Notebook PC User Manual - Windows 7
Beheerderswachtwoord beheren
U kunt dit wachtwoord als volgt instellen, wijzigen of verwijderen:
1. Open Setup Utility door de computer in te schakelen of opnieuw op te starten. Terwijl het bericht
"Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op de ESC-toets voor menu Opstarten) linksonder op
het scherm wordt weergegeven, drukt u op f10.
– of –
Open Setup Utility door de computer in te schakelen of opnieuw op te starten. Terwijl het bericht
"Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op de ESC-toets voor menu Opstarten) linksonder op
het scherm wordt weergegeven, drukt u op esc. Wanneer het menu Startup (Opstarten) verschijnt,
drukt u op f10.
2. Selecteer met de pijltoetsen Security (Beveiliging) > Set Administrator Password
(Beheerderswachtwoord instellen) en druk op enter.
●
Beheerderswachtwoord instellen: geef het wachtwoord op in het veld Enter New Password
(Nieuw wachtwoord invoeren) en in het veld Confirm New Password (Nieuw wachtwoord
bevestigen). Druk daarna op enter.
●
Beheerderswachtwoord wijzigen: geef het huidige wachtwoord op in het veld Enter Current
Password (Huidig wachtwoord invoeren) en geef een nieuw wachtwoord op in de velden
Enter New Password (Nieuw wachtwoord invoeren) en Confirm New Password (Nieuw
wachtwoord bevestigen). Druk daarna op enter.
●
Beheerderswachtwoord verwijderen: geef het huidige wachtwoord op in het veld Enter
Password (Wachtwoord opgeven) en druk vier keer op enter.
3. Als u uw voorkeuren wilt opslaan en Setup Utility wilt afsluiten, selecteert u met de pijltoetsen Exit
(Afsluiten) > Exit Saving Changes (Afsluiten en wijzigingen opslaan).
De voorkeursinstellingen zijn van kracht zodra de computer opnieuw is opgestart.
Beheerderswachwoord invoeren
Geef achter de prompt Enter Password (Wachtwoord opgeven) het wachtwoord op en druk op
enter. Na drie mislukte pogingen om het beheerderswachtwoord op te geven, moet u de computer
opnieuw opstarten en het opnieuw proberen.
Opstartwachtwoord
Met een opstartwachtwoord voorkomt u dat de computer kan worden gebruikt door onbevoegden. Als
dit wachtwoord eenmaal is ingesteld, moet u het wachtwoord opgeven wanneer u de computer
inschakelt of opnieuw opstart of wanneer u de hibernationstand beëindigt. Een opstartwachtwoord wordt
niet weergegeven als het wordt ingesteld, gewijzigd of verwijderd.
100 Hoofdstuk 9 Beveiliging










