Operation Manual

6
WIJZI G I N GEN E N T YPE F O U TEN VOORB E H O UDEN
WIJZI G I N GEN E N T YPE F O U TEN VOORB E H O UDEN WIJZI G I N GEN E N T YPE F O U TEN VOORB E H O UDEN
5.3 conTrole
Controleer bij aankomst nauwkeurig of de machine compleet is en geen transportschade heeft opgelopen.
Neem onmiddellijk contact op met uw dealer wanneer dit wel het geval is.
5.4 onderhoud
5.4.1 dagelIJks onderhoud
• Oliepeil controleren en bijvullen indien nodig.
• Houd uw werkplek schoon; maak de klem los en verwijder werkstukken van de tafel.
• Veeg spanen weg met een handveger, maak de machine stofvrij en breng een laagje olie aan op bewegende
delen.
5.4.2 wekelIJks onderhoud
• Maak de leispil schoon en olie deze.
• Controleer of de geleiding en bewegende delen goed geolied zijn. Smeer deze in met olie indien nodig.
5.4.3 maandelIJks onderhoud
• Controleer de speling op de langs- en dwarsvoeding en pas deze indien nodig aan.
• Vet de tand- en wormwielen en wormwielas in om slijtage te voorkomen.
5.4.4 JaarlIJks onderhoud
• Controleer of de tafel waterpas is.
• Controleer de bedrading op slijtage en loszitten en vervang indien nodig.
5.5 reInIgen en smeren
Verwijder al het vet van de machine. Maak alle bewegende delen goed schoon en smeer deze lichtjes.
5.5.1 olIe
De machine moet worden gevuld met Shell Tellus 46. Ga als volgt te werk om de machine met olie te vullen.
Vervang de olie eenmaal per jaar.
• Verwijder de oliestop bovenop de kop.
• Gebruik een trechter om de olie bij te vullen.
• Stop met olie bijvullen wanneer het niveau de rode lijn op het oliepeilglas bereikt. Het niveau mag nooit boven
de rode lijn uitkomen anders loopt de olie uit de machine. Mocht dit onverhoopt toch een keer gebeuren,
verwijder dan de oliestop aan de linkerkant van de kop en laat de olie weglopen totdat het niveau zich op of
iets onder de rode lijn bevindt.
• Bij olievervanging kantelt u de kop en laat u alle olie via de olie-uitlaat weglopen. Sluit de olie-uitlaat weer af,
zet de kop rechtop en vul met olie.
5.5.2 smerIng
De kogellagers van deze machine zijn in de fabriek voorzien van vet en zitten in een gesloten systeem, ze
behoeven geen smering.
• As van spindel. Zorg dat deze altijd goed geolied is. Voeg olie toe via het olievulpunt bij de spindelpoelie.
• Pinole en kolom. Smeer regelmatig met olie om slijtage en roestvorming tegen te gaan.
• Terughaalveer. Smeer 1 maal per jaar, verwijder de afdekking en breng de olie aan met een kan of borstel.
• Tandwielkast. Vul met olie tot het aangegeven niveau. Vervang de olie 1 maal per jaar.
• Heugel. Reinig en smeer regelmatig.