H U SQVARNA AUTOMOWE R ® 230 ACX /220 AC G E BRU I KSA ANWIJZI NG Omslag.indd 2 2014-12-19 13.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 3 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM INHOUDSOPGAVE 1. Introductie en veiligheid ...................................................... 1.1 Inleiding ...................................................................................... 1.2 Symbolen op Automower® ................................................. 1.3 Symbolen in de gebruiksaanwijzing .................................. 1.4 Veiligheidsinstructies ........................................................
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 4 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM INHOUDSOPGAVE Husqvarna AB werkt voortdurend aan het verder ontwikkelen van haar producten en behoudt zich dan ook het recht voor om zonder aankondiging vooraf wijzigingen in o.a. vorm, uiterlijk en functie door te voeren.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 5 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 1. INTRODUCTIE EN VEILIGHEID 1. Introductie en veiligheid 1.1 Inleiding Gefeliciteerd met uw keuze van een uitstekend kwaliteitsproduct. Om uw Husqvarna Automower® optimaal te kunnen benutten is kennis nodig over de werking. Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke informatie over de maaier, hoe u deze installeert en hoe u deze gebruikt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 6 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 1. INTRODUCTIE EN VEILIGHEID 1.2 Symbolen op Automower® Deze symbolen kunnen op de grasmaaier aanwezig zijn. Bestudeer ze nauwkeurig zodat u weet wat ze betekenen. • Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en gebruik uw Automower® niet voor u de inhoud begrijpt. • Waarschuwingen en veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing moeten zorgvuldig worden opgevolgd om de maaier veilig en efficiënt te kunnen gebruiken.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 7 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 1. INTRODUCTIE EN VEILIGHEID • De laagspanningskabel mag niet worden ingekort, verlengd of gesplitst. • Gebruik geen trimmer in de buurt van de laagspanningskabel. Wees voorzichtig bij het knippen van randen waar de kabels liggen. 1.3 Symbolen in de gebruiksaanwijzing Deze symbolen staan in de gebruiksaanwijzing. Bestudeer ze nauwkeurig zodat u weet wat ze betekenen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 8 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 1. INTRODUCTIE EN VEILIGHEID 1.4 Veiligheidsinstructies Gebruik • Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en begrijp de inhoud voordat u Automower® gaat gebruiken. • Gebruik de robotmaaier nooit wanneer personen, met name kinderen of huisdieren, zich in het maaigebied bevinden.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 9 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 1. INTRODUCTIE EN VEILIGHEID • Husqvarna AB kan niet garanderen dat de Automower® volledig compatibel is met andere typen draadloze systemen, zoals afstandsbedieningen, radiozenders, verzonken elektrische afrasteringen en dergelijke. • Het ingebouwde alarm maakt een zeer hard geluid. Let op, in het bijzonder wanneer de robotmaaier in een gesloten ruimte wordt gehanteerd.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 10 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE 2. Presentatie Dit hoofdstuk bevat informatie die u moet kennen als u van plan bent te gaan installeren. Een installatie van Husqvarna Automower® bestaat uit vier hoofdcomponenten: Automower®, een automatische grasmaaier die het gras maait door zich voornamelijk in een onregelmatig patroon te bewegen. De maaier wordt aangedreven door een onderhoudsvrije accu.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 11 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE 2.1 Automower®, wat is wat? 2 7 3 7 6 10 8 4 5 1 9 14 13 11 12 16 17 15 26 19 28 18 20 21 22 23 24 25 26 27 De getallen in de afbeelding komen overeen met: 1. Laadcontacten 2. 3.
