HP Color LaserJet Managed MFP E77800 Series, HP LaserJet Managed MFP E72500 Series - Gebruikershandleiding

Table Of Contents
Opgeslagen taken verwijderen
Documenten die u op de printer hebt opgeslagen, kunt u verwijderen wanneer u ze niet meer nodig hebt. U kunt
ook het maximum aantal taken aanpassen dat voor de printer wordt opgeslagen.
Een taak verwijderen die op de printer is opgeslagen
De limiet voor het opslaan van taken wijzigen
Een taak verwijderen die op de printer is opgeslagen
Gebruik het bedieningspaneel om een taak te verwijderen die is opgeslagen in het printergeheugen.
1. Navigeer vanaf het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Afdrukken en
selecteer vervolgens het pictogram Afdrukken.
2. Selecteer Afdrukken vanuit taakopslag.
3. Selecteer eerst Kiezen en vervolgens de naam van de map waar de opdracht is opgeslagen.
4. Selecteer de naam van de taak. Als de taak privé of beveiligd is, geeft u de pincode of het wachtwoord op.
5.
Selecteer de knop Prullenbak om de taak te verwijderen.
De limiet voor het opslaan van taken wijzigen
Wanneer een nieuwe taak in het printergeheugen wordt opgeslagen, overschrijft de printer alle voorgaande
taken met dezelfde gebruiker- en taaknaam. Als een taak nog niet is opgeslagen onder dezelfde gebruikers- en
taaknaam en als de printer extra ruimte nodig heeft, kunnen andere opgeslagen taken automatisch worden
verwijderd, te beginnen met de oudste taak.
Als u het aantal taken dat kan worden opgeslagen in de printer wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk:
1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2. Open de volgende menu's:
Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
Opgeslagen taken beheren
Limiet voor opslaan van tijdelijke taken
3. Gebruik het toetsenblok om het aantal taken in te voeren dat wordt opgeslagen in de printer.
4. Selecteer OK of Gereed om de instelling op te slaan.
Informatie die naar de printer is verzonden voor de boekhouding
Afdruktaken die worden verzonden vanaf stuurprogramma's op de client (bijv. pc) kunnen persoonlijke informatie
verzenden naar apparaten voor afdrukken en beeldverwerking van HP. Dit kan onder andere de gebruikersnaam
zijn en de naam van de client waar de taak vandaan komt. Deze informatie kan, afhankelijk van de instellingen
die de beheerder van het afdrukapparaat heeft bepaald, worden gebruikt voor de boekhouding. Deze informatie
kan ook met de taak worden opgeslagen op het apparaat voor massaopslag (bijv. schijfstation) van het
afdrukapparaat als u de taakopslagfunctie gebruikt.
72 Hoofdstuk 4 Afdrukken NLWW