Aan de slag Mini
© Copyright 2010 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende houder en wordt door Hewlett-Packard Company onder licentie gebruikt. Microsoft en Windows zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Het SD-logo is een handelsmerk van de desbetreffende houder. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Kennisgeving aangaande de veiligheid WAARSCHUWING! Werk niet met de computer op uw schoot en blokkeer de ventilatieopeningen van de computer niet, om de kans op letsel door hitte of oververhitting van de computer te beperken. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg dat de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een optionele printer naast de computer) of een voorwerp van zacht materiaal (zoals een kussen, een kleed of kleding).
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Inhoudsopgave 1 Welkom Informatie zoeken ................................................................................................................................. 2 2 Vertrouwd raken met de computer Bovenkant ............................................................................................................................................ 4 Touchpad ............................................................................................................................. 4 Lampjes ......
Touchpad gebruiken .......................................................................................................... 25 Navigeren .......................................................................................................... 25 Selecteren ......................................................................................................... 26 6 Onderhoud Accu plaatsen of verwijderen ......................................................................................................
1 Welkom Nadat u de computer gebruiksklaar heeft gemaakt en heeft geregistreerd, zijn de volgende stappen belangrijk: ● Configureer HP QuickWeb: voor onmiddellijke toegang tot uw muziek, digitale foto's en internet zonder dat het hoofdbesturingssysteem wordt gestart. Raadpleeg HP QuickWeb (alleen bepaalde modellen) op pagina 12 voor meer informatie. ● Maak verbinding met internet: installeer uw bekabelde of draadloze netwerk, zodat u verbinding kunt maken met internet.
Informatie zoeken De computer bevat verschillende hulpmiddelen voor de uitvoering van uiteenlopende taken. Hulpmiddelen Informatie over Poster Snel aan de slag ● De computer gebruiksklaar maken ● Onderdelen van de computer herkennen Naslaggids voor HP notebookcomputer ● Voorzieningen voor energiebeheer Om toegang te krijgen tot deze gids, selecteert u Start > Help en ondersteuning > Gebruikershandleidingen.
Hulpmiddelen Informatie over Selecteer Start > Help en ondersteuning > HP Garantie. – of – Ga naar http://www.hp.com/go/orderdocuments. *De uitdrukkelijk verstrekte HP beperkte garantie die van toepassing is op uw product, is te vinden in het startmenu van de computer en/of op de meegeleverde cd/dvd in de doos. Voor sommige landen of regio's wordt een gedrukte versie van de HP beperkte garantie meegeleverd in de doos.
2 Vertrouwd raken met de computer Bovenkant Touchpad Onderdeel 4 Beschrijving (1) Touchpadzone Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. (2) Linkerknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. (3) Rechterknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis.
Lampjes Onderdeel (1) (2) (3) Beschrijving Caps Lock-lampje Lampje Volume uit Lampje voor draadloze communicatie ● Wit: Caps Lock is ingeschakeld. ● Uit: Caps Lock is uitgeschakeld. ● Oranje: het geluid van de computer is uitgeschakeld. ● Uit: het geluid van de computer is ingeschakeld.
Toetsen Onderdeel 6 Beschrijving (1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven. (2) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met een pijltoets of de esc-toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren. (3) Windows-logotoets Hiermee geeft u het menu Start van Windows weer. (4) Windows-applicatietoets Hiermee opent u een snelmenu voor items waarbij de aanwijzer staat. (5) Pijltoetsen Hiermee schuift u de pagina omhoog of omlaag.
Voorkant Onderdeel Beschrijving (1) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen. Ventilatieopeningen (2) OPMERKING: De ventilator van de computer start automatisch om interne onderdelen te koelen en oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne ventilator automatisch aan- en uitgaat terwijl u met de computer werkt. (2) Luidspreker Hiermee wordt het geluid van de computer weergegeven.
Rechterkant Onderdeel (1) (2) (3) Beschrijving Digitalemediaslot Aan/uit-lampje Aan/uit-schakelaar Ondersteunt de volgende types digitale kaarten: ● MultiMediaCard (MMC) ● Secure Digital-geheugenkaart (SD) ● Secure Digital Extended Capacity-geheugenkaart (SDxC) ● Secure Digital High Capacity-geheugenkaart (SDHC) ● Wit: de computer staat aan. ● Knipperend wit: de computer staat in de slaapstand. ● Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de sluimerstand.