57066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 12 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE 2.2 Werking Automower® Capaciteit Automower® wordt aangeraden voor gazons tot 3000 m2 (1800 m2 voor 220 AC). De grootte van het stuk dat wordt gemaaid is vooral afhankelijk van de staat van de messen, het soort gras, het groeitempo en de vochtigheid. Ook de vorm van de tuin is van belang.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 13 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE Werkwijze Automower® maait het gras automatisch. Hij wisselt het maaien voortdurend af met opladen. Het laadstation zendt een signaal uit, dat Automower® kan registreren op 6 tot 7 meter afstand. De maaier begint zelf naar het laadstation te zoeken wanneer de lading van de accu te laag wordt. Automower® maait niet wanneer hij het laadstation zoekt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 14 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE Via het controlepaneel op de bovenkant van Automower® kunt u alle instellingen van de maaier regelen. Op het controlepaneel zit ook de hoofdschakelaar. Open de klep voor het controlepaneel door de STOP-knop in te drukken.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 15 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE 2.3 Zoekmethode Automower® kan worden ingesteld op het zoeken naar het laadstation of op een of meerdere van de drie zoekmethoden. Met behulp van de instelmogelijkheden kunnen de drie zoekmethoden worden gecombineerd om het zoeken naar het laadstation te optimaliseren. Welke zoekmethode(n) nodig zijn, is afhankelijk van de vorm van de tuin.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 16 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 2. PRESENTATIE Zoekmethode 3: Begeleidingskabel volgen Automower® rijdt onregelmatig tot hij de begeleidingskabel vindt. Vervolgens volgt de maaier de begeleidingslus naar het laadstation. De begeleidingskabel is een extra kabel die vanuit het laadstation wordt gelegd, naar een afgelegen deel van het werkterrein of door een smalle passage en wordt vervolgens met de begrenzinglus samengekoppeld.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 17 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 3. Installatie Dit hoofdstuk beschrijft hoe u Husqvarna Automower® installeert. Voordat u de installatie begint, moet u het voorgaande hoofdstuk lezen 2. Presentatie. Lees ook dit hele hoofdstuk door voor u de installatie begint. Hoe de installatie is uitgevoerd, beïnvloedt hoed goed Automower® functioneert. Daarom is het belangrijk de installatie zorgvuldig te plannen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 18 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 19 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Denk aan de nabijheid van een stopcontact wanneer u de plaats kiest. Het laadstation moet via een laagspanningskabel en transformator worden aangesloten op een 230 V stopcontact. De meegeleverde laagspanningskabel is 20 meter lang. Tip! Het is mogelijk dat u de laagspanningskabel het werkgebied laat kruisen. Die dient dan vastgekramd of ingegraven te worden.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 20 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Plaats het laadstation niet zo dat de maaier meer dan 3 meter achter het laadstation kan komen (bijvoorbeeld op een smalle punt). De maaier zal het laadstation dan niet vinden. Installatie en aansluiten van laadstation 1. Plaats het laadstation op een geschikte plaats. 2. Bevestig het laadstation aan de grond met behulp van de bijgeleverde schroeven. 3.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 21 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE BELANGRIJKE INFORMATIE Trap of loop nooit op de plaat van het laadstation. 3.3 Opladen van accu Automower® wordt met een lege accu geleverd. Zodra het laadstation is aangesloten, kunt u de maaier opladen. 1. Zet de hoofdschakelaar in stand OFF. 2. Plaats Automower® in het laadstation om de accu op te laden in de tijd dat u de begrenzingskabel legt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 22 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Beste plaats voor de begrenzingskabel De begrenzingskabel moet zo worden gelegd dat ze: • Vormt een lus rond het werkgebied voor Automower®. Alleen originele begrenzingskabel mag worden gebruikt. Deze is vertind en heeft een hoogwaardige isolatie om tegen de vochtigheid van de aarde bestand te zijn. • Een maximale afstand van 35 meter van Automower® aanhoudt in het hele werkgebied.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 23 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Afbakeningen van het werkgebied Als een hoog obstakel, bijv. een wand of een muur, aan het werkgebied grenst, moet u de begrenzingskabel 35 cm van het obstakel leggen. Dan zal Automower® niet op het obstakel botsen en zal de slijtage aan de carrosserie afnemen. 