Gebruiksaanwijzing Rider Battery Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en gebruik de machine niet voor u alles duidelijk heeft begrepen.
INHOUD Inhoud INHOUD Inhoud .......................................................................... INLEIDING Beste klant! .................................................................. Rijden en transport op de openbare weg ..................... Gebruik ........................................................................ Goede service .............................................................. Servicejournaal Service bij levering .......................................................
INLEIDING Beste klant! Gefeliciteerd met uw keuze voor een Husqvarna Rider. De Husqvarna Riders hebben een uniek ontwerp met een vooropgeplaatste maai-inrichting en gepatenteerde knikbesturing. De Rider werkt heel effectief, ook op kleine en nauwe oppervlakken. Alle regelaars en een via pedalen bestuurde transmissie dragen ook bij aan de prestaties van de machine. Deze gebruiksaanwijzing is een waardevol document. Door deze te lezen en toe te passen (voor gebruik, onderhoud enz.
Servicejournaal Service bij levering 1 Monteer het stuur, de zitting en indien nodig andere onderdelen. 2 Controleer de luchtdruk in de banden (60 kPa, 0,6 bar, 9 psi) en pas deze aan. 3 Bevestig het snij-aggregaat aan de machine; zie Snij-aggregaat bevestigen. 4 Stel het maai-element af: Stel het maai-element zodanig af dat de achterkant ca 5-7 mm / (1/5-1/4”) hoger staat dan de voorkant. 5 Controleer het zuurpeil in de accu's; vul bij met gedestilleerd water indien nodig. 6 Sluit de accu aan.
VERKLARING VAN DE SYMBOLEN Symbolen Uitschakelen Deze symbolen staan op de zitmaaier en in de gebruiksaanwijzing. Handrem WAARSCHUWING! Slordig of onjuist gebruik kan resulteren in ernstig letsel of overlijden van de gebruiker of anderen. Neem de gebruiksaanwijzing grondig door en gebruik de machine niet voor u alles duidelijk heeft begrepen. Geluidsemissie naar de omgeving volgens de richtlijnen van de Europese Gemeenschap.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Veiligheidsinstructies Deze instructies zijn gemaakt voor uw veiligheid. Lees ze aandachtig door. • Schakel de machine uit voordat u het maaidek reinigt. • Denk eraan dat de bestuurder verantwoordelijk is voor gevaren of ongelukken. • Neem nooit passagiers mee. De machine is alleen bedoeld om door één persoon te worden gebruikt. • Kijk altijd naar beneden en naar achteren voor en tijdens het naar achteren rijden. Hou zowel kleine als grote obstakels in de gaten.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Laat kinderen of andere personen die niet zijn opgeleid om met de machine om te gaan, deze nooit gebruiken of onderhouden. Lokale voorschriften kunnen de leeftijd van de gebruiker bepalen. veroorzaken. Alle hellingen vragen om extra voorzichtigheid. Wanneer u op de helling niet naar achteren kunt rijden of u voelt zich onzeker, maai ze dan niet. BELANGRIJKE INFORMATIE Rij nooit een helling af met een omhoog getild maaielement.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Probeer de machine niet te stabiliseren door een voet op de grond te zetten. • Bij het schoonmaken van het onderstel mag de machine nooit vlak naast een rand of sloot gereden worden. • • Stop om de uitrusting te inspecteren wanneer u tegen een voorwerp aanrijdt. Repareer, indien nodig, voordat u start. • Voer nooit afstellingen uit terwijl de machine in bedrijf is. Draai de contactsleutel naar positie "0" en verwijder de ontstekingskabel van de accuklem.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Accu ! WAARSCHUWING! Wees zeer voorzichtig bij het hanteren van accuzuur. Zuur op de huid kan ernstige bijtwonden veroorzaken. Spoel onmiddellijk met water wanneer u op uw huid knoeit. De accu geeft een explosief gas af. Vonken, vlammen en sigaretten mogen absoluut niet in de buurt van de accu komen. ! ! WAARSCHUWING! De accu bevat lood en loodverontreinigingen, chemicaliën waarvan men denkt dat ze kanker, schade aan de ongeboren vrucht of andere voortplantingsschade veroorzaken.