Linkerkant Onderdeel Beschrijving (1) Netvoedingsconnector Hierop sluit u een netvoedingsadapter aan. (2) Lampje van de netvoedingsadapter ● Wit: de computer is aangesloten op een externe voedingsbron en de accu is volledig opgeladen. ● Oranje: de computer is aangesloten op een externe voedingsbron en de accu wordt opgeladen. ● Uit: de computer is niet aangesloten op een externe voedingsbron. (3) Externemonitorpoort Hierop kunt u een optionele VGA-monitor of projector aansluiten.
Beeldscherm Onderdeel Beschrijving (1) WWAN-antennes* (2) (alleen bepaalde modellen) Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze WAN's (WWAN's, wireless wide area networks). (2) WLAN-antennes (2)* Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze LAN's (WLAN's, wireless local area networks). (3) Webcamlampje Aan: de webcam is in gebruik.
Onderkant Onderdeel Beschrijving (1) Accu-ontgrendelingen (2) Hiermee ontgrendelt u de accu uit de accuruimte. (2) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu.
3 HP QuickWeb (alleen bepaalde modellen) De eerste keer dat u de computer inschakelt nadat u de Windows-installatie heeft voltooid, verschijnt het installatiescherm van QuickWeb. HP QuickWeb is een optionele, onmiddellijk toegankelijke omgeving die losstaat van het hoofdbesturingssysteem.
HP QuickWeb starten 1. Zet de computer aan. Het scherm Start van HP QuickWeb verschijnt. 2. Klik op een pictogram op het scherm Start van QuickWeb om een applicatie te starten. OPMERKING: wanneer het scherm Startpagina van HP QuickWeb voor het eerst verschijnt, wordt boven het pictogram Windows starten een automatische timer weergegeven. Als u niet binnen 15 seconden de muis beweegt of op een toets drukt, wordt Microsoft Windows gestart.
LaunchBar van QuickWeb herkennen De LaunchBar van QuickWeb bevat pictogrammen voor de bediening van QuickWeb (1), LaunchBarpictogrammen (2) en meldingspictogrammen (3). Bedieningspictogrammen van QuickWeb herkennen Pictogram Functie Hiermee start u het besturingssysteem Windows. Hiermee schakelt u de computer uit. Hiermee gaat u terug naar het scherm Start van QuickWeb. LaunchBar-pictogrammen van QuickWeb herkennen Pictogram Functie Hiermee opent u de webbrowser.
Pictogram Functie Hiermee start u Muziekspeler, waarmee u uw muziekcollectie snel kunt doorzoeken en beheren op basis van artiest, album, muziekstuk, genre of afspeellijst. De ondersteunde muziekindelingen omvatten .mp3-bestanden. Hiermee start u Fotoviewer. Hiermee kunt u uw favoriete foto's en albums bekijken en uw fotocollectie beheren. Ondersteunt de bestandstypes .bmp, .gif, .jpg en .png.
Pictogram Functie De status van de lading wordt aangegeven door de kleur van het accupictogram: ● Groen: opgeladen ● Geel: laag ● Rood: kritiek laag Hiermee opent u de helpfunctie van de QuickWeb-software.
Netwerk configureren Met HP QuickWeb Configuration Tool kunt u een draadloze verbinding instellen in QuickWeb. U opent dit hulpprogramma als volgt: 1. Klik op het pictogram Instellingen in het systeemvak. 2. Selecteer Netwerk en schakel daarna het selectievakje WiFi inschakelen in. Raadpleeg de helpfunctie van de software voor meer informatie over het het instellen van een draadloze verbinding met QuickWeb. Microsoft Windows starten 1. Zet de computer aan. Het scherm Start van HP QuickWeb verschijnt.
