Gebruiksaanwijzing Rider 115C Rider 120C Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en gebruik de machine niet voor u alles duidelijk heeft begrepen.
INHOUD Inhoud INHOUD Inhoud .......................................................................... INLEIDING Beste klant! .................................................................. Rijden en transport op de openbare weg ..................... Slepen .......................................................................... Gebruik ........................................................................ Goede service ..............................................................
INLEIDING Beste klant! Gefeliciteerd met uw keuze voor een Husqvarna Rider. De Husqvarna Riders hebben een uniek ontwerp met een vooropgeplaatste maai-inrichting en gepatenteerde knikbesturing. De Rider werkt heel effectief, ook op kleine en nauwe oppervlakken. De hendels die bij elkaar zijn geplaatst en een hydrostatische transmissie die met pedalen wordt geregeld, dragen ook bij tot de prestaties van de machine. Deze gebruiksaanwijzing is een waardevol document.
Servicejournaal Service bij levering 1 Laad de accu 4 uur lang bij max. 3 A. 2 Monteer het stuur, de zitting en indien nodig andere onderdelen. 3 Controleer de luchtdruk in de banden (60 kPa, 0,6 bar, 9 psi) en pas deze aan. 4 Controleer of de juiste hoeveelheid olie in de motor zit. 5 Zorg ervoor dat de accu is aangesloten. 6 Vul brandstof bij en start de motor. 7 Controleer of de machine niet beweegt in neutraalstand. 8 Controleer: Vooruit rijden. Achteruit rijden. De messen activeren.
VERKLARING VAN DE SYMBOLEN Symbolen Uitschakelen Deze symbolen staan op de zitmaaier en in de gebruiksaanwijzing. Handrem WAARSCHUWING! Slordig of onjuist gebruik kan resulteren in ernstig letsel of overlijden van de gebruiker of anderen. Rem Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en gebruik de machine niet voor u alles duidelijk heeft begrepen. Koppeling Draag altijd: • Goedgekeurde gehoorbeschermers Dit product voldoet aan de geldende CErichtlijnen.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Veiligheidsinstructies • Stop de motor en voorkom een motorstart voordat u de uitloopgoot schoonmaakt. Deze instructies zijn gemaakt voor uw veiligheid. Lees ze aandachtig door. • Pas op voor de uitworp en richt die niet op iemand. • Stop de motor om een motorstart te voorkomen, voordat u het maaielement schoonmaakt. • Denk eraan dat de bestuurder verantwoordelijk is voor gevaren of ongelukken. • Neem nooit passagiers mee.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Laat de machine nooit zonder toezicht met draaiende motor achter. Alvorens de machine te verlaten dient u altijd de bladen te stoppen, de handrem in te schakelen, de motor uit te schakelen en de sleutels te verwijderen. • Gebruik de machine nooit bij slecht weer, zoals mist, regen, op vochtige of natte plekken, bij krachtige wind, strenge kou, kans op blikseminslag enz.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Maai niet vlakbij randen, sloten of wallen. De machine kan plotseling omslaan wanneer één wiel over de rand van een diepte of een sloot komt, of wanneer een rand instort. • Maai geen nat gras. Dat is glad en de banden kunnen de grip verliezen zodat de machine gaat glijden. • Probeer de machine niet te stabiliseren door een voet op de grond te zetten. • Bij het schoonmaken van het onderstel mag de machine nooit vlak naast een rand of sloot gereden worden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES ! WAARSCHUWING! De accu bevat lood en loodverontreinigingen, chemicaliën waarvan men denkt dat ze kanker, schade aan de ongeboren vrucht of andere voortplantingsschade veroorzaken. Was uw handen nadat u de accu hebt aangeraakt. • Stop om de uitrusting te inspecteren wanneer u tegen een voorwerp aanrijdt. Repareer, indien nodig, voordat u start. • Voer nooit afstellingen uit terwijl de motor draait.
WAT IS WAT? 8 7 9 10 6 5 11 4 3 12 2 1 13 14 Plaatsing van de bedieningsorganen 1 Product- en serienummerplaatje 8 Snelheidsregeling voor het vooruit rijden 2 Hendel voor ontkoppeling van de aandrijving 9 Hendel voor instelling van maaihoogte 3 Accu 10 Handrem 4 Gashendel/chokehendel 11 Vergrendelknop voor handrem 5 Ontstekingsslot 12 Instelling van zitting.
PRESENTATIE Presentatie Snelheidsregeling Gefeliciteerd met uw keuze van een uitstekend kwaliteitsproduct waar u lang plezier van zult hebben. De snelheid van de machine wordt traploos geregeld met twee pedalen. Bij het vooruit rijden wordt pedaal (1) gebruikt en bij achteruit rijden pedaal (2). De krachtoverbrenging vindt plaats via een hydrostatische versnellingsbak die een variabele snelheidsregeling mogelijk maakt.
