Operation Manual

Dutch – 21
ONDERHOUD
Onderhoudsschema
Hieronder volgt een lijst van het onderhoud dat aan de zitmaaier moet worden uitgevoerd. Voor de punten die niet in deze
gebruiksaanwijzing staan beschreven, moet u een erkende servicewerkplaats bezoeken.
Onderhoud
Dagelijks
onderhoud
voor de start
Wekelijks
onderhoud
3)
Ten
minste
ieder
jaar
Onderhoudsinterv
al in uren
10 40 100 200
Controleer de koelflenzen van de hydraulische oliekoeler en maak
ze zo nodig schoon
X
Schoonmaken X
Controleer het oliepeil van de motor X
Controleer de koelluchtinlaat van de motor X
Controleer de luchtfilters van de brandstofpomp X
Controle van het peil van het accuzuur X
Controleer het veiligheidssysteem X
Controleer bouten en moeren O
Controleer op eventuele brandstof- en olielekkage O
Maak schoon rond de geluiddemper O
Start motor en messen, luister naar bijgeluiden O
Maak de koelluchtinlaat van de transmissie schoon X X
Smeer volgens het onderhoudsschema, onder het kopje
“SMEREN”
X
Vervang motorolie
1)
XX
1)
Controleer het maaidek X X
Controle van messen X
Maak schoon onder het maaidek X
Controleer de luchtdruk van de banden: 100 kPa/1,0 bar/14,5 PSI X
Smeer de riemspanner (nippel) X X
Smeer de bestuurderszitting X
Smeer alle kabels X
Smeer de scharnierpunten in het maaidek X
Maak in de frametunnel schoon X
Smeer het pedaalsysteem in de frametunnel. X
Smeer de hydrostaatkabel met schakels X
Controleer parkeerrem X
Smeer parkeerremkabel X
Smeer gashendel X
Smeer chokehendel X
Smeer de stuurketting in de frametunnel X
Maak alles rond de motor zorgvuldig schoon X
Maak alles rond de transmissie zorgvuldig schoon X
Controleer de V-snaren O
Controle van het oliepeil van de transmissie X
Controle en afstellen van chokekabel X