Naslaggids voor de hardware HP EliteDesk 705 G2 MT zakelijke pc
© Copyright 2015 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Microsoft en Windows zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van de bedrijvengroep van Microsoft. De bijgevoegde informatie kan zonder aankondiging worden veranderd. De enige garanties die gelden voor HP-producten en diensten zijn de garanties die worden beschreven in de garantievoorwaarden behorende bij deze producten en diensten. Aan de informatie in deze publicatie kunnen geen aanvullende rechten worden ontleend.
Over deze handleiding Deze handleiding bevat algemene informatie voor het upgraden van de HP EliteDesk Business-pc WAARSCHUWING! levensgevaar. Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel of VOORZICHTIG: Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden tot beschadiging van de apparatuur of verlies van gegevens. OPMERKING: De tekst na dit kopje biedt belangrijke aanvullende informatie.
iv Over deze handleiding
Inhoudsopgave 1 Voorzieningen van het product ....................................................................................................................... 1 Voorzieningen van de standaardconfiguratie ....................................................................................................... 1 Onderdelen aan de voorkant ................................................................................................................................. 2 Onderdelen op het achterpaneel .....
Bijlage B Elektrostatische ontlading ................................................................................................................ 38 Schade door elektrostatische ontlading voorkomen ......................................................................................... 38 Aardingsmethoden ..............................................................................................................................................
1 Voorzieningen van het product Voorzieningen van de standaardconfiguratie De voorzieningen kunnen per model verschillen. Voor het aanvragen van ondersteuning en voor meer informatie over de hardware en software die op uw computermodel is geïnstalleerd, voert u het hulpprogramma HP Support Assistant uit.
Onderdelen aan de voorkant De configuratie van de schijfeenheden kan per model verschillen. Op sommige modellen wordt de positie voor de optische schijf afgedekt door een afdekplaatje. 1 Slank optisch station (optioneel) 6 SD Card-lezer (optioneel) 2 Aan/uit-knop met twee standen 7 Lampje van de vaste schijf 3 USB 2.0-oplaadpoort (met stroomvoorziening, zwart) 8 USB 2.0-poort (zwart) 4 USB 3.
Onderdelen op het achterpaneel 1 PS/2-toetsenbordconnector (paars) 7 Netsnoerconnector 2 Connectoren voor DisplayPort Monitor 8 PS/2-muisconnector (groen) 3 Monitorconnector VGA 9 Seriële poort 4 USB 3.0-poorten (blauw) 10 RJ-45-netwerkconnector 5 USB 2.0-poorten (zwart) 11 USB 2.
Plaats van het serienummer Elke computer heeft een uniek serienummer en een productidentificatienummer. Deze nummers vindt u op de buitenkant van de computer. Houd deze nummers bij de hand wanneer u contact opneemt met de klantenondersteuning.
2 Hardware-upgrades Voorzieningen voor onderhoud De computer beschikt over speciale voorzieningen die het uitvoeren van upgrades en onderhoud aan de computer vergemakkelijken. Voor veel installatieprocedures die in dit hoofdstuk worden beschreven, hebt u een Torx T15 of platte schroevendraaier nodig. Waarschuwingen Lees zorgvuldig alle instructies en waarschuwingen in deze handleiding voordat u een upgrade uitvoert.
Het toegangspaneel van de computer verwijderen Voor toegang tot de interne onderdelen moet u het toegangspaneel verwijderen: 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-flashdrive, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Neem de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
Het toegangspaneel van de computer terugplaatsen Plaats het toegangspaneel op de computer (1) en schuif het naar voren (2) tot het op zijn plaats klikt.
Het voorpaneel verwijderen 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals cd's of USB-flashdrives, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Haal de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
Het afdekplaatje van een optischeschijfeenheid verwijderen Op sommige modellen wordt de positie voor de dunne optische schijf afgedekt door een afdekplaatje. Verwijder het afdekplaatje vóór het plaatsen van een optische-schijfeenheid. Ga als volgt te werk om een afdekplaatje te verwijderen: 1. Verwijder het toegangspaneel en het voorpaneel. 2. Verwijder het afdekplaatje door aan de zijkant van het afdekplaatje (1) het onderste lipje naar boven te drukken en het bovenste lipje naar beneden te drukken.