4 Netwerk OPMERKING: de voorzieningen van internethardware en -software variëren, afhankelijk van het computermodel en uw locatie. De computer ondersteunt twee types internettoegang: 18 ● Draadloos: voor mobiele toegang tot internet gebruikt u een draadloze verbinding. Raadpleeg Verbinding maken met een bestaand WLAN op pagina 20 of Nieuw WLAN instellen op pagina 21. ● Bekabeld: u krijgt toegang tot internet door verbinding te maken met een bekabeld netwerk.
Gebruikmaken van een internetprovider Om toegang te krijgen tot internet, moet u een account bij een internetprovider openen. Neem contact op met een lokale internetprovider voor een internetservice en een modem. De internetprovider helpt u bij het instellen van het modem, het installeren van een netwerkkabel waarmee u de computer met draadloze voorzieningen aansluit op het modem, en het testen van de internetservice.
Voor meer informatie over draadloze technologie en verbinding maken met een draadloos netwerk raadpleegt u de Naslaggids voor HP notebookcomputer en informatie en koppelingen naar relevante websites in Help en ondersteuning. Verbinding maken met een bestaand WLAN 20 1. Zet de computer aan. 2. Controleer of het WLAN-apparaat is ingeschakeld. 3. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. 4. Selecteer een netwerk waarmee u verbinding wilt maken. 5.
Nieuw WLAN instellen Vereiste apparatuur: ● een breedbandmodem (DSL- of kabelmodem) (1) en een internetservice met hoge snelheid via een abonnement bij een internetprovider; ● een (afzonderlijk aan te schaffen) draadloze router (2); ● de nieuwe computer met voorzieningen voor draadloze communicatie (3). OPMERKING: sommige modems hebben een ingebouwde draadloze router. Vraag bij uw internetprovider na wat voor type modem u heeft.
Draadloze router configureren Als u hulp nodig heeft bij het installeren van een draadloos netwerk, raadpleegt u de informatie die de routerfabrikant of uw internetprovider heeft verstrekt. Het besturingssysteem Windows biedt ook hulpprogramma's om u te helpen bij het installeren van een draadloos netwerk.
5 Toetsenbord en aanwijsapparaten Toetsenbord gebruiken Actietoetsen gebruiken Actietoetsen zijn speciale acties die zijn toegewezen aan bepaalde toetsen bovenaan het toetsenbord. De pictogrammen op de toetsen f1 tot en met f12 geven de functies van de actietoetsen weer. Om een actietoets te gebruiken, houdt u de toets ingedrukt om de toegewezen functie te activeren. OPMERKING: de actietoetsvoorziening is in de fabriek ingeschakeld. U kunt deze voorziening uitschakelen in Setup Utility.
Pictogram Toets Beschrijving f5 Hiermee speelt u het vorige muziekstuk van een audio-cd of het vorige gedeelte van een dvd of bd af. f6 Hiermee kunt u een muziekstuk van een audio-cd of een gedeelte van een dvd of bd afspelen, het afspelen onderbreken of het afspelen hervatten. f7 Hiermee stopt u het afspelen. f8 Hiermee speelt u het volgende muziekstuk van een audio-cd of het volgende gedeelte van een dvd of bd af.
Aanwijsapparaten gebruiken OPMERKING: naast de bij de computer horende aanwijsapparaten kunt u een (afzonderlijk aan te schaffen) externe USB-muis gebruiken door deze aan te sluiten op een van de USB-poorten van de computer. Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen Via de eigenschappen voor de muis in Windows® kunt u de instellingen voor aanwijsapparaten aanpassen aan uw wensen. U kunt bijvoorbeeld de knopconfiguratie, kliksnelheid en opties voor de aanwijzer instellen.
Selecteren Gebruik de linker- en rechterknop van het touchpad zoals u de betreffende knoppen op een externe muis zou gebruiken.
6 Onderhoud Accu plaatsen of verwijderen OPMERKING: raadpleeg de Naslaggids voor HP notebookcomputer voor aanvullende informatie over het gebruik van de accu. U plaatst de accu als volgt: ▲ Plaats de accu (1) in de accuruimte totdat de accu op zijn plaats zit. De accu-ontgrendelingen (2) vergrendelen de accu automatisch. U verwijdert de accu als volgt: VOORZICHTIG: bij het verwijderen van een accu die de enige beschikbare voedingsbron voor de computer vormt, kunnen er gegevens verloren gaan.
