Operation Manual

2.2 Functie
Capaciteit
De robotmaaier wordt aanbevolen voor gazons tot
500 m
2
: Automower
®
305
800 m
2
: Automower
®
308
2200 m
2
: Automower
®
320
3200 m
2
: Automower
®
330X
De grootte van het gebied dat de robotmaaier kan maaien, is voorname-
lijk afhankelijk van de toestand van de messen en het type ervan, en de
groei en het vochtgehalte van het gras. Ook de vorm van de tuin speelt
een rol. Wanneer de tuin voornamelijk uit open gazongebieden bestaat,
kan de robotmaaier een groter oppervlak per uur maaien dan wanneer
de tuin uit diverse kleine gazons bestaat, die van elkaar worden geschei-
den door bomen, bloemperken en doorgangen.
Een volledig opgeladen robotmaaier maait 40 tot 170 minuten, afhanke-
lijk van het model, de leeftijd van de accu en de dikte van het gras. Ver-
volgens wordt de robotmaaier 50 tot 90 minuten opgeladen. De laadtijd
is afhankelijk van onder andere de omgevingstemperatuur.
Maaitechniek
Het maaisysteem van de Husqvarna-robotmaaier is efciënt en energie-
zuinig. In tegenstelling tot veel andere standaardgrasmaaiers snijdt de
robotmaaier het gras in plaats van het eraf te slaan.
Wij adviseren u de robotmaaier voornamelijk bij droog weer in te scha-
kelen om de best mogelijke resultaten te behalen. Robotmaaiers van
Husqvarna kunnen ook in de regen maaien, maar nat gras blijft aan de
robotmaaier plakken, waardoor er een groter risico bestaat van glijden
op steile hellingen.
De messen moeten in goede staat zijn voor de beste maairesultaten.
Om ervoor te zorgen dat de messen zo lang mogelijk scherp blijven, is
het belangrijk dat er geen takken, kleine steentjes of andere voorwerpen
aanwezig zijn op het gazon die de messen kunnen beschadigen. Ver-
vang de messen regelmatig. Voor informatie over het vervangen van de
messen, zie de volledige gebruikershandleiding op de bijgevoegde dvd.
Werkmethode
De robotmaaier maait automatisch het gazon. Hij wisselt constant tus-
sen maaien en laden.
De robotmaaier start met zoeken naar het laadstation wanneer de
acculading te laag wordt. De robotmaaier maait niet wanneer hij het
laadstation zoekt.
Als de accu volledig is opgeladen, verlaat de robotmaaier het laadstation
en begint in de tuin te maaien op een plaats waar onlangs nog niet is
gemaaid. De plaats wordt bepaald door de ingebouwde GPS-ontvanger.
Deze functie is alleen beschikbaar bij de Automower
®
330X. Voor de
andere modellen moet u waarschijnlijk de instellingen voor het verlaten
handmatig instellen om ervoor te zorgen dat het gazon gelijkmatig wordt
gemaaid, zie hoofdstuk 6 Menufuncties in de volledige gebruikershand-
leiding op de bijgevoegde dvd.
Wanneer de robotmaaier een obstakel raakt, rijdt de maaier achteruit en
kiest hij vervolgens een nieuwe richting.
Sensoren op de voor- en achterkant van de robotmaaier detecteren
wanneer de robotmaaier de begrenzingsdraad nadert. De robotmaaier
rijdt tot 28 centimeter buiten de draad voor Automower
®
305/308 en tot
32 centimeter buiten de draad voor Automower
®
320/330X 32 voordat
hij omkeert.
De STOP-knop op de bovenkant van de robotmaaier wordt voornamelijk
gebruikt om de robotmaaier te stoppen als deze is ingeschakeld. Wan-
neer u op de STOP-knop drukt, wordt de afdekking voor het bedienings-
paneel geopend. De STOP-knop blijft ingedrukt totdat de afdekking weer
wordt gesloten. In combinatie met de START-knop werkt deze als een
startvergrendeling.
Via het bedieningspaneel boven op de robotmaaier kunt u alle instel-
lingen voor de robotmaaier beheren.
Als de hoofdschakelaar voor de eerste keer wordt ingesteld op 1, begint
er een opstartprocedure waarin een aantal belangrijke basisinstellingen
staan, zie 3.8 Eerste ingebruikname en kalibratie in de volledige gebrui-
kershandleiding op de bijgevoegde dvd.
Bewegingspatroon
Het bewegingspatroon van de robotmaaier is willekeurig en wordt door
de robotmaaier zelf bepaald. Een bewegingspatroon wordt nooit her-
haald. Met dit maaisysteem wordt het gazon zeer gelijkmatig gemaaid
zonder maaistrepen van de robotmaaier.
Laadstation zoeken
De Automower
®
320/330X kan worden ingesteld om op een of meer van
drie manieren te zoeken naar het laadstation. De robotmaaier combi-
neert deze drie zoekmethoden automatisch om het laadstation zo snel
mogelijk te vinden, terwijl hij tegelijkertijd probeert om zo weinig mogelijk
sporen te vormen. Automower
®
305/308 volgt altijd de geleidingsdraad
naar het laadstation.
2.3 De maaihoogte aanpassen
Als het gras lang is, kunt u de maaier het beste op de maximale maai-
hoogte laten beginnen. Zodra het gras korter is, kan de maaihoogte
geleidelijk lager worden ingesteld.
Automower 320/330X
Automower 305/308
BELANGRIJKE INFORMATIE
In de eerste week na een nieuwe installatie moet de maai-
hoogte worden ingesteld op MAX om schade aan de lusdraad
te voorkomen. Hierna kan de maaihoogte elke week een stap
worden verlaagd totdat de gewenste maaihoogte is bereikt.
Dutch - 30
DUTCH