PRESENTATIE Hendel voor instelling van maaihoogte De maaihoogte kan met behulp van de maaihoogtehendel in 5 (1-5) verschillende standen worden afgesteld. Ontkoppelingsregeling Om de zitmaaier te kunnen verplaatsen met een motor die uit staat moet u de ontkoppelingshendel uittrekken. Trek de hendels naar de eindstand, gebruik geen tussenstanden. • Trek de hendel uit om het aandrijfsysteem uit te schakelen. • Duw de hendel in om het aandrijfsysteem in te schakelen.
Rijden Voor de start BELANGRIJKE INFORMATIE Het luchtinlaatrooster in de motorkap achter de bestuurderszitting mag niet geblokkeerd zijn door bijv. kledingstukken, bladeren, gras of viezigheid. Dat verslechtert de koeling van de motor. Risico van ernstige motorbeschadigingen. ! WAARSCHUWING! Wijzig de veiligheidsmiddelen nooit. Controleer regelmatig of ze naar behoren functioneren. De machine mag niet worden gebruikt met defecte of niet gemonteerde beschermingen.
Rijden Bij koude motor: 4 Schuif de gashendel naar stand 3 (chokestand). In deze stand krijgt de motor een rijker mengsel, waardoor de motor makkelijker start. 3 2 1 Starten van een motor met een zwakke accu Als de accu te zwak is om de motor te starten, dient deze opgeladen te worden. Laad de accu 4 uur lang bij max. 3 A. Wanneer de accu volledig is geladen, sluit u de rode kabel aan op de positieve pool (+) van de accu en de zwarte kabel op de negatieve pool (-).
Rijden Verwijder de kabels in omgekeerde volgorde. • De ZWARTE kabel haalt u eerst los van het chassis en dan van de volle accu. • De RODE kabel haalt u als laatste van beide accu’s. BELANGRIJKE INFORMATIE Gebruik nooit een boostlader/startbooster. Gebruik uitsluitend conventionele acculaders. Koppel altijd de lader los alvorens de motor te starten. Zogenoemde boostlader/startboosters mogen nooit worden gebruikt.
Onderhoud Onderhoudsschema Hier volgt een lijst met het onderhoud dat aan de zitgrasmaaier moet worden uitgevoerd. Voor de punten die niet in deze gebruiksaanwijzing staan beschreven, moet u een erkende servicewerkplaats bezoeken. Dagelijks onderhoud voor de start Onderhoud Minstens jaarlijks Onderhoudsinterval in uren 25 50 Ververs de motorolie1) X X Controleer het maaielement X Controleer de luchtdruk van de banden.
Onderhoud Schoonmaken Maak de machine direct na gebruik schoon. Het is veel makkelijker maairesten weg te spoelen als ze nog niet vast gedroogd zijn. Riembescherming Maak de klem los en verwijder de riembescherming. Controleren en afstellen van de besturingskabels BELANGRIJKE INFORMATIE Plaats de machine altijd op een vlakke ondergrond met de motor UIT voordat u enig onderhoud pleegt. Olieresten kunnen worden opgelost met een koud ontvettingsmiddel. Breng een dunne laag aan.
Onderhoud Parkeerrem controleren 3 Trek de gashendel terug naar volgas-stand en controleer of de choke niet langer geactiveerd is. Controleer of de rem juist is afgesteld door de zitmaaier op een helling te zetten met uitgetrokken ontkoppelingshendel en de rem te activeren. Wanneer de machine niet stilstaat, moet de rem worden afgesteld. Controle van rem 1 Verwijder de beschermkap.
Onderhoud Vervangen van brandstoffilter Vervang het op de leiding gemonteerde brandstoffilter iedere 100 uur (een keer per seizoen) of vaker als het verstopt is. Controle van de spanning van de banden De luchtdruk in de banden moet 60 kPa/0,6 bar/8,7 PSI zijn voor alle wielen. Om het aandrijfvermogen te verbeteren kan de luchtdruk van de achterbanden verminderd worden tot 40 kPa/0,4 bar/6 PSI. Vervang het filter op de volgende wijze: 1 Open de motorkap.
Onderhoud Zekeringen De hoofdzekering bevindt zich in een afneembare houder achter de accu, onder de beschermkap. Type: Platte stiftbeugel, 15 A. Controle van de koelluchtinlaat van de motor Maak het luchtinlaatrooster in de motorkap achter de bestuurderszitting schoon. Klap de motorkap omhoog. Controleer of de koelluchtinlaat van de motor vrij is van bladeren, gras en vuil. Vervang de zekering nooit door een ander type zekering. Een gesprongen zekering geeft aan dat de stift verbrand is.
