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld).
Optie Port Options (Poortopties, alle zijn standaard ingeschakeld) Actie ● Hiermee kunt u een modemapparaat in- of uitschakelen (alleen bepaalde modellen, standaard ingeschakeld). ● Hiermee kunt u de microfoon in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld). OPMERKING: Alle poortopties zijn standaard ingeschakeld. ● Hiermee kunt u de Flash-medialezer in- of uitschakelen. ● Hiermee kunt u de USB-poort in- of uitschakelen.
Index A Apparaatconfiguraties 9 B Beveiligingsniveau instellen 11 BIOS-beheerderswachtwoord 7 C Computer Setup gebruiken 2 menu Diagnostics (Diagnose) 8 menu File (Bestand) 6 menu Security (Beveiliging) 7 menu System Configuration (Geavanceerd) 9 navigeren en selecteren 3 Computer Setup (Computerinstellingen) herstellen, fabrieksinstellingen 4 openen 1 D Diagnostics (Diagnose), menu 8 Disk Sanitizer 7 DriveLock, automatisch 7 DriveLock-wachtwoord 7 Dual Core-processor 10 F File (Bestand), menu 6 G Geïnte
wachtwoordbeleid 7 wachtwoord wijzigen 7 Standaardbeveiligingsinstellingen herstellen 11 Systeemdatum en -tijd 6 Systeemidentificatie 7 Systeeminformatie 6 Systeemventilator 9 System Configuration (Geavanceerd), menu 9 System Diagnostics (Systeemdiagnose), menu 8 T Taal, wijzigen in Computer Setup (Computerinstellingen) 9 U UEFI-modus (Unified Extensible Firmware Interface) 10 Uitvoeren uitschakelen 9 USB, ondersteuning voor oudere systemen 1, 9 V Vasteschijftest 8 Virtualisatietechnologie 10 W Wachtwoorden