Operation Manual

5
MAGNEETKLEPPEN EN ADAPTER AANSLUITEN
1. Leid de kabels vanaf de magneetkleppen naar de computer. Standaard wordt een kabeldiameter van tenminste 1mm aanbevolen. Dit type
kabel is voorzien van kleurcodes om de aansluitingen te herkennen.
2. Bij de kleppen verbindt u de common (gemeenschappelijke) kabel aan elke spoel van de klep. Verbindt een aparte kabel aan de andere
spoelaansluiting en noteer de kleur voor elke klep.
3. Maak de kabels vast met een watervaste connector om de verbinding te beschermen.
4. Schuif de klep van het kabelcompartiment naar beneden om bij de aansluitingen van de computer te komen.
5. Leid de kabels naar de computer. Strip 5mm van de kabelbescherming van alle kabels.
6. Verbind de common kabel met de C aansluiting van de computer. Verbind de kleurgecodeerde kabels van de magneetkleppen op de
betreffende stationnummers.
Indoor model: Leid de adapterkabel door de linkerzijde van de computer en sluit deze aan op de twee schroeven waar 24VAC boven staat.
Let erop voordat u het deksel weer op het compartiment schuift dat alle kabels in de uitsparing hangen zodat het klepje de kabels niet beschadigt.
Outdoor model: de adapterkabels zijn al op de AC terminals aangesloten zodat alleen de 230V stroomvoorziening moet worden aangesloten (zie
hieronder).
E – 230 Volt aansluiting (alleen outdoor model)
LET OP: X-Core outdoor modellen zijn water en weersbestendig. Het aansluiten van de X-Core outdoor model mag alleen
door erkende elektriciens worden uitgevoerd volgens alle lokaal geldende regels. Foute installatie kan leiden tot elektrische
schokken of brand.
1. Leid de kabels en de leiding door de 13mm leiding opening aan de linkeronderzijde van de X-Core.
2. Sluit een kabel aan elk van de twee kabels in het aansluitcompartiment. De aarde draad wordt op de groene draad aangesloten. Er zijn
aansluitschroefjes voorzien. Let op: sluit de draden aan op het AC terminal block in het aansluitcompartiment. AC voedingskabels moeten
1.85mm of dikker zijn en voorzien zijn van de juiste installatieautomaat (zekeringautomaat). De installatie moet voorzien zijn van een schakelaar
of installatieautomaat in de buurt van de X-Core, binnen handbereik van de bediener) en worden aangeduid dat de X-Core hiermee kan worden
uitgeschakeld.
3. Plaats het afdekplaatje weer op het aansluitcompartiment.
DE BATTERIJ AKTIVEREN
Zorg ervoor dat u het isolatie strookje van de batterij verwijdert zodat
de X-Core de tijd kan vasthouden tijdens stroomstoringen.
DE BATTERIJ VERVANGEN
Uw X-Core is voorzien van een lithium batterij. Met de batterij kunt u de
X-Core programmeren zonder stroomvoorziening en blijft de datum en
tijd vastgehouden tijdens stroomstoringen. De batterij vervangen:
1. Verwijder de schroef van de batterij houder.
2. Schuif de batterijhouder naar beneden om bij de batterij te komen.
3. Vervang de batterij en zet de batterijhouder weer terug.
Lithium batterij
Batterij
Houder
Batterij compartiment
BA T
Sluit de 2 transformator draden aan
op de twee 24VAC aansluitingen
Masterklep draad
K l e p 4
K l e p 3
K l e p 2
K l e p 1
Magneetklep
draden