HP ProBook Notebook Computer User's Guide - Linux

4 Energiebeheer
Opties voor energiebeheer instellen
Energiebesparende standen gebruiken
Standaard zijn twee energiebesparende voorzieningen ingeschakeld: de slaapstandvoorziening en de
hibernationvoorziening.
Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, knipperen de aan/uit-lampjes en wordt het scherm
leeggemaakt. Uw werk wordt opgeslagen in het geheugen. Het beëindigen van de slaapstand gaat
sneller dan het beëindigen van de hibernationstand. Als de slaapstand gedurende lange tijd geactiveerd
is of als de acculading een kritiek laag niveau bereikt terwijl de slaapstand is geactiveerd, wordt de
hibernationstand geactiveerd.
Als de hibernationstand is geactiveerd, wordt uw werk opgeslagen in een hibernationstandbestand op
de vaste schijf en wordt de computer uitgeschakeld.
VOORZICHTIG: Activeer de slaapstand of de hibernationstand niet terwijl er wordt gelezen van of
geschreven naar een schijf of een externe-mediakaart. Zo voorkomt u mogelijke verslechtering van de
audio- of videokwaliteit, verlies van audio- of video-afspeelfunctionaliteit of verlies van gegevens.
OPMERKING: Wanneer de computer in de slaapstand of de hibernationstand staat, is het niet
mogelijk om netwerkverbindingen te maken of de computer te gebruiken.
Slaapstand activeren of beëindigen
Standaard is het systeem zo ingesteld dat de slaapstand wordt geactiveerd als de computer 15 minuten
inactief is geweest en op accuvoeding werkt, of als de computer 30 minuten inactief is geweest en op
een externe voedingsbron werkt.
U kunt de instellingen voor energiebeheer en de wachttijden wijzigen in het onderdeel Power
Management (Energiebeheer) van het Control Center (Beheercentrum).
Als de computer is ingeschakeld, kunt u op elk van de volgende manieren de slaapstand activeren:
Klik achtereenvolgens op Computer, Shutdown (Afsluiten) en Suspend (Slaapstand).
Als u de slaapstand wilt beëindigen, drukt u kort op de aan/uit-knop.
Als de slaapstand wordt beëindigd, gaat het aan/uit-lampje branden en verschijnt uw werk op het
punt waar u was gestopt met werken.
Hibernationstand activeren of beëindigen
U kunt de instellingen voor energiebeheer en de wachttijden wijzigen in het onderdeel Power
Management (Energiebeheer) van het Control Center (Beheercentrum).
Opties voor energiebeheer instellen 35