Systeemkaart, aansluitingen In de volgende illustratie en tabel wordt een overzicht gegeven van de schijfeenheidconnectoren van de systeemkaart. 10 Nr.
Extra geheugen installeren De computer wordt geleverd met laagvermogen DDR3L-SDRAM (Double Data Rate 3 Synchronous Dynamic Random Access Memory) DIMM's (Dual Inline Memory Modules). Ondersteunt tevens standaard DDR3-SDRAM DIMM's. DIMM's De systeemkaart bevat geheugenmodulevoetjes voor maximaal vier industriestandaard DIMM's. In deze voetjes bevindt zich ten minste één vooraf geïnstalleerde DIMM.
● Het systeem werkt in flexmodus als de totale geheugencapaciteit van de DIMM's in kanaal A niet gelijk is aan de totale geheugencapaciteit van de DIMM's in kanaal B. In de flexmodus bepaalt het kanaal met de kleinste hoeveelheid geheugen hoeveel geheugen wordt toegewezen aan de tweekanaalmodus. De rest wordt toegewezen aan de enkelkanaalmodus. Voor een optimale snelheid moeten de kanalen zodanig worden uitgebalanceerd dat de grootste hoeveelheid geheugen evenredig wordt verdeeld over de twee kanalen.
6. Open beide vergrendelingen van het geheugenvoetje (1) en plaats de geheugenmodule in het voetje (2). OPMERKING: Een geheugenmodule kan slechts in één stand worden geïnstalleerd. Zorg dat de uitsparing op de module aansluit op het lipje van het geheugenvoetje. Bevolk de zwarte DIMM-voetjes voor de witte DIMM-voetjes. Voorzie de voetjes op een dusdanige manier van geheugen dat de geheugencapaciteit zo evenredig mogelijk is verdeeld tussen kanaal A en kanaal B.
Een uitbreidingskaart installeren of verwijderen De computer bevat twee PCI Express x1 expansiesockets, een PCI Express x16 expansiesocket en een PCI Express x16 expansiesocket die is teruggebracht naar een x4-socket. OPMERKING: In de PCI Express x16-socketkunt u een PCI Express x1-, x8- of x16-uitbreidingskaart installeren. Voor configuraties met dubbele grafische kaarten moet de eerste (primaire) kaart geïnstalleerd worden in de PCI Express x16-socket die NIET is teruggebracht naar x4.
a. Als u een uitbreidingskaart in een lege slot plaatst, moet u een van de afdekplaatjes van het uitbreidingsslot omhoog uit de behuizing schuiven of een gewone schroevendraaier gebruiken om een van de metalen beschermingen te verwijderen op het achterpaneel waarmee het uitbreidingsslot wordt afgedekt. Zorg dat u de juiste bescherming verwijdert voor de uitbreidingskaart die u installeert. b.
c. 9. Als u een PCI Express x16-kaart verwijdert, beweegt u de borgbeugel aan de achterkant van het uitbreidingsslot van de kaart af en beweegt u vervolgens de kaart voorzichtig heen en weer totdat de kaart loskomt uit het slot. Trek de kaart recht omhoog en vervolgens van de binnenkant van het chassis af om het te verwijderen. Pas op dat de kaart niet langs andere onderdelen schuurt. Berg de verwijderde kaart op in een antistatische verpakking. 10.
11. Om een nieuwe uitbreidingskaart te installeren, houdt u de kaart vlak boven het uitbreidingsvoetje op de systeemkaart. Vervolgens beweegt u de uitbreidingskaart in de richting van de achterkant van het chassis (1), zodat de onderkant van de kaarthouder in het kleine slot op het chassis schuift. Druk nu de uitbreidingskaart recht naar beneden in het voetje op de systeemkaart (2).
16. Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het toegangspaneel. 17. Configureer de computer opnieuw als dat nodig is. Schijfposities 1 Houder 9,5 mm optischeschijfeenheid 2 Interne 3,5-inch positie voor secundaire vaste schijf 3 Interne 3,5-inch positie voor primaire vaste schijf OPMERKING: De schijfeenheidconfiguratie van uw computer verschilt mogelijk van de weergegeven schijfeenheidconfiguratie.
