Operation Manual

l ISO: Voor portretfoto's wordt een lage ISO-instelling aangeraden om overmatige ruis te voorkomen.
Mogelijk moet u in omgevingen met wisselend licht experimenteren om de juiste ISO-instelling te
vinden.
Scène Aanbevolen ISO-waarde
Buiten 100 - 200
Binnen 400
Nachtelijke
omgevingen
400 - 800
l Sluitertijd: Gebruik langere sluitertijden voor donkere omgevingen en kortere sluitertijden voor
goed verlichte omgevingen. Voor statische onderwerpen gebruikt u een sluitertijd van 1/80 tot
1/125. Voor bewegende onderwerpen gebruikt u een sluitertijd van 1/125 of hoger.
l Belichtingscompensatie: Verhoog de EV-waarde als het onderwerp en de achtergrond te donker
zijn; verlaag de EV-waarde als deze te helder zijn.
Focus: Het is aan te bevelen om voor portretopnamen de modus voor handmatig scherpstellen (MF)
te selecteren. Tik op dat deel van de foto dat u wilt isoleren door erop scherp te stellen (zoals een
gezicht) en maak vervolgens uw foto.
l Wanneer in de Pro-cameramodus één instelling wordt gewijzigd, kunnen mogelijk andere
instellingen automatisch ook worden gewijzigd.
l De bovenstaande instellingen vormen alleen richtlijnen. Pas de camera-instellingen aan de
werkelijke opnameomstandigheden aan om optimale resultaten te behalen.
Camera
49