Operation Manual

28 - Dutch
3. InstallatIe
De begrenzingsdraad leggen
Als u de begrenzingsdraad met krammen gaat
vastzetten:
• Maai het gras op de plek waar u de draad gaat
leggen heel kort met een gewone gazonmaaier of
trimmer. U kunt de draad dan dicht bij de grond
leggen, waardoor de kans kleiner wordt dat de
robotmaaier de draad doorsnijdt of de isolatie van
de draad beschadigt.
• Leg de begrenzingsdraad vlak bij de grond en zet
de krammen dicht bij elkaar, op ongeveer 75 cm.
De kabel moet overal vlak tegen de grond liggen,
zodat hij niet wordt doorgesneden voordat de
graswortels er overheen zijn gegroeid.
• Gebruik een hamer om de krammen in de grond te
tikken. Wees voorzichtig bij het inslaan van de
krammen en zorg dat de draad niet te strak komt te
staan. Vermijd scherpe bochten in de draad.
Als u de begrenzingsdraad gaat ingraven:
• Zorg dat u de begrenzingsdraad minimaal 1 cm en
maximaal 20 cm onder de grond legt. De draad kan
worden ingegraven met behulp van bijvoorbeeld
een kantensteker of een rechte spade.
Gebruik de bijgeleverde meetlat als hulpmiddel bij het
leggen van de begrenzingsdraad. Zo kunt u eenvoudig
de juiste afstand aanhouden tussen de
begrenzingsdraad en de grens/het obstakel. De
meetlat wordt van de doos gescheurd.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Leg extra draad niet opgerold buiten de
begrenzingsdraad. Dit kan de werking van de
robotmaaier verstoren.
Lus voor het aansluiten van de begeleidingsdraad
Om het aansluiten van de begeleidingsdraad op de
begrenzingsdraad te vergemakkelijken, is het een
goed idee om op het punt waar de begeleidingsdraad
laterwordtaangesloteneenlustecreërenmetbehulp
van een extra stuk begrenzingsdraad van ongeveer
20 cm. Bepaal voordat u begint met het uitleggen van
de begrenzingsdraad waar u de begeleidingsdraad wilt
plaatsen. Zie 3.6Debegeleidingsdraadinstalleren op
pagina 31.
3018-085
3012-281
3018-086
1157868-36,105,NL.indd 28 2016-03-15 10.04