Verwijderen en installeren van schijven Houd rekening met de volgende richtlijnen als u extra schijven installeert: ● De primaire Seriële ATA (SATA) harde schijf moet worden aangesloten op de donkerblauwe primaire SATA-connector op het systeembord met de aanduiding SATA0. ● Sluit secundaire vaste schijven en optische schijven aan op een lichtblauwe SATA-connector op de systeemkaart (aangeduid met SATA1 en SATA2). ● HP levert vier extra 6-32 montageschroeven voor een vaste schijf mee.
Een 9, 5mm slanke optischeschijfeenheid verwijderen 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-flashdrive, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Neem de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
7. Druk de groene ontgrendelhendel onderop de schijfeenheid (1) naar boven en schuif de schijfeenheid uit de schijfruimte (2). Een 9,5 mm slanke optischeschijfeenheid installeren 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-flashdrive, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4.
22 8. Lijn de kleine pin op de ontgrendeling uit met het kleine gat aan de zijkant van de schijf en druk de vergrendeling stevig op de schijf. 9. Duw de optischeschijfeenheid helemaal naar binnen door de voorkant van de behuizing (1), totdat de groene vergrendeling in de behuizing vastklikt.
10. Sluit de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) aan op de achterzijde van de optischeschijfeenheid. 11. Sluit voor een nieuwe schijf het uiteinde van de gegevenskabel aan op een van de lichtblauwe SATAconnectors (aangeduid met SATA1 of SATA2) op de systeemkaart. 12. Plaats het voorpaneel terug als dat verwijderd is. 13. Plaats het toegangspaneel van de computer terug. 14. Sluit het netsnoer en eventuele externe apparatuur opnieuw aan en zet vervolgens de computer aan. 15.
24 6. Ontkoppel de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) aan de achterzijde van de harde schijf. 7. Til de vaste schijf naar de bovenkant van de houder (1) en schuif de schijf uit de houder (2).
Een vaste schijf installeren 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-flashdrive, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4. Haal de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
● 7. Zet het station vast in de adapterbeugel voor de schijfruimte door vier zwarte M3adapterbeugelbouten door de zijkanten van de beugel in het station te draaien. Installeer de vier montageschroeven in de zijkanten van de 3,5-inch schijf of de schijf van 2,5 inch adapterbeugel (twee aan elke kant). OPMERKING: HP levert vier extra montageschroeven bevestigd op de behuizing naast de vasteschijfruimten.
8. Schuif de schijfeenheid in de schijfruimte en lijn de geleideschroeven uit met de geleideslots, totdat de schijfeenheid vastklikt. 9. Sluit de voedingskabel (1) en de gegevenskabel (2) aan op de achterzijde van de vaste schijf. 10. Als u een nieuwe schijfeenheid installeert, sluit u het andere uiteinde van de gegevenskabel aan op de juiste connector op de systeemkaart. OPMERKING: De gegevenskabel moet worden aangesloten op de donkerblauwe connector op de systeemkaart met de aanduiding SATA0.
Een veiligheidsslot installeren Het hieronder en op de volgende pagina's weergegeven veiligheidsslot kan worden gebruikt ter beveiliging van de computer.
Beveiligingsslotvergrendeling voor HP zakelijke personal computers V2 1. Bevestig de beveiligingskabel op een bureaublad met de juiste schroeven voor uw omgeving (schroeven niet meegeleverd) (1) en plaats vervolgens het paneel op de voet van de kabelbevestiging (2). 2. Leg de beveiligingskabel om een stevig verankerd voorwerp heen.
30 3. Schuif de beveiligingskabel door de bevestiging van de beveiligingskabel. 4. Trek de twee schaarhanden van het monitorslot uit elkaar en steek het slot in het beveiligingsslot op de achterkant van de monitor (1), sluit de schaarhanden om het slot op zijn plaats te vergrendelen (2) en schuif vervolgens de kabelgeleider door het midden van de vergrendeling van de monitor (3).
5. Schuif de veiligheidskabel door de beveiligingsgeleider die op de monitor is geïnstalleerd. 6. Bevestig de houder van de toebehorenkabel op een bureaublad met de juiste schroef voor uw omgeving (schroef niet meegeleverd) (1) en plaats vervolgens de toebehorenkabels in de voet van de houder (2).