2. 28 Verwijder de accu uit de computer (2).
Vaste schijf vervangen of upgraden VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u de vaste schijf uit de vasteschijfruimte verwijdert. Verwijder de vaste schijf niet wanneer de computer aan staat of in de slaapstand of de sluimerstand staat. Als u niet zeker weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door kort op de aan/uit-knop te drukken.
9. Til de vaste schijf (3) uit de vasteschijfruimte. Vaste schijf plaatsen 1. Plaats de vaste schijf in de vasteschijfruimte (1). 2. Trek het lipje van de vaste schijf (2) naar links tot de vaste schijf vastklikt. 3. Breng de vier schroeven van de vaste schijf (3) weer aan. 4. Plaats het sierpaneel als volgt terug: a.
b. Druk het sierpaneel (2) voorzichtig naar beneden, waarbij u op de linker- en rechterrand van het paneel drukt, totdat het vastklikt. 5. Plaats de accu terug. 6. Zet de computer weer rechtop en sluit vervolgens de externe voedingsbron en de externe apparaten weer aan. 7. Zet de computer aan. Geheugenmodules toevoegen of vervangen De computer heeft één geheugenmodulecompartiment, dat zich aan de onderkant van de computer bevindt, onder het verwijderbare sierpaneel.
OPMERKING: raadpleeg het gedeelte Accu plaatsen of verwijderen op pagina 27 voor meer informatie. 6. Verwijder het sierpaneel als volgt: a. Verschuif de binnenste accu-ontgrendeling (1) om het sierpaneel los te maken. b. Neem het sierpaneel weg (2). 7. Draai de twee schroeven van de geheugenmodulehouder los (1). 8. Verwijder de geheugenmodulehouder (2). 9. Verwijder de huidige geheugenmodule als u de module wilt vervangen: a. Trek de borgklemmetjes (1) aan beide zijden van de geheugenmodule weg.
b. Pak de geheugenmodule aan de rand vast (2) en trek de geheugenmodule voorzichtig uit het geheugenmoduleslot. VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen. Raak de onderdelen van de geheugenmodule niet aan. Bewaar een verwijderde geheugenmodule in een antistatische verpakking om de module te beschermen. 10. Plaats als volgt een nieuwe geheugenmodule: VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen.
11. Plaats de geheugenmodulehouder (1) terug. 12. Draai de twee schroeven van de geheugenmodulehouder vast (2). 13. Plaats het sierpaneel als volgt terug: a. 34 Plaats het sierpaneel, met de accuruimte naar u toe gericht, onder een hoek van 45 graden ten opzichte van het oppervlak van de computer, zodat de nokjes aan de onderzijde van het paneel zich op één lijn bevinden met de bijpassende sleuven op de computer (1).
b. Druk het sierpaneel (2) voorzichtig naar beneden, waarbij u op de linker- en rechterrand van het paneel drukt, totdat het vastklikt. 14. Plaats de accu terug. 15. Zet de computer weer rechtop en sluit vervolgens de externe voedingsbron en de externe apparaten weer aan. 16. Zet de computer aan.
Update van programma's en stuurprogramma's uitvoeren U wordt aangeraden regelmatig uw programma's en stuurprogramma's bij te werken naar de recentste versies. Ga naar http://www.hp.com/support om de recentste versies te downloaden. U kunt u ook aanmelden voor het ontvangen van automatische updateberichten wanneer nieuwe updates beschikbaar komen.
7 Back-up en herstel In het geval van een systeemfout kunt u het systeem herstellen in de staat van de recentste back-up. U wordt aangeraden om na de installatie van de software onmiddellijk herstelschijven te maken. Als u nieuwe software en gegevensbestanden toevoegt, moet u periodiek back-ups van het systeem blijven maken om altijd een redelijk actuele back-up achter de hand te hebben.