Onderhoud Servicestand voor maai-element Het maaidek kan worden verwijderd om reiniging en onderhoud te vergemakkelijken. 7 Til de aandrijfriem eraf. 8 Pak de buisconstructie van het apparaat vast en trek deze tot de aanslag naar buiten. 9 Zorg ervoor dat de vergrendeling omhoog is geplaatst. Ga als volgt te werk om het maaidek te verwijderen: BELANGRIJKE INFORMATIE Schakel de snijfunctie niet in als de snijkop in de onderhoudsstand is gezet, om schade aan de aandrijfriem te voorkomen.
Onderhoud Montage van knipaggregaat 1 Zorg ervoor dat de vergrendeling omhoog is geplaatst. 2 Plaats de riem onder de beugel van het maaidek. 6 Druk het dek omlaag tot u voelt dat de pijpen de bodem raken. 7 Open de vergrendeling naar voren. 8 Breng de vergrendeling van het maaidek aan. 9 Monteer de riem zoals aangegeven in de afbeelding. Zorg ervoor dat de hefhendel boven de handgreep van het maaidek uitkomt.
Onderhoud Controle van messen • Het blad moet zodanig worden gemonteerd dat de schuine uiteinden omhoog wijzen in de richting van de kap. • Aanhaalmoment 45-50 Nm (4,5-5 kpm/32-36 lbft). Om het beste maairesultaat te bereiken is het belangrijk dat de messen onbeschadigd en scherp zijn. Controleer of de bevestigingsbouten van de messen goed zijn aangedraaid. • Zet het maai-element in servicestand, zie Servicestand voor maai-element.
Smeren Controle van het oliepeil van de motor 3 Laat de olie in het vat lopen. 4 Monteer de aftapklep en draai deze vast. Controleer het oliepeil in de motor als de machine horizontaal staat en de motor uit is. 5 Vul langzaam de olie bij. De olie wordt bijgevuld in hetzelfde gat als waar de peilstok in zit. Zie Controle van het oliepeil van de motor voor de vulinstructies. Klap de motorkap omhoog.
Storingsschema Probleem Oorzaak Geen brandstof in de brandstoftank De bougie verkeerd. De motor start niet Defecte ontstekingskabel. Vuil in carburateur of brandstofleiding De startmotor krijgt de motor niet rond Defecte veiligheidsschakelaar Accu leeg Slecht contact tussen kabel en accupool Hendel voor de maaikast in verkeerde stand De startmotor krijgt de motor niet rond Hoofdzekering kapot. Contactslot kapot Rem niet geactiveerd. Defecte startmotor De bougie verkeerd.
Stallen Winterstalling Aan het eind van het maaiseizoen moet de zitmaaier onmiddellijk in orde worden gemaakt voor stalling, ook als deze langer dan 30 dagen niet gebruikt gaat worden. Brandstof die lange perioden in de tank blijft (30 dagen of meer) kan kleverige afzettingen produceren, die de vergasser kunnen verstoppen en de werking van de motor kunnen verstoren. Een brandstofstabilisator is een acceptabel alternatief als het erom gaat kleverige afzettingen tijdens de stalling te voorkomen.
TECHNISCHE GEGEVENS Rider 115C Rider 120C Lengte met maaidek, cm/inch 229 / 90,2 229 / 90,2 Breedte met maaidek, cm/inch 99 / 39 126 / 49,6 Hoogte, cm/in 108 / 42.7 108 / 42.7 Afmetingen Machine met lege tanks, kg/lb 180 / 396,8 182 / 401,2 Asafstand, cm/in 84,5 / 33,3 84,5 / 33,3 Bandenmaat 165/60-8 165/60-8 Bandenspanning achter en voor, kPa / bar / PSI 60 / 06 / 8.7 60 / 06 / 8.7 Max.
TECHNISCHE GEGEVENS BELANGRIJKE INFORMATIE Wanneer dit product versleten is en niet langer wordt gebruikt, moet het voor hergebruik bij de dealer of een andere instantie ingeleverd worden. BELANGRIJKE INFORMATIE Om verbeteringen te kunnen doorvoeren kunnen de specificaties en de vormgeving veranderd worden zonder speciale mededeling. Denk eraan, dat geen enkele gerechtelijke eis, van welke aard dan ook, kan worden gesteld op grond van de informatie in deze gebruiksaanwijzing.
Originele instructies 1156982-36 ´®z+X§7¶6x¨ ´®z+X§7¶6x¨ 2014-08-12