Operation Manual

Dutch – 123
ONDERHOUD
Onderhoudsschema
Hieronder volgt een lijst van het onderhoud dat aan de machine moet worden uitgevoerd. De meeste punten staan beschreven
in het hoofdstuk Onderhoud.
Dagelijks onderhoud Wekelijks onderhoud Maandelijks onderhoud
Maak de machine uitwendig schoon.
Op motorzagen zonder katalysator
moet u het koelsysteem iedere week
controleren.
Controleer de remvoering van de
kettingrem op slijtage. Vervang deze
wanneer minder dan 0,6 mm over is op
de meest versleten plaats.
Controleer of de delen van de
gashendel goed werken.
(Gashendelvergrendeling en
gashendel.)
Controleer de starter, het startkoord en
de terugspringveer.
Controleer het centrum van de
koppeling, de koppelingtrommel en de
koppelingveer op slijtage.
Maak de kettingrem schoon en
controleer de remfunctie vanuit
veiligheidsoogpunt. Controleer of de
kettingvanger niet beschadigd is,
vervang deze, als dat nodig is, met een
kettingvanger van aluminium
(verkrijgbaar als reserveonderdeel).
Controleer of de
trillingsdempingselementen niet
beschadigd zijn.
Maak de bougie schoon. Controleer of
de afstand tussen de elektroden 0,5
mm bedraagt.
Het zaagblad moet voor evenwichtig
afslijten dagelijks worden omgekeerd.
Controleer of de smeeropening niet
verstopt is. Maak de groef schoon. Als
het zaagblad uitgerust is met een
poelie, moet die gesmeerd worden.
Smeer het lager van de
koppelingtrommel.
Maak de buitenkant van de carburateur
schoon.
Controleer of de ketting en het zaagblad
voldoende olie krijgen.
Verwijder eventuele braam op de
zijkanten van het zaagblad met een vijl.
Controleer het brandstoffilter en de
brandstofleidingen. Vervang indien
nodig.
Controleer de zaagketting op zichtbare
barsten in klinken en schakels, of de
ketting stijf is en of klinken en schakels
abnormaal versleten zijn. Vervang
indien nodig.
Maak het vonkenopvangnet van de
geluiddemper schoon of vervang het.
Leeg de brandstoftank en maak deze
inwendig schoon.
Slijp de ketting en controleer de conditie
en de spanning. Controleer het
kettingwiel op abnormale slijtage,
vervang indien nodig.
Maak de carburateurruimte schoon.
Leeg de olietank en maak deze
inwendig schoon.
Maak de luchtinlaat van de starter
schoon.
Maak het luchtfilter schoon. Vervang het
indien nodig.
Controleer alle kabels en aansluitingen.
Controleer of de bouten en moeren en
vastgedraaid zijn.
Maak het gebied onder de kap voor de
rechterhandrem schoon.
Controleer of de stopschakelaar werkt.
Controleer of er brandstof lekt uit motor,
tank of brandstofleidingen.
Op motorzagen met katalysator moet u
het koelsysteem dagelijks controleren.
Controleer of het mechanisme voor de
rechterhandrem niet aanloopt.