Dit gedeelte geeft u een beknopt overzicht van de onderdelen van de EC computer. Elk onderdeel wordt verderop nog in detail besproken, maar hiermee kunt u alvast wat kennis maken met de verschillende mogelijkheden. Een zeer belangrijke functie op de EC is de handige draaiknop die het programmeren erg eenvoudig maakt. Alle belangrijke bedieningsfuncties zijn duidelijk aangegeven om vergissingen te voorkomen. A – LCD Display 1. Hoofd Display – Geeft alle geprogrammeerde informatie weer. 2.
DE EC COMPUTER MONTEREN AAN DE MUUR LET OP: de EC computer is een model dat binnen gemonteerd dient te worden of in een “beschermde” omgeving. 1. 2. 3. 4. Kies een lokatie in de buurt van een stopcontact. De lokatie moet vrij zijn van vocht en direct zonlicht. Hang de computer op ooghoogte. Gebruik het bovenste gat aan de achterzijde (B) als referentie en monteer een 25mm schroef (A) in de muur. Gebruik indien nodig pluggen voor de schroeven. Hang de computer op aan de schroef .
MAGNEETKLEPPEN EN ADAPTER AANSLUITEN 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Leid de kabels vanaf de magneetkleppen naar de computer. Standaard wordt een kabeldiameter van tenminste 1mm aanbevolen. Dit type kabel is voorzien van kleurcodes om de aansluitingen te herkennen. Bij de kleppen verbindt u de common (gemeenschappelijke) kabel aan elke spoel van de klep. Verbindt een aparte kabel aan de andere spoelaansluiting en noteer de kleur voor elke klep.
Batterij aansluiting Batterij compartiment DE BATTERIJ AANSLUITEN Sluit een 9-volt alkaline batterij (niet bijgeleverd) aan het betreffende “lipje” aan de linkerkant van de computer. Met de batterij kunt u de computer programmeren zonder stroomaansluiting. De batterij kan de magneetkleppen uiteraard niet aktiveren, daarvoor moet de adapter worden aangesloten. EEN MASTER KLEP AANSLUITEN Magneetklep 4 LET OP: voor deze handeling alleen uit wanneer u een Master klep installeert.
EEN POMPSTART RELAIS GEBRUIKEN LET OP: voer deze handeling alleen uit wanneer u een pompstart relais gaat gebruiken. Een pompstart relais is een apparaat dat het signaal van de EC computer gebruikt om een apart elektrisch circuit te aktiveren om de pomp te starten die uw systeem van water voorziet. De computer moet minimaal 4,5 meter van de zowel de pompstart relais en de pomp verwijderd zijn. Dit vanwege de pieken die de pompstart relais produceert wanneer deze aan gaat.
EEN WEERSENSOR AANSLUITEN U kunt een Hunter Mini-Click regensensor of een ander type weersensor op de EC aansluiten. Het doel van een weersensor is het onderbreken van de beregening wanneer de weersomstandigheden dat aangeven. 1. 2. 3. Verwijder het kleine verbindingsstukje dat tussen de SEN (sensor) aansluitingen zit. Leid de twee kabels van de regensensor naar de computer door dezelfde uitsparing aan de onderzijde als voor de magneetkleppen. Verbind de kabels op de SEN aansluitingen.
BASISBEGRIPPEN IN BEREGENINGSSYSTEMEN Er zijn 3 hoofdcomponenten bij een moderne beregeningsinstallatie: de computer, de magneetkleppen en de sproeiers. De computer zorgt ervoor dat alles naar behoren functioneert, deze geeft de magneetkleppen de instructies wanneer ze water moeten geven aan de sproeiers en voor hoe lang. De sproeiers geven het water weer af aan de planten en het gazon. De magneetklep stuurt een aantal sproeiers welke we een beregenings station noemen.
BASISBEGRIPPEN PROGRAMMEREN Om de computer en het gekozen programma automatisch te laten functioneren moeten er 3 onderdelen zijn: Programma begint 1. Wanneer sproeien – of Watering Start Times om 6:00 AM 2. Hoe lang sproeien – of Station Run Times 3. Welke dagen sproeien – of Days to Water. We hebben een voorbeeld bijgevoegd dat de werking van een programma beter illustreert. Laten we zeggen dat u een programma start tijd heeft ingesteld om 6:00 AM.
EEN BEREGENINGSSCHEMA MAKEN Voor de meeste mensen is het veel gemakkelijker om het specifieke beregeningsschema eerst op papier voor te bereiden voordat de informatie in de computer wordt gezet. Het is sowieso altijd handig om een overzicht op papier te hebben van uw beregeningsschema. Er zijn wel enkele richtlijnen die men moet volgen om te bepalen wanneer en hoe lang men gaat beregenen.
BEREGENINGSSCHEMA FORMULIER (VOORBEELD) KALENDER DAG (Kies 1 tot 31 dagen) PROGRAMMA START TIJDEN LOKATIE STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD Gazon voor Bloemen Gazon achter Tuin Gazon zijkant Hoek voorzijde BEREGENINGSSCHEMA FORMULIER (VOORBEELD) KALENDER DAG (Kies 1 tot 31 dagen) PROGRAMMA START TIJDEN LOKATIE Gazon voor Bloemen Gazon achter Tuin Gazon zijkant Hoek voorzijde STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD
BEREGENINGSSCHEMA FORMULIER KALENDER DAG (Kies 1 tot 31 dagen) PROGRAMMA START TIJDEN LOKATIE STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD STATION LOOPTIJD BEREGENINGSSCHEMA FORMULIER KALENDER DAG (Kies 1 tot 31 dagen) PROGRAMMA START TIJDEN LOKATIE STATION LOOPTIJD
DE COMPUTER PROGRAMMEREN De EC computer is gemakkelijk te programmeren. Door de handige draaiknop wordt u eenvoudig door het programmeerproces geleid en kunt u met een handomdraai een manuele beregening starten. De Datum en Tijd instellen Het EC display laat de tijd en datum zien wanneer de computer niets doet. Het display verandert wanneer de draaiknop van positie verandert om de specifieke programmeer informatie aan te geven.
