Operation Manual

58 - Nederlands
6. MENUFUNCTIES
Automower meer afwisselend vlakbij en ver van
de begrenzingslus respectievelijk
begeleidingskabel.
Max. afst. tot draad is een relatieve afstand en kan
worden aangegeven op een schaal van 0 tot 20.
Hoe lager de waarde van Max. Afst. tot draad, hoe
dichter Automower de begrenzingslus en/of de
begeleidingskabel volgt.
Er kunnen verschillende max. afst. tot draad
worden ingesteld voor begrenzingslus, guide 1
en guide 2. Automower is standaard ingesteld op
waarde 10 voor zowel begrenzingslus als
begeleidingskabels.
Hoe hoger de waarde voor Max. Afst. tot draad,
hoe kleiner het risico van spoorvorming. Een
hoge waarde kan echter betekenen dat het voor
Automower moeilijk wordt zijn weg in een
doorgang te vinden.
Een tuin met grote open velden moet een brede
Max. afstand hebben, dat wil zeggen een hoge
waarde voor Max. Afst. tot draad. Een tuin met
doorgangen moet een smalle Max. afstand
hebben, dat wil zeggen een lage waarde voor
Max. Afst. tot draad.
Als waarde 0 voor Max. Afst. tot draad wordt
aangegeven, zal Automower de kabel precies
volgen, wat betekent dat de ene helft van de
maaier binnen de lus en de andere helft van de
maaier buiten de lus rijdt. Omdat er vaak
borders, hagen en wegen langs de
begrenzingslus liggen, is Max. Afst. tot draad 0
gewoonlijk niet aan te bevelen. Als u echter toch
die waarde wilt aangegeven, moet de
begrenzingslus 40 cm van vaste voorwerpen
vandaan liggen in plaats van de normale 35 cm.
BELANGRIJKE INFORMATIE
De afstand waarmee de maaier de
begrenzingslus volgt is afhankelijk van de
wijze waarop het werkgebied eruit ziet. Door
te testen kunt u de grootste mogelijke Max.
Afst. tot draad vinden. Gebruik de functie
Test volg draad IN (3-2-4) om de
verschillende waarden te testen.
Volgt uitg. draad
Volg draad in
Max. afst. tot draad
Test volg draad IN
Test volg draad UIT
Max. afst. begr. lus
Max. afst. begel. lus 1
Max. afst. begel. lus 2
3-2-3
3012-459