Operation Manual

Help bij Pro-modus
Metingsmodus selecteren
ISO aanpassen
Omlaag vegen om Pro-modus uit te
schakelen
Sluitersnelheid aanpassen
Belichtingscompensatie aanpassen
Witbalans instellen
Scherpstelmodus wijzigen
Vergrendeld symbool
Professionele camera-instellingen
De metingsmodus selecteren
In de zoeker, veeg omhoog op voor toegang tot de pro-cameramodus. Raak aan om
een meetmodus te selecteren. U kunt kiezen tussen matrixmeting, centrum-georiƫnteerde
meting of spotmeting.
De ISO aanpassen
In de zoeker, veeg omhoog op
voor toegang tot de pro-cameramodus. Raak ISO aan en
selecteer de gewenste instelling. De ISO bepaalt de lichtgevoeligheid van de camera. Als u de
ISO-waarde verhoogt, wordt het beeld helderder maar ontstaat er merkbaar meer beeldruis.
De sluitersnelheid aanpassen
In de zoeker, veeg omhoog op voor toegang tot de pro-cameramodus. Raak S aan en
versleep de schuif om de sluitersnelheid aan te passen. De sluitersnelheid is standaard
ingesteld op Auto.
De belichtingscompensatie aanpassen
In de zoeker, veeg omhoog op voor toegang tot de pro-cameramodus. Raak EV aan en
sleep de schuifbalk om de belichtingscompensatie aan te passen. Deze instelling wijzigt de
helderheid van het beeld. Raak een instelling aan en houd deze vast om het te vergrendelen.
De camera bepaalt automatisch de helderheid in de omgeving. Als de huidige
belichtingsinstelling te hoog of te laag is, wordt of weergegeven.
Camera en galerij
102