● Per computer kan slechts één set herstelschijven worden gemaakt. ● Nummer elke schijf voordat u deze in de optischeschijfeenheid plaatst. ● U kunt het programma eventueel afsluiten voordat u klaar bent met het maken van herstelschijven. De volgende keer dat u Recovery Manager opent, wordt u verzocht door te gaan met het vervaardigen van schijven. Ga als volgt te werk om een set herstelschijven te maken: 1. Selecteer Start > Alle programma's > Recovery Manager > Herstelschijven maken. 2.
Herstelactie uitvoeren met de herstelschijven 1. Maak indien mogelijk een back-up van al uw persoonlijke bestanden. 2. Plaats de eerste herstelschijf in de optischeschijfeenheid van de computer of in een optionele externe optischeschijfeenheid en start de computer opnieuw op. 3. Volg de instructies op het scherm. Back-up maken van uw gegevens Maak periodiek back-ups van uw computerbestanden om altijd een actuele back-up achter de hand te hebben.
OPMERKING: Windows® bevat de functie Gebruikersaccountbeheer om de beveiliging van de computer te verbeteren. Mogelijk wordt om uw toestemming of wachtwoord gevraagd bij taken als het installeren van applicaties, het uitvoeren van hulpprogramma's of het wijzigen van Windowsinstellingen. Raadpleeg Help en ondersteuning voor meer informatie. Systeemherstelpunten gebruiken Met een systeemherstelpunt kunt u een "momentopname" van de vaste schijf op een bepaald tijdstip opslaan onder een specifieke naam.
8 Klantenondersteuning Contact opnemen met de klantenondersteuning Als de informatie in deze gebruikershandleiding, in de Naslaggids voor HP notebookcomputer of in Help en ondersteuning geen uitsluitsel geeft over uw vragen, kunt u contact opnemen met de klantenondersteuning van HP op: http://www.hp.com/go/contactHP OPMERKING: voor wereldwijde ondersteuning klikt u op Contact HP worldwide (Wereldwijd contact opnemen met HP) aan de linkerkant van de pagina, of gaat u naar http://welcome.hp.
Onderdeel (1) Productnaam (2) Serienummer (s/n) (3) Artikelnummer/productnummer (p/n) (4) Garantieperiode (5) Modelbeschrijving (alleen bepaalde modellen) Houd deze gegevens bij de hand wanneer u contact opneemt met de technische ondersteuning. Het label met het serienummer bevindt zich in de accuruimte van de computer. ● Certificaat van echtheid van Microsoft®: bevat de Windows®-productcode.
9 Specificaties Ingangsvermogen De elektriciteitsgegevens in dit gedeelte kunnen van pas komen als u van plan bent internationaal te reizen met de computer. De computer werkt op gelijkstroom, die kan worden geleverd via netvoeding of via een voedingsbron voor gelijkstroom. De netvoedingsbron moet 100-240 V, 50-60 Hz als nominale specificaties hebben.
Index A Aan/uit-lampje, herkennen 8 Aan/uit-schakelaar, herkennen 8 Aanwijsapparaten voorkeuren instellen 25 Accu, vervangen 27 Accu-ontgrendelingen 11 Accuruimte 11 Actietoetsen afspelen, pauzeren, hervatten 24 draadloze communicatie 24 geluid harder 24 geluid uit 24 geluid zachter 24 helderheid van beeldscherm verhogen 23 helderheid van beeldscherm verlagen 23 Help en ondersteuning 23 herkennen 6 schakelen tussen beeldschermen 23 stoppen 24 volgende nummer 24 vorige nummer 24 Antennes voor draadloze comm
kennisgevingen 42 serienummer 41 Lampjes aan/uit 8 Caps Lock 5 draadloze communicatie 5 geluid uit 5 netvoedingsadapter 9 schijfeenheid 9 Webcam 10 Luidspreker, herkennen 7 M Microfooningang (audio-ingang), herkennen 9 Muis, extern voorkeuren instellen 25 N Netvoedingsadapter, lampje 9 Netvoedingsconnector, herkennen 9 O Omgevingsvereisten 43 Onderdelen beeldscherm 10 bovenkant 4 linkerkant 9 onderkant 11 rechterkant 8 voorkant 7 Ondersteunde schijven 37 Ontgrendelingen, accu 11 P Pijltoetsen, herkennen 6 P