35 cm Als het werkgebied aan een kleine greppel grenst, bijv. een border, of aan een kleine verhoging zoals bijv.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 24 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Wanneer Automower® naar het laadstation zoekt of de lus volgt volgens de functie Volg draad (3-2) (zie bladzijde 51), rijdt hij op een bepaalde afstand langs de begeleidingskabel. De functie Max afstand tot draad (3-2-3) bepaalt op welke afstand van de begrenzingskabel de maaier moet rijden. We raden aan een zo groot mogelijke waarde voor Max. afst. tot draad aan te geven. Een hoge waarde voor Max. afst.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 25 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Bijgebieden Indien het werkgebied uit twee stukken bestaat die met een passage zijn verbonden, waarbij de afstand tussen de begrenzingslussen kleiner dan 60 cm wordt, raden we aan een bijgebied te creëren. Leg de begrenzingskabel dan rond het bijgebied zodat dit een eiland vormt buiten het hoofdgebied. Bijgebied Automower® moet handmatig worden verplaatst tussen hoofd- en bijgebied.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 26 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Hellingen De begrenzingskabel kan dwars over een helling worden gelegd die minder dan 20 % helt. De begrenzingskabel moet niet dwars over een helling worden gelegd die steiler is dan 20 %. Het risico bestaat dat Automower® daar problemen krijgt met omdraaien. Dan stopt de maaier en geeft de foutmelding Buiten het werkgebied.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 27 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Plaatsen van begrenzingskabel Leg de begrenzingskabel rond het werkgebied, maar wacht met het aansluiten van de kabel op het laadstation. BELANGRIJKE INFORMATIE Extra kabel mag niet in een rol buiten de begrenzingskabel worden gelegd. Dit kan leiden tot storingen aan Automower®. Tip! Gebruik de bijgevoegde maatstok als hulpmiddel wanneer u de begrenzingskabel legt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 28 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Uitleggen van begrenzingskabel naar het laadstation De begrenzingskabel kan op een aantal verschillende het laadstation in getrokken worden. Het beste alternatief is de kabel helemaal buiten het laadstation te leggen, zie alternatief 1. Het is ook mogelijk om de kabel onder de plaat van het laadstation te leggen volgens alternatief 2 in de afbeelding.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 29 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 3.5 Aansluiten van begrenzingskabel Sluit de begrenzingskabel aan op het laadstation: 1. Til de kap van het laadstation af: • Pak met beide handen de rand van de kap beet en trek deze recht naar de zijkant toe. • Til de kap vervolgens recht omhoog. 2. Steek de uiteinden van de begrenzingskabel in het onderste gat van het laatstation en vang ze op in de bovenste gaten.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 30 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 3. De kabeluiteinden in het contact leggen: • Open het contact. • Leg de kabel in de uitsparing van het contact. 4. Druk het contact met een tang dicht. Druk tot u een klik hoort. 5. Knip het overbodige deel van de begrenzingskabel af. Knip 1 tot 2 cm boven het desbetreffende contact door. 6. Druk de contacten op de contactpennen, gemerkt A, op het laadstation.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 31 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 7. Zet de kap weer op het laadstation terug. Zorg ervoor dat de drie blokjes op het laadstation goed in de gaten van de kap terechtkomen. 3.6 Controle van de installatie Controleer het lussignaal door te kijken wat de groene led op het laadstation aangeeft. • Vast schijnsel = het signaal is goed. • Een keer knipperen om de seconde = breuk in de draad, geen signaal aanwezig.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 32 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 3.8 Installatie van begeleidingskabel De begeleidingskabel is een extra kabel die vanuit het laadstation wordt gelegd, naar een afgelegen deel van het werkterrein of door een smalle passage en wordt vervolgens met de begrenzinglus samengekoppeld. Dezelfde kabel die wordt gebruikt voor de begrenzingslus, wordt ook voor de begeleidingskabel gebruikt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 33 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE • De afstand naar een afgelegen gebied is lang of gecompliceerd. Als Automower® de begrenzingslus moet volgen naar of van een afgelegen gebied en de afstand langs de begrenzingslus naar het gebied is lang of gecompliceerd. • De begrenzingskabel ligt dwars over een lange helling (steiler dan 10 %).