DE COMPUTER PROGRAMMEREN (VERVOLG) De Start Tijden van de beregening instellen. 1. Zet de draaiknop op START TIMES. 2. Standaard staat de computer op programma A. Indien gewenst kunt u programma B of C kiezen met de PRG knop. 3. Druk op de + of – knoppen om de start tijd te veranderen (in stappen van 15 minuten). Houdt een van deze knoppen 1 seconde ingedrukt om de tijden sneller te laten lopen. 4. Druk op de Ö knop om de volgende starttijd te kiezen, of druk op PRG voor het volgende programma.
De looptijden per station instellen 1. Zet de draaiknop op RUN TIMES. 2. Het display zal de volgende onderdelen weergeven: het laatstgekozen programma (A, B of C), het gekozen station nummer, het looptijd symbool (wekker), en de looptijd voor het betreffende station zal knipperen. U kunt naar een ander programma overschakelen met de PRG knop. 3. Druk op de + of – knop om de looptijd van het station te veranderen. 4. Druk op de Ö knop om naar het volgende station te gaan. 5.
DE COMPUTER PROGRAMMEREN (VERVOLG) Beregeningsinterval instellen 1. Met deze functie kunt een beregeningsinterval van 1 tot 31 dagen instellen. Met de 6 cursor op dag 7 drukt u op de Ö knop totdat de twee kalendersymbolen en een knipperende 1 in het display verschijnen. 2. Druk op de + of – knop om het aantal dagen tussen de beregeningen in te bepalen (1 tot 31). Dit wordt de interval genoemd.
De seasonal adjustment functie gebruiken: 1. Zet de draaiknop op SEASONAL ADJUSTMENT. 2. In het display verschijnt een knipperend cijfer gevolgd door een % en ook een balk met horizontale streepjes welke altijd in het display blijft staan. Druk op de + of – knoppen om het percentage van de seizoensaanpassing te bepalen. Elk streepje van de balk staat voor 10%. Met deze functie kunt u de computer aanpassen van 10% tot 150% van het originele programma.
DE COMPUTER PROGRAMMEREN (VERVOLG) One Touch Manual Start and Advance U kunt ook alle stations laten sproeien zonder gebruik van de draaiknop. 1. Houdt de Ö knop 2 seconden ingedrukt. 2. Deze functie maakt kiest automatisch programma A. U kunt programma B of C kiezen met de PRG knop. 3. Het station nummer zal knipperen. Druk op de Ö om de stations te doorlopen en gebruik de + of – knop om de looptijden per station aan te passen.
PROBLEMEN OPLOSSEN PROBLEEM Het display geeft een beregening aan maar er gebeurt niets. OORZAAK Kapotte of verkeerd gemonteerde magneetklep. OPLOSSING Controleer klep en bedrading. Kapotte pomp of pompstart relais. Controleer pomp en pompstart relais. Vervang indien nodig. Zet de hoofd waterleiding open. Controleer stroomtoevoer en bedrading. Corrigeer eventuele fouten. Controleer uitgaande spanning adapter. Bel uw Hunter leverancier. Geen waterdruk op het systeem. Display is leeg.
VAAK GESTELDE VRAGEN 1. WAAROM BLIJFT MIJN SYSTEEM DE BEREGENINGCYCLUS HERHALEN? 4. WAT ZIJN DE VERSCHILLEN TUSSEN DE PROGRAMMA’S A, B EN C? Waarschijnlijk heeft u te veel starttijden ingesteld. Er is maar 1 starttijd nodig om een programma te laten lopen. Zie ook “Start Tijden”. Ze hebben allemaal dezelfde mogelijkheden en functies. Drie programma’s stellen u in staat om verschillende types begroeiing op verschillende dagen en tijden te beregenen.
SPECIFICATIES 230VAC Adapter versie • • • EC-201-E: 2 station Europese aansluiting EC-401-E: 4 station Europese aansluiting EC-601-E: 6 station Europese aansluiting Functies • Station Looptijd: 0 tot 4 uren in stappen van 1 minuut • Start tijden: 4 per dag, per programma, totaal 12 starttijden per dag.
BEKNOPTE PROGRAMMEER HANDLEIDING De Datum en Tijd instellen 1. 2. 3. 4. 5. Zet de draaiknop op CURRENT TIME/DAY. De uren zullen nu knipperen. Druk op de + of – knop om het uur in het display te veranderen. Druk op de Ö knop om verder te gaan met de minuten. De minuten knipperen nu. Druk op de + of – knop om de minuten in het display te veranderen. Druk op de Ö knop om verder te gaan met de AM, PM of 24 uurs klok. De tijd wordt nu afgebeeld en er zal een pijltje knipperen bij AM.
BEKNOPTE PROGRAMMEER HANDLEIDING De looptijden per station instellen 1. Zet de draaiknop op RUN TIMES. 2. Druk op de + of – knop om de looptijd van het station te veranderen. 3. Druk op de Ö knop om naar het volgende station te gaan. 4. Herhaal stap 3 en 4 voor ieder station. 5. U kunt de looptijd van de stations instellen tussen 1 minuut en 4 uren. 6.