Operation Manual

VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dutch 47
Controle van de kettingsmering
Controleer bij elke tankbeurt de kettingsmering. Hou de
zaagbladpunt op ca. 20 cm (8 duim) op een vast licht
voorwerp gericht. Na 1 minuut draaien met 3/4 gas geven,
moet er een duidelijke olierand te zien zijn op het lichte
voorwerp.
Afstellen van de kettingsmering
Wanneer u in droge en harde houtsoorten zaagt, kan het
nodig zijn meer te smeren. Draai de stelschroef met de
wijzers van de klok mee om de olietoevoer te verhogen.
Denk erom dat het olieverbruik daardoor toeneemt,
controleer regelmatig de hoeveelheid olie in de olietank.
Draai de stelschroef tegen de klok in om de olietoevoer te
verlagen.
Maatregelen als de smering niet werkt:
1 Controleer of het kettingoliekanaal van het zaagblad
open is. Maak schoon indien nodig.
2 Controleer of het smeerkanaal van het
versnellingshuis schoon is. Maak schoon indien
nodig.
3 Controleer of het neuswiel van het zaagblad licht
loopt. Als de kettingsmering niet functioneert nadat u
bovenstaande controlepunten bent langsgelopen,
moet u contact opnemen met uw servicewerkplaats.
Slijtagecontrole van de
snijuitrusting
Ketting
Controleer de ketting dagelijks:
Of er zichtbare barsten in klinken en schakels zijn.
Of de ketting stijf is.
Of klinken en schakels abnormaal versleten zijn.
We raden aan een nieuwe zaagketting te gebruiken om
de slijtage van de ketting die u gebruikt te controleren.
Wanneer de lengte van de snijtanden slechts 4 mm
bedraagt, is de ketting versleten en moet ze vervangen
worden.
Kettingaandrijftandwiel
Controleer regelmatig het slijtageniveau van het
kettingaandrijf-tandwiel. Vervang het als het abnormaal
versleten is.