User Manual

Table Of Contents
Scherpstellen: tik op de locatie waarop u wilt scherpstellen.
Als u de scherpstelling en meting apart wilt aanpassen, houdt u de zoeker aangetikt en
sleept u het respectievelijke frame of de respectievelijke ring naar de gewenste locatie.
Helderheid aanpassen: tik op de zoeker. Wanneer het symbool
naast het
scherpstellingsvenster verschijnt, sleept u het omhoog of omlaag.
In- of uitzoomen: op de zoeker knijpt u twee vingers samen of spreidt u ze uit elkaar
of versleept u de zoomschuifbalk.
Een cameramodus selecteren: veeg langs de cameramodusopties omhoog, omlaag,
naar links of rechts.
De its in- of uitschakelen: tik op
en selecteer (Auto), (Aan), (Uit)
of
(Altijd aan).
Deze functies zijn mogelijk niet beschikbaar in bepaalde cameramodi.
3 Tik op
om een foto te maken.
Burst-foto's maken
Gebruik de Burst-modus om snel achter elkaar een reeks foto's te maken, zodat u de beste
foto kunt kiezen.
De Burst-modus is alleen beschikbaar bij het gebruik van de camera aan de achterzijde.
1 Open
Camera en selecteer de modus Foto.
2 Houd
aangetikt of houd een van de volumeknoppen ingedrukt om een burst-foto te
maken.
Tijden het maken van de foto ziet u een teller die aangeeft hoeveel foto's u tot nu toe
hebt gemaakt.
3 Til uw vinger op om de opname te stoppen.
Als u klaar bent, selecteert u de burst-foto's die u wilt houden.
1 Open
Foto's.
2 Tik op een burst-foto (aangegeven met
) en tik dan op .
3 Veeg langs de burst-foto's, selecteer de foto's die u wilt houden, tik op
en volg de
instructies op het scherm.
4 Als u de volledige burst-foto wilt verwijderen, houdt u de foto aangetikt om hem te
selecteren en tikt u op
.
Getimede foto's maken
Met de cameratimer kunt u een tijdsvertraging instellen, zodat u na het aantikken van de
sluiterknop in positie kunt gaan staan of zitten.
Camera en Foto's
55