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 34 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE Hoe langer de begeleidingslus wordt, hoe dichter de maaier de begeleidingskabel volgt. Als de begeleidingslus groter dan 300 meter wordt, kan de maaier het moeilijk hebben om de kabel te volgen. Dit wisselt, afhankelijk van hoe de tuin en de installatie eruit zien. 2. Til de kap van het laadstation. 3.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 35 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 5. Leg de begeleidingskabel ten minste 2 meter recht vanuit de voorkant van de laadplaat. Maximaal Afstand Ten minste 30 cm Ten minste 2m Als u de begeleidingskabel door een passage moet installeren: • Automower® volgt de begeleidingskabel aan dezelfde kant van de kabel, zowel naar als van het laadstation.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 36 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 3. INSTALLATIE 9. Sluit de begeleidingskabel aan op de begrenzingskabel met behulp van een verbinding: • Steek de uiteinden van de begrenzingskabel in het rechter respectievelijk linker gat van het verbindingsstuk. • Steek het uiteinde van de begeleidingskabel in het middelste gat. • Druk de knop op het verbindingsstuk helemaal in. 10. Kram de verbinding in het gazon of graaf ze in.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 37 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 4. GEBRUIK 4. Gebruik 4.1 Opladen van lege accu Wanneer Husqvarna Automower® nieuw is of lange tijd opgeslagen is geweest, is de accu leeg en moet voor de start worden opgeladen. Het opladen duurt 1 1/2 tot 2 1/2 uur. 1. Plaats Automower® in het laadstation. Schuif de maaier zo ver als mogelijk is naar binnen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 38 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 4. GEBRUIK 4.2 Gebruik van de timer Voor het beste maairesultaat mag het gras niet te vaak worden gemaaid. Gebruik de timerfunctie (zie 6.4 Timer (2) op bladzijde 47) om een platgereden gazon te voorkomen en voor maximale levensduur van uw Automower® te zorgen. De kwaliteit van het gras wordt bijv. beter wanneer u het om de dag maait in plaats van iedere dag 12 uur.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 39 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 4. GEBRUIK 4.5 Nieuwe start Nieuwe start binnen 20 seconden 1. Doe de klep van het controlepaneel dicht. Automower® start automatisch. Nieuwe start na meer dan 20 seconden Indien meer dan 20 seconden voorbij zijn nadat u voor het laatst op de STOP-knop of toetsenbord heeft gedrukt, is het niet mogelijk Automower® te starten door alleen de klep dicht te doen. Om te starten: 1. Druk op de YES-knop. 2.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 40 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 4. GEBRUIK 4.7 Afstellen van maaihoogte De maaihoogte kan variëren van MIN (2 cm) tot MAX (6 cm). Indien het gras lang is, is het prima om Automower® te laten beginnen op maaihoogte MAX. Wanneer het gras daarna korter wordt, kunt u de maaihoogte successievelijk verlagen. Om de maaihoogte bij te stellen: 1. Druk op de STOP-knop om de maaier te stoppen. 2.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 41 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 5. CONTROLEPANEEL 5. Controlepaneel Via het controlepaneel regelt u alle soorten commando's en instellingen voor Husqvarna Automower®. U bereikt alle functies via een aantal menu’s. Het controlepaneel bestaat uit een display en een toetsenbord. Alle informatie is te zien op het display en alle invoer doet u met behulp van de toetsen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 42 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 5. CONTROLEPANEEL Het toetsenbord bestaat uit vijf groepen knoppen: Snelcommando’s, programma’s, keuze, getallen en hoofdschakelaar. Hoofdmenu Commando’s Timer Tuin Instellingen 5.1 Snelcommando’s 1. Parkeer: • Stuurt de maaier naar het laadstation. Daar blijft hij tot de knop weer wordt ingedrukt. Het huissymbool gaat branden aan de rechterkant van het display wanneer de knop wordt ingedrukt.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 43 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 5. CONTROLEPANEEL 5.2 Programma 3. A 4. B 5. C 3 Onder de programmaknoppen kunt u verschillende instellingen opslaan, die u later weer kunt gebruiken of die het gebruik van een Automower® in meerdere tuinen vergemakkelijken. Onder de desbetreffende knop zitten enkele vooraf ingestelde instellingen. U kunt ervoor kiezen deze te gebruiken of ze te wijzigen. • Om de instellingen te wijzigen: Maak de gewenste instellingen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 44 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 5. CONTROLEPANEEL 5.4 Getallen 9. Gebruikt in de menustructuur om instellingen zoals bijvoorbeeld PIN-code, tijd of uitrijrichting aan te geven. Ook gebruikt om een cijferreeks weer te geven als snelkeuze voor de verschillende menu’s. Voor meer informatie over de cijferreeks zie Cijferreeks op bladzijde 45. 