User manual

34
Oplossing van gewone problemen
IJsdispenser
Probleem Oorzaak Oplossing
Dispenser geeft geen ijs.
De watertoevoer is niet aangesloten.
De bak voor het bewaren van het ijs is
leeg.
De temperatuur in het vriesgedeelte is te
hoog ingesteld.
De klep voor de waterleiding staat niet
open.
De deur van het vriesgedeelte is niet
gesloten.
De ijsdispenserarm is gedurende meer
dan 4 tot 5 minuten ingedrukt gehouden.
Sluit de waterleiding aan.
De dispenser zou moeten werken, wanneer het eerste ijs in
de bak valt.
Stel de regeling van het vriesgedeelte lager in, zodat
ijsblokjes kunnen worden gemaakt. De dispenser zou
moeten werken, wanneer het eerste ijs wordt gemaakt.
Open de klep op de waterleiding. Geef voldoende tijd om ijs
te maken. De dispenser zou moeten werken, wanneer er ijs
wordt gemaakt.
Sluit de deur van het vriesgedeelte.
De motor is overbelast. De bescherming tegen
overbelasting van de motor wordt automatisch opnieuw
ingesteld na ongeveer 3 minuten. De ijsdispenser zal dan
werken.
De ijsdispenser is
geblokkeerd.
Rond de spiraal is ijs gesmolten en
aangevroren vanwege te laag gebruik,
temperatuurschommelingen en/of
stroomonderbrekingen.
IJsblokjes zitten geklemd tussen de
ijsmachine en de achterkant van de
ijsbak.
IJsblokjes zijn aaneen gevroren.
De ijsblokjes zijn hol of kleiner dan
gewoonlijk.
Verwijder de ijsbak, laat het ijs dooien en giet de bak uit.
Maak de bak schoon, wrijf droog en plaats opnieuw in de
juiste positie. De dispenser zou moeten werken, wanneer
er ijs wordt gemaakt.
Verwijder de ijsblokjes die de dispenser blokkeren.
Gebruik de dispenser vaak, zodat de ijsblokjes niet aan
elkaar vriezen.
Het ijs- en waterfilterelement kan verstopt zijn. Vervang het
filterelement. Het dispensersysteem werkt het best met een
waterdruk van 1,4 tot 6,9 bar. De druk van putwater moet
binnen deze limieten liggen.
Waterdispenser
Probleem Oorzaak Oplossing
Dispenser geeft geen
water.
De watertoevoer is niet aangesloten.
De klep voor de waterleiding staat niet
open.
De deur van het vriesgedeelte is niet
gesloten.
Het ijs- en waterfilterelement is verstopt.
De eventuele voorste filter is niet
helemaal geplaatst.
Sluit de waterleiding aan.
Open de klep op de waterleiding. Zie het hoofdstuk
“IJsmachine maakt geen ijs”.
Sluit de deur van het vriesgedeelte.
Vervang het filterelement.
Duw de filter in totdat u een “klik” hoort. De filter moet in lijn
met de kast staan.
Het water heeft een
vreemde smaak en/of
geur.
Het water heeft te lang in het reservoir
gestaan.
De koel-/vrieskast is niet goed op de
koudwaterleiding aangesloten.
De buizen van de waterleiding en
installatie kunnen aan het water een
smaakje en geur geven.
Het water heeft een hoog
mineraalgehalte.
Vul 10 tot 12 glazen water en gooi dit water weg, om de
toevoer te verversen en het reservoir helemaal te spoelen.
Sluit de koel-/vrieskast aan op de leiding die water geeft
aan de kraan in de keuken.
Gebruik het best koperen buizen voor de wateraansluiting.
Neem contact op met een waterzuiveringsbedrijf.
De waterdruk is
uitzonderlijk laag.
De druk op de stopkraan (voor putwater)
is te laag.
Het systeem van omgekeerde osmose
is in de recuperatiefase.
Laat iemand de druk op de stopkraan voor de waterpomp
verhogen (voor putwater).
Het is normaal dat de druk op het systeem van
omgekeerde osmose tijdens de recuperatiefase lager dan
1,4 bar is.