WAT IS WAT? 4 1 2 5 6 7 8 3 9 10 11 12 16 13 14 10 15 Plaatsing van de bedieningsorganen 1 Snelheidsregeling voor het vooruit rijden 9 2 Snelheidsregeling voor het achteruit rijden 10 Motorkapslot 3 Hefstang voor het maaielement 11 Accu achterzijde 4 Accustatus 12 Contact voor het aansluiten van de acculader 5 Contactsleutel 13 Handrem 6 Batterijbesparende functie (SavE) 14 Hendel voor instelling van maaihoogte 7 Startknop 15 Stoelverstelling 8 Waarschuwingslampje 16 Bat
PRESENTATIE Presentatie Maaielement Gefeliciteerd met uw keuze van een uitstekend kwaliteitsproduct waar u lang plezier van zult hebben. De machines zijn uitgerust met een BioClip-maaidek met 2 messen. De BioClip-plug hakt de grasresten fijn tot meststof. Zonder BioClip-plug werkt het element op dezelfde manier als een achteruitworpelement. De Rider Battery is een batterijgedreven zitmaaier. De motoren werken op 3 accu's die in serie zijn geschakeld.
PRESENTATIE Hendel voor instelling van maaihoogte De lader wordt aangesloten op het laadcontact achter op de machine, onder de laadklep. De maaihoogte kan met behulp van de maaihoogtehendel worden ingesteld op 5 verschillende standen. Als de accu volledig geladen is, schakelt de lader over naar de onderhoudslaadmodus. Zet het snij-aggregaat omhoog voordat u de hoogte instelt. De machine kan niet worden gebruikt wanneer deze is aangesloten op de lader.
PRESENTATIE Batterijbesparende functie (SavE) De machine is uitgerust met een accubesparende functie die de aandrijvingssnelheid beperkt. Druk de SavE-button in om de besparingsfunctie te activeren. De SavE-knop zal constant groen branden wanneer de functie is geactiveerd. Waarschuwingslampje Het waarschuwingslampje bevindt zich op het bedieningspaneel. Als er zich een fout voordoet in de machine, licht het lampje rood op of knippert het rood.
Rijden Voor de start 5 Draai de contactsleutel naar positie "1". De startknop begint nu groen te knipperen. Druk op de startknop. Het startknoplampje brandt constant groen wanneer de machine in bedrijf is. • Lees de veiligheidsinstructies en de informatie over de plaats van de hendels en functies door voordat u start. • Voer dagelijks onderhoud uit voor de start volgens het Onderhoudsschema. • Stel de zitting af in de gewenste stand.
Rijden Maaitips ! WAARSCHUWING! Reinig de grasmat van stenen en andere voorwerpen die door de messen kunnen worden weggeslingerd. • Lokaliseer en markeer stenen en andere vaste voorwerpen om te vermijden dat u hier tegenaan rijdt. • Begin met een hoge maaihoogte en verminder tot het gewenste maairesultaat wordt verkregen. Is het gras niet al te lang en dicht op elkaar groeiend, kan de rijsnelheid worden verhoogd zonder dat het maairesultaat merkbaar verslechtert.
Onderhoud Onderhoudsschema Hier volgt een lijst met het onderhoud dat aan de zitgrasmaaier moet worden uitgevoerd. Voor de punten die niet in deze gebruiksaanwijzing staan beschreven, moet u een erkende servicewerkplaats bezoeken. Onderhoud Dagelijks onderhoud voor de start Minstens jaarlijks Onderhoudsinterval in uren 25 Schoonmaken X Controleer de stuurkabels X Controleer de remmen X Controleer het zuurpeil en de conditie van de accu.
Onderhoud Schoonmaken Maak de machine direct na gebruik schoon. Het is veel makkelijker maairesten weg te spoelen als ze nog niet vast gedroogd zijn. Eén accu is opgeborgen in de achterste drager. Maak de klikvergrendelingen los (aan elke kant één) en verwijder de kap volledig. Bij het bevestigen van de kap moeten de haken van de kap in de achterste sleuven worden gestoken. Olieresten kunnen worden opgelost met een koud ontvettingsmiddel. Breng een dunne laag aan.
Onderhoud Controleren en afstellen van de besturingskabels Controleren van het zuurniveau van de accu De besturing wordt geregeld met behulp van kabels. Deze kunnen zich nadat de zitmaaier een tijd in gebruik is geweest, uitrekken, hetgeen betekent dat de afstelling van de besturing gewijzigd kan zijn. ! De besturing wordt gecontroleerd en afgesteld op de volgende manier: 1 WAARSCHUWING! Wees zeer voorzichtig bij het hanteren van accuzuur. Zuur op de huid kan ernstige bijtwonden veroorzaken.