5.5 Hoofdschakelaar 10. Zet de hoofdschakelaar in stand ON om Automower® te kunnen starten.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 45 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES 6. Menufuncties 6.1 Hoofdmenu Het hoofdmenu bestaat uit vier keuzes: 6.3 Commando’s (1) Hoofdmenu 6.4 Timer (2) 6.5 Tuin (3) 6.6 Instellingen (4) De getallen tussen haakjes verwijzen naar de menuregels in het display van Husqvarna Automower®. Commando’s Timer Tuin Instellingen Onder iedere keuze zit een aantal submenu’s. Via deze bereikt u alle functies om instellingen voor Automower® te maken.
Laden dan AUTO 46 - Nederlands Laatste fouten bekijken JA Ma Reset alle timers Do Start tijd 2 Wo Stop tijd 1 Di Start tijd 1 Stop tijd 2 Vr Za Act. alles Zo Kopieer dag timer Dag Weekend Week timer timer timer Timer Start tijd 2 Stop tijd 1 NEE Timer uitschakelen Start tijd 1 Reset alle timers Fabrieksinstellingen Commando’s Einde hoek 1 Begin hoek 2 Einde hoek 2 Begel. 2* Aandeel Begel.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 47 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES 6.3 Commando’s (1) Via deze keuze in het hoofdmenu bereikt u de onderstaande functies van Automower®. • Laden, dan AUTO (1-1) Automower® rijdt dan onmiddellijk naar het laadstation, laadt de accu op en gaat vervolgens terug naar automatische bedrijfsstand. Kies de functie en druk op YES wanneer de cursor op Ja staat.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 48 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Timer uitschakelen (2-1) Wanneer u de timer van uw Automower® heeft ingesteld kunt u met behulp van deze functie tijdelijk van deze instellingen afwijken. • • JA Timer uitschakelen JA (2-1-1) Zet de cursor op JA en druk op YES om de timerfunctie uit te zetten. Dag timer NEE (2-1-2) Weekend timer Zet de cursor op NEE en druk op YES om de timerfunctie aan te zetten.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 49 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Weektimer (2-4) Gebruik de YES -knop om de dagen te selecteren/deselecteren waarop u wilt dat Automower® maait/niet maait. Op de dagen die met een vinkje zijn geselecteerd, zal Automower® maaien. • Ma (2-4-1) • Di (2-4-2) • Wo (2-4-3) • Do (2-4-4) • Vr (2-4-5) • Za (2-4-6) • Zo (2-4-7) • Activeer alles (2-4-8) Timer uitschakelen Dag timer Ma Vr Di Za Wo Zo Do Act.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 50 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Uitrijhoek (3-1) Automower® verlaat het laadstation normaliter in een richting binnen de uitrijsector 90°-270°, waarbij 90° de beginhoek wordt genoemd en 270° de eindhoek. Door begin- en eindhoeken in te stellen, kunt u instellen in welke richting Automower® het laadstation moet verlaten. De maaier kan worden ingesteld voor maximaal twee uitrijsectoren.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 51 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Aandeel eerste (3-1-6) Wanneer u twee uitrijsectoren gebruikt: Geef een percentage aan om te bepalen in hoeveel van de gevallen Automower® het laadstation in sector 1 moet verlaten. Om de instellingen in Uitrijhoek te testen. Geef de waarde 100 % in voor Aandeel eerste als sector 1 getest moet worden. Geef de waarde 0 % in voor Aandeel eerste als sector 2 getest moet worden.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 52 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES U kunt maximaal vijf afgelegen gebieden activeren: Gebied 1, Gebied 2, Gebied 3, Gebied 4 en Gebied 5 (slechts drie gebieden voor 220 AC). Voor het activeren van een gebied moeten drie waarden worden aangegeven: Gebied 1 Volgt uitg. draad Gebied 2 Gebied 3 Volg draad in Max. afst.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 53 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Volg draad in (3-2-2) Deze functie is bedoeld om te regelen hoe Automower® naar het laadstation zoekt. Automower® begint bij het zoeken naar een laadstation altijd met een onregelmatige zoekmethode. Voor sommige tuinen is dit echter niet voldoende om de maaier snel het laadstation te laten vinden. Het zoeken kan dan geoptimaliseerd worden met behulp van de functie Volg draad in (3-2-2).