32 7. Schuif de beveiligingskabel door de gaten in de houder voor de toebehorenkabel. 8. Bevestig het slot met de meegeleverde schroef (1) aan de behuizing. Plaats het uiteinde van de beveiligingskabel in het slot (2) en druk de knop in (3) om het slot te vergrendelen. Gebruik de meegeleverde sleutel om het slot te ontgrendelen.
9. Wanneer u alle stappen hebt uitgevoerd, worden alle apparaten op uw werkstation bevestigd.
Beveiliging van voorpaneel Het voorpaneel kan worden op zijn plaats worden bevestigd met een schroef door de voorkant van de behuizing in het voorpaneel. 1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of ontkoppeld. 2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-flashdrive, uit de computer. 3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit. 4.
A Batterij vervangen De bij de computer geleverde batterij voorziet de real-timeklok van stroom. Gebruik bij vervanging een batterij die gelijkwaardig is aan de oorspronkelijke batterij. De computer wordt geleverd met een 3volt lithium knoopcelbatterij. WAARSCHUWING! De computer bevat een lithium-mangaandioxidebatterij. Als u niet op de juiste manier omgaat met de batterij, kan er brand ontstaan en kunt u brandwonden oplopen.
a. Neem de batterij uit de houder. b. Schuif de nieuwe batterij in de juiste positie met de pluspool naar boven. De batterij wordt automatisch in de juiste positie vergrendeld. Type 2 a. Knijp de metalen klem die boven één kant van de batterij uitsteekt, iets samen om de batterij te ontgrendelen. Verwijder de batterij wanneer deze omhoog komt (1). b. Schuif één kant van de nieuwe batterij onder het palletje van de houder, met de pluspool naar boven.
b. Plaats de nieuwe batterij en breng de klem weer in de oorspronkelijke stand. OPMERKING: Voer na vervanging van de batterij de volgende stappen uit om de procedure te voltooien. 8. Plaats het toegangspaneel terug. 9. Sluit het netsnoer en eventuele externe apparatuur opnieuw aan en zet vervolgens de computer aan. 10. Stel de datum en de tijd, de wachtwoorden en eventuele andere speciale systeeminstellingen opnieuw in met behulp van Computer Setup (Computerinstellingen). 11.
B Elektrostatische ontlading Een ontlading van statische elektriciteit via vingers of andere geleiders kan leiden tot beschadiging van de systeemkaart, uitbreidingskaarten of andere onderdelen die gevoelig zijn voor statische elektriciteit. Dit soort schade kan de levensduur van het apparaat bekorten.
C Richtlijnen voor gebruik, regelmatig onderhoud en voorbereiding voor transport Richtlijnen voor gebruik en regelmatig onderhoud Volg deze richtlijnen om de computer en de monitor op de juiste manier te installeren en te onderhouden: ● Plaats de computer niet in zeer vochtige ruimtes en stel de computer niet bloot aan direct zonlicht of zeer hoge of lage temperaturen. ● Plaats de computer op een stevig, vlak oppervlak.
Voorbereidingen voor optischeschijfeenheid Neem de volgende richtlijnen in acht wanneer u een optischeschijfeenheid gebruikt of reinigt. Gebruik ● Verplaats de schijfeenheid niet terwijl deze in gebruik is. Dit kan namelijk leiden tot een storing tijdens het lezen. ● Stel de schijfeenheid niet bloot aan plotselinge temperatuurverschillen, aangezien hierdoor condensatie kan optreden.
D Toegankelijkheid HP ontwerpt, produceert en distribueert producten en diensten die door iedereen kunnen worden gebruikt, inclusief personen met een handicap, zowel op zelfstandige basis of met de juiste hulpapparaten. Ondersteunde technologie die wordt ondersteund HP-producten ondersteunen een breed scala aan besturingssystemen van ondersteunde technologieën en kunnen worden geconfigureerd voor gebruik met aanvullende ondersteunende technologieën.
Index A achterpaneel, onderdelen 3 optische schijfeenheid maatregelen 40 B batterij vervangen 35 beveiliging beveiligingsslot voor HP zakelijke pc 29 hangslot 28 kabelslot 28 voorpaneel 34 beveiligingssloten beveiligingsslot voor HP zakelijke pc 29 P plaatsen toegangspaneel van de computer 7 Productidentificatie, locatie 4 D DIMM's.