Notebook Computer User's Guide - Windows Vista

OPMERKING: Als de apparaten voor draadloze communicatie zijn uitgeschakeld in Computer
Setup (Computerinstellingen), kunt u ze niet besturen met de sleutel voor draadloze communicatie
totdat u ze weer inschakelt.
Wireless Assistant-software gebruiken (alleen bepaalde modellen)
Een apparaat voor draadloze communicatie kan worden in- of uitgeschakeld via Wireless Assistant.
Wanneer een apparaat voor draadloze communicatie is gedeactiveerd in Computer Setup, moet het
eerst opnieuw worden geactiveerd in Computer Setup voordat het kan worden in- of uitgeschakeld
via Wireless Assistant.
OPMERKING: Als u een draadloos apparaat activeert of inschakelt betekent dit niet dat de
computer automatisch verbinding maakt met een netwerk of Bluetooth-apparaat.
Om de status van de apparaten voor draadloze communicatie te bekijken, plaatst u de muisaanwijzer
op het pictogram voor draadloze communicatie in het systeemvak.
Als het pictogram voor draadloze communicatie niet wordt weergegeven in het systeemvak, wijzigt u
als volgt de eigenschappen voor Wireless Assistant:
1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Draagbare computer > Windows
Mobiliteitscentrum.
2. Klik op het pictogram voor draadloze communicatie in het deelvenster Wireless Assistant, in de
onderste rij van Windows Mobiliteitscentrum.
3. Klik op Eigenschappen.
4. Schakel de optie HP Wireless Assistant icon in notification area (Pictogram voor HP
Wireless Assistant in systeemvak) in.
5. Klik op Apply (Toepassen).
Raadpleeg de online Help van de Wireless Assistant-software voor meer informatie.
1. Open Wireless Assistant door te klikken op het pictogram voor draadloze communicatie in
Windows Mobiliteitscentrum.
2. Klik op de knop Help.
Voorzieningen van het besturingssysteem gebruiken
Ook sommige besturingssystemen bieden de mogelijkheid om de geïntegreerde apparaten voor
draadloze communicatie en de draadloze verbinding te beheren. Windows kent bijvoorbeeld de
voorziening Netwerken en delen, waarmee u de volgende taken kunt uitvoeren: een verbinding of
een netwerk instellen, verbinding maken met een netwerk, draadloze netwerken beheren, een
diagnose stellen van verbindingen en verbindingen herstellen.
U opent het Netwerkcentrum door te klikken op Start > Configuratiescherm > Netwerk en
internet > Netwerkcentrum.
Raadpleeg Help en ondersteuning in Windows voor meer informatie. Klik op Start > Help en
ondersteuning.
18 Hoofdstuk 2 Netwerken