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 54 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Max afstand tot draad (3-2-3) De instelling Max. Afst. tot draad geeft de afstand weer van de rijbaan van de maaier tot de begrenzingslus of begeleidingskabel, wanneer die naar/vanuit het laadstation worden gevolgd. Het oppervlak naast de lus/kabel dat de maaier dan gebruikt wordt de Max. afstand genoemd. Max.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 55 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Test volg draad IN (3-2-4) De functie Test volg draad IN (3-2-4) is bedoeld om te testen hoe Automower® zijn weg naar het laadstation vindt. Volgt uitg. draad Volg draad in Max. afst.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 56 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Om de afstand te bepalen van het laadstation naar een afgelegen gebied: • Geef een afstand aan die de werkelijke meer dan overschrijdt. De maximale afstand die kan worden aangegeven is 500 meter. Voer de waarde 100 % in voor Aandeel voor het gebied dat moet worden gemeten en de waarde 0 % voor de overige gebieden. Plaats Automower® in het laadstation en kies Test volg draad UIT (3-2-5).
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 57 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Grond snelheid (3-4-2) Wanneer de Automower® wordt ingezet in een gebied dat kleiner is dan het aanbevolen oppervlak, kan de snelheid worden verlaagd. Dit heeft als voordeel dat de maaier minder snel slijt en dat de snelheid op steile hellingen iets gelijkmatiger is. Om de snelheid te wijzigen: Zet de indicator op Grond snelheid en druk op YES.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 58 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES • Tijdslot (4-1-2) Deze functie betekent ten eerste dat Automower® na het geselecteerde aantal dagen stopt met maaien en niet verdergaat voordat de juiste PIN-code is ingevoerd en ten tweede dat u de PIN-code moet invoeren wanneer de hoofdschakelaar op stand ON wordt gezet. Automower® staat standaard ingesteld op 30 dagen, maar kan naar wens worden gewijzigd.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 59 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Om: • Te activeren: Zet de cursor op Alarm en druk op YES. Kies AAN om te activeren en druk op YES. Aangeef vervolgens hoeveel minuten het alarm afgaan moet door beantwoordt de vraag Duur alarm. • Te deactiveren: Zet de cursor op Alarm en druk op YES. Kies UIT om te deactiveren en druk op YES. Wanneer u UIT heeft gekozen, is ook de alarmfunctie gedeactiveerd.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 60 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 6. MENUFUNCTIES Taal (4-3) Met deze functie kunt u de taalkeuze wijzigen die u heeft gemaakt toen u Automower® de eerste keer opstartte. Om een taal te kiezen: Zet de cursor op Taal en druk op YES. Zet de cursor vervolgens op de gewenste taal en druk op YES. Veiligheid Geluiden Taal Tijd & datum 4-3 Tijd & datum (4-4) Met deze functie kunt u de tijd en datum in Automower® veranderen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 61 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 7. TUINVOORBEELDEN 7. Tuinvoorbeelden - Voorstellen voor installatie en instellingen Het gedrag van de maaier wordt bepaald door de instellingen. Door de tuininstellingen van de maaier aan te passen aan de vorm van de tuin wordt het voor Husqvarna Automower® makkelijker alle delen van de tuin even vaak te bereiken en daarmee een beter maairesultaat te krijgen. Verschillende tuinen hebben verschillende instellingen nodig.