Mini User Manual - Windows XP
9 Cursorbesturing en toetsenbord
Voorkeuren voor cursorbesturingsapparaten instellen
Gebruik Eigenschappen voor Muis in Windows® om instellingen voor cursorbesturingsapparaten te
wijzigen, zoals de configuratie van de knoppen, de kliksnelheid en de opties voor de aanwijzer.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Printers en andere hardware > Muis om Eigenschappen
voor muis te openen.
Cursorbesturing gebruiken
Touchpad gebruiken
Als u de aanwijzer wilt verplaatsen, schuift u uw vinger over het oppervlak van het touchpad in de richting
waarin u de aanwijzer wilt bewegen. Gebruik de knoppen van het touchpad zoals u de knoppen op een
externe muis zou gebruiken. Als u omhoog en omlaag wilt schuiven met de verticale schuifzone van het
touchpad, schuift u met uw vinger omhoog en omlaag over de lijnen.
OPMERKING: Raadpleeg het gedeelte "Touchpad" eerder in deze handleiding voor informatie over
het herkennen van de onderdelen van het touchpad.
Touchpadbewegingen gebruiken
Het touchpad ondersteunt een aantal touchpadbewegingen. Om de touchpadbewegingen te activeren,
plaatst u twee vingers op het touchpad, zoals beschreven in de volgende gedeeltes.
De in dit gedeelte beschreven touchpadbewegingen zijn in de fabriek ingeschakeld. U schakelt deze
bewegingen als volgt in of uit:
1. Dubbelklik op het pictogram Synaptics in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk en
klik op het tabblad Apparaatinstellingen.
2. Selecteer het apparaat en klik op Instellingen.
3. Schakel het selectievakje in of uit om de touchpadbeweging in of uit te schakelen.
4. Klik op Toepassen en daarna op OK.
OPMERKING: De computer ondersteunt ook andere touchpadbewegingen, die standaard zijn
uitgeschakeld. Om deze voorzieningen weer te geven en in te schakelen, dubbelklikt u op het pictogram
Synaptics in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk en daarna op het tabblad
Apparaatinstellingen tab. Selecteer het apparaat en klik op Settings.
62 Hoofdstuk 9 Cursorbesturing en toetsenbord