Onderhoud • Laad de accu niet in direct zonlicht. • Houd de lader buiten het bereik van kinderen. 1 Verzeker u ervan dat de schakelaar in positie "0" staat. Na het laden moet het zuurpeil in de accu worden gecontroleerd en zo nodig worden aangevuld met gedestilleerd water. Zie de sectie "Het zuurpeil van de accu controleren". Controle van de spanning van de banden 2 Sluit de acculader alleen aan in overeenstemming met de spanning en frequentie die staan vermeld op het productplaatje van de accu.
Onderhoud Zekering op de acculader. 5 Laat het maaidek zakken. 6 Maak de klikvergrendeling voor de kappen op het maaidek los en koppel de kabels los. Er zijn er 2 voor elke motor. 7 Pak zowel het bovenste buizenframe van het maaidek als de maaidekvergrendeling vast en trek het maaidek naar buiten. 8 Til het dek weg en zet het tegen de machine of een muur. Op de acculader is een glaszekering aangebracht.
Onderhoud 3 4 Druk de vergrendeling in, pak de buizen vast en schuif het maaidek naar binnen. Afstellen van de parallelliteit van het maaielement 1 Controleer de luchtdruk van de banden 60 kPa/0,6 bar/9 PSI. 2 Maak de moeren van de parallelliteitsstang los, de binnenste moer heeft links schroefdraad. 3 Schroef de spankabel naar buiten (verlengen) om de achterkant van de kap te laten zakken. Druk het dek omlaag tot u voelt dat de pijpen de bodem raken. 5 Sluit de kabels aan en plaats de kap.
Storingsschema Controle van messen De aandrijfketting smeren Om het beste maairesultaat te bereiken is het belangrijk dat de messen onbeschadigd en scherp zijn. Verwijder de afdekkap. Deze is vastgezet met vier schroeven. Twee aan elke kant. Overmatige trilling in de machine kan worden veroorzaakt door beschadigde of losse bladen. • Verwijder het maaidek. Zie de sectie "Het maaidek verwijderen". • Controleer of de bevestigingsbouten van de messen goed zijn aangedraaid.
Storingsschema Probleem Oorzaak Waarschuwingslampje op het bedieningspaneel brandt constant rood. Neem contact op met een erkende servicedealer. Waarschuwingslampje op het bedieningspaneel knippert rood. De messen zijn geblokkeerd: verwijder het maaidek en controleer of de messen vrij kunnen bewegen. Motor oververhit: schakel de machine uit en wacht tot de motor is afgekoeld. De machine kan niet worden gestart De accu's zijn niet voldoende geladen.
Stallen Winterstalling Aan het eind van het maaiseizoen moet de zitmaaier onmiddellijk in orde worden gemaakt voor stalling, ook als deze langer dan 30 dagen niet gebruikt gaat worden. Om de zitmaaier klaar te maken voor stalling, deze stappen volgen: 1 Maak de zitmaaier zorgvuldig schoon, in het bijzonder onder de maaikast. Herstel lakbeschadigingen om roestaanvallen te voorkomen. 2 Inspecteer de zitmaaier op beschadigde of versleten onderdelen en draai indien nodig losse bouten en moeren vast.
TECHNISCHE GEGEVENS Rider Battery Afmetingen Lengte zonder element, cm/in Lengte met maaidek, cm/ft Breedte zonder element, cm/in Breedte met maaidek, cm/ft Hoogte, cm/ft Bedrijfsgewicht met maaidek, kg/lb Asafstand, cm/ft Bandenmaat Bandenspanning achter en voor, kPa / bar / PSI Aandrijfmotor Type motor Spanning, V Nominaal uitgangsvermogen motor, kW Max. motortoerental, t/min Bladmotoren Type motor Spanning, V Nominaal uitgangsvermogen motor, kW Max.
TECHNISCHE GEGEVENS BELANGRIJKE INFORMATIE Wanneer dit product versleten is en niet langer wordt gebruikt, moet het voor hergebruik bij de dealer of een andere instantie ingeleverd worden. BELANGRIJKE INFORMATIE Om verbeteringen te kunnen doorvoeren kunnen de specificaties en de vormgeving veranderd worden zonder speciale mededeling. Denk eraan, dat geen enkele gerechtelijke eis, van welke aard dan ook, kan worden gesteld op grond van de informatie in deze gebruiksaanwijzing.
Originele instructies 1154892-36 ´®z+Vy7¶6C¨ ´®z+Vy7¶6C¨ 2012-04-02