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 62 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 7. TUINVOORBEELDEN Voorstel voor installatie en instellingen Gebied: 1800 m2. Geen begeleidingskabel nodig. Timer: Bedrijfstijd van 24 uur per etmaal. Uitrijhoeken: Een sector 90° - 270°. Zoekmethode: Onregelmatig en Volg begrenzingslus in. Uitstel: Guide 1 4 minuten, Guide 2 4 minuten en begrenzingslus 11 minuten. Max. afst. tot draad: Begrenzingslus 20. Gebied: 1800 m2.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 63 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 7. TUINVOORBEELDEN Voorstel voor installatie en instellingen Gebied: 600 m2.L-vormige tuin met het laadstation op het kleine oppervlak. Geen begeleidingskabel nodig. Timer: Bedrijfstijd van 8 uur per etmaal. Uitrijhoeken: Sector 1 70°-130° en Sector 2 250° - 290°. Aandeel eerste 10 %. Zoekmethode: Onregelmatig en Volg begrenzingslus in. Uitstel: Guide 1 4 minuten, Guide 2 4 minuten en begrenzingslus 11 minuten. Max. afst.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 64 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 7. TUINVOORBEELDEN Voorstel voor installatie en instellingen Gebied: 500 m2. Er zijn enkele eilanden. Geen begeleidingskabel nodig. De basisinstellingen van de maaier hoeven niet te worden gewijzigd. Timer: Bedrijfstijd van 7 uur per etmaal. Uitrijhoeken: Een sector 90° - 270°. Zoekmethode: Onregelmatig. Uitstel: Guide 1 4 minuten, Guide 2 4 minuten en begrenzingslus 11 minuten. Max. afst. tot draad: 10 Gebied: 1000 m2.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 65 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 7. TUINVOORBEELDEN Voorstel voor installatie en instellingen Dit voorbeeld geldt alleen voor 230 ACX. Gebied: 3000 m2. Wij raden twee begeleidingskabels aan. Timer: Bedrijfstijd van 24 uur per etmaal. Uitrijhoeken: Een sector 90° - 270°. Volgt uitg. draad: Gebied 1, Richting Guide 1, Afstand 40 m en Aandeel 20 %. Gebied 2, Richting Guide 2, Afstand 30 m en Aandeel 30 %.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 66 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 8. Onderhoud Voor een betere bedrijfszekerheid en hogere levensduur, moet u Husqvarna Automower® regelmatig controleren en schoonmaken en indien nodig versleten onderdelen vervangen. Voor meer informatie over het schoonmaken, zie 8.5 Schoonmaken op bladzijde 68. De eerste tijd dat Automower® wordt gebruikt, moet u maaischijf, draaischotel en messen een keer per week controleren.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 67 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 8.2 Winterstalling Automower® Automower® moet zorgvuldig worden schoongemaakt voor de winterstalling, zie 8.5 Schoonmaken op bladzijde 68. Laadt de accu helemaal op voor de winterstalling. Zet de hoofdschakelaar in stand OFF.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 68 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 8.3 Service Breng uw Automower® voor een servicebeurt naar een dealer voordat u hem stalt voor de winter. Dit is essentieel om de maaier in een goede conditie te houden. Een servicebeurt omvat gewoonlijk het volgende: • Grondige reiniging van behuizing, chassis, maaiblad, glijplaat en alle andere bewegen delen. • Testen van de functies en componenten van de maaier.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 69 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 4. Maak de maaischijf en onderkant schoon met bijv. een afwasborstel. Controleer ook of de maaischijf vrij draait ten opzichte van de motorhouder, daar direct boven. Controleer ook of de draaischotel vrij draait ten opzichte van de maaischijf. Wanneer lange grassprieten of andere voorwerpen naar binnen komen, kan dat de maaischijf en/of draaischotel afremmen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 70 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 8.6 Vervangen van messen WAARSCHUWING Gebruik altijd originelemessen en bouten bij het vervangen. Wanneer u alleen het mes vervangt en de bout opnieuw gebruikt, kan dat ertoe leiden dat de bout tijdens het maaien slijt en afbreekt. Het mes kan dan weggeworpen worden en letsel veroorzaken. Alle drie de messen en bouten moeten op hetzelfde moment worden vervangen om een gebalanceerd maaisysteem te krijgen.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 71 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 8. ONDERHOUD 8.7 Bij onweer Om het risico op schade aan de componenten in de robotmaaier en het bijbehorende laadstation te beperken, adviseren we om alle aansluitingen op het laadstation (voeding, begrenzingsdraad en begeleidingsdraden) los te koppelen als er kans op onweer is. 1. Let goed op welke draad waar is aangesloten. De aansluitingen op het laadstation zijn gemarkeerd met AR, AL, G1, G2. 2. Koppel alle draden los.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 72 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 9. OPSPOREN VAN STORINGEN 9. Opsporen van storingen 9.1 Foutmeldingen Hieronder staat een aantal foutmeldingen, die op het display van Husqvarna Automower® kunnen verschijnen. Als dezelfde fout vaak voorkomt: neem contact op met uw dealer. Foutmelding Oorzaak Maatregel Linker wielmotor geblokkeerd Gras of andere voorwerpen zijn rond het aandrijfwiel vast komen te zitten.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 73 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 9. OPSPOREN VAN STORINGEN Foutmelding Oorzaak Maatregel Buiten maaige bied Als dit steeds op speciale stukken gebeurt, kan het komen door storingen van metalen voorwerpen (hek, betonijzer) of ingegraven kabels in de buurt. Probeer de begrenzingskabel te verplaatsen. Het werkgebied helt te sterk. Controleer of de begrenzingskabel goed is gelegd. De begrenzingskabel is verkeerd om rond een ”eiland” gelegd.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 74 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 9. OPSPOREN VAN STORINGEN 9.2 Foutsymptomen Wanneer uw Automower® niet correct functioneert, moet u het onderstaande schema volgen om de storing op te sporen. Indien de storing blijft bestaan, moet u contact opnemen met uw dealer. Symptoom Oorzaak Ongelijkmatig maairesultaat Automower werkt te weinig uren per dag. Vergroot de werktijd, zie 6.4 Timer (2) op bladzijde 47. Te groot werkgebied.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 75 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 10. TECHNISCHE GEGEVENS 10.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 76 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 11. GARANTIEBEPALINGEN 11. Garantiebepalingen Husqvarna AB garandeert de werking van dit product gedurende een periode van twee jaar (vanaf de aankoopdatum). De garantie dekt ernstige materiaalof productiefouten.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 77 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 12. INFORMATIE MET BETREKKING TOT HET MILIEU 12. Informatie met betrekking tot het milieu Het symboool op Husqvarna Automower® of op de verpakking geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden. In plaats daarvan moet het naar een gespecialiseerd recyclingcentrum worden gebracht, waar de elektronische componenten en accu's kunnen worden gerecycled.
1157066-36,BvAM220-230_2013_NL.book Page 78 Thursday, December 4, 2014 11:07 AM 13. EU-VERKLARING 13. EU-verklaring EG-verklaring van overeenstemming (Geldt alleen voor Europa) Husqvarna AB, SE-561 82 Huskvarna, Zweden, tel.
ORIGINELE INSTRUCTIES AUTOMOWER is een handelsmerk van Husqvarna AB. Copyright © 2014 HUSQVARNA. All rights reserved. www.automower.com 115 70 66-36 Omslag.indd 1